Luiertje_om
Life's all about feeling the groove.
Hoi allemaal,
eigenlijk te vroeg na het laatste deel van mijn andere verhaal, maar ik kan niet wachten om deze met jullie te delen.
Ik merk dat ik zelf niet kan wachten met verder schrijven en hoop dat jullie het ook mooi vinden.
Normaal post ik maar 2 delen, om het overzichtelijk te houden, maar ben nu te enthousiast. 5 delen al !
Het is wel een Furry verhaal, maar weet zeker dat het voor iedereen leuk en schattig is. Veel plezier !
Deel 1: het ongeluk
“Mijn naam is Gerard, of eigenlijk was Gerard. Nu heet ik Red. Hoe dit gekomen is ?”
“Dat is waarschijnlijk het meest bizarre verhaal wat je ooit gelezen hebt. Ik ben nu weer 18 jaar oud, dus nog net niet volwassen. Ooit was ik bijna 30.”
“Ooit had ik trouwens ook niet zoveel haar als nu. Ga lekker zitten en geniet van mijn levensverhaal.”
Het begon allemaal een jaar geleden. Ik was op bezoek bij vrienden op een vrijdagavond. Was erg gezellig, jullie kennen het wel, drankje voor het eten, goede maaltijd met glaasje wijn en daarna nog maar iets bij de koffie. Toen had ik al besloten dat ik een taxi naar huis moest nemen. Na nog wat biertjes heb ik om 11 uur een taxi gebeld, afscheid genomen en me naar huis laten brengen. Alleen liep dat wat anders dan verwacht..
Toen ik de taxi instapte had ik het nog niet zo door, maar na 2 bochten merkte ik al dat de chauffeur meer slingerde dan zou moeten. Ik vroeg aan de chauffeur of er iets was en die zei dat ik mijn mond moest houden, met dubbele tong. “Laat me er nu maar uit,” zei ik,” ik loop de rest wel,” hoewel dat nog wel 3 kilometer was.
“Nergens voor nodig,” zei de chauffeur,” ik heb nog nooit een klant achtergelaten, dus vanavond wordt zeker niet de eerste keer.” Het volgende rechte stuk zag ik zowel de linker als rechter strepen langs de rijbaan voorbij komen en ik begon redelijk in paniek te raken. “Stoppen, NU !,” schreeuwde ik.
Daarna zag ik hoe de taxi een scherpe bocht naar rechts miste en hoe we de weg afreden.
Wat er toen precies gebeurd is, kan ik niet goed meer vertellen. Ik herinner me nog vaag een boom die op ons af kwam en hoe ik door de taxi geslingerd werd.
Daarna werd het echt vreemd. Ik voelde mezelf zweven. Ik zag wel de contouren van een tunnel, maar had geen grond onder mijn voeten en alles was zwart wit en onscherp. Ik zag aan beide kanten van me een uitgang, of in elk geval licht. In de verte zag ik aan één uiteinde zwaailichten en hoorde ik sirenes.
De andere uitgang was behoorlijk veel dichterbij en daardoor zag ik zonlicht en hoorde ik vogels fluiten. Ik besloot dat ik naar de laatst genoemde uitgang wilde en voelde hoe ik door de lucht zweefde. Naarmate ik dichter bij de uitgang kwam, vloog ik steeds sneller en sneller, totdat ik zag dat er een soort van glasplaat, of dik plastic vlies tussen de tunnel en de uitgang hing. Ik deed mijn ogen dicht, bang voor de klap die ging volgen.
Ik voelde dat de lucht om me heen veranderde. Van benauwd en vochtig rook het nu fris en ik voelde koude wind over mijn gezicht. Ik voelde aan de luchtstroom dat ik viel. Ik hield mijn ogen dicht, weer bang voor een grote klap en toen was het plotseling rustig.
Deel 2: de wei
Ik voelde dat ik op het gras lag. Ik rook een intense geur van gras, maar ook nieuwe geuren, die ik niet thuis kon brengen. Het was alsof ik duizenden geuren tegelijk rook, ik rook dus gras, maar ook de bloempjes die erin groeiden en daardoor heen de scherpe lucht van bezweet haar. Ik voelde hoe heel mijn lichaam aan het rillen was, van de angst voor de klap.
Toen hoorde ik een zakelijke diepe stem zeggen:” Volgende echtpaar graag. Wie was er aan de beurt ?”
Voorzichtig deed ik mijn ogen open. Ik zag dat ik inderdaad op het gras lag. Ik lag op een veldje, met daar omheen een laag hek en daarachter stonden allemaal mensen, nou nee, dieren eigenlijk. Ik zag honden, katten, panters, tijgers, en ook beren en zelfs een soort van hert. Allemaal liepen ze op twee benen, net als mensen en allemaal hadden ze kleding aan.
Ik wreef door mijn ogen, in een poging dit wazige beeld te verdrijven en daarbij kreeg ik weer een verassing, In plaats van mijn vertrouwde hand, voelde ik iets harigs. Geschrokken keek ik naar mijn hand en zag dat ik een soort van poot had, met 4 harige, dikke vingers met nagels en rood haar. Nu ik beter keek zag ik dat ik helemaal bedekt was met rood haar. Over mijn buik liep een brede streep wit haar. Geschrokken sprong ik overeind, maar omdat niet gewend was aan mijn nieuwe benen en poten, viel ik achterover terug op het gras. Ik voelde hoe iets zachts mijn val brak. Ik probeerde naar mijn kont te kijken en zag dat er een dikke, rode, wollige staart aan mijn onderrug vast zat. Ik probeerde de staart te pakken.
Nu hoorde ik een zachte, warme damesstem zeggen:” Oh, wat een schatje. Dit is echt nog een jonkie. Kijk toch eens hoe schattig Alex.”
Ik keek op en zag een leeuw met lange manen en een spijkerbroek aan en een tijger met een jurk aan voor me staan. Geschrokken dook ik in elkaar. “Ach, wees maar niet bang pupje,” zei de tijgervrouw,” alles is ook zo nieuw voor je hier.” Ze reikte mee haar gele poot aan. Ik pakte haar poot stevig vast met mijn nieuwe, rode poot en toen viel het me op dat haar poot bijna 4 keer zo groot was als die van mij. In plaats van dat ze me overeind hielp, tilde ze me plotseling de lucht in. Ik voelde hoe mijn benen los kwamen van de grond. De tijger nam me op haar arm, met het gemak waarop je een kleine peuter oppakt. Mijn staart bengelde over haar arm. Ze drukte mijn hoofd stevig tegen haar schouder. Ik hoorde dat ze begon te spinnen en van dat geluid werd ik wat rustiger.
“Dit is zeker het kleintje waar we al zo lang op gewacht hebben Lilly,” zei de leeuw,” een geschenk uit duizenden.”
Nu ik wat rustiger was nam ik mijn omgeving wat meer in me op. Ik zag dat ik, de tijger die Lilly heette en de leeuw die Alex heette, op een klein grasveldje stonden, grenzend aan een soort wachtruimte, waar al die andere dieren gelaten op een bankje zaten of tegen het hek aan leunden. De meesten waren hun interesse in mij alweer kwijt. Een neushoorn met een blauw uniform aan liep op ons af en zei:” Gefeliciteerd meneer en mevrouw met uw nieuwe kindje.” “Nu graag doorlopen, maak plaats in de immigratiewei.” Ik snapte niet wat de neushoorn bedoelde, maar Lilly antwoordde:” Duizend maal dank nogmaals voor deze kans en ik hoor het wel als Alex of ik nog een formulier moeten invullen en wanneer we op het volgende gesprek moeten komen.” Daarna liep Lilly met mij op haar schouder naar een poort in het hek rond de wei.
Ik zag dat Alex de neushoorn nog een hand gaf, nog even bleef praten en daarna achter ons aanliep.
Deel 3: op weg naar mijn nieuwe thuis
Terwijl we door het hek liepen zag ik allemaal andere dieren, duidelijk ook vrouwen aan hun kleding te zien, naar mij kijken. De meeste maakte lieve geluidjes naar me, zoals je ook tegen een baby praat. Sommige gaven me een aai over mijn hoofd. Ik zag Alex trots en liefkozend naar me kijken. “Als we hier vandaan zijn is het rustiger hoor,” zei hij, “dan zullen we eens zien of je zelf al kunt lopen.” “Vind je dat leuk, kleintje ?”
“Ik weet nog niet zo goed wat ik moet vinden,” antwoordde ik,” ik snap er niets van.” Lilly moest giechelen en aaide over mijn hoofd en rug.
“Ik snap het hoor, zei ze,” morgen mag je alles aan ons vragen, maar vandaag niet. Gebruik vandaag maar om te wennen aan je nieuwe lijfje. Je weet nog niet half hoeveel geluk je hebt dat je voor onze wereld gekozen hebt.”
Ik wist niet wat ik moest antwoorden, dus bleef ik stil. Met grote ogen nam ik de omgeving in me op. Ik draaide mijn hoofd om te zien waar we naartoe gingen.
Achterin de wachtruimte rond de wei zag ik nog een poort met daarachter een zandpad. De weide lag midden in een bos. Nadat we de wachtruimte uit waren werd de geur van alle verschillende dieren minder en maakte steeds meer plaats voor een frisse boslucht. Ik snoof de frisse lucht diep in. Weer moest Lilly giechelen.
“Zo, laat nu maar eens zien hoe goed je kunt lopen,” zei ze,” het dorp is vlakbij en wij wonen aan de rand ervan. Het is voor ons maar 10 minuutjes lopen, dus jouw lukt het ook vast wel.” Ze tilde me van haar arm en zette me op mijn eigen benen. Ik merkte dat ik nog wat wankel stond. Een heel vreemde ervaring als je al meer dan 28 jaar gewend bent dat je kunt lopen. Ik probeerde een stap te zetten en voelde dat ik weer achterover viel. Ook voelde ik dat ik plotseling begon te plassen.
Van de schrik keek ik naar mijn kruis en zag nu pas dat ik helemaal bloot was. Ik zag dat er een klein plasje urine in het zand lag tussen mijn beentjes.
“Ach,” hoorde ik Lilly zeggen,” ben je nog zo klein dat je niet eens zindelijk bent ? Zie je dat Alex, we hebben een peutertje in plaats van een kleuter !”
“Ja,” hoorde ik Alex zeggen,” daar moet ik dan wel weer even aan wennen, weer een kleintje in de luiers.” Lilly omhelsde Alex en zei,” Dit is precies wat ik wilde Alex.
Je weet hoe lang ik heb moeten wachten op mijn eigen kindje. Al die jaren van onzekerheid waren verschrikkelijk. Je weet hoeveel ik van je houd, maar het was verschrikkelijk om te weten dat ik geen kinderen kon krijgen omdat ik verliefd was geworden op een leeuw in plaats van een tijger.”
Daarna begon ze zachtjes te huilen tegen de brede schouder van leeuw Alex. Ik voelde hoe ik ook bedroefd werd. Alsof haar emotie mij raakte. Ik voelde hoe er een traan over mijn wang liep en merkte dat ik mezelf niet kon bedwingen om ook te gaan huilen.
“Ach, ach kleintje,” zei Lilly, zelf nog nasnikkend en nam me weer op haar schouder. “Stil maar, ik ben je nieuwe mammie en alles komt goed. Thuis krijg je lekker een luiertje om en dan mag je eerst een paar uurtjes slapen. Daar knap je vast van op. Ik weet wat je meegemaakt hebt net, dat leg ik je morgen wel uit.”
Het idee van een zacht bed stond me wel aan en nu moest ik ook diep geeuwen. “Hihi,” zei Lilly, “wat een schattige kleine tandjes. En dan die grote, bruine ogen en die puntoortjes.”
“Oh, maar je hebt jezelf nog niet gezien natuurlijk. Wacht maar tot we thuis zijn, dan zal je zelf zien hoe schattig je nu bent.”
Ik was eerlijk gezegd zelf nog wat bang bij het idee om mezelf te zien.
Deel 4: nieuwe papa en mama
Door de warmte van Lilly’s lichaam werd ik zelf weer rustig. Daarna tilde Lilly me weer op en gaf me over aan Alex.
“Zo,” zei de leeuw met zijn zware stem, “ik draag je verder wel naar huis,” en hij zette me op zijn nek, met mijn beentjes over zijn schouders. Nu ik gewend was aan het idee van de twee lopende en pratende roofdieren, voelde ik me eigenlijk wel stoer. Hoog in de lucht, met een echte leeuw om me te beschermen.
“Ja, harder lopen Alex,” hoorde ik mezelf roepen en hoorde dat mijn stem veel hoger was dan ik gewend was. “Zeg maar pappie hoor jochie,” zei de leeuw lachend en begon wat sneller te lopen en daarna wat te rennen. “ Whooohoooo,” schreeuwde ik en begon te lachen. Dat klonk net als het schateren van een echte peuter.
“Die is al niet meer bang volgens mij,” hoorde ik Alex zeggen tegen Lilly. “Nee,” zei Lilly en daarbij keek ze me weer heel erg verliefd aan. Ik voelde me weer warm en rustig worden van binnen en besloot dat ik mezelf maar gewoon over moest geven aan deze bizarre gebeurtenis.
Hoog op de schouders van mijn nieuwe pappa de leeuw, zag ik aan het eind van het pad de eerste huizen van een dorp. Heel het dorp leek uit vrijstaande, kleine huizen te bestaan. Ik zag nergens hoogbouw. In de verte zag ik wel een toren opdoemen. “Wat is dat papa ?,” vroeg ik. “Dat is onze uitkijktoren jongen,” zei papa Alex. Die staat bij de centrale wei in het dorp, waar we alle dorpsfeesten vieren en waar iedereen naar toe gaat als hij anderen wil zien of spreken.”
“Maar dat zal je allemaal nog wel meemaken. Eerst maar eens netjes gaan slapen zoals mama Lilly gezegd heeft.”
Weer moest ik geeuwen bij de suggestie van een bed. Ik had dan ook nog niet geslapen sinds die avond bij vrienden en het ongeluk.
“Ach, ons kleintje is uitgeput,” zei Lilly,” als hij op bed ligt kunnen wij een leuke naam voor hem bedenken. Ik had eerlijk gezegd nog niet nagedacht over een naam voor een vosje. Die zijn best zeldzaam hier.”
“Maar ik heb al een naam hoor,” begon ik,” ik heet gmmd.” Voor ik mijn naam kon zeggen had Alex een hand over mijn mond gelegd. “In deze wereld bestaat je oude ik niet meer jongen,” zei hij. “Nadat je geslapen hebt, leggen we je alles uit, We weten precies wie je bent, of was eigenlijk. We weten ook dat het voor jou niet zo moeilijk moet zijn om een nieuw leven hier te beginnen.”
Dit werd me allemaal een beetje teveel en het begon met serieus te duizelen. Ik voelde hoe ik draaierig werd en hoe het zwart werd voor mijn ogen.
Deel 5: rood vosje
Het volgende dat ik weet is dat ik wakker werd in een warm bed, onder een dekbed met een blauwe overtrek, met allemaal pootafdrukken erop afgebeeld. Ik lag in een klein bed, met houten spijlen, dat naast een raam stond. De rest van de kamer was ingericht als babykamer, met een commode, een kast met speelgoed en boeken en een dichte kast. Ik voelde me veel beter dan toen ik net geland was in deze vreemde wereld. Nu ik zo rustig in mijn bedje lag, kon ik eindelijk goed de tijd nemen om te zien hoe ik er nu uitzag. Mijn handen waren niet veel anders dan ik gewend was. Gelukkig was dat anders dan een echte vos. Natuurlijk waren die wel bedekt met rood haar en had ik lange nagels. Ik merkte dat ik ze kon bewegen, net als klauwen. “Wow,” dacht ik bij mezelf,” nu kan ik de kat thuis eens terug krabben.” Nog even bleef ik met mijn nageltjes spelen en daarna keek ik onder de dekens. Op mijn buik stak de witte plek fel af bij de rest van mijn rode haar. Tussen mijn benen zag ik iets dat ik niet verwacht had. In dacht dat ik gevoeld had dat ik een onderbroek en korte pyjamabroek aanhad of zoiets, maar in plaats daarvan had ik een babyluier om. De luier was wit en aan de voorkant waren er pootafdrukjes op gedrukt. Ik wreef met mijn poot over de voorkant van de luier en voelde dat die warmer was dan ik verwacht had. Nu zag ik ook duidelijk de gele plek. Ik was dus echt een onzindelijke peuter geworden. Daar was ik wel even stil van.
Maar niet lang, want toen zag ik mijn staart weer. Ik pakte het dikke, pluizige uiteinde ervan en drukte die tegen mijn wang. “haha, nu kan ik mezelf knuffelen,” hoorde ik mezelf hardop denken.
Waarschijnlijk had mama Lilly me gehoord, want vlak daarna kwam ze mijn kamer binnen gelopen, naar mijn bedje toe.
“Is mijn schatteboutje wakker ?,” zei ze. Ze tilde me uit het bed en nam me weer op mijn schouder. “Nu wil je vast jezelf wel eens zien,” zei ze. “Ik zal je meenemen naar de spiegel in de badkamer en dan zal ik je ook je naam vertellen.”
“Oh ja, ik heet geen Gerard meer,” dacht ik bij mezelf. Ik was erg benieuwd of ik ooit zou kunnen wennen aan een andere naam.
“Alex,” riep mama Lilly, “kom je ook naar de badkamer ? Hij is wakker.” Daarop kwam papa Alex mijn kamer binnen en nam mij over van Lilly. Met z’n drieën gingen we mijn kamer uit en een gang in. In de gang waren zeven deuren. Ik zag geen trap. “Achterin de gang is de badkamer, beloof me dat je daar nooit alleen naartoe gaat,” zei Alex. “De badkamer, de keuken en onze slaapkamer zijn voor jou verboden terrein, behalve als wij erbij zijn. Ik wil niet dat er ongelukken gebeuren. Beloof je dat ?”
“Ja papa Alex,” zei ik met mijn peuter piepstemmetje. “Mooi,” zei Alex, “de badkamer is achterin de gang, naast jouw kamer. Het is eigenlijk de babykamer van mijn zoon, Ringo, vanaf nu jouw broertje dus. Die is nu bij zijn moeder. Lilly is niet zijn mama, maar ik wel zijn echte papa. Dan weet je dat ook.”
Nu wees hij naar een deur tegenover mijn kamer. “Dat is Ringo’s kamer. Daar mag je wel naartoe, maar alleen als Ringo er ook bij is natuurlijk. Naast Ringo’s kamer slapen mama en Tegen over onze kamer is de wc, die heb jij niet nodig natuurlijk. En aan het andere eind van de gang, naast de voordeur is de keuken, en daar tegenover de woonkamer.
“Dan nu de grote verassing.” Alex droeg me door de gang naar de badkamer. De badkamer was groter dan ik gedacht had, met een ligbad, een douchecabine, een wastafel, een linnenkast en een extra toilet. Boven de linnenkast hingen twee kastjes, met daarin allerlei verschillende toiletartikelen. Op de deur van de kast was een grote spiegel geplakt.
Papa Alex zette me op de vloer en deed zijn handen voor mijn ogen. Ik voelde hoe mama Lilly mijn hand pakte en voorzichtig liep ze een paar pasjes met mij aan haar hand. Ik voelde me vreemd genoeg erg trots. “Ik kan al lopen !,” dacht ik.
Toen we stilstonden zij Alex:” Kijk maar wie je nu bent. Wij noemen je: Red”
Hij trok zijn handen weg van mijn ogen en mijn mond viel open van verbazing.
Ik keek recht in het gezicht van een echte vos. Ik had rode puntoortjes, een zwarte puntige snuit met snorharen en een brede, wit behaarde mond.
Ik zag kleine, scherpe tandjes. Heel mijn lichaam was rood behaard, zoals ik al wist. Op mijn buik zat de bekende, witte plek. Ik zag een dikke, wollige staart, die onrustig achter me langs zwiepte. Wat me anders maakte dan een echt vos, was dat ik natuurlijk veel groter al was, maar ook dat mijn knieën andersom zaten, zodat ik op 2 benen kon staan. Behalve mijn handen was ik verder 100% vos. Onder mijn navel zag ik de pootafdrukjes op de luier tussen mijn benen.
“Red,” zei ik zachtjes tegen mezelf. Mama Lilly ging op haar hurken naast mij zitten, zodat onze gezichten op dezelfde hoogte waren. Zonder verder wat te zeggen bleef ik naar mezelf in de spiegel staren en ook naar het lieve gezicht van mijn tijgermoeder.
Ik zag nu pas dat Lilly iets in haar hand had. Voordat ik kon zien wat het was, werd het al in mijn mond gedrukt en voelde ik iets rubberachtigs, waar ik automatisch op begon te sabbelen. Ik zag in de spiegel dat ik een speentje in had, wit, met een gele ring en bedrukt met alweer een pootafdruk. Ik voelde dat ik heel erg rustig werd door de speen.
Ik had niet gemerkt dat Alex weg was gegaan, maar nu kwam hij terug in de badkamer en zei:” Na deze vreemde dag heb je wel een cadeautje verdiend.” Hij gaf me een vreemd gevormd pakket in cadeaupapier. Ik voelde me ineens heel onrustig worden, ik wilde weten wat er in het pakje zat ! Veel te wild en onhandig probeerde ik het papier los te scheuren, waardoor het natuurlijk niet lukte.
“Oh Alex,” zei Lilly,” je zult wel weer moeten wennen aan een peutertje in huis hoor. Je hebt het veel te moeilijk ingepakt. Zo groot is Redje nog niet hoor.”
Lilly nam het pakket uit mijn handen en ik hoorde mezelf kreunen:”eeuh, pakje !” Ik werd stil van mezelf.
Handig haalde Lilly het plakband los, zonder te laten zien wat er in het pakje zat, Daarna gaf ze het terug. Ik vouwde het open en zag een grote witte bonk haar. Ik keek beter en zag dat het een ijsbeer knuffel was. “Ah, lief, dankjewel papa Alex !,” zei ik.
Ik genoot er op een vreemde manier wel van, me over te mogen geven aan deze nieuwe gevoelens van een peuter. Dit voelde als een nieuwe kans, een nieuw leven. Mijn leven als Gerard was namelijk nooit zo geweldig geweest, maar dat lees je in het volgende deel.
eigenlijk te vroeg na het laatste deel van mijn andere verhaal, maar ik kan niet wachten om deze met jullie te delen.
Ik merk dat ik zelf niet kan wachten met verder schrijven en hoop dat jullie het ook mooi vinden.
Normaal post ik maar 2 delen, om het overzichtelijk te houden, maar ben nu te enthousiast. 5 delen al !
Het is wel een Furry verhaal, maar weet zeker dat het voor iedereen leuk en schattig is. Veel plezier !
Deel 1: het ongeluk
“Mijn naam is Gerard, of eigenlijk was Gerard. Nu heet ik Red. Hoe dit gekomen is ?”
“Dat is waarschijnlijk het meest bizarre verhaal wat je ooit gelezen hebt. Ik ben nu weer 18 jaar oud, dus nog net niet volwassen. Ooit was ik bijna 30.”
“Ooit had ik trouwens ook niet zoveel haar als nu. Ga lekker zitten en geniet van mijn levensverhaal.”
Het begon allemaal een jaar geleden. Ik was op bezoek bij vrienden op een vrijdagavond. Was erg gezellig, jullie kennen het wel, drankje voor het eten, goede maaltijd met glaasje wijn en daarna nog maar iets bij de koffie. Toen had ik al besloten dat ik een taxi naar huis moest nemen. Na nog wat biertjes heb ik om 11 uur een taxi gebeld, afscheid genomen en me naar huis laten brengen. Alleen liep dat wat anders dan verwacht..
Toen ik de taxi instapte had ik het nog niet zo door, maar na 2 bochten merkte ik al dat de chauffeur meer slingerde dan zou moeten. Ik vroeg aan de chauffeur of er iets was en die zei dat ik mijn mond moest houden, met dubbele tong. “Laat me er nu maar uit,” zei ik,” ik loop de rest wel,” hoewel dat nog wel 3 kilometer was.
“Nergens voor nodig,” zei de chauffeur,” ik heb nog nooit een klant achtergelaten, dus vanavond wordt zeker niet de eerste keer.” Het volgende rechte stuk zag ik zowel de linker als rechter strepen langs de rijbaan voorbij komen en ik begon redelijk in paniek te raken. “Stoppen, NU !,” schreeuwde ik.
Daarna zag ik hoe de taxi een scherpe bocht naar rechts miste en hoe we de weg afreden.
Wat er toen precies gebeurd is, kan ik niet goed meer vertellen. Ik herinner me nog vaag een boom die op ons af kwam en hoe ik door de taxi geslingerd werd.
Daarna werd het echt vreemd. Ik voelde mezelf zweven. Ik zag wel de contouren van een tunnel, maar had geen grond onder mijn voeten en alles was zwart wit en onscherp. Ik zag aan beide kanten van me een uitgang, of in elk geval licht. In de verte zag ik aan één uiteinde zwaailichten en hoorde ik sirenes.
De andere uitgang was behoorlijk veel dichterbij en daardoor zag ik zonlicht en hoorde ik vogels fluiten. Ik besloot dat ik naar de laatst genoemde uitgang wilde en voelde hoe ik door de lucht zweefde. Naarmate ik dichter bij de uitgang kwam, vloog ik steeds sneller en sneller, totdat ik zag dat er een soort van glasplaat, of dik plastic vlies tussen de tunnel en de uitgang hing. Ik deed mijn ogen dicht, bang voor de klap die ging volgen.
Ik voelde dat de lucht om me heen veranderde. Van benauwd en vochtig rook het nu fris en ik voelde koude wind over mijn gezicht. Ik voelde aan de luchtstroom dat ik viel. Ik hield mijn ogen dicht, weer bang voor een grote klap en toen was het plotseling rustig.
Deel 2: de wei
Ik voelde dat ik op het gras lag. Ik rook een intense geur van gras, maar ook nieuwe geuren, die ik niet thuis kon brengen. Het was alsof ik duizenden geuren tegelijk rook, ik rook dus gras, maar ook de bloempjes die erin groeiden en daardoor heen de scherpe lucht van bezweet haar. Ik voelde hoe heel mijn lichaam aan het rillen was, van de angst voor de klap.
Toen hoorde ik een zakelijke diepe stem zeggen:” Volgende echtpaar graag. Wie was er aan de beurt ?”
Voorzichtig deed ik mijn ogen open. Ik zag dat ik inderdaad op het gras lag. Ik lag op een veldje, met daar omheen een laag hek en daarachter stonden allemaal mensen, nou nee, dieren eigenlijk. Ik zag honden, katten, panters, tijgers, en ook beren en zelfs een soort van hert. Allemaal liepen ze op twee benen, net als mensen en allemaal hadden ze kleding aan.
Ik wreef door mijn ogen, in een poging dit wazige beeld te verdrijven en daarbij kreeg ik weer een verassing, In plaats van mijn vertrouwde hand, voelde ik iets harigs. Geschrokken keek ik naar mijn hand en zag dat ik een soort van poot had, met 4 harige, dikke vingers met nagels en rood haar. Nu ik beter keek zag ik dat ik helemaal bedekt was met rood haar. Over mijn buik liep een brede streep wit haar. Geschrokken sprong ik overeind, maar omdat niet gewend was aan mijn nieuwe benen en poten, viel ik achterover terug op het gras. Ik voelde hoe iets zachts mijn val brak. Ik probeerde naar mijn kont te kijken en zag dat er een dikke, rode, wollige staart aan mijn onderrug vast zat. Ik probeerde de staart te pakken.
Nu hoorde ik een zachte, warme damesstem zeggen:” Oh, wat een schatje. Dit is echt nog een jonkie. Kijk toch eens hoe schattig Alex.”
Ik keek op en zag een leeuw met lange manen en een spijkerbroek aan en een tijger met een jurk aan voor me staan. Geschrokken dook ik in elkaar. “Ach, wees maar niet bang pupje,” zei de tijgervrouw,” alles is ook zo nieuw voor je hier.” Ze reikte mee haar gele poot aan. Ik pakte haar poot stevig vast met mijn nieuwe, rode poot en toen viel het me op dat haar poot bijna 4 keer zo groot was als die van mij. In plaats van dat ze me overeind hielp, tilde ze me plotseling de lucht in. Ik voelde hoe mijn benen los kwamen van de grond. De tijger nam me op haar arm, met het gemak waarop je een kleine peuter oppakt. Mijn staart bengelde over haar arm. Ze drukte mijn hoofd stevig tegen haar schouder. Ik hoorde dat ze begon te spinnen en van dat geluid werd ik wat rustiger.
“Dit is zeker het kleintje waar we al zo lang op gewacht hebben Lilly,” zei de leeuw,” een geschenk uit duizenden.”
Nu ik wat rustiger was nam ik mijn omgeving wat meer in me op. Ik zag dat ik, de tijger die Lilly heette en de leeuw die Alex heette, op een klein grasveldje stonden, grenzend aan een soort wachtruimte, waar al die andere dieren gelaten op een bankje zaten of tegen het hek aan leunden. De meesten waren hun interesse in mij alweer kwijt. Een neushoorn met een blauw uniform aan liep op ons af en zei:” Gefeliciteerd meneer en mevrouw met uw nieuwe kindje.” “Nu graag doorlopen, maak plaats in de immigratiewei.” Ik snapte niet wat de neushoorn bedoelde, maar Lilly antwoordde:” Duizend maal dank nogmaals voor deze kans en ik hoor het wel als Alex of ik nog een formulier moeten invullen en wanneer we op het volgende gesprek moeten komen.” Daarna liep Lilly met mij op haar schouder naar een poort in het hek rond de wei.
Ik zag dat Alex de neushoorn nog een hand gaf, nog even bleef praten en daarna achter ons aanliep.
Deel 3: op weg naar mijn nieuwe thuis
Terwijl we door het hek liepen zag ik allemaal andere dieren, duidelijk ook vrouwen aan hun kleding te zien, naar mij kijken. De meeste maakte lieve geluidjes naar me, zoals je ook tegen een baby praat. Sommige gaven me een aai over mijn hoofd. Ik zag Alex trots en liefkozend naar me kijken. “Als we hier vandaan zijn is het rustiger hoor,” zei hij, “dan zullen we eens zien of je zelf al kunt lopen.” “Vind je dat leuk, kleintje ?”
“Ik weet nog niet zo goed wat ik moet vinden,” antwoordde ik,” ik snap er niets van.” Lilly moest giechelen en aaide over mijn hoofd en rug.
“Ik snap het hoor, zei ze,” morgen mag je alles aan ons vragen, maar vandaag niet. Gebruik vandaag maar om te wennen aan je nieuwe lijfje. Je weet nog niet half hoeveel geluk je hebt dat je voor onze wereld gekozen hebt.”
Ik wist niet wat ik moest antwoorden, dus bleef ik stil. Met grote ogen nam ik de omgeving in me op. Ik draaide mijn hoofd om te zien waar we naartoe gingen.
Achterin de wachtruimte rond de wei zag ik nog een poort met daarachter een zandpad. De weide lag midden in een bos. Nadat we de wachtruimte uit waren werd de geur van alle verschillende dieren minder en maakte steeds meer plaats voor een frisse boslucht. Ik snoof de frisse lucht diep in. Weer moest Lilly giechelen.
“Zo, laat nu maar eens zien hoe goed je kunt lopen,” zei ze,” het dorp is vlakbij en wij wonen aan de rand ervan. Het is voor ons maar 10 minuutjes lopen, dus jouw lukt het ook vast wel.” Ze tilde me van haar arm en zette me op mijn eigen benen. Ik merkte dat ik nog wat wankel stond. Een heel vreemde ervaring als je al meer dan 28 jaar gewend bent dat je kunt lopen. Ik probeerde een stap te zetten en voelde dat ik weer achterover viel. Ook voelde ik dat ik plotseling begon te plassen.
Van de schrik keek ik naar mijn kruis en zag nu pas dat ik helemaal bloot was. Ik zag dat er een klein plasje urine in het zand lag tussen mijn beentjes.
“Ach,” hoorde ik Lilly zeggen,” ben je nog zo klein dat je niet eens zindelijk bent ? Zie je dat Alex, we hebben een peutertje in plaats van een kleuter !”
“Ja,” hoorde ik Alex zeggen,” daar moet ik dan wel weer even aan wennen, weer een kleintje in de luiers.” Lilly omhelsde Alex en zei,” Dit is precies wat ik wilde Alex.
Je weet hoe lang ik heb moeten wachten op mijn eigen kindje. Al die jaren van onzekerheid waren verschrikkelijk. Je weet hoeveel ik van je houd, maar het was verschrikkelijk om te weten dat ik geen kinderen kon krijgen omdat ik verliefd was geworden op een leeuw in plaats van een tijger.”
Daarna begon ze zachtjes te huilen tegen de brede schouder van leeuw Alex. Ik voelde hoe ik ook bedroefd werd. Alsof haar emotie mij raakte. Ik voelde hoe er een traan over mijn wang liep en merkte dat ik mezelf niet kon bedwingen om ook te gaan huilen.
“Ach, ach kleintje,” zei Lilly, zelf nog nasnikkend en nam me weer op haar schouder. “Stil maar, ik ben je nieuwe mammie en alles komt goed. Thuis krijg je lekker een luiertje om en dan mag je eerst een paar uurtjes slapen. Daar knap je vast van op. Ik weet wat je meegemaakt hebt net, dat leg ik je morgen wel uit.”
Het idee van een zacht bed stond me wel aan en nu moest ik ook diep geeuwen. “Hihi,” zei Lilly, “wat een schattige kleine tandjes. En dan die grote, bruine ogen en die puntoortjes.”
“Oh, maar je hebt jezelf nog niet gezien natuurlijk. Wacht maar tot we thuis zijn, dan zal je zelf zien hoe schattig je nu bent.”
Ik was eerlijk gezegd zelf nog wat bang bij het idee om mezelf te zien.
Deel 4: nieuwe papa en mama
Door de warmte van Lilly’s lichaam werd ik zelf weer rustig. Daarna tilde Lilly me weer op en gaf me over aan Alex.
“Zo,” zei de leeuw met zijn zware stem, “ik draag je verder wel naar huis,” en hij zette me op zijn nek, met mijn beentjes over zijn schouders. Nu ik gewend was aan het idee van de twee lopende en pratende roofdieren, voelde ik me eigenlijk wel stoer. Hoog in de lucht, met een echte leeuw om me te beschermen.
“Ja, harder lopen Alex,” hoorde ik mezelf roepen en hoorde dat mijn stem veel hoger was dan ik gewend was. “Zeg maar pappie hoor jochie,” zei de leeuw lachend en begon wat sneller te lopen en daarna wat te rennen. “ Whooohoooo,” schreeuwde ik en begon te lachen. Dat klonk net als het schateren van een echte peuter.
“Die is al niet meer bang volgens mij,” hoorde ik Alex zeggen tegen Lilly. “Nee,” zei Lilly en daarbij keek ze me weer heel erg verliefd aan. Ik voelde me weer warm en rustig worden van binnen en besloot dat ik mezelf maar gewoon over moest geven aan deze bizarre gebeurtenis.
Hoog op de schouders van mijn nieuwe pappa de leeuw, zag ik aan het eind van het pad de eerste huizen van een dorp. Heel het dorp leek uit vrijstaande, kleine huizen te bestaan. Ik zag nergens hoogbouw. In de verte zag ik wel een toren opdoemen. “Wat is dat papa ?,” vroeg ik. “Dat is onze uitkijktoren jongen,” zei papa Alex. Die staat bij de centrale wei in het dorp, waar we alle dorpsfeesten vieren en waar iedereen naar toe gaat als hij anderen wil zien of spreken.”
“Maar dat zal je allemaal nog wel meemaken. Eerst maar eens netjes gaan slapen zoals mama Lilly gezegd heeft.”
Weer moest ik geeuwen bij de suggestie van een bed. Ik had dan ook nog niet geslapen sinds die avond bij vrienden en het ongeluk.
“Ach, ons kleintje is uitgeput,” zei Lilly,” als hij op bed ligt kunnen wij een leuke naam voor hem bedenken. Ik had eerlijk gezegd nog niet nagedacht over een naam voor een vosje. Die zijn best zeldzaam hier.”
“Maar ik heb al een naam hoor,” begon ik,” ik heet gmmd.” Voor ik mijn naam kon zeggen had Alex een hand over mijn mond gelegd. “In deze wereld bestaat je oude ik niet meer jongen,” zei hij. “Nadat je geslapen hebt, leggen we je alles uit, We weten precies wie je bent, of was eigenlijk. We weten ook dat het voor jou niet zo moeilijk moet zijn om een nieuw leven hier te beginnen.”
Dit werd me allemaal een beetje teveel en het begon met serieus te duizelen. Ik voelde hoe ik draaierig werd en hoe het zwart werd voor mijn ogen.
Deel 5: rood vosje
Het volgende dat ik weet is dat ik wakker werd in een warm bed, onder een dekbed met een blauwe overtrek, met allemaal pootafdrukken erop afgebeeld. Ik lag in een klein bed, met houten spijlen, dat naast een raam stond. De rest van de kamer was ingericht als babykamer, met een commode, een kast met speelgoed en boeken en een dichte kast. Ik voelde me veel beter dan toen ik net geland was in deze vreemde wereld. Nu ik zo rustig in mijn bedje lag, kon ik eindelijk goed de tijd nemen om te zien hoe ik er nu uitzag. Mijn handen waren niet veel anders dan ik gewend was. Gelukkig was dat anders dan een echte vos. Natuurlijk waren die wel bedekt met rood haar en had ik lange nagels. Ik merkte dat ik ze kon bewegen, net als klauwen. “Wow,” dacht ik bij mezelf,” nu kan ik de kat thuis eens terug krabben.” Nog even bleef ik met mijn nageltjes spelen en daarna keek ik onder de dekens. Op mijn buik stak de witte plek fel af bij de rest van mijn rode haar. Tussen mijn benen zag ik iets dat ik niet verwacht had. In dacht dat ik gevoeld had dat ik een onderbroek en korte pyjamabroek aanhad of zoiets, maar in plaats daarvan had ik een babyluier om. De luier was wit en aan de voorkant waren er pootafdrukjes op gedrukt. Ik wreef met mijn poot over de voorkant van de luier en voelde dat die warmer was dan ik verwacht had. Nu zag ik ook duidelijk de gele plek. Ik was dus echt een onzindelijke peuter geworden. Daar was ik wel even stil van.
Maar niet lang, want toen zag ik mijn staart weer. Ik pakte het dikke, pluizige uiteinde ervan en drukte die tegen mijn wang. “haha, nu kan ik mezelf knuffelen,” hoorde ik mezelf hardop denken.
Waarschijnlijk had mama Lilly me gehoord, want vlak daarna kwam ze mijn kamer binnen gelopen, naar mijn bedje toe.
“Is mijn schatteboutje wakker ?,” zei ze. Ze tilde me uit het bed en nam me weer op mijn schouder. “Nu wil je vast jezelf wel eens zien,” zei ze. “Ik zal je meenemen naar de spiegel in de badkamer en dan zal ik je ook je naam vertellen.”
“Oh ja, ik heet geen Gerard meer,” dacht ik bij mezelf. Ik was erg benieuwd of ik ooit zou kunnen wennen aan een andere naam.
“Alex,” riep mama Lilly, “kom je ook naar de badkamer ? Hij is wakker.” Daarop kwam papa Alex mijn kamer binnen en nam mij over van Lilly. Met z’n drieën gingen we mijn kamer uit en een gang in. In de gang waren zeven deuren. Ik zag geen trap. “Achterin de gang is de badkamer, beloof me dat je daar nooit alleen naartoe gaat,” zei Alex. “De badkamer, de keuken en onze slaapkamer zijn voor jou verboden terrein, behalve als wij erbij zijn. Ik wil niet dat er ongelukken gebeuren. Beloof je dat ?”
“Ja papa Alex,” zei ik met mijn peuter piepstemmetje. “Mooi,” zei Alex, “de badkamer is achterin de gang, naast jouw kamer. Het is eigenlijk de babykamer van mijn zoon, Ringo, vanaf nu jouw broertje dus. Die is nu bij zijn moeder. Lilly is niet zijn mama, maar ik wel zijn echte papa. Dan weet je dat ook.”
Nu wees hij naar een deur tegenover mijn kamer. “Dat is Ringo’s kamer. Daar mag je wel naartoe, maar alleen als Ringo er ook bij is natuurlijk. Naast Ringo’s kamer slapen mama en Tegen over onze kamer is de wc, die heb jij niet nodig natuurlijk. En aan het andere eind van de gang, naast de voordeur is de keuken, en daar tegenover de woonkamer.
“Dan nu de grote verassing.” Alex droeg me door de gang naar de badkamer. De badkamer was groter dan ik gedacht had, met een ligbad, een douchecabine, een wastafel, een linnenkast en een extra toilet. Boven de linnenkast hingen twee kastjes, met daarin allerlei verschillende toiletartikelen. Op de deur van de kast was een grote spiegel geplakt.
Papa Alex zette me op de vloer en deed zijn handen voor mijn ogen. Ik voelde hoe mama Lilly mijn hand pakte en voorzichtig liep ze een paar pasjes met mij aan haar hand. Ik voelde me vreemd genoeg erg trots. “Ik kan al lopen !,” dacht ik.
Toen we stilstonden zij Alex:” Kijk maar wie je nu bent. Wij noemen je: Red”
Hij trok zijn handen weg van mijn ogen en mijn mond viel open van verbazing.
Ik keek recht in het gezicht van een echte vos. Ik had rode puntoortjes, een zwarte puntige snuit met snorharen en een brede, wit behaarde mond.
Ik zag kleine, scherpe tandjes. Heel mijn lichaam was rood behaard, zoals ik al wist. Op mijn buik zat de bekende, witte plek. Ik zag een dikke, wollige staart, die onrustig achter me langs zwiepte. Wat me anders maakte dan een echt vos, was dat ik natuurlijk veel groter al was, maar ook dat mijn knieën andersom zaten, zodat ik op 2 benen kon staan. Behalve mijn handen was ik verder 100% vos. Onder mijn navel zag ik de pootafdrukjes op de luier tussen mijn benen.
“Red,” zei ik zachtjes tegen mezelf. Mama Lilly ging op haar hurken naast mij zitten, zodat onze gezichten op dezelfde hoogte waren. Zonder verder wat te zeggen bleef ik naar mezelf in de spiegel staren en ook naar het lieve gezicht van mijn tijgermoeder.
Ik zag nu pas dat Lilly iets in haar hand had. Voordat ik kon zien wat het was, werd het al in mijn mond gedrukt en voelde ik iets rubberachtigs, waar ik automatisch op begon te sabbelen. Ik zag in de spiegel dat ik een speentje in had, wit, met een gele ring en bedrukt met alweer een pootafdruk. Ik voelde dat ik heel erg rustig werd door de speen.
Ik had niet gemerkt dat Alex weg was gegaan, maar nu kwam hij terug in de badkamer en zei:” Na deze vreemde dag heb je wel een cadeautje verdiend.” Hij gaf me een vreemd gevormd pakket in cadeaupapier. Ik voelde me ineens heel onrustig worden, ik wilde weten wat er in het pakje zat ! Veel te wild en onhandig probeerde ik het papier los te scheuren, waardoor het natuurlijk niet lukte.
“Oh Alex,” zei Lilly,” je zult wel weer moeten wennen aan een peutertje in huis hoor. Je hebt het veel te moeilijk ingepakt. Zo groot is Redje nog niet hoor.”
Lilly nam het pakket uit mijn handen en ik hoorde mezelf kreunen:”eeuh, pakje !” Ik werd stil van mezelf.
Handig haalde Lilly het plakband los, zonder te laten zien wat er in het pakje zat, Daarna gaf ze het terug. Ik vouwde het open en zag een grote witte bonk haar. Ik keek beter en zag dat het een ijsbeer knuffel was. “Ah, lief, dankjewel papa Alex !,” zei ik.
Ik genoot er op een vreemde manier wel van, me over te mogen geven aan deze nieuwe gevoelens van een peuter. Dit voelde als een nieuwe kans, een nieuw leven. Mijn leven als Gerard was namelijk nooit zo geweldig geweest, maar dat lees je in het volgende deel.