Verhaal Klaar Uit ons gezin, de slotbelevenissen na een drukke zomer

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
Editor's note: in dit verhaal zijn de meeste namen ook weer in het Engels uitgesproken, en dit is het laatste verhaal uit de serie waar ik (jazeker, deze Enderman, ofwel de auteur zelf!) de hoofdpersoon ben!

Dit verhaal is volledig verzonnen, behalve de ik-figuur, want dat ben ik en ik besta wel echt. Ik hoop dat jullie dit verhaal leuk vinden!

Proloog (en de bruiloft en huwelijksreis in een lange notendop)
“En bij deze verklaar ik jullie tot man en vrouw. U mag de bruid kussen.”
Deze woorden hebben onze levens volledig veranderd. Kumatora en Duster zijn eindelijk getrouwd. Het mooiste moment van ons leven als een familie. Zowel Lucas als ik weenden tranen van blijdschap, net als alle andere gasten op de bruiloft, waaronder al onze vrienden. De bruiloft was gehouden in de hoofdstad, in de Empire Porky Building, het meest iconische gebouw dat daar staat. Deze gebeurtenis was de beste van allemaal, en we hadden er ook allemaal een geweldige tijd.
En toen was er ook de huwelijksreis. We zijn precies 3 weken naar Abberdaal in Arizona gegaan, naar een nieuwe, luxe camping. We hadden er allemaal erg veel plezier, en vooral Lucas en ik, omdat we er nieuwe vrienden hadden gemaakt, de meest belangrijke daarvan zijn Jef (één 'f' minder deze keer, en géén Engelse uitspraak!), Brien, en Perry. Ze waren alledrie 12 jaar, en hun ouders gingen ook meer dan prima met onze surrogaatouders om.
Zal ik eens een klein beetje over ze vertellen. Jef is zo'n iemand met een 'square personality', ofwel iemand die ietwat bekrompen is, maar hij is ook erg georganiseerd en kalm, en zoals ik houdt hij normaal gesproken niet van aangeraakt worden, hoewel hij mij of Lucas ook nog wel eens een knuffel aan kon bieden wanneer dat nodig was.
Brien is tamelijk zachtmoedig, maar ook erg slim. Hij kleedt zich graag formeel, maar schijn bedriegt: hij is ook behoorlijk rebels, en vooral toen we spelletjes als tikkertje of standbeeldendans speelden op de grote speelplaats. Tijdens deze situaties hield hij ervan om ons vaak beet te nemen, bijvoorbeeld door veel schijnbewegingen te maken bij tikkertje, of door expres heel snel te praten tijdens 'Simon zegt' (of in dit geval 'Brien zegt'). Verder is hij positief jaloers op mijn sproeten, omdat hij die graag wilt gezien hij rood haar heeft. Oké, denk ik?
Perry deelt echt een persoonlijkheid met mij en Lucas: timide, verlegen, gevoelig en snel bang. Ondanks deze details is hij wel erg aardig, en wij tweeën hadden een heel goede band met elkaar. Hij heeft me zelfs verteld dat hij 's nachts een zwakke blaas heeft, en dat zijn ouders perfect met dit feit omgaan, wat behoorlijk bijzonder is, moet ik eerlijk zeggen. Zijn ouders zijn ook erg lief, het was alsof ik gedurende de vakantie een tweede paar surrogaatouders of een nieuwe oom en tante had.

Duster en Kumatora lieten mij en Lucas grotendeels doen wat we zelf wilden, en die dingen deden we dan ook vaak met Jef, Brien en Perry. Wij vijven gingen bijna overal naartoe: van het waterpark tot de grote markt, en van de overdekte speeltuin tot het museum, van welke de laatste behoorlijk anders was dan die in Fourside, maar da's alleen maar logisch. We gingen zelfs naar de stille disco van de camping (niet moeilijk dat het iedere avond zo ongewoon stil was), en daar hadden we ook erg veel lol gehad, terwijl Duster en Kumatora met zijn tweeën in een grillrestaurant waren op dezelfde avond.
Die drie weken waren zeker weten de leukste, en ons gezin en onze nieuwe vrienden hebben natuurlijk ook gegevens als nummers uitgewisseld, omdat we elkaar toch niet te veel wilden missen.

Nu zijn we allemaal thuis, kijkend naar de grote fotoalbums van de bruiloft en de huwelijksreis. De beste herinneringen ooit. Wij missen die dagen allemaal wel, maar Lucas en ik missen onze vrienden toch wel het meeste. De leuke tijden die we hadden, de tijden waarin elkaar troosten ook essentieel was, hun algemene persoonlijkheid, maar het belangrijkste detail ook, namelijk hoe lief ze waren. We hopen elkaar zeer snel weer uren te kunnen spreken op Skype.

Maar ondanks alles zijn Lucas en ik al die tijd nog steeds niet gestopt met part-time baby zijn in onze vrije tijd. We dragen nog altijd 24/7 luiers en hebben nog altijd een speentje, zelfs gedurende de bruiloft en de huwelijksreis, al hadden we het speentje daar alleen bij het slapen. We hadden wat moeite met dit alles aan onze vrienden te vertellen, maar gelukkig accepteerden ze het nog grotendeels. Terwijl Jef en Brien nog even de tijd nodig hadden om eraan gewend te raken, begreep Perry ons wel een beetje beter, dit grotendeels door zijn zwakke blaas 's nachts. We hebben ze zelfs een paar foto's en video's laten zien van dingen die we thuis hebben, en voor hen was de muziekdoos de meest interessante. Ze waren er allemaal wel een beetje positief jaloers op, en hadden er graag één zoals de onze gewild, en dat is wel logisch, omdat de meeste muziekdozen alleen maar tig miljoen keer hetzelfde liedje afspelen, wat na een tijdje wel saai wordt, en dat snap ik heel goed. Ik ben zo blij dat Duster aan zo'n goed cadeau had gedacht als de muziekdoos die we thuis hebben, met zo veel verschillende liedjes om van te kiezen.

Het is niet dat onze bijzondere belevenissen zijn afgelopen na de bruiloft en de huwelijksreis, hoor. Hierna hebben we best wel meer meegemaakt in en om ons dorp, zoals dat Lucas 12 jaar is geworden, de uitreiking van de nieuwe burgemeester, de officiële opening van het nieuwe (film)theater, noem maar op. En de rest, die je in de hoofdstukken hierna zult lezen...
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
1. Verandering is niet altijd vervelend
Ik lag nog net zo lekker te slapen toen ik opeens een vinger een beetje in mijn oog voelde. Het was Lucas, maar ik weet dat hij dit nooit expres zou doen.
Ik deed zachtjes de vinger opzij en wilde hem voor de grap nog in Lucas' neus steken, maar hield dat plan maar voor me, stak de arm terug door de spijlen van het bed en probeerde nog wat verder te slapen, maar dat ging lastig, want het was al bijna half 9 en we konden op elk moment uit bed gehaald worden.
Intussen voelde ik mijn luier nog wat natter worden, en de rest van de inhoud ervan dus ook aanzienlijk vochtiger. Ik griezelde van het gevoel, en hoopte zo snel mogelijk verschoond en aangekleed te worden.
Niet veel later kwam Kumatora de kamer binnen en zag ze mijn ziekige uitdrukking op mijn gezicht.
“Goedemorgen, meisje” zei ze, en ze haalde me mijn bed uit. “Wat is er dan dat je zo kijkt? Voel je je niet lekker?”
“Ik wel, mama” zei ik, “maar me luier nie.”
“Ach, dan ben je nu toch alleen maar blij dat je nu je bed uit bent?” zei Kumatora. “Want ik weet dat je dat helemaal niet fijn vindt, hè?” Ze had me in een handomdraai verschoond, aangekleed en mijn haar geborsteld, en liet me hierna naar de woonkamer lopen, zodat Lucas in alle rust aan de beurt kon zijn.
“Dada!” riep ik enthousiast toen ik Duster in de woonkamer zag zitten.
“Hallo, meisje!” zei Duster, die me bij zich nam. “Heb je lekker geslapen?”
Ik knikte, en nestelde me een beetje tegen Duster aan, want dat vond ik altijd wel fijn, of het nu zomaar was, of als er echt iets aan de hand was. Ik luisterde naar zijn hart, en voelde het ook een beetje in mijn vingertoppen. Wat hield ik van dat gevoel, het gaf me rust.
Niet veel later kwamen Lucas en Kumatora ook opdagen en konden we aan het eten. We waren bijna klaar toen de huistelefoon ineens af ging, wat normaal echt nooit gebeurde.
“Ik neem 'm wel op” zei Kumatora. “Schat, laat jij Lucas en Marcie zo even van tafel gaan?” Ze liep naar de telefoon, nam hem op en was meteen druk aan het praten en luisteren.
Na nog één vierkantje brood mochten Lucas en ik van tafel om onze tanden te poetsen, waarna we ons op de sofa vestigden om te wachten op Kumatora als ze klaar was met de telefoon, wat uiteindelijk wel zo was na circa 5 minuten.
“Lucas, Marcie, weten jullie nog dat jullie vandaag naar de crèche zouden gaan?” zei Kumatora, die bezorgd klonk. “Nou, ik heb in dat geval slecht nieuws... het gaat niet door. Jasper is ziek, en de rest van de mensen uit jullie lokaaltje moet ook nog even aan dit feit wennen, dus we zien wel wat deze dag verder nog zal brengen.”
Ik knikte teleurgesteld.
“Jammer” zei Lucas hoofdschuddend. “Ikke graag gewild, maar nie dus.”
Ik sloeg een arm over Lucas' schouder en streelde hem een beetje met mijn andere hand.
“Is al goed, Lucas” zei ik, “ik bij je zijn, en wij m'schien prima hebben hier thuis.”
Lucas knikte, en we gingen maar naar onze kamer om daar even met de blokken te spelen, gezien het buiten voorlopig ook nog wel regende en we daarom het park of zo niet konden bezoeken.
“Wa jij denken da gaat komen straks?” vroeg Lucas.
“Geen idee” zei ik. “Ik wel zien...” Intussen bouwde ik iets met meerdere balkjes, en dit deed ik zo zorgvuldig mogelijk, zodat het niet zou vallen.
“Wij zo spelletjes spelen met iemand?” zei Lucas. “Of eh... beetje tv kijken, naar Gumball?”
“Nee, nie tv” zei ik, “ik bij avond pas willen kijken. Nu eerst beetje bouwen, en dan ook beetje wachten op gebeuren.”
Lucas knikte. “Dan ikke ook beetje wachten.”
Ik onderbrak mijn sessie aan bouwen even, keek uit het raam, en dacht terug aan de reis, aan de vierde dag. Lucas, ik en onze drie nieuwe vrienden waren toen aan het picknicken in de lichte regen, die steeds erger werd toen we na het eten met onze laarzen in de modder aan het schrijven waren. Toen we hierna onder het afdak van mijn en Lucas' bungalow scholen, planden we alvast de dingen voor de komende dagen, tot ik plots een dikke spin aan zijn web recht voor mijn neus zag. Ik kon er momenteel wel even om lachen, maar toen niet.
“Wa zo grappig zijn, Marcie?” vroeg Lucas.
“Jij nog die spin weten bij schuilen op de reis?” vroeg ik. “Bij plannen? Ik nu wel om kunnen lachen.”
Lucas lachte een beetje met me mee, en besloot me te helpen met het bouwen van hetgene waar ik mee bezig was, maar we lieten het beiden per ongeluk vallen omdat we schrokken van iemand die op de deur aan het kloppen was. Ook mijn blaas schrok daar best van.
“Kom, naar de woonkamer” zei Lucas, die opstond, “m'ssien wel iemand zijn wij kennen.”
Ik stond ook op, en ging achter Lucas aan naar de woonkamer, waar we direct op de sofa gingen zitten en luisterden naar de geluiden uit de hal.
“Hallo, kom maar binnen, hoor” hoorde ik Duster zeggen. “Ik vind dat het slecht weer is, en jij?”
“Valt mee” zei degene, “het is maar water, hoor.” De stem klonk als die van Nana, maar was het haar ook? Ik hoopte diep van binnen van wel.
“Ik denken, da Nana zijn” zei ik, “als ook zo is, zou heel leuk zijn.”
Lucas knikte, en friemelde nerveus met zijn vingers.
De woonkamer deur ging open, en mijn vermoeden klopte. Het was inderdaad Nana, zonder Fuel bij zich, maar met vochtig haar van de regen.
“Hallo, Lucas en Marcie!” zei Nana. “Jullie ma had mij opgebeld, dus ik ben maar gekomen. En weten jullie stiekem ook waarom dit zo is?”
“Jasper ziek zijn” zei Lucas, “en dus nie crèche vandaag.”
“Nee” zei ik, “en ook nie Peri, Fufu en andere mensjes.”
“Dat is volledig waar” zei Nana, die tussen ons in op de sofa kwam zitten, “en ik snap heel goed dat jullie dat jammer vinden, maar laten we van deze dag wel het beste maken, hè?”
Lucas en ik knikten instemmend.
“Dus wat willen jullie gaan doen?” vroeg Nana. “Televisie kijken? Of gewoon een beetje bijkletsen?”
“Nee, nie tv” zei Lucas, “wij da in de avond pas kijken.”
“Ja, beetje praten is wel leuk” zei ik. “Jij beginnen? Want jij al gehoord van onze reis, met mama en dada, en vrienden Jef en zo, hè?”
“Dat vond ik zeker een leuk verhaal” zei Nana, die op de groepsfoto van de laatste reis op de muur wees, “ik zou op een dag ook best naar die camping willen. Zal ik jullie eens vertellen over mijn buurt?”

De late ochtend en de middag vlogen voorbij. Ondanks dat Nana er was, waren Duster en Kumatora voor het geval dat er iets kon gebeuren nog wel thuis, maar zij waren grotendeels op de ouderlijke kamer en in de kelder aan het werk, met de was en zo.
De lunch die Nana had gemaakt was erg lekker, ze had brood geroosterd en daar rechtstreeks jam op gedaan, wat wel een beetje plakkende rommel gaf (wat aan de andere kant toch al niet zo erg was wegens het feit dat Lucas en ik een doek voor hadden), maar toch erg lekker was.
We waren momenteel weer met de blokken aan de gang, maar ik voelde nu hoe erg mijn luier opgeblazen was, en hing als ik stond.
“Nana, ik een droge luier hebben?” vroeg ik, terwijl ik tegen de commode aan ging staan.
“Tuurlijk” zei Nana, die haar handen onder mijn oksels deed om mij de commode op te krijgen, maar dat ging vaak niet. “Mijn hemel, wat ben jij zwaar geworden laatste tijd, of ligt het aan mij?” Ze probeerde het nog eens, en ik werkte intussen natuurlijk ook wel een beetje mee, maar pas bij de zevende keer lag ik echt op de commode, waar ik kreeg waar ik om vroeg. Het hierna van de commode af gaan ging echter wel wat makkelijker, omdat dat vaak logisch was met ergens van af gaan.
“Ik wel beetje zwaar hoor, Nana” zei ik, “maar nie voor mama en dada, zij wel sterk.” Ik ging terug zitten en pakte wat blokken omdat ik nu even voor mezelf wilde beginnen.
“Misschien moet ik dan wat meer spieren kweken” lachte Nana, “maar het enige probleem is dat ik daar nauwelijks tijd voor heb!” Ze hielp Lucas verder met zijn werkje.
Intussen praatten wij drieën zo nu en dan ook nog een beetje, maar toen de vraag of we nou echt tv wilden kijken weer opnieuw kwam, werd die door mij en Lucas wel heel veelvuldig met nee beantwoord.
“Man, man, man” zei Nana hoofdschuddend met een grijns, “jullie lijken Fuel soms wel, zeg, die ook zo frequent nee tegen me zegt.”
“Maar wij nie nee buitjes hebben, Nana” zei Lucas, “en Fufu wel altijd, hè? Ikke da vaak merken.”
“Ja, hij altijd nee zeggen” zei ik, “ook als nie iets aan handje is.”
“Da's toch helemaal niet waar” zei Nana, “hij zegt ook nog wel eens ja, bijvoorbeeld als ik hem vraag of hij na het bad naar Clarence wilt gaan kijken, lekker met zijn knuffels en onder een lekker warme deken en zo.”
“Dan wij mama ook vragen wij tv kijken na bad, Marcie?” stelde Lucas voor.
“Ja, maar wij dan wel Gumball kijken, want jij da willen, hè?” zei ik, terwijl ik mijn werkje voor de derde keer omgooide, omdat ik dat altijd wel leuk vond.
Rond 3 uur vonden Lucas en ik het wel mooi geweest, en waren we redelijk moe geworden, dus hadden we eerst alle blokken terug in de doos gestopt en de doos weer terug in de kast gezet, en kon Nana ons direct in bed stoppen.
“Ik vond het leuk vandaag” zei Nana, “en jullie?”
“Ja, best wel” zei ik, “wij op een andere dag weer zo leuk hebben?”
“Ikke ook leuk vonden” zei Lucas.
“Da's fijn om te horen” zei Nana. “Als jullie slapen, dan ben ik misschien al vertrokken, dus alvast tot later.” Ze gaf ons beiden een zoen op het voorhoofd en liep naar de deur van de kamer. “Trouwens, ik vind dit een erg mooie kamer, ik ben er stiekem wel jaloers op. Slaap lekker!” Ze ging de kamer uit en sloot zachtjes de deur.
Ik ging op mijn zij links liggen, friemelde wat aan mijn speentje en luisterde naar de regen die nog steeds een beetje op het raam tikte. Ach, als 17-jarige hield ik zo van dit weer, en vooral op de reis heb ik er zeer van genoten, terwijl sommige andere mensen me er juist een beetje gek om vonden, maar dat hinderde niet.
Lucas lag op zijn buik, zijn rechterhand door de spijlen, met een beetje bewegende vingers. Ik zag een klein beetje dat hij ondanks zijn slotjesbeugel zijn speentje toch nog in zijn mond kon houden, en dit deed hij al ruim twee maanden, en ik vond dat zo knap van hem, want ik kon in die tijd niet eens duimen of velletjes van mijn vingers weghalen met mijn tanden...
Ondanks dat probeerde ik toch nog aan rustigere dingen te denken en me op mijn speentje te concentreren, en dat hielp wel, want na een tijdje lag ik weer lekker te slapen.

Om half 6 werd ik wakker van Lucas die me in mijn wang kneep.
“Au...!” zei ik, nog redelijk slaperig. “Dat deed me pijn!” Niet omdat hij lange nagels had, want ik had bijna een jaar terug ervoor gezorgd dat ze voor altijd even lang bleven*, maar omdat hij me nogal hard kneep.
“Sorry” mompelde Lucas, “ikke nog beetje slapen...”
“Ach, dan nie zo erg” zei ik, terwijl ik de dekens van me af schopte.
Kumatora deed de deur van de kamer open.
“Hallo, Lucas en Marcie” zei ze, “hebben jullie nog een beetje kunnen slapen?”
Lucas en ik knikten, en wilden gelijk ons bed al uit, en ik wilde dat zelf omdat ik voelde dat mijn luier gek genoeg nog lang niet zo nat was.
Kumatora haalde Lucas eerst het bed uit en voelde aan zijn luier, constaterend dat die ook nog wel een tijdje mee kon. Hierna gebeurde hetzelfde bij mij, en gingen we naar de woonkamer, waar de tafel al gedekt was, maar het eten nog op het fornuis in de keuken.
Lucas en ik werden in onze stoelen gezet en kregen een doek voor. We deden beiden ons speentje uit, omdat het eten op elk moment klaar kon zijn.
“Was het leuk met Nana?” vroeg Kumatora, die ook aanschoof.
“Ja, was leuk, mama” zei ik, “en zij zeggen, Fufu nie altijd nee zeggen, want hij wel ja zeggen tegen Nana bij vragen of hij Clarence ging kijken na het bad. Dus ik nu vragen: wij na bad naar Gumball kijken?”
Please?” smeekte Lucas. “Ikke da ook willen, mama!”
“Van mij mag het” zei Kumatora. “Ik zal het proberen te onthouden, en jullie hebben het ook wel verdiend, want ik hoorde van Nana dat jullie daarnet geen tv wilden kijken!” Ze lachte erbij.
Ik knikte, en dacht bij mezelf: vanaf morgen kunnen we misschien beter wat vaker kijken, want ik wil best tussen vermijder van schermen en tv-zuignap in zitten qua status!
Ongeveer een kwartier later zaten we vroeg aan de aardappels uit de oven, want Duster had zelf geen idee wat er anders klaar moest worden gemaakt. Maar ondanks dat was het prima te eten, en waren we ook al snel klaar. Kumatora nam het afwassen op zich, terwijl Duster stof ging zuigen, want dat was eens per week ook wel eens nodig, dus Lucas en ik mochten na het in de wasmand doen van ons doek naar onze kamer, zodat we geen last zouden hebben van het lawaai in de woonkamer.
In onze kamer zaten we op het kussen gewoon een beetje in onszelf te zijn. Ik was weer eens aan het fantaseren over de reis, over de overige dagen met regen. Op één zo'n dag mocht ik eens met Brien een spelletje op zijn tablet spelen, maar daar stonden zó veel spelletjes op, dat ik eerst niet meer kon kiezen. Uiteindelijk speelden we samen Plants vs. Zombies en Pocket Mortys, gepaard met veel gelach omdat ik het zelf minder goed bleek te kunnen dan hij.
Ik schrok uit mijn fantaseren van Lucas die ineens ergens van in een deuk bleek te liggen.
“Wa zo grappig zijn?” vroeg ik.
“Jij nog weten van onze reis in maart?” vertelde Lucas. “Met Jeff en Tony en zo? Wel, wij toen met mama en dada praten op de pc, en jij zo beetje vertellen van Jeff en de spin, en 'was' zeggen, en toen Tony zeggen 'is nog steeds!', en jou beetje kietelen, da zo grappig!” Hij giechelde er nog eens bij.
Niet veel later was alle herrie in de woonkamer voorbij, en kwam Kumatora even bij ons kijken.
“Zo te zien gaat het prima hier” zei ze, “maar merk ik ook dat het zo goed als badtijd is, ben ik bang.”
We volgden haar gelijk naar de badkamer, en daar voelde ik even wat aan mijn luier. Serieus, ik had erin gedefeceerd zonder dat ik het zelf door had, waarschijnlijk van die schrik van net! En te bedenken dat dit al anderhalve maand zo was, en ik schrok er gek genoeg nauwelijks meer van. Hetzelfde gold voor Lucas, die gewoon zijn schouders erbij ophaalde.
Toen de badkraan open was gezet en het bad zich vulde, werden Lucas en ik om de beurt volledig uitgekleed en 'daar' eens goed schoongelapt, en mochten we het bad al in toen het halfvol zat en er al zeep in was gedaan. We mochten er ook zelf de eendjes in doen, en daar waren we wel even zoet mee, ook toen de badkraan uit werd gezet en ons haar nat gemaakt.
“Wat zijn jullie toch twee zoetjes, nietwaar?” zei Kumatora liefkozend, terwijl ze het washandje over Lucas' gezicht heen haalde. “Ik kan me serieus bijna geen betere personen in mijn leven voorstellen.”
“Ikke, Marcie en dada goede mensjes zijn?” vroeg Lucas.
“Zeker” zei Kumatora, “ik kan me niemand anders bedenken, wij als gezin zijn perfect, en ook vaak bevriend met meerdere goede mensen, hè?”
Ik knikte en glimlachte, maar probeerde niet te blozen. Op de meest recente reis vond ik één van onze drie vrienden op de camping namelijk stiekem hartstikke leuk, maar ik durf aan jullie voorlopig helaas nog niet te verklappen wie...!
Om ongeveer 10 over half 7 wilden Lucas en ik uit het bad, en zo gezegd, zo gedaan, waarna we werden afgedroogd, van een schone luier en slaapkleding voorzien, en terwijl we onze tanden poetsten, ook ons haar nog voor een tweede keer werd gedroogd met de föhn.
Toen dit alles klaar was, zaten we gezellig met zijn vieren op de sofa, ook met een paar knuffels erbij, en Lucas en ik ook met ons speentje in.
Zoals er eerder vanavond werd gevraagd, werd er ook een deken geregeld waar we gezellig met zijn vieren onder zaten, en keken we een paar uur naar Gumball en Huize Herrie op tv.
Om kwart over 9 merkte vooral Kumatora dat ik en Lucas behoorlijk moe waren geworden van het kijken, en brachten zij en Duster ons maar naar bed toe. Alles werd weer voor ons geregeld: gordijnen zo goed als dicht, centrale licht uit, nachtlichtje aan, ingestopt en wel, speentje, en de muziekdoos.
“Slaap lekker, zoetjes” zei Kumatora, toen ze ons beiden een zoen op het voorhoofd gaf en eerst de kamer uit liep.
“Goedenacht” zei Duster, die hetzelfde als Kumatora deed, en vervolgens achter zich de deur sloot.
Lucas en ik keken elkaar nog even aan, misschien konden we nog wel ergens over praten, maar uiteindelijk concludeerden we er beiden uit dat dit dus niet waar was.
“Slaap lekker” zeiden we maar tegen elkaar, waarna we elkaar een 'nachtzoen' gaven via de speen, en niet veel later al diep lagen te slapen.

*zie 'Van veel verdriet naar een verhuizing en veel vrienden'.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
Editor's note: in dit hoofdstuk krijgen Jerry en Darlie, de ik-persoon en zijn zusje uit <a href="http://www.ab-dl-tb-club.nl/index.php?topic=18691.0">deze short</a>, een gastrol, zoals ik het daar in één van de comments heb beloofd! :)

2. Bijzonderheden in het park
Ik werd om 9 uur wakker, en mijn voeten voelden ijskoud aan. Ik kon ze helaas niet zo heel goed verwarmen, dus ik hield ze maar een beetje tegen elkaar aan.
Ik ging rechtop zitten, boog me een beetje naar Lucas' bed, en voelde wat aan zijn voeten, die ongeveer net zo koud waren.
Lucas schrok wel lichtelijk wakker van hoe ik aan zijn voeten voelde.
“Nie schrikken, Lucas” zei ik, “ik alleen jouw voeten even voelen, die net als mijne beetje koud zijn.”
“Ja, hè?” bevestigde Lucas, die ook rechtop ging zitten.
Ik keek even de kamer rond, en het licht van buiten scheen al een beetje door de gordijnen heen. Ik kon door het kiertje een klein beetje zien dat er geen regen was vandaag, dus als we vanmiddag naar het park zouden willen, was er hoop.
Niet veel later kwam Kumatora de kamer binnen.
“Goedemorgen” zei ze, “hebben jullie lekker geslapen?”
“Jawel” zei Lucas, “maar ikke en Marcie wel kouwe voetjes hebben, en nie zo beetje ook.”
Ik knikte ter bevestiging van de net gesproken zin.
“Dan zal ik nieuwe slaapkleding voor jullie regelen” zei Kumatora, “met voetjes eraan of zo, want ik vind het laatste tijd ook wel koud worden inderdaad...” Ze haalde mij eerst het bed uit voor een schone luier, de borstel door mijn haar en mijn kleding voor vandaag, waarna ik zelf mijn slaapkleding in de wasmand mocht doen voordat ik naar de woonkamer ging, terwijl Lucas intussen ook verschoond en zo werd.
“Goedemorgen, Marcie” zei Duster, die in de keuken alles voor het eten straks aan het voorbereiden was. “Goed geslapen?”
“Jawel” zei ik, “maar dada, ik en Lucas beetje kouwe voetjes gekregen, dus wij van mama andere slaapkleding krijgen.”
“Dat begrijp ik heel goed” zei Duster, “want ik heb zelf ook al langere mouwen en zo aan, en zelfs sokken, want anders heb ik straks vierkante tenen of zo, omdat die dan bijna bevroren zullen lijken.” Hij lachte erbij.
Ik liep intussen naar de woonkamer en ging daar op de sofa zitten en uit het raam kijken. Het waaide buiten behoorlijk hard, moet ik zeggen, ik zag op straat zelfs een kleine wervelvind aan blaadjes in de rondte waaien. Het was echt al bijna herfst.
Niet veel later kwamen Lucas en Kumatora ook opdagen, en stond ik van de sofa op om door Kumatora als tweede in mijn stoel te worden gezet en een doek voor te krijgen.
“Mama, buiten alleen waaien nu” zei ik, “en ik vandaag best naar park willen, en jij?”
“Ik vind het prima” zei Kumatora, “zo'n klein beetje wind kan toch geen kwaad, hè?”
“Ikke ook naar park willen!” zei Lucas enthousiast.
“Rond een uur of 11, oké?” stelde Kumatora voor.
Lucas en ik knikten, en deden beiden ons speentje uit, gezien Duster eraan kwam met de borden, onze flessen en alle andere dingen voor het eten, voordat hij zelf aan tafel ging zitten.
“Dada, jij ook naar park willen rond elf uurtjes?” vroeg ik. “Want ik en Lucas vandaag daar willen zijn.”
“Prima idee” zei Duster, “en er is dan ook prima weer vandaag, dus het is goed.”
Lucas en ik glimlachten er breed bij, en die glimlach was nauwelijks van ons gezicht te krijgen voor de rest van het eten.
Na het eten, de afwas die door Kumatora werd gedaan en het tandenpoetsen mochten Lucas en ik eventjes met de knuffels televisie kijken, terwijl de wagen en alles voor straks in het park werden voorbereid.
“Jij nog van de tuinmuur weten, Lucas?” vroeg ik, terwijl ik naar buiten wees. “Met die grote grijze wolk en die harde wind die Greg en zo weg blies? Ik denken, hè, da in het echt nie kunnen gebeuren.”
“Da ook nie kunnen gebeuren, hoor” zei Lucas, “nie bij ons dan.” Hij richtte zijn blik weer gelijk op tv toen hij een bekend begin van een liedje hoorde. “Tijd voor avontuur!” Hij klonk erg enthousiast.
Ik vond dat programma zelf ook erg leuk, dus ik had mijn blik hierbij ook even nergens anders op gericht.
We hadden lekker lang gekeken, totdat het bijna 11 uur was, toen was het programma afgelopen en zette ik de televisie uit.
“Ikke benieuwd zijn of da meisje nog vriendjes wil worden met Finn en Jake...!” zei Lucas, over het feit dat er in het programma net een personage was die mijn volledige voornaam deelde, en die was eerst niet erg vriendelijk tegen Finn en Jake, dus het zou ons best benieuwen hoe het verder zou gaan.
Ik knikte bevestigend, stond op van de sofa, nam Lucas mee en we gingen naar de hal.
“Mama, dada, wij al naar park willen, hoor!” zei ik. “Jullie al klaar?”
“Ik al wel!” zei Kumatora. “Duster is nog even in de badkamer, zal ik intussen even kijken of er een luier verwisseld kan worden?”
Ik knikte, want ik voelde de mijne al best hangen.
“Ja, ikke ook natte luier hebben” zei Lucas.
Zo gezegd, zo gedaan, en op hetzelfde moment was Duster ook al bijna klaar om te gaan. We hoefden nu alleen nog maar onze jassen en schoenen aan, en Lucas en ik werden ook nog even in de wagen gezet, en toen konden we gaan.

Het was goed dat we naar het park toe konden, want de lucht mocht dan wel grijs zijn, maar er viel nog steeds niets in de richting van regen.
Ik was eerder nog niet echt naar het park geweest, maar nu zag het er allemaal erg mooi uit, alsof het een soort botanische tuin was, vanwege de zeldzame bloemen die er waren.
Na voor een goede tijd gelopen te hebben stopten we bij een houten bankje, en Kumatora maakte de riemen van mij en Lucas los, zodat we alles ook te voet een beetje konden bekijken.
“Mama, jij hier blijven?” vroeg ik. “Ik nie verdwalen, hoor.”
“Ikke ook nie” zei Lucas.
“Natuurlijk, lieffies” zei Kumatora. “Ik zal een oogje in het zeil houden, en jullie kennen jullie grenzen al, hè?”
“Ja, mama” zeiden Lucas en ik tegelijk, toen we verder liepen.
We liepen voorzichtig, terwijl we ook elkaars handen vasthielden. Ik 'moest' ook iedere boom aanraken die ik wel tegenkwam, omdat ik niet zeker wist of ik er nou in wilde klimmen of niet.
“Lucas, wij in die boom klimmen?” vroeg ik, terwijl ik een boom aanraakte die een brede tak net boven de grond had.
“Wij beetje proberen” zei Lucas. “Jij eerst.”
Ik deed wat me werd gevraagd, maar was nog steeds even voorzichtig. Uiteindelijk ging ik op één van de hogere takken zitten, wat een stuk beter voelde door de luier onder mijn kleding.
“Lucas kijken!” riep ik. “Ik heel hoog! Jij ook komen?”
“Ja hoor” zei Lucas, die op dezelfde tak als ik klom. “Mama, dada, kijk! Wij nu op een tak zitten!”
“Wees maar voorzichtig” zei Duster, “voordat jullie vallen of zo.”
“Ja, dada” zei ik, maar mijn stemming veranderde abrupt toen ik naar beneden keek. “Eh, Lucas... ik bang van hoogtes...” Tegelijkertijd keek er een voorbijganger naar mij, maar hij leek te verlegen om iets te doen. Hij hield zich nog vast aan de handvaten van de rolstoel die hij alle tijd voortduwde, waarin iemand al zat, waarschijnlijk zijn zusje of zo.
“Oh nee...” zei Lucas, die nu ook een beetje bang was. “Ikke ook...” Hij hield zich aan me vast, maar dat had hij beter niet kunnen doen, want hierna vielen we beiden van de tak af.
“Mama!” schreeuwde ik, terwijl we beiden vielen, en met een flinke bom op het mos onder de boom vielen.
“Jongens, gaat het wel?” riep de voorbijganger, met een klank van paniek in zijn stem, terwijl hij naar ons toe kwam en het meisje in haar rolstoel even alleen achterliet.
“Lucas! Marcie!” riepen Duster en Kumatora tegelijk, terwijl zij ook naar ons toe kwamen.
Lucas en ik waren beiden met stomheid geslagen van de pijn, en begonnen te wenen.
“Ik zei nog zo dat jullie voorzichtig moesten zijn...” zuchtte Duster.
“Wat is er precies gebeurd?” vroeg de voorbijganger. “Kunnen jullie het uitleggen?”
“Ikke aan Marcie vasthouwen...” weende Lucas, “en wij hierna vallen...”
“Kom maar, lieverd...” zei Kumatora, die Lucas eerst optilde, hem aan Duster overhandigde, en hierna mij optilde. “Hebben jullie pijn?”
Ik knikte, weende wat harder, en begroef mijn gezicht in Kumatora's borst.
“We kunnen maar beter zitten en rustig worden” zei Duster, toen wij vieren weer naar het houten bankje gingen.
De voorbijganger kwam er ook bij zitten, nadat hij het meisje en haar rolstoel naast het bankje had geparkeerd.
“Ik was ook best wel geschrokken” zei hij. “Ik vermoedde al dat het zou gaan gebeuren, en toen was dat vermoeden nog waar ook. Omdat ik ook geregeld uit bomen ben gevallen toen ik ongeveer hun leeftijd had... in dit geval, tien tot twaalf of zo?”
“Dat heb je honderd procent mis, jongeman” zei Kumatora. “Lucas is slechts 21 maanden en Marcie is slechts 2, ook al mogen ze er al wat ouder uit zien voor hun leeftijd.”
Intussen waren Lucas en ik al wat kalmer geworden, haalde ik mijn gezicht uit Kumatora's borst, en stak mijn armen en zeer beweeglijke handen naar de voorbijganger uit, terwijl ik wat brabbelde.
“Gaat het, Marcie?” vroeg de voorbijganger.
“Beetje...” zei ik. “Jouw naam?”
“Ik ben Jerry” zei de voorbijganger, “en dit...” Hij wees op het meisje in haar rolstoel. “...is mijn kleine zusje Darlie. Zij is twaalf, en ik ben vijftien. Ik heb ook een oudere broer Leonard die zeventien is.”
“Ik heb van Leonard gehoord” zei Duster. “Want weet je, mijn nichtje Peridot kent hem, want ze kwam vaak op die school langs.”
“Hoe ziet ze eruit?” vroeg Jerry. “Was zij niet die met blond haar, groenblauwe ogen, en een beetje aan de magere kant? Omdat ik haar misschien ook gezien heb. Ik was destijds ongeveer tien.”
“Ja, dat is haar” zei Kumatora. “Ze komt soms bij ons langs, omdat ze heel veel van haar dunkle houdt. Toch, schat?”
Duster knikte, glimlachte en de twee zoenden elkaar eventjes.
“Ik ben Duster, trouwens” zei Duster, “en dit is mijn vrouw, Kumatora. Je kent onze kinderen al, en dit is ons gezin.”
Jerry knikte, en glimlachte naar hoe schattig Lucas en ik konden zijn.
“Jerry?” vroeg Lucas. “Darlie ook lief meissie zijn?”
“Meestal wel” zei Jerry. “Ze houdt ervan om met mij, Leonard of onze ouders buiten te zijn, en ook om te snoezelen in het dagcentrum, maar op beide benen staan vindt ze echt niet leuk aangezien ze vanaf onder haar borst verlamd is, en dat is logisch, omdat ze daar niets kan voelen, en ik ben bang dat dat niet meer op te lossen is.”
“Dat is niet fijn” zei Kumatora een beetje geschrokken. “Dus daarom zit ze in een rolstoel... ik snap het volledig.”
“Ze is ook een beetje aan de kleine kant voor haar leeftijd” vertelde Jerry verder, “wil je het zien?” Hij stond op en ging recht tegenover Darlie staan. “Nu niet in paniek raken, Darlie, want ik wil ze je lengte laten zien, oké?” Hij gebruikte gebaren tijdens het praten. Misschien was Darlie wel doof, of kon ze niet praten? Ik zou er snel genoeg achter komen. Ik maakte me erge zorgen over haar reactie, dus ik hield me weer aan Kumatora vast.
“Het komt goed, Marcie” zei Kumatora, die me over mijn rug streelde. “Als ze heftig reageert, zal ik je oren bedekken, oké?”
Ik knikte, en keek hoe Jerry Darlie uit haar rolstoel haalde. Ik was best wel verrast over hoe sterk hij eigenlijk was.
Jerry probeerde Darlie te steunen, die nu op haar beide benen stond, maar zonder goed resultaat. Darlie raakte in paniek, en begon hard te schreeuwen, en Jerry ging meteen zitten terwijl hij haar nog vasthield.
Kumatora legde snel haar handen op mijn oren. Ik keek naar rechts, en zag hoe Duster ook Lucas' oren bedekte.
“Ik begrijp hoe je je voelt, kleine Marcie” zei Jerry, die articuleerde gezien mijn oren nu beschermd werden. “Darlie kan heel hard schreeuwen, al ben ik als haar broer inmiddels behoorlijk wat gewend.” Hierna richtte hij zijn aandacht terug op Darlie, en probeerde haar te troosten.
Na een tijdje was Darlie's geschreeuw overgegaan naar gesnik, dus haalden Duster en Kumatora hun handen van mijn en Lucas' oren weg.
“Mozeskriebel” zuchtte Kumatora. “Daarnet had ik best wel een tweede paar handen gewild.”
“Dat dacht ik precies” grinnikte Duster, “al zijn buiten de geluiden altijd erger, denk ik.”
“Vinden jullie het echt fijn om kinderen als deze te hebben?” vroeg Jerry. “Want ik ken Eve Everly namelijk, die op school één klas hoger zat dan ik, en zij zei eens dat ze het fijn vond om een baby te zijn in haar vrije tijd. Zijn Marcie en Lucas ook zulke mensen, als ik vragen mag?”
“Jazeker” zei Duster, “en zij hebben deze levensstijl nou eens liever, dus ons maakt het geen fluit uit.”
“Klopt” zei Kumatora, “en als ze het fijn vinden, accepteren we dat gewoon.”
“Klinkt interessant” zei Jerry. “Weet je, Darlie's eigenlijke leeftijd mag dan wel twaalf zijn, maar gezien ze een maand te vroeg geboren is, wat gepaard ging met veel complicaties en zo, functioneert ze sindsdien als een kindje van een maand of vijftien, dus ze zal technisch gezien voor altijd een baby blijven.”
“Hoe reageerde je hierop?” vroeg Duster. “Zeg maar op de complicaties en alles over haar ontwikkeling?”
“Geen idee, eigenlijk...” zei Jerry, half in gedachten. “Maar ik weet nog wel dat Leonard hier behoorlijk van slag van was, hij had dagenlang geweend en zo. Mijn ouders hebben me destijds gezegd dat ik stoïcijns of zo was, en soms herinnert mijn vader mij er te vaak aan wanneer ik Darlie troost. Dat is niet aardig van hem, toch?”
“Man, man, man” zei Kumatora hoofdschuddend. “Ik moet zeggen dat je vader in dat geval tegenwoordig nog stoïcijnser is dan jij destijds.”
“Darlie baby zijn?” brabbelde ik, terwijl ik mijn blaas voelde ontspannen.
“Technisch gezien wel” antwoordde Jerry. “Maar aan de andere kant weet ze wel erg veel. Bijvoorbeeld als ik haar eten geef, dan valt ze niet te foppen als ik met de lege lepel naar haar mond toe ga!” Hij glimlachte, en aaide Darlie door haar korte, golvende, donkerblonde haar. “Toch, Darlie?”
Darlie glimlachte maar wat, en giechelde op haar unieke manier.

Na het bezoek aan het park mochten we met Jerry en Darlie mee naar hun huis. Ze bleken slechts één straat verder weg van ons te wonen, en ze woonden ook in een huis met maar één centrale verdieping, omwille van Darlie in haar rolstoel, maar het huis was wel ietsje groter dan die van ons.
Alleen Leonard, hun oudere broer, was thuis, en hij was toevallig lunch aan het maken. Duster, Kumatora, Lucas en ik mochten mee komen lunchen, en we hadden geluk, want we kregen pannenkoeken voor lunch, en dat was bij ons eigen huishouden al eeuwen geleden beloofd, maar die belofte was blijkbaar vergeten, dus die lunch van daarnet was een goeie herinnering eraan.
We hadden ook een rondleiding door het huis gekregen, en Darlie's kamer gezien met allerlei aangepaste meubels, en Jerry en Leonard hun gedeelde kamer, waar alles er goed geordend en netjes uit zag, maar schijn bedriegt. Jerry heeft ons verteld dat hij in zijn vrije tijd stiekem luiers draagt omdat hij dat een fijn gevoel vindt, maar hem gaat het niet om het terug klein zijn, gewoon puur om het gevoel. Zo'n iemand had ik van mijn leven serieus nog nooit ontmoet, ik kende hooguit mensen die er dan ook klein bij wilden zijn.
“Ach, iedereen is anders, hè?” had Jerry ons gezegd, “en anders is leuk.” Zeer wijze woorden.
Nu zijn we weer thuis, Lucas en ik hebben zojuist onze luier weer laten verwisselen, en nu zijn we met zijn vieren lekker aan het relaxen, omdat er net zoveel prikkels waren geweest, allemaal beginnend met mijn en Lucas' val uit de boom.
“Hebben jullie je heel erg bezeerd bij die val uit die boom van daarnet?” vroeg Duster, “of valt het mee?”
“Klein beetje onder me rugje” zei Lucas, die op zijn zij lag.
“Hele blauwe buik zal ik krijgen!” riep ik. “Ik vol op me buik gevallen!” Ik lachte erbij.
“We zien wel of je buik echt zo blauw zal worden of niet” lachte Kumatora, “ik heb het namelijk nog nooit zelf gezien.”
“Ik ook niet” zei Duster, “hooguit mijn eigen blauwe been, maar het kan erger, nietwaar?”
Kumatora had intussen haar laptop erbij gepakt en rommelde er een beetje op rond. Geen bijzondere personen online op Skype, geen meldingen over updates, zelfs niets bijzonders te zien in de afspeellijst van de muziekspeler.
“Wij beetje tv kijken, dada?” vroeg Lucas, die zich begon te vervelen.
Duster knikte, en overhandigde de afstandsbediening aan Lucas. De tv werd aangezet, en alle programma's leken saai, totdat de cartoons kwamen, waarbij Lucas en ik een paar uurtjes Gravity Falls en Clarence keken.
Man, wat was dat lang geleden sinds we die voor het laatst hadden gezien, want op de camping hadden ze maar een beperkt aantal zenders, en hierna hadden we geprobeerd vol te houden om niet zoveel tv meer te kijken, wat best wel tegenvalt, eerlijk gezegd.
Op het moment dat op de tv degene achter de grote schaduw onthuld werd, hoorde ik hoe Kumatora druk begon te typen op de computer. Ik keek even snel in het hoekje van mijn ogen, en zag dat ze een interessant gesprek begonnen was op Skype, maar met wie, dat maakte nu even niet uit.
Maar ja, op het moment dat het volgende programma was gekomen en de eerste zinnen van de scène werden gesproken, hoorde ik hoe zowel Duster als Kumatora net iets te hard in lachen uitbarstten.
“Nou, mama, dada, nie lachen!” zei ik lichtelijk geïrriteerd. “Ik de tv willen horen!”
“Sorry, pluisjes” zei Duster, nog nagniffelend, “maar soms kan in stilte praten ook leiden tot iets dat toevallig grappig is.” Hij ging maar naar de keuken, ook om het eten klaar te maken, want inmiddels was het al bijna 10 voor 6 geworden.
“Het spijt me voor het gelach, Marcie” zei Kumatora, “maar ik en Duster wilden jullie niet graag storen, dus we gingen maar chatten met elkaar, maar dat leidde dus onverwacht tot hilariteit.”
“Is al goed, mama” zei Lucas, “ik deze toch al beetje kennen. Mensjes daar ook beetje lijken op vrienden van de camping, hè?” Hij wees op de personen die nu op tv waren.
“Dat kan waar zijn” zei Kumatora. “Sterker nog, mij is door hun ouders verteld dat zij er letterlijk gebaseerd op zijn! Gek eigenlijk, hè?”
Ik knikte, en begreep nu wat Lucas bedoelde. Eén van de drie hoofdpersonen leek inderdaad een beetje op Jef, vanwege hetzelfde hoofd, dezelfde manier van doen, enzovoorts.
“Nie zo slim zijn, Lucas” grapte ik, en haalde mijn hand speels door zijn haar.
Op het moment dat er bijna weer een ander programma kwam dat er interessant uit zag, was het eten bijna klaar, en zette ik de tv uit. Ik liep hierna naar mijn stoel, en haalde mijn schouders op.
Kumatora zette mij en Lucas in de stoelen, deed ons een doek voor, haalde wat borden en zo uit de keuken, zette deze op tafel neer en schoof tenslotte zelf aan. We praatten intussen nog over het één en ander om de tijd te verdrijven, wanneer er in de keuken plots iets niet meer klopte.
“Mama, duurt zo lang” zei Lucas, die verveeld over het blad van zijn stoel hing en met zijn vingers op de algemene tafel roffelde. “Ikke honger hebben...”
“Ik bang da iets nie kloppen met eten...!” zuchtte ik, terwijl ik een beetje met de vingers van mijn rechterhand in mijn mond zat en er onrustig op beet. Intussen voelde ik hoe mijn hart overuren begon te kloppen.
“Ik denk precies hetzelfde” zei Kumatora, “dus als jullie me zoeken, ben ik even aan het kijken hoe het gaat in de keuken.” Ze stond op en ging naar de keuken. Lucas en ik konden haar nog net verder horen praten. “Schat, de hele keuken staat nu blauw, wat is er zojuist misgegaan?!”
“Als nie oplossen kan worden” zei Lucas, “dan ikke fles hebben, en niets anders.”
Ik knikte instemmend, en deed mijn speentje maar terug in mijn mond, want mijn vingers waren inmiddels een beetje in slaap gevallen van al die zachte beten. Ik keek een beetje om me heen, naar al die foto's die door bijna de hele kamer heen hingen. Er hing bij het raam vooraan zelfs een klein rijtje foto's van iedere persoon uit ons huishouden toen hij of zij nog héél klein was. We leken daar bijna precies op elkaar, op details als een neus of zo na, maar dat is logisch omdat héle jonge baby's altijd wel een beetje op elkaar lijken, ook al zijn het vier totaal verschillende. Alle foto's waren in zwart-wit, en de mijne was oorspronkelijk in kleur, maar had ik expres bewerkt op de computer om hem er een beetje bij te laten horen.
Verder had je nog tientallen andere foto's, inclusief ons 'staatsportret' met het bijbehorende bord met handen en voeten erop, en de groepsfoto van onze laatste reis. Niemand zag er per sé gelukkig uit op alle foto's, maar het was wel altijd mooi om ze te maken om welke reden dan ook.
Intussen duurde het in de keuken wel heel lang, en was met name Lucas' geduld op. Hij lag met zijn gezicht in zijn armen te wenen, en hij stak me met het wenen aan.
Op hetzelfde moment kwamen Duster en Kumatora beiden uit de keuken, en zagen ze hoe ik en Lucas ons voelden.
“Ach, het spijt me dat het zo lang heeft geduurd” zei Duster bezorgd, “wat ik eigenlijk wilde maken voor ons was blijkbaar te moeilijk. Wat kan ik voor jullie betekenen?” Hij nam mij bij zich en ging op de sofa zitten.
Terwijl ik wilde spreken, voelde ik hoe mijn buik langzaam maar zeker pijn begon te doen, niet van dat ik eten nodig had, maar omdat ik mijn luier zou gaan bevuilen, ging ik van uit. Ik schreeuwde het uit van de pijn toen dat ook nog waar bleek te zijn.
“Ik dan eerst in bad...?” vroeg ik, nog redelijk weggetrokken van de hevige pijn die ik zojuist nog voelde.
“Dat lijkt me geen slecht idee” zei Duster, die mij aan Kumatora overhandigde, en een oogje op Lucas hield.
Kumatora ging met mij bij zich naar de badkamer, waar ze eerst de badkraan openzette en mij van tevoren uitkleedde en afnam voordat ze mij even stil probeerde te krijgen.
“Wat een onrust zojuist, hè?” zei Kumatora liefkozend, met een bezorgde toon. “Normaal zitten we op dit moment aan tafel, maar nu kan het bijna niet anders, misschien komt Lucas straks ook wel in bad, maar dan krijgen jullie fijn van mij een fles als jullie er net uit zijn, en dan zien we het verder wel, hè?” Ze streelde me nog even over mijn blote rug, en zette me hierna meteen het bad in.
Ik pakte zelf het bekertje en maakte daar mijn haren mee nat, en vermaakte mezelf verder toen mijn haar werd ingezeept. Ik merkte bovendien dat mijn onrust van zojuist wegtrok, zo snel als de warmte van het badwater mijn huid raakte.
Om kwart over 6 wilde ik het bad wel uit, en zo gezegd, zo gedaan, eerst werden mijn haren en ik zelf goed afgedroogd, werd ik van een schone luier en warmere slaapkleding voorzien, en werd mijn haar nog even geborsteld en geföhnd voordat we terug de woonkamer in gingen, waar Lucas en Duster toevallig vertrokken omdat Lucas nu na zijn fles in bad ging.
“Da's toevallig” grinnikte Duster, “en ook lang geleden sinds één van de twee in zijn eentje in bad is geweest.”
Kumatora grinnikte erbij terug, gaf Duster nog even een zoen voordat hij naar de badkamer vertrok, pakte mijn fles uit de flesverwarmer en ging met mij naar de sofa, waar ik mijn fles kreeg.
Eindelijk, dacht ik toen ik ijverig aan de flesspeen zoog, het werd eens tijd, ik ging daarnet bijna om van de honger.
“Zo, jij hebt trek, zo te zien” lachte Kumatora vriendelijk, “en dat snap ik heel goed, hoor.” Ze streelde me zachtjes met een paar vingers over mijn slaap, terwijl ik gewoon een beetje met mijn ogen de woonkamer weer rond keek.
Niet veel later was mijn fles leeg, en voelde ik me een stuk beter.
“Mama, ik nu dan me tanden poetsen?” vroeg ik, terwijl ik rechtop probeerde te zitten.
“Jazeker” zei Kumatora, die me op mijn voeten neerzette. “Ik ga er al vanuit dat Lucas nu bijna uit bad is, dus van mij mag het.”
Ik liep door de hal, om de hoek, naar de badkamer, en toevallig was wat Kumatora daarnet zei nog waar ook. Lucas was nu volledig aangekleed, en zijn haar was ook al gedroogd, dus dat kon maar één ding betekenen.
“Je komt precies op het goede moment, Marcie” zei Duster, “Lucas is nu net uit bad, en ik weet dat jullie samen tandenpoetsen zijn gewend, dus voel je vrij om hier eventjes te zijn.” Hij zette mij op de ladekast neer en had in een handomdraai mijn en Lucas' tandenborstels voorbereid en aangegeven.
“Wij nu nie samen in bad, hè, Lucas?” zei ik. “Was beetje eenzaam zonder je, maar ook beetje chaos hier, dus beetje begrijpen.”
“Ikke ook beetje eenzaam en alles” zei Lucas, “maar dada zellig met me praten, hoor, en ikke nu ook lekker schoon, wij zo lekker spelen?”
Ik knikte, en schrobte ijverig verder.
Toen alle tanden weer goed schoon waren, pakten Lucas en ik de spullen voor het spelen uit de kast op onze kamer, brachten deze naar de woonkamer en gingen daar weer in de buurt van het raam voor zitten, vlak bij de sofa, zodat we ons nog wel veilig voelden als er iets zou gebeuren.
We hadden wat gespeeld met lego tot ongeveer half 9, want toen voelden we al dat we redelijk moe waren geworden, en besloten al onze gemiste slaap van vanmiddag maar even in te halen, maar niet voordat alles terug in de kast stond.
“Mama, dada, wij veel slapen gemist” zei Lucas, die net als ik een beetje met de armen op de sofa ging hangen.
“Ja, vandaag was dan ook een dag waar veel gebeurd is, hè?” zei Kumatora, die mij bij zich nam. “Willen jullie dan nu naar bed?”
Ik en Lucas knikten, maar Duster wilde nog even tv blijven kijken, dus die kreeg op de sofa al nachtzoenen van ons.
“Slaap lekker, bloemetjes” zei Duster, “jullie hebben die slaap ook wel verdiend, hoor, na alle hectiek van vandaag.” Hij gaf ons tweeën nog even een knuffel en een nachtzoen terug, voordat we met Kumatora naar bed vertrokken.
Toen alles in orde was, waren we al bijna aan het slapen, dus de muziekdoos was vandaag niet eens nodig.
“Goedenacht, pareltjes” zei Kumatora zachtjes, toen ze ons de speen en nachtzoenen gaf, en hierna de kamer verliet.
De kamer was nu donker op het nachtlichtje na, en ik lag een beetje op mijn zij te soezen, met een paar knuffels bij me. Lucas daarentegen lag redelijk onrustig te zijn en woelde en draaide veelvuldig. Ik merkte dit, en rolde me op in mijn dekens, legde mijn lapje over mijn oor en gezichtsveld, en probeerde aan rustgevende dingen te denken. Dat hielp wel, want binnen no time sliep ik geheel ontspannen.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
3. Het delen van elkaars verhalen
Ik was nog tamelijk moe bij het wakker worden, en had moeite met mijn ogen open te krijgen. Tja, dat krijg je dan ook als je de vorige dag niet hebt geslapen in de middag. Maar als je dan ineens drie nieuwe mensen ontmoet die nog bij je in de buurt blijken te wonen ook, snap ik het wel. Dat is precies waarom ik moeite had met wakker worden na al die gemiste slaap van gisteren.
Ik knipperde frequent met mijn ogen en zag nog redelijk wazig. Dit was net de derde dag van mijn reis, waar er rond zessen ochtendgymnastiek plaatsvond, maar dat vonden we na een half uur al niet meer interessant, dus sliepen we in onze bungalow verder, totdat ik wakker werd van geklop op het raam, toen moest ik ook even mijn ogen 'scherpstellen'.
Uiteindelijk kon ik de klok zien, en was het al half 10, wat voor mij echt de wake-up call was. Ik zat in een flits rechtop in mijn bed, spoog mijn speentje uit, en keek naar Lucas, die ook moeite had met wakker worden.
“Lucas...!” fluisterde ik. “Jij ook nie erg wakker? Jij nie de enige, hoor...”
“Nee...” mompelde Lucas, “ikke nog willen slapen... please...?”
Ik zuchtte, en liet me weer achterover vallen. Ik bleef nog maar naar het plafond staren totdat ik de deur open hoorde gaan.
“Oh, jullie slapen dus nog...?” hoorde ik Duster zeggen. “Sorry dat ik stoor...”
“Ik wel wakker, dada” onderbrak ik hem. “Ik heel moeilijk wakker worden, en Lucas nog erger.” Ik ging weer rechtop zitten en naar het voeteneind toe. “Maar ik die klok zien, en op slag zo wakker.”
“Is dat zo?” zei Duster liefkozend, terwijl hij mij uit bed haalde. “Dan heb je vast ook goed geslapen, hè?” Hij verwisselde mijn luier, kleedde mij aan en borstelde mijn haar. “Mag ik iets met je haar proberen? Ik ben er minder goed in, althans, dat zegt Peridot vaak...”
Ik knikte, en toen het goed geborsteld was, voelde ik hoe er een poging werd gedaan op een staartje boven op mijn hoofd, hoe het elastiekje erin ging, en hoe er een paar benodigde schuifjes in gingen.
“Dada, ik kijken?” vroeg ik, want nu was ik wel razend benieuwd naar het resultaat. Hierop kreeg ik de spiegel overhandigd, en vond het zelf apart, maar ook weer leuk staan. “Helemaal nie minder goed, dada. Peri nie mogen klagen.”
“Zo mag ik het horen” zei Duster, die mij een zoen gaf, weer op de grond zette en mij naar de woonkamer liet gaan zodat hij Lucas wakker kon maken en voor kon bereiden op de dag.
Er was echter nog niemand in de woonkamer, en ook niet in de keuken, dus ik wilde op de ouderlijke slaapkamer kijken, maar toen daar de deur open ging, was dat al helemaal niet meer nodig.
“Goedemorgen, lief kersje” groette Kumatora mij, en ze gaf me een zoen op het voorhoofd. “Heb je een beetje kunnen slapen?”
“Heel veel” zei ik, “ik nog langer willen, maar die klok mij ineens wakker maken met die wijzers die zo stonden.” Ik giechelde erbij.
“Ik begrijp je wel” lachte Kumatora, die mij op haar arm nam, naar de woonkamer ging en aan tafel ging zitten met mij nog op schoot. “Ligt Lucas nog te slapen?”
“Hij m'schien ook nog beetje langer willen slapen” zei ik, “maar dada hem wakker maken en alles, dus goed kunnen komen.”
“Dat kan” zei Kumatora, die opstond om mij in mijn stoel te kunnen zetten en even naar de keuken ging om voor ons wat te eten te halen.
Ik deed mijn speentje uit, keek de woonkamer weer rond, en luisterde naar alle geluiden op de achtergrond. Het waaien van de wind buiten, sommige geluiden van dingen op het aanrecht in de keuken, het tikken van de klok en ruisen van de radiator hier... soms waren er ook tijden waar het buiten verschrikkelijk luid was, bijvoorbeeld op het kleurenfeest in februari, waar er altijd van die fanfares speelden en heel veel mensen juichten. Ja, dat echode zo erg, dat je het zelfs zo'n 50 meter verderop nog kon horen. Daarom had ik op dat soort momenten altijd plugjes in mijn oren, zodat ik er minder last van zou hebben.
Niet veel later kwam Kumatora aanzetten met een fles die voor mij bestemd was, en deed ze me allereerst een doek voor voordat ik weer bij haar op schoot mocht om van haar de fles te krijgen.
“Jij nie iets eten, mama?” vroeg ik.
“Ik heb net in de keuken even snel wat gegeten” zei Kumatora, “want om nou niets te doen als de fles wordt voorbereid is ook weer niet goed.” Ze glimlachte, gaf me de fles en streelde mij intussen over mijn wang.
Intussen kwamen Duster en Lucas ook binnen, en was Duster eventjes verbaasd over wat hij van mij en Kumatora zag.
“Sorry, ik vond het persoonlijk een beetje lang duren” zei Kumatora, “dus schat, waarom volg jij mijn voorbeeld voor deze keer niet eens op?”
Duster barstte in lachen uit, maar stemde er toch mee in. Hij zette Lucas in zijn stoel neer en liep ook naar de keuken.
“Ik heb gehoord dat je lang sliep, Lucas?” zei Kumatora.
“Ja” zei Lucas, “want ikke nou nie wakker willen worden, en dada anders over denken, en hij nu dan flesje voor me maken?”
“Daar ga ik wel vanuit” zei Kumatora, “want kijk eens wat Marcie heeft?”
Ik probeerde met de flesspeen in mijn mond te lachen, en dat ging nogal lastig, moet ik zeggen. Maar het was al goed dat er nog een klein beetje in zat, wat ik ook al snel op had. Ik gaf een boer, maar spoog daar per ongeluk nog een beetje van de inhoud van de fles mee uit, en dan had ik nog het geluk dat ik een doek om had, want als reflex hield ik deze gauw bij mijn mond.
“Geeft niets” zei Kumatora, “wees blij dat je een doek om hebt, hè?” Ze nam mij terug op haar arm, stond op, ging even naar de keuken om mijn fles op het aanrecht te zetten voor de afwas, en hierna naar de badkamer om met mij tanden te poetsen.
Ik deed zelf het doek eerst af voordat ik mijn tandenborstel kreeg, want ik wilde nu niet dat ik per ongeluk een vochtige vlek of zo in mijn shirt kreeg.
Na circa vier minuutjes boog ik voorzichtig naar de wasbak om daar even in te kunnen spuwen, en spoelde ik mijn tandenborstel af. Kumatora was zelf al klaar, dus ze zette mij op de vloer neer, en we gingen weer naar de woonkamer, waar Duster en Lucas toevallig uit gingen om richting de badkamer te kunnen gaan.
“Kun jij je vermaken terwijl ik intussen de afwas doe?” vroeg Kumatora.
Ik knikte, en liep nog even snel naar mijn kamer om meneer Bulborb, mijn knuffel, te kunnen pakken, omdat ik graag met hem tv wilde kijken. Terug in de woonkamer krabbelde ik op de sofa, deed mijn speentje in en zette de televisie aan, waar nog reclame was. Maar ik las dat er hierna Flapjack kwam, dus ik wachtte, en ook tot Lucas zou komen, want hij vond dat ook altijd leuk.
Om 10 uur waren Lucas en Duster ook klaar met tandenpoetsen, en kwam Lucas bij me op de sofa zitten om mee tv te kijken, en op hetzelfde moment was de reclame ook afgelopen.
“Wa strakjes komen, Marcie?” vroeg Lucas.
Ik kon alleen maar wijd glimlachen en een beetje grinniken, want ik wilde het een verrassing houden. En dan vond ik het al helemaal leuk toen ik Lucas helemaal zag stralen toen het programma begon.
“Verrassing!” riep ik toen ze op tv klaar waren met het zingen van het intro.
“Jij gewoon weten, ikke da leuk vinden!” zei Lucas. “Was leuke verrassing!”
We keken in alle rust verder, en genoten erbij.
Toen er weer een kleine onderbreking was tussen het einde en het volgende programma, stond Duster op van tafel en kwam hij even bij ons op de sofa zitten.
“Marcie en Lucas” zei Duster, “vandaag komt Fuel met zijn ouders, wat vinden jullie daarvan?”
Lucas en ik waren daar heel erg enthousiast over.
“Ik Fufu al zó lang niet meer gezien!” riep ik, “hij mij vast wel gemist hebben!”
“Ja, ikke Fufu ook willen zien!” zei Lucas.
“Ik denk zelf ook dat het leuk zal worden” zei Duster, “beetje gezellig bijkletsen over wat we laatste tijd hebben gedaan en zo.”
“Is zeker leuk, dada” zei ik, terwijl ik hem een knuffel gaf.
Lucas gaf ook een knuffel, en we mochten nog een beetje tegen hem aan hangen toen we verder nog wat tv gingen kijken.
Precies op het moment dat het programma afgelopen was en Lucas de tv uitzette, werd er op de deur geklopt. Ik keek even door het raam, en voelde hoe mijn hart overuren begon te maken. Buiten zagen Lighter, Lapis en Fuel er ook nogal nerveus uit, Lapis wapperde zelfs een beetje met haar linkerhand omdat ze het best warm zou kunnen hebben van de nervositeit.
“Ik doe 'm wel open!” riep Kumatora vanuit de keuken, en zo gezegd, zo gedaan, gevolgd door hele enthousiaste groeten bij de voordeur.
Na alle drukte in de hal werd het even druk in de woonkamer. Iedereen groette elkaar, want we hadden elkaar al net iets meer dan een maand niet gezien (behalve Fuel, want die was laatste augustus nog op het feest van Lucas), en alle overenthousiasme werd me op gegeven moment iets te veel, dus ik mocht even uitwenen bij Kumatora.
“Ik snap je heel goed, boontje” suste Kumatora mij, “ik vind het ook een beetje druk, en ook erg lastig om me er momenteel voor in te houden. Mag ik een beetje met je knuffelen?”
Ik knikte, en werd gedurende deze sessie al een heel stuk rustiger.
Toen het bijna 11 uur was, merkten Lucas, Fuel en ik dat we redelijk moe waren, dus had Kumatora ons even op mijn en Lucas' kamer laten slapen, en misschien raad je het weer, jazeker, Fuel mocht weer in de box slapen, gezien de vloer nog steeds nogal hard was en er anders maar twee bedden waren.

Om half 1 werd ik wakker van Fuel die wat kuchte en een beetje tegen zichzelf mompelde.
“Gate goe, Fufu?” vroeg ik zachtjes, terwijl ik met moeite mijn hoofd rechtop probeerde te houden om hem aan te kijken.
“Ikke een kikker in me keel hebben” zei Fuel, “daarom ikke zo beetje kuchen.” Kort hierna kuchte hij opnieuw, en het klonk alsof hij bijna verkouden was of zo, best wel zielig.
Lucas werd er nu ook wakker van, en wreef zijn ogen uit.
“Marcie, jij da weest zijn?” vroeg hij slaperig.
“Nee” zei ik, “Fufu beetje kuchen, hij denk ik beetje ziekig worden...”
De deur ging open net toen Fuel weer opnieuw in een heftige hoestbui uitbarstte.
“Ach, Fuel, gaat het wel met je?” vroeg Kumatora bezorgd. “Dat klinkt niet zo lekker, ben ik bang.” Ze draaide zich hierna naar mij en Lucas. “Hebben jullie het ook door?”
Ik knikte. “Ik denken, Fufu ziekig zijn.”
“Dat denk ik misschien ook wel” zei Kumatora, “Lapis heeft me inderdaad verteld van het kuchen, maar dat het zo erg zou zijn wist ik dus ook niet...” Ze haalde mij uit bed om mijn natte luier even snel te verwisselen. “Ja, dan moeten we straks wel even voorzichtig zijn wat betreft contact met de handen en zo.” Ze liet me naar de woonkamer gaan om Lucas en Fuel ook in alle rust te verschonen.
Ik betrad de woonkamer, en het eerste dat ik deed was bij Duster op schoot klimmen. Ik had nog redelijke last van de sociale angst van vanmorgen.
“Heb je een beetje kunnen slapen, Marcie?” vroeg Duster liefkozend.
“Wel, dada” zei ik, “maar ik dus denken, Fufu ziekig zijn, want hij zo kuchen, en nie zo goed klinken.” Ik legde mijn hoofd op zijn borst en friemelde wat aan de ring van mijn speentje.
“Ja, dat kuchen heb ik net inderdaad ook meegekregen” zei Duster, “maar dat het zo erg zou klinken volgens jou...” Hij streelde mij over mijn rug, en gaf me een zoen op mijn kruin.
“Nu maak ik me wel een beetje zorgen” zei Lapis, die op de bank zat. “Ik hoor nu vaak dat men ziek is sinds de letter 'r' nu in de maand zit, en hoop natuurlijk niet dat mijn lieve Fuel weer zo ziek wordt als laatste winter...”
“Dat hoopt helemaal niemand in onze kring, lieverd” zei Lighter, “maar dan zijn we ook precies op het verkeerde moment naar Ellay gegaan, ben ik bang, want daar heerste nou net een griepepidemie, zagen we vaak.”
Niet veel later kwamen Kumatora, Lucas en Fuel eindelijk ook opdagen, en de lunch stond al in de keuken klaar, dus Lucas en ik hoefden alleen nog in de stoelen gezet te worden (Fuel niet omdat hij al bij zijn vader op schoot ging), en de lunch hoefde ook alleen maar nog uit de keuken gehaald te worden, en we konden snel hierna al eten.
Onder de lunch werd er één en al gezellig gepraat door alle volwassenen, terwijl Lucas, Fuel en ik hadden besloten om onze verhalen van de vakanties voor straks te bewaren, en het dus gewoon over de dagelijkse dingen hadden.
Na het eten werd er in de keuken druk afgewassen, maar Fuel, Lucas en ik gingen op de slaapkamer maar met de blokken spelen. We waren net met zijn drieën aan iets interessants bezig, toen ik ineens een terrifisch idee kreeg.
“Zie je al die neutrale, rechthoekige blokken?” zei ik, terwijl ik op de losse, ongekleurde blokken wees. “Waarom spelen we niet een potje jenga daarmee, want dat heb ik al eeuwen niet meer gedaan.”
“Prima idee” zei Lucas, die blokken van de 'neutrale' soort bij elkaar haalde en daarmee de toren begon te bouwen.
“Vertel mij wat” zei Fuel, “laatst op vakantie had ik eigenlijk ook niet echt vrienden gemaakt, het enige wat ik deed was binnen lezen en tv kijken.” Hij hielp Lucas met de toren voor het spel van straks af te maken. “Trouwens, we zouden nu toch over onze vakanties praten? Wel, ik ben naar Ellay in Amerika geweest laatst, maar daar heb ik dus, zoals ik net al zei, eigenlijk bijna niets gedaan, deels omdat er dus ziekte heerste op dat moment.”
“Hoe lang was je daar, Fu?” vroeg Lucas. “Marcie en ik waren namelijk 3 weken in Abberdaal, en ik moet zeggen, daar is alles een stuk vermakelijker, en de bus rijdt er altijd wel naar interessante plekken.”
“We zouden twee weken gaan” zei Fuel, “maar we waren bijna vergeten dat mijn tante Bismuth bijna uitgerekend was, dus dat werd één en een kwart week, en twee dagen na het terugkomen hier was mijn neefje Devin dus geboren, vandaar dat ik jullie berichtte dat zijn geboorte een lang verhaal was. Plus, als we toch twee weken waren gebleven, waren we vast ziek teruggekomen en hadden we iedereen aangestoken, zou vooral voor Devin wel erg zielig zijn.”
Ik knikte. “Maar Devin is wel een schatje, hoor, en Malachite is een prima zus voor hem.”
Fuel knikte en glimlachte naar me.
“Bij ons op vakantie was er op zich niets bijzonders gebeurd...” zei Lucas.
“Nou, jawel, Lucas” onderbrak ik hem, het nog wel op een fatsoenlijke toon houdend. “Weet je nog toen ik van het klimrek was gevallen en daarmee mijn rechterknie zo erg beschadigde dat ik de twee weken erna bijna mank liep? Dat mogen we best een bijzonderheid noemen.”
“Sorry, dat was ik bijna vergeten” zei Lucas, lichtelijk geschrokken, die me gelijk een knuffel ter verontschuldiging gaf.
“Het is al goed, blondje” grinnikte ik, terwijl ik hem een vriendelijk klapje op de schouder terug gaf. “Anyways, waar zal ik eens beginnen, bij die drie weken in Abberdaal...?”
Lucas en ik vertelden bijna uitgebreid over onze vakantie, waarbij we Fuel vaak aan het lachen maakten al vanwege de manier waarop we het vertelden.
“Dan moet ik pap en mam later ook eens vertellen dat ik best naar die camping zou willen” zei Fuel, “bedankt voor de indirecte tip!”
Hierna begonnen we aan ons spelletje jenga, en hielden we elkaar goed in de gaten dat we niet vals zouden gaan spelen.
“Ik vind dat duwen persoonlijk best onhandig” zei ik uiteindelijk, na één blokje boven op de toren gelegd te hebben. “Ik zou best net als Lucas van die psychokinetische krachten willen hebben om dat te gebruiken.”
Fuel grinnikte, schudde zijn hoofd, en legde ook een blokje naar boven.
“Is dat niet valsspelen dan?” vroeg Lucas, die met zijn net genoemde krachten heel zorgvuldig een blokje naar boven legde. “Ach, zo kon ik laatst tijdens mens erger je niet ook de dobbelstenen laten zweven, en dat verbaasde iedereen ook. Trouwens, achter de psychokinese komen is best lastig, hoor, en ook al zie je eruit alsof je er een typetje voor bent, je hebt er niet altijd aanleg voor, of omgekeerd.”
“Da's waar” zei Fuel. “Trouwens, psychokinese is valsspelen, dus verplaats het volgende blokje maar met de hand, alsjeblieft.”
“Dan zie ik er waarschijnlijk niet naar uit” zei ik, “met mijn casual stijl van kleding, en mijn te algemene looks.” Ik lachte erbij.
“Ja” zei Lucas, “maar je hebt desondanks wel vaak geluk, vind ik, ook al is het maar tijdens een algemeen gesprek of zo, dat je een wens opnoemt, en die komt dan niet veel later nog uit ook.”
Ik voelde mezelf blozen, en barstte in lachen uit. Dat was helemaal waar, wat Lucas net zei.
“Jullie hebben echt een heel wilde fantasie, nietwaar?” grinnikte Fuel.
Ik knikte en glimlachte, en dacht weer aan de reis. Aan dag vijf. Het regende, en ik, Lucas, en onze drie nieuwe vrienden speelden doen, durven of de waarheid in Brien's bungalow, en toen ik de glazen fles liet draaien, die uiteindelijk op Perry wees, vroeg ik hem na het horen van 'doen' per ongeluk of hij voor een klein tijdje mijn baby zou willen 'zijn', want destijds was mijn grootste wens om op een dag weer 'verzorgster' van een 'baby' te willen zijn.
Dit resulteerde erin dat iedereen in de lach schoot, en je zou het volgende niet verwachten, maar Perry had echt ja erop gezegd, en dat maakte ons nog meer aan het lachen, omdat Lucas, Jef, Brien en ik dit dus niet aan hoorden komen.
Dus de volgende dag, na het één en ander besproken te hebben, 'was' Perry mijn baby van 15 maanden, precies 3 uur lang, en ik 'was' de moeder. Mijn wens was uitgekomen, en ik was er erg blij om. En het mooiste van alles was dat het niet zomaar een algemene act was, maar gewoon de echte shizzle, inclusief het echte flessen geven, luiers verwisselen, enzovoorts. Achteraf bespraken we beiden hoe het allemaal ging, en wat we ervan vonden. We hadden er in ieder geval allebei van genoten, en Perry zei zelf dat hij niet kon wachten om weer de baby te 'zijn' als we dit een volgende keer zouden doen.
“Oké, jouw beurt, Fufu” zei ik, terwijl ik het blokje dat ik zojuist vasthield boven op de toren zette.
Terwijl Fuel één blokje wilde verwijderen, stortte de toren gelijk in, dus hij was de winnaar, omdat we op mijn en Lucas' manier het altijd doen dat degene die de toren in laat storten wint.
“Ach, ik kan tenminste tegen mijn verlies” zei Fuel, “jullie hebben eerlijk gewonnen.”
“Nee, jij hebt eerlijk gewonnen” zei Lucas, “want bij ons is de regel dat degene die de toren in laat storten, heeft gewonnen... je gelooft me, hè?”
“Echt waar?” zei Fuel. “Dat is wel héél nieuw naar mij!” Hij barstte in lachen uit, maar kort hierna ook weer in een hoestbui. “Kaas met crackers, ik begin dat gekuch zo beu te worden...!”
We bouwden maar verder met de rest van de blokken, en uiteindelijk kwamen Lapis en Kumatora ook even kijken hoe het met ons ging.
Ik stak mijn duim omhoog, en weer was dat de perfecte timing (maar niet heus), want Fuel begon voor de zoveelste keer te kuchen.
“Dat bedoelde ik dus, Lapis” zei Kumatora, “misschien komt het inderdaad door het feit dat iedereen in Ellay ziek was, maar heeft het even wat langer geduurd.”
“Dat kan heel goed” zei Lapis, “maar hier op het eiland beginnen ook weer de eerste zieken te komen, heb ik gehoord, en zou het best kunnen dat het nu al heerst.”
Lucas, Fuel en ik bouwden zwijgend verder, totdat het werk instortte, toen besloten we de blokken maar weer op te bergen en terug naar de woonkamer te keren.
Het was net half 3 geweest, en voor Lighter, Lapis en Fuel was het blijkbaar ook al bijna tijd om te vertrekken.
“Het was leuk om weer eens bij jullie te zijn geweest” zei Lighter, “en om weer lekker bijgekletst te hebben over alles. Tot later.” Hij gaf ons ieder een hand, en Lapis volgde zijn voorbeeld op.
Fuel gaf Kumatora en Duster wel een hand, maar mij en Lucas een knuffel gezien we als vrienden nog altijd een behoorlijk goede band hadden.
“Tot later, Lucas en Marcie” zei Fuel, “was heel erg leuk.”
“Ja” zei ik, “en snel beter worden ook!”
“Het komt goed” zei Lapis, met een vriendelijke lach, toen ze Fuel op haar arm nam.
Na nog even gezwaaid te hebben bij de voordeur, was de rust weergekeerd.
Lucas en ik waren redelijk moe geworden van de drukke middag, dus na nog een koekje en een flesje te hebben gekregen waren we nog even naar bed gebracht.

Om kwart voor 6 werd ik wakker, blijkbaar tegelijkertijd met Lucas, want die prikte me per ongeluk bijna in mijn oog.
“Sorry” zei Lucas, “nie me bedoelen, hoor.”
Ik klom gelijk het bed uit, constaterend dat mijn luier nog wel even mee kon, hielp Lucas ook zijn bed uit en we gingen naar de woonkamer om daar op de sofa nog 20 minuten tv te kijken tot we aan tafel werden gezet. Vandaag stond er van alles wel wat op tafel: tomatensoep zonder stukken, calamari en geroosterd brood uit de pan, waarna we tenslotte onbewerkte walnoten met rozijntjes kregen, en ik moet zeggen, zoiets bijzonders heeft er nog nooit bij ons op tafel gestaan.
“Weten jullie waarom dat is?” legde Kumatora uit. “Zometeen als jullie in bad zijn geweest, gaan we naar de heuvel om sterren te kijken, gezien het straks al donker is en niet bewolkt, en jullie vinden sterren toch mooi?”
Lucas en ik knikten, en ik had er wel zin in.
“En dat wilden we alvast vieren, vandaar” zei Duster, die begon met het afruimen van de laatste beetjes.
Kumatora hielp mee, en deed hierna de afwas, waarbij Duster mij en Lucas uit de stoelen haalde zodat we ons doek in de wasmand konden doen en alvast in de badkamer konden wachten.
“Lucas” vroeg ik, “mama net over heuvel hebben... die heuvel met het grafje, zij die bedoelen?”
“Ikke wel denken, ja” zei Lucas. “Zij die ooit me mama was die sterretjes van heel dichtbij zien straks...” Hij ging voor het raam staan en keek naar de hemel, waar nog geen sterren in te zien waren. Ik zag dat er tranen in zijn ogen ontstonden, dus ik keek mee naar de hemel en sloeg een arm over zijn schouder.
Lucas probeerde door zijn tranen heen te glimlachen, maar dat was van korte duur, want zijn verdriet nam toe bij het merken van een vuile luier.
Ik merkte precies hetzelfde, maar bij mij bleef het echter op een algemene schrikreactie.
Precies op hetzelfde moment kwam Kumatora in de badkamer en zette ze eerst de badkraan open.
“Waren jullie alvast naar de sterren aan het zoeken?” zei Kumatora, die mij eerst uitkleedde op de ladekast. “Bij schemering zou het op zich nog wel kunnen, hè?”
Ik knikte, terwijl ik ik bad werd gezet, en Lucas hierna naast uitgekleed ook werd getroost.
“Wij toch bij Hinawa op de heuvel kijken, mama?” vroeg ik. “Zij zo die sterretjes van heel dichtbij kunnen zien!” Ik bewoog wat onrustig in het water, al redelijk nerveus voor straks, omdat er misschien ook wel bekenden zouden kijken!
Lucas werd ook in het bad gezet, en probeerde vanaf dat punt ook nog uit het raam te kijken.
“Jazeker” zei Kumatora, “diezelfde gedenkheuvel, gezien die het dichtst bij de hemel staat, toch?”
Ik knikte, probeerde het rustig aan te doen en liet me weer lekker gewassen worden.
“Ikke best wel zo'n sterretje thuis willen hebben” zei Lucas. “Ikke weten die anders uit zien van dichtbij, en da heel bijzonder zijn.”
“Ja, ik ook wel” zei ik, “ik da al best lang willen, onder zo'n glas of zo.”
“Daar zeggen jullie me wat” zei Kumatora, “ik heb inderdaad ook niet echt zo'n ster van dichtbij gezien, alleen in een film, maar niet achter glas in een museum of zo...” Ze haalde mij uit bad omdat ze merkte dat ik het koud begon te krijgen.
Hierna ging Lucas uit bad en werden we beiden weer afgedroogd, voorzien van een luier en... makkelijke kleding? Nee, die snapte ik even niet.
“Mama, waarom wij nie slaapkleding krijgen?” vroeg Lucas.
“Omdat ik er vanuit ga dat dat misschien een gek gezicht is tussen de anderen straks” zei Kumatora, “maar het valt uiteraard te proberen als je dat wilt.”
“M'schien later” zei ik, terwijl ik me in de kleding liet werken, bij zowel mij als Lucas bestaande uit een romper, een hoodie en een broek met voetjes.
Het haar moest nog even geborsteld en geföhnd worden en toen waren we bijna klaar om te gaan. Het was intussen al iets over half 7 geworden.
Kumatora gaf ons beiden het speentje, nam ons op haar armen en bracht ons naar de woonkamer om even op de sofa te wachten tot Duster klaar was met de voorbereidingen voor straks.
“Mama, wij de speen ook mee mogen nemen?” vroeg ik, terwijl ik richting het ladekastje naast de sofa ging voor de koordjes.
“Maar natuurlijk” zei Kumatora, “je mag het koord ervoor gewoon pakken wanneer het uitkomt, hoor.”
Ik opende de la, pakte de koordjes eruit, sloot deze, gaf zo'n koordje aan Lucas, en een zoentje aan Kumatora, die ons hielp eerst het speentje eraan te hangen en het hierna aan de hoodies bevestigde.
Nadat Duster in de keuken nog flessen water voor ons vieren had klaargemaakt, konden we gaan.
Lucas en ik gingen voor het eerst in tijden weer eens in de wagen, en we kregen alleen onze jas aan, omdat we op zich niet hoefden te lopen straks.
“Kijk, ik al wat sterretjes zien” zei ik, toen we net buiten waren en terwijl ik op de hemel wees.
“Blijf kijken, hè?” zei Duster. “Want misschien zie je straks wel een vallende ster, en dan mag je een wens doen.”
“Ja, ikke ook zo'n sterretje zien, dada!” zei Lucas enthousiast. “Ikke willen wensen!”
“Maar dan mag je hem niet hardop zeggen, hè?” zei Kumatora, “anders komt hij niet uit.”
Ik knikte, al konden ze het misschien niet zien, en keek verder naar de hemel, die per meter die we liepen donkerder leek te worden.
Uiteindelijk waren we bij de heuvel uitgekomen, en waren we verrassend genoeg de eersten, en dat hadden we niet verwacht. De wagen ging op de rem, en er werd alvast een kleed uitgelegd waar we straks met zijn vieren op gingen zitten.
“Wij straks lijntjes trekken tussen de sterretjes?” vroeg Lucas, “met onze vinger?”
Ik knikte, maar voor ik nog kon antwoorden, hoorde ik iemand enthousiast lachend naar ons toe komen.
Dunkle!” riep degene, die overduidelijk Peridot was, want zij was de enige die dit ooit zei.
Ik en Lucas keken, maar Peridot gaf eerst nog even alle aandacht aan Duster en Kumatora.
“Peri ons nie zien hebben?” vroeg Lucas, lichtelijk teleurgesteld.
“Zij ons straks toch wel zien” grinnikte ik, terwijl ik tegelijkertijd intens naar Peridot staarde, zo van: notice me, senpai!
“Hallo, Lucas en Marcie!” zei Peridot tegen ons, na een tijdje ongemerkt door mij aangestaard te zijn geweest. “Jullie ook sterren kijken?”
Ik knikte. “Wij lang nie gezien, joh!” Ik ging een beetje naar voren om haar een knuffel te kunnen geven.
“Ja, en wij zo goed kijken naar vallend sterretje, Peri” zei Lucas, “ikke een wens willen doen! Dada gezegd van zo een sterretje.”
“Dan zo goed kijken, hè?” zei Peridot, “ikke nooit zo een ster gezien, maar als dunkle zo zegt, ikke goed opletten straks.”
Kumatora maakte mij en Lucas intussen los, en wij, Duster en Peridot gingen op het kleed zitten, terwijl Peridot, Lucas en ik alvast omhoog bleven kijken, nauwelijks merkend dat er steeds meer volk op de heuvel verscheen.
Niet veel later kwamen Fuel en Nana ook bij ons, dus hadden wij een heel gezellig kleed gekregen.
“Jullie alleen maar omhoog keken?” vroeg Fuel. “Mensjes toch nie daar helemaal?” Hij wees op de hemel en giechelde schattig met zijn handje voor zijn mondje.
“Fufu!” riep ik blij. “Ik jou weer zien, wa leuk!” Ik gaf hem een knuffel, en keek hierna weer gewoon om me heen, en inderdaad, ik zag op de achtergrond nog meer mensen.
Ik zag Kara met haar vriend Ezekiel, die intens leken te zoenen met elkaar. Ik zag Britta en haar vriend Sophocles, kijkend in een boek over astrologie, en Britta wisselde het kijken in het boek vaak af met het kijken in de hemel, waarschijnlijk omdat ze alles wel wilde zien dat in het boek stond. Ik zag Amethyst, die op de schoot van haar vriend Mave zat, en helemaal enthousiast naar de hemel aan het kijken was, gepaard met veel gebrabbel en alles. Ik zag Eve ook, maar zij was net als Kara ook niet als haar kleine zelf. Integendeel, ze was met al haar broers, zussen, neven en nichten (die de kinderen van sommige broers en zussen waren) druk aan het praten, waarschijnlijk over hoeveel zin ze hierin had. Tenslotte zag ik Leonard, Jerry en Darlie met hun ouders, en Jasper met een aantal van zijn vrienden. Verder waren er niet zoveel bijzondere mensen, wel een paar bekenden die we aardig vonden, maar dat waren er zoveel, als ik die daarnet op zou noemen, duurde het misschien wel te lang.
“Fufu, Peri, Lucas, wij de maan zoeken?” vroeg ik, terwijl ik terug omhoog keek. “Ik die nog nie gezien.”
“Ja, en dan zwaaien ernaar!” riep Fuel enthousiast.
“Waarom zwaaien, Fufu?” vroeg Peridot. “Die maan toch nie handjes hebben en terug naar ons zwaaien?”
“Nee, de maanmannetjes, Peri” zei Fuel, “zij ons dan zien, en wel zo aardig, wij zwaaien, hè?”
Peridot knikte, en ik geloofde Fuel graag, want ik geloofde ook in leven op andere planeten en zo, jazeker, inclusief een paar lookalikes van de aarde met bijvoorbeeld een schreeuwende zon of zo.
We hadden wat in de hemel gekeken, en intussen de fles water gekregen, maar de maan leek niet aanwezig te zijn, totdat Lucas iets zag.
“Heb je 'm gevonden?” zei Nana. “Hoe is de maan?”
“Kijken blijven!” riep Lucas. “Vallend sterretje!” Hij wees precies op de plek waar deze ster viel, en ja hoor, ik had er echt eentje gezien. Ik voelde me er zelfs heel glorieus en verwonderd bij.
Ik deed snel stil in mezelf een wens, die ik hier ook maar niet zal verklappen om hem toch uit te laten komen, en zocht hierna verder naar de maan, die ik na een tijdje toch eindelijk zag, en toevallig ook nog vol was, zoals Nana er al naar vroeg.
“De maan! De maan!” riep ik, toen ik erop wees en gelijk ernaar zwaaide. “Hallo, maanmannetjes! Fufu ons verteld, wij even gedag zeggen!”
Nana was sprakeloos, ze keek ademloos naar de maan en werd er bijna even emotioneel van, zo mooi vond ze het.
Hierna had iedereen die op het kleed zat nog even gezellig met alle anderen gepraat en zo, en waren Lucas, Fuel, Peridot en ik intussen maar op de rug gaan liggen om de hemel nog beter te kunnen zien.
Met zijn vieren deden we nog van alles: een beetje praten over de laatste tijd sinds we met zijn vieren lang niet meer bij elkaar waren geweest, lijntjes trekken om de mogelijke sterrenbeelden misschien te kunnen zien, praten over wie er mogelijk in de hemel zou kunnen zijn om de sterren van heel dichtbij te kunnen zien, en zelfs praten over hoe we dat ook best zouden willen.
Na dat alles besloten we om ongeveer kwart over 7 terug naar huis te keren, en hadden we iedereen die aanwezig was ook nog even gedag gezegd, en eens thuis mochten Lucas en ik gelijk onze tanden poetsen voordat we in onze slaapkleding werden gehesen en met zijn vieren een rustige film op de Apple TV gingen kijken, die toevallig over het heelal ging.
De film duurde tot kwart over 9, en toen waren Lucas en ik echt wel bekaf. We werden naar bed gebracht, het gewoonlijke ritueel vond zich weer zo'n beetje plaats, en werden voor de verandering voor het eerst in tijden weer door Kumatora om de beurt in slaap bewogen met het schommel-fauteuil, in plaats van gehypnotiseerd door de muziekdoos.
Na elkaar een goedenacht te hebben gewenst en wat nachtzoenen te hebben gekregen, probeerden Lucas en ik rustig in slaap te komen, maar dat ging nog lastig, want we wilden nog een beetje praten over daarnet.
“Lucas” fluisterde ik, “jij denken da Hinawa die sterretjes mooi vond?”
“Zeker” antwoordde Lucas zachtjes. “Maar jij weten, ikke mooie sterretjes vinden? Die op je dekens, en me speentje.”
“Ja, die heel dichtbij zijn” zei ik, “en jij nog wa vergeten te zeggen, da sterretje in je bed, die knuffel, weet je wel?”
“Ach, ja, ikke die vergeten” zei Lucas, “die er inderdaad ook zijn. Zij over ons waken bij slapen, hè?” Hij nam de pluchen ster bij zich, kroop gezellig bij me in bed en gaf me een nachtzoen. “Slaap lekker, Marcie.”
“Jij ook” zei ik, terwijl ik een nachtzoen terug gaf, op mijn buik ging liggen, één van mijn knuffels bij me nam en me een beetje tegen Lucas aan nestelde.
Gerustgesteld vielen we rond kwart voor 10 in slaap.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
4. Strand, post en het vallen van de herfst
Het was weer eens fijn om Lucas een nachtje in mijn bed te hebben gehad, we hadden beiden even goed geslapen.
We werden rond kwart over 9 wakker, en ik wilde eigenlijk nog helemaal niet opstaan, maar Lucas dacht daar anders over, want hij greep vol met zijn handje in mijn neus en speentje.
“Zichtig met me zijn, Lucas” mompelde ik.
“Sorry, ikke da doen?” vroeg Lucas. “Da nie expres, hoor.” Hij gaf me mijn speentje terug, en probeerde uit bed te komen en terug naar zijn eigen bed te gaan, wat gelukkig wel met succes ging.
Ik gaf Lucas gelijk de knuffels die hij in mijn bed had gelegd terug, en dat waardeerde hij wel. Op hetzelfde moment ging de deur open.
“Goedemorgen” zei Kumatora. “Goed geslapen?”
Lucas en ik knikten, en hierna werden we om de beurt op de commode gelegd voor een schone luier, de borstel door het haar, en de kleding van vandaag, waarna we door mochten naar de woonkamer.
Eens in de woonkamer zagen we hoe er weer ingepakte tassen bij de sofa lagen. Gingen we straks weer ergens heen?
Ik keek uit het raam, en zag dat er een waterige zon doorbrak, dus de kans leek me wel redelijk.
“Waar wij dan heen straks?” vroeg ik. “Naar speelhal of zo? Ja, da leuk lijken.”
“Ja, ikke ook!” zei Lucas, “wij dan m'ssien beetje vrienden zien en zo!”
“Ik al zin hebben!” zei ik enthousiast, terwijl ik zo'n beetje met mijn achterste op de sofa vloog om te gaan zitten, zo hyped voelde ik me.
Aan de andere kant dacht ik misschien aan iets anders, dus ik besloot die vraag pas later te gaan stellen, en niet van het waarschijnlijk verkeerde uit te gaan.
Kumatora kwam niet veel later ook de woonkamer in, en moest lachen toen ze mij en Lucas er zo bij zag zitten.
“Jullie zijn er al erg enthousiast over, hè?” lachte ze, “dat we ergens heen gaan straks.”
“Ja” zei ik, “maar waar dan, mama?”
“Ja, waar?” vroeg Lucas.
“Dat zal ik jullie vertellen als we allemaal volledig voorbereid zijn” zei Kumatora, met een geheimzinnige blik en toon. “Hoezo, gaan jullie al ergens van uit dan?”
Die vraag maakte mij en Lucas aan het lachen, want dat klopte volledig. We besloten maar voor de rest te zwijgen, stonden op en werden om de beurt in de stoelen getild en een doek voor gedaan.
“Waar dada?” vroeg Lucas.
“Die heeft zich verslapen” lachte Kumatora, “dus ik zal de tafel maar indekken in mijn hele eentje.” Ze liep naar de keuken om daar alles te halen, en was al snel klaar, waarschijnlijk omdat ze erge verlangen had om te eten. Ze liet ons dan ook alvast eten.
Het duurde een tijdje, maar om half 10 kwam Duster eindelijk aan tafel zitten. Hij zag er behoorlijk moe uit, en wreef nog frequent in zijn ogen.
“Morgen, dada” zeiden Lucas en ik.
“Goedemorgen” zei Duster terug. “Sorry dat ik wat laat ben...”
“Ja, dat krijg je er ook van” grinnikte Kumatora, “als je de vorige avond de hele tijd bleef kijken naar constant tijdreizende mensen die allemaal aliens tegemoet komen, schat.”
Ik begreep heel goed welk programma ze bedoelde.
“Rick en Morty reizen niet in de tijd, hoor” zei Duster, “ze reizen door middel van portalen naar andere dimensies. Zou ik overigens ook best willen, hoor.”
“Ja, reizen!” riep ik. “Ik dan ook mee, dada? En Lucas en mama dan ook?”
Dit maakte Duster aan het lachen.
“Als er zo'n dag komt” zei hij, “dan gaan we gewoon lekker met zijn vieren, en dan zien we wel waar we uiteindelijk uit zullen komen. Misschien ontmoeten we Rick en Morty zelf dan ook wel!”
“Schat, ben je nu zo naïef?” zei Kumatora, die koffie voor Duster inschonk. “Neem koffie, dan kun je straks misschien van gedachten veranderen.”
We hebben nog gezellig gepraat en gegeten, en om 10 uur, na de afwas en het tandenpoetsen, werd ons dan eindelijk verteld waar we vandaag heen zouden gaan.
“Wij binnen of buiten ergens gaan?” vroeg Lucas.
“Buiten” antwoordde Duster, “want zijn jullie al eens op het Cerulean Beach geweest dit jaar?”
Lucas en ik schudden beiden hun hoofd. We zijn er wel eerder geweest, maar dat was in november vorig jaar, en toen was het er werkelijk uitgestorven.
Dit jaar waren we op zich ook wel naar een strand, ja, maar niet Cerulean Beach, maar op onze vakantie in de Underground, toen leek het er haast dichtbevolkt, zoveel mensen waren er.
“Wa wij dan op strand doen, dada?” vroeg ik, met mijn nieuwsgierigheid inmiddels op de proef gezet.
“Gewoon een beetje rondlopen en zo” zei Duster, “en een beetje kijken naar bijzonderheden, wie weet komen we nog wel bijzondere vondsten als schelpen tegen.”
“Toch nie zwemmen, hè?” zei Lucas. “Water daar zo koud...!”
“Nee joh, gekkie” lachte Kumatora, “natuurlijk gaan we niet zwemmen, want het is inderdaad erg koud daar. Laten we dat misschien de volgende zomer doen of zo.”
“Dan ik wel willen, hoor” zei ik, “beetje schelpen zoeken of zo, toch leuk?” Ik kroop intussen tegen Kumatora aan.
Kumatora gaf me een knuffel en een zoen terug, terwijl Duster naar de hal ging om eerst de wagen uit de gangkast te halen, en hiermee voor het gemak mijn en Lucas' jassen en laarzen ook mee te kunnen vervoeren.
Lucas en ik kregen ieder de jassen en laarzen aan, en mochten alvast in de wagen zitten, terwijl Duster en Kumatora die van hen ook nog aantrokken en de tassen in de mand onder in de wagen legden.
Toen alles in orde was, waren we klaar om te gaan.

Op het strand was het nog lang niet zo druk als ik het kon verwachten. Maar het weer zag er op zich ook nog prima uit, dus aan de andere kant snapte ik het niet zo.
Duster maakte mij en Lucas los, en liet ons tweeën over het eerste beetje van het strand lopen, terwijl hij en Kumatora nog wat dingetjes voor onze vaste plek klaarmaakten.
“Jij denken da mooie schelpen zijn?” vroeg ik. “Ik naar een krab zoeken.”
“Echt?” zei Lucas. “Nee, da's eng... naar die handjes van hen kijken, die je vingertjes kwijt maken...”
“Nee joh!” giechelde ik. “Wij kijken?”
“Oké” zuchtte Lucas, “jij kijken, ikke ook mee komen.” Hij volgde mij toen ik dichter bij de zee kwam, hopend dat er zo snel mogelijk een krab zou komen.
“Doen jullie voorzichtig?” riep Kumatora naar ons. “Jullie kunnen beiden niet zwemmen, dus val alsjeblieft niet in het water.”
“Ik nie vallen, mama” riep ik. “Ik een krab zoeken.”
“Kijk!” riep Lucas, die op iets roods wees dat verder van ons weg was.
We begonnen allebei een beetje te rennen, om er zo snel mogelijk naar toe te komen, tot ik naast me een plof en wat gekreun hoorde. Ik keek, en zag dat Lucas was gestruikeld.
“Ach nee” zei ik, “gate wel, Lucas?” Op hetzelfde moment hoorde ik Duster op afstand hard lachen.
“Beetje” zei Lucas, toen hij opstond. “Wij nu nie rennen, of ikke zo weer vallen.”
Ik knikte, terwijl we langzamer verder liepen, zodat het voor ons ook makkelijker werd om schelpen, kleine fossieltjes en zo te vinden, en zelfs de krab die we zagen, die we naar Duster en Kumatora brachten.
“Mama, dada, kijk” zei ik. “Wij een krab vonden!” Ik liet ze de krab zien.
“Dat is heel bijzonder” zei Duster, “maar Lucas, zou je de volgende keer wat voorzichtiger willen zijn, omdat je val daarstraks te hilarisch was.”
“Schat, alsjeblieft zeg” zei Kumatora, “we lachen elkaar niet uit als we vallen of struikelen. Marcie, dat is een leuk beestje dat je hebt gevonden, hoor. Mag ik hem ook vasthouden?”
“Mag van mij, mama” zei ik, toen ik haar de krab overhandigde.
Lucas maakte intussen zijn jaszakken leeg, en legde de vondsten in de mand van de wagen.
Ik besloot hetzelfde te doen, tot mijn zakken leeg waren, toen wilde ik met Lucas weer op zoek naar nieuwe vondsten, totdat ik een paar bekende gezichten zag.
Links van ons zaten Jerry en Eve op een kleed samen te praten. Wat voor band zouden zij nu met elkaar hebben, vroeg ik me af.
“Mama, dada, Lucas” zei ik, terwijl ik op ze wees. “Zijn Jerry en Eve daar.”
“Inderdaad” zei Lucas.
“Als jullie naar ze toe willen” zei Kumatora, “mag het van mij, we zijn toch vlakbij.” Ze overhandigde intussen de krab aan Duster.
Lucas en ik gingen naar Jerry en Eve, die blij waren om ons opeens uit het niets te zien.
“Hé, Lucas en Marcie!” zei Eve. “Wat leuk om jullie weer eens te zien!” Ze bood ons aan om bij hen te zitten. “Vertel eens, wat brengt jullie naar het strand op zo'n leuke dag?”
“Nie veel” zei Lucas. “Beetje lopen, schelpen zoeken, wij zelfs een krab vonden!” Hij klopte nog wat restanten nat zand van zijn jas af.
“Jullie 'm zien?” bood ik aan. “Dada nu hebben.” Ik wees op Duster, die nu was gaan zitten en de krab zelfs aan het aaien was.
“N-nee...” zei Jerry, een beetje verrast, “toch bedankt voor het aanbod.”
“Hij is een beetje bang voor krabben” vertelde Eve ons. “Jerry, zo eng is zo'n beest toch niet! Je stelt je aan alsof het die reusachtige krab uit Family Guy is, joh!” Ze stelde haar bril een beetje bij.
Jerry stond hoofdschuddend op, en volgde mij naar Duster en Kumatora.
“Hi, Jerry” groetten ze hem.
“Is ech nie eng, hoor, Jerry” zei ik, “dada, ik die krab even mogen?”
“Tuurlijk, Marcie” zei Duster, die mij het beestje overhandigde. “Voorzichtig voelen, hè, Jerry?”
Jerry twijfelde nog wat, maar voelde uiteindelijk voorzichtig aan de pantser van de krab, en langzamerhand ook een beetje aan de scharen.
“Eve had gelijk, joh” zei hij, “ik had me echt niet zo aan moeten stellen.” We gingen weer terug naar zijn plek.
“Eve ook voelen?” vroeg ik, terwijl ik de krab naar haar toe hield.
Eve en Jerry aaiden het beestje samen, en Eve lachte Jerry erbij toe.
“Zie je nu wel dat het niet zo dramatisch is” lachte ze.
Nadat Lucas ook even aan de krab had gevoeld, lieten we hem weer terug in de zee vrij, en mochten Eve en Jerry van ons wel dichterbij zitten.
Duster en Kumatora raakten druk met de twee in gesprek, terwijl Lucas en ik onze kleine collectie in de mand van de wagen telden. 16 maar liefst, in totaal, en dat waren niet alleen maar schelpen en kleine fossieltjes, maar ook zeeschuim, steentjes, en een stukje touw. Dat laatste zou vast van een schip zijn geweest dat een beetje de orde kwijt was geraakt.
“Wat hebben jullie daar voor interessants?” vroeg Eve, die ook kwam kijken. “Ach, wat enig, allemaal kleine vondsten, daar was ik als meisje van 5 ook altijd uitbundig naar op zoek.” Ze voelde voorzichtig aan een steentje. “Kijk nou eens, da's net een hartje.”
Lucas en ik knikten toen we nog eens goed naar dat steentje keken.
“Wa jij en Jerry eigenlijk samen doen, Eve?” vroeg ik.
“Jij nie meer die andere lief vinden?” vroeg Lucas.
Eve keek ons eerst niet-begrijpend aan, tot de vraag wat duidelijker bij haar binnenkwam.
“Oh, zo” legde ze uit. “Wel, met Stoley is het nog aan, hoor, niets om jullie druk over te maken. Maar Jerry en ik zijn recentelijk beste vrienden geworden, en het is misschien moeilijk uit te leggen waarom...”
Ik schudde mijn hoofd. “Jerry graag vaak luiers dragen, hij da zelf zeggen.”
Eve keek me verbaasd aan, en Jerry ook even.
“Da's inderdaad waarom we beste vrienden zijn” zei Jerry, “goed geraden, en Eve, daar is niet eens uitleg meer voor nodig.” Hij lachte erbij.
We hadden nog wat gepraat, en Lucas en ik waren na een tijdje wel moe geworden, dus waren zelf de wagen in geklommen, wachtend tot we weer vastgemaakt zouden worden.
Mijn ogen vielen een klein beetje dicht, maar vocht nog tegen de slaap, want ik wilde niet slapen tot ik weer terug thuis was. Sabbelend op mijn speentje keek ik een beetje voor me uit, naar hoe de golven zich steeds terug de zee in trokken toen ze het zand eens hadden gevoeld.
Ik keek zo geconcentreerd voor me uit, dat ik nauwelijks merkte dat mijn buik een beetje tekeer ging en mijn sluitspier zich als reactie hierop vanzelf ontspande. Ik haalde mijn schouders op, gaapte eens goed en liet de rest van de algemene situatie maar plaatsvinden.
Wij als gezin zeiden Jerry en Eve niet veel later gedag, en toen alles weer terug in de tassen was, maakte Kumatora mij en Lucas terug vast.
“Het was een lange morgen, hè?” zei ze tegen ons.
Ik knikte wat afwezig, ik was zo moe, ik kon nauwelijks meer iets volgen, en bekommerde me zelfs niet zo erg om mijn vuile luier, en dat gebeurde zelden.
“Ikke zo slapen straks thuis?” zei Lucas. “Ikke heel erg moe, en Marcie ook wel.”
“Ja, ik zie het, Marcie” zei Kumatora, met een kleine bezorgde toon in haar stem. “Je blik in je ogen ziet er een beetje leeg uit, gaat het wel?”
“Ik heel moe, mama” brabbelde ik, “en ik ook vuile luier hebben.”
“Da's niet zo heel erg” zei Duster, “straks als we thuis zijn krijg je fijn een schone en kun je hierna even lekker bijtanken, hè?”
We gingen weer op huis af, en eens thuis liet ik mijn luier gewoon maar verwisselen, en mocht ik hierna fijn in mijn bed liggen.
Lucas' luier werd hierna ook verwisseld, en hij lag hierna ook in zijn bed. Het was nog niet eens kwart over 11 en we vielen beiden al binnen no time in slaap, zo bekaf waren we.

We werden om half 1 weer wakker, en Duster kwam ons halen voor een fles als snelle lunch, want hierna schenen we alweer iets te mogen doen.
“Ik heb jullie vondsten van de afgelopen maanden eens even geteld en bekeken” zei Kumatora, “en dat zijn er best wel veel. Kunnen jullie ze op grootte sorteren, en dan de grootste als eerste in het doosje leggen?” Ze haalde er een tupperware bij die er ruimschoots groot genoeg voor leek.
Lucas en ik bekeken de vondsten eerst, en sorteerden ze hierna. Het zeeschuim mocht als eerste de doos in, want die was zo'n beetje de grootste.
We waren zo druk met sorteren en ordenen, we hoorden zo nu en dan een beetje hoe Duster en Kumatora ons toelachten, waarschijnlijk om onze geconcentreerde blikken.
“Welke jij mooiste vinden, Lucas?” vroeg ik. “Ik het steentje zo mooi vinden, want Eve zeggen, da een hartje zijn.” Ik liet het steentje nog even snel zien voordat die ook in de doos verdween.
“Ikke deze wel leuk vinden” zei Lucas, die een schelp liet zien. “Hij mooi hard, en nie blekebaar lijken, en ook mooi rond.”
“Breekbaar, Lucas” verbeterde Duster hem. “Ik vind hem trouwens ook wel erg mooi.”
Nadat alles in het doosje was gestopt, ging de deksel erop, en ook een stukje papier met daarop: Lucas en Marcie's bijzondere vondsten van alle plekken die we hebben bezocht. Lucas en ik mochten er zelfs iets kleins bij zetten, en we hebben beiden een klein hartje op het papier getekend, ieder met een andere kleur pen.
Hierna bekeken we de inhoud van de doos vanaf de buitenkant gezien deze doorzichtig was. Er zat van alles wel wat in, zelfs het kleine, beetje gammele snoertje met knopen eraan, dat ik op onze tweede reis door Merrysville had gevonden, en dat destijds zelfs nooit meer mijn jaszak uit ging gezien het voor mij geluk bracht. En wat dacht je van het zeer fijne nepdiamantje dat Lucas eens had gevonden op dezelfde reis, precies bij aankomst. Tenslotte vonden we de oude munten die we bij het meer in Abberdaal hadden gevonden ook wel erg bijzonder, we hadden nooit geweten dat ze vroeger in Amerika meer valuta's tegelijk konden hebben.
Na alles bekeken te hebben, stond het doosje mooi op de kast waar de meest belangrijke foto's boven hingen. 'De kast van bijzonderheden' werd deze altijd genoemd, en die naam is dan ook niet voor niets gekozen.
Hierna mochten Lucas en ik even tv kijken, maar gezien daar op het moment niets was, ging die net zo snel weer uit, en gingen we wat niksen op onze kamer.
“Wa jij willen doen?” vroeg ik, terwijl ik daar zo'n beetje op het zitkussen lag, friemelend met mijn vingers en starend naar het plafond.
“Ikke nie zo heel goed weten...” zei Lucas.
Ik stond langzaam op, keek wat uit het raam, en de bewolking was alleen maar toegenomen. Geen zichtbare zon meer. Ik bekeek de huizen in de omgeving. Ik wist precies waar iedereen woonde, maar ze deden op dit moment niets interessants. Of wel...?
“Lucas, kijk” zei ik, terwijl ik op het derde huis links wees. “Zij daar iets kijken... maar ik nie weten wa.”
Lucas stond ook op, en keek met me mee. Als we niets te doen hadden, was één van de opties van ons de buurt bekijken.
In het huis keken de mensen televisie, naar een programma dat me wel bekend voorkwam, maar ik wist de titel zo snel niet meer.
“Oh, ikke denk ik weten” zei Lucas. “Da's met die in de ruimte, maar wij da eigenlijk nie zo mogen kijken, want zij in die serie zo van die stoute dingen doen.”
Toen schoot de titel Deep Space 69 me ineens te binnen.
“Dank je” zei ik, toen ik hem een knuffel gaf en een beetje met mijn wang over zijn gezicht wreef.
Hierna pakten we samen wat spullen uit de kast en deden we alsof de box onze bunker was, inclusief de deken die we over de bovenkant hadden gespannen zodat het net echt leek.
We deden het zo rustig mogelijk aan, maar misschien net iets te rustig? Hoezo, wel, omdat Lucas na een tijdje ineens van de pijn in elkaar zakte.
“Gate wel, Lucas?” vroeg ik bezorgd, terwijl ik dichter bij hem kwam zitten.
“Ikke erge au in me hoofd...” kreunde Lucas. “Ikke mama en dada hebben...”
“Kom maar” zei ik, terwijl we om de beurt de box uit gingen, plus wat knuffels, “ik jou even brengen, en één van ons da van die au zeggen, oké?”
We gingen naar de woonkamer, waar ook bijna niets werd gedaan. Duster speelde wat dammen op de laptop, terwijl Kumatora met haar telefoon aan de gang was.
“Mama, dada” zei ik, “Lucas au in ze hoofdje hebben...” We gingen bij ze op de sofa zitten.
“Ach, Lucas, gaat het wel?” zei Kumatora, die hem gelijk op schoot nam. “Hoe is dat ineens gebeurd?”
“Ikke nie weten...” zei Lucas, zwakjes van de pijn. “Was in één keer zo gekomen...” Hij weende er zachtjes bij.
“Is da leuk, wa jij zo aan doen bent, dada?” vroeg ik, terwijl ik bij Duster op schoot kroop en op de laptop mee keek.
“Geen idee, eigenlijk” zei Duster, die de ronde afmaakte, de browser afsloot en de laptop dichtklapte. “Wat hoor ik nu, heeft Lucas hoofdpijn?”
Ik knikte. “Ik nie weten hoe da is komen, hij ook nie zo.” Met een soort negatief jaloerze blik keek ik naar hoe hij geknuffeld werd en zo, terwijl ik dat eigenlijk niet hoefde, gezien knuffelen hier altijd wel toegestaan was. Ik sloeg mijn armen maar om Duster's middel heen, en probeerde me comfortabel te maken.
Bijna als een soort automatische reactie kreeg ik gewoon een knuffel en alles terug, en lag ik daar gewoon een beetje te dagdromen, totdat ik echt even sliep.

Om iets voor half 6 werd ik door Lucas wakker gemaakt, die zich schijnbaar een stukje beter voelde dan hiervoor.
“Gate weer beetje, Lucas?” vroeg ik, “met je hoofdje?”
Lucas knikte en deed zijn speentje even uit voor een zoen op mijn wang.
“Lief dat je daar even naar vraagt, Marcie” zei Kumatora, die naast ons zat, en wat dingen klaarlegde voor een snelle verschoning op de sofa, want Lucas en ik hadden beiden een luier die nu behoorlijk nat was.
Toen beide luiers verwisseld waren, mochten we op de sofa nog even verder wakker worden, terwijl we vanuit de keuken alleen de oven of de magnetron hoorden.
Zal vast wel weer iets simpels te eten worden, dacht ik bij mezelf, ach, je hoeft niet altijd de moeite ergens voor te doen. Ik glimlachte erbij.
“Waarom gaan jullie niet een beetje tv kijken?” bood Kumatora ons aan, terwijl ze opstond. “Als jullie me zoeken, dan kunnen jullie me altijd wel vinden, hè?” Nog snel een zoen voor ons beiden en ze was naar de keuken.
Ik schrok van hoe mijn blaas zich net zo snel ontspande als dat mijn luier verwisseld was, maar schudde dit metaforisch van me af en zette met de afstandsbediening de tv maar aan. We keken even naar Pac-Man totdat het iets na zessen was, toen was het eten klaar.
Voor mij en Lucas was het spinazie en aardappelpuree geworden, met niets meer of minder eraan toegevoegd, gezien we gisteren toch al een soort luxe hadden gehad. Helemaal niets ergs aan, alles mag simpel als het eerder wat meer ingewikkeld is geweest.
Aan tafel was het bijna stil, omdat iedereen behoorlijk moe was van vanmorgen, van alle indrukken en zo, en misschien ook wel het feit dat Eve en Jerry er ook waren, wat desondanks toch wel erg gezellig was.
Na het eten en de afwas bleek het een beetje dat Duster en Kumatora ook wel wilden douchen gezien ze moe waren na een lange dag, maar ondanks dat lieten ze mij en Lucas gewoon voor gaan als het om het bad ging.
Lucas en ik hadden al snel na die conclusie een vuile luier gekregen, dus het bad ging zeker nu wel voor. Wel was het zo dat toen we eens uitgekleed en van te voren afgelapt waren en al in bad zaten, dat we wel iets korter erin wilden blijven, omwille van Duster en Kumatora.
“Da's heel lief van jullie, hoor” zei Duster, “maar gezien jullie haar gewassen wordt, kan het wel even langer duren, is dat erg?”
Lucas en ik haalden de schouders op, en lieten ons haar eerst nat maken, en het vervolgens wassen, nadat we zelf voor de rest al waren gewassen.
Om half 7 vonden we het alweer mooi geweest, en werden we weer uit bad gehaald, afgedroogd, gingen de borstel en de föhn weer door het haar, werden we van een luier en de slaapkleding voorzien, en poetsten we zelfs snel onze tanden.
“Mama, dada, jullie nu de douche in kunnen, hoor” zei ik, voordat ik met Lucas naar de woonkamer vertrok.
“Helemaal prima” lachte Kumatora, die wat spullen van de ouderlijke slaapkamer pakte, de badkamerdeur hierna vergrendelde en de rest met Duster nog besprak, uiteraard ook weer gepaard met gelach.
Lucas en ik liepen zwijgend verder naar onze kamer, om daar even wat knuffels te pakken voordat we naar de woonkamer gingen om op de sofa te zitten en even niets te doen. Lekker even languit zitten, speentje in, en dagdromen met die hap. Vooral ik was een echte dagdromer, ik was altijd wel ergens afwezig met mijn hoofd, en werd er dan net zo snel weer uit gehaald, terug die nogal verdraaide realiteit in. Ik vond het jammer, maar soms ook wel begrijpelijk.
Niet veel later schrok ik helaas alweer wakker, maar niet van Lucas, maar van de klepperende brievenbus.
“Ikke halen?” vroeg Lucas. “Please?” Hij keek me schattig aan.
“Maar natuurlijk” zei ik met een glimlach, en liet hem de post bij de voordeur halen.
Lucas kwam terug met een paar enveloppen, waarvan er drie vooral voor ons tweeën bestemd waren, en de rest maar op tafel werd gelegd.
“Ik ben benieuwd wat hierin zit...” zei Lucas, half voor zich uit.
“Vertel mij wat” zei ik, die ook naar de enveloppen keek. Het adres en de namen klopten, er stond niets verkeerd geschreven... de stempel kwam wel uit Arizona, en dus konden de brieven maar van één categorie afzenders in onze kring van bekenden zijn.
Om 7 voor 7 waren Duster en Kumatora alweer klaar met douchen (niet eens de moeite genomen om om de beurt te gaan?) en tandenpoetsen, en waren ze wel benieuwd naar wat we daar vasthielden.
“Wij brieven kregen” zei ik, “en ook paar op tafel liggen, die nie voor ons zijn.”
“Ikke die halen” zei Lucas met een lieve grijns.
“Wat lief van je, Lucas” zei Duster, “dank je.” Hij liep even naar de tafel om de enveloppen te bekijken, en knikte erbij.
“Schat, moet je eens kijken” zei Kumatora. “Die brieven komen uit Arizona, en dat kan maar één ding betekenen.”
Duster kwam er snel bij zitten, hij was nu ook wel benieuwd naar de brieven.
“Die brieven van zij op de camping daar zijn” zei ik, “ik wel beetje nieuw naar da zij seven hebben.”
Story of my life” zei Kumatora, die de eerste envelop opende. Het was een kaart met een zonnebloem erop, onze favoriet, en het volgende stond erin geschreven.
Beste Duster, Kuma, Lucas en Marcie,

Als jullie dit lezen, denken jullie vast: wat in de naam van weet ik veel wie, ik dacht dat wel altijd contact met de e-mail hadden? Wel, we besloten even te testen of brieven sturen naar andere landen zo ook werkt, en als jullie deze nu binnen hebben, is het dus ook waar. Fijn dat jullie het hebben ontvangen. :)
Hoe gaat het met jullie? Met mij gaat het wel prima. De scholen zijn bij ons weer begonnen, en ik moet zeggen, de brugklas is nog een beetje spannend in tegenstelling tot de zesde klas, maar gelukkig zit ik grotendeels met bekenden in de klas, dus het is al goed.
Ik wens jullie veel succes met de rest van jullie rustige leven (ik ben stiekem toch een beetje jaloers, hihihi), en ik hoop jullie snel weer te zien als ik met de herfstvakantie naar de Nowhere Islands toe kom!

Veel groetjes, Jef.

“Lief hoor” zei Lucas, “Jef da naar ons sturen. Hij wel naar school, ikke hopen da goed gaan daar.”
“Ik ook” zei ik, terwijl ik Kumatora de volgende envelop aanreikte.
In de tweede brief, die nu op wat dikker A4-papier was geschreven, stond een wat meer beknopte inhoud.
Lieve Duster, Kumatora, Lucas en Marcelien,

Hoe gaat het met jullie helemaal in Tazmily? Met mij gaat het op zich prima. Ik zit nu in de zevende klas van de school (ja, bij ons gaat het nog gewoon door, gek hè!), en heb het even spannend gevonden, maar ben nu wel wat gewend.
Ik stuur jullie in deze kleine brief (ondanks redelijk weinig tekst) veel liefs van mij en de rest thuis, en jullie mogen gewoon met de e-mail antwoorden, scheelt ons heel wat wachttijd! ;)

Getekend: Brien Holler, 30 augustus 2017.

We moesten eventjes lachen om de conclusie van de brief, maar dat maakte niet dat we de laatste brief toch over zouden slaan.
Die zal wel van Perry zijn, dacht ik bij mezelf, en niets bleek minder waar toen we begonnen te lezen.
Lieve Lucas en Marcie (en de surrogaatouders met moeilijke namen, sorry!),

Momenteel heb ik het druk met school, meer werk thuis dan ooit, maar het is ook wel erg leuk, met een grotere hal en interessantere lessen.
Ik heb bij deze nieuws te delen dat jullie misschien niet zullen geloven, maar pap en mam zitten momenteel echt te denken aan een broertje of zusje voor mij, het gerucht is nu 100% waar, bij deze! :eek: Ik weet niet wat ik er zelf van moet vinden, maar jullie vinden het misschien leuk, dus ik voel denk ik wel een beetje 'leuk' met jullie mee, haha.
Ik hoop dat het (met) jullie op de Nowhere Islands ook goed gaat, en misschien jullie ook weer snel te zien! :-*

Liefs, Perry.

Ach, wat een bescheiden, maar toch oh zo lieve brief. Ze waren alledrie zo mooi geschreven, en we vonden het ook erg attent dat we ook gewone brievenpost kregen deze keer, want dat gebeurde tegenwoordig bijna nooit meer.
“Toch lief, da zij ons wa sturen?” zei ik. “Wij later m'schien ook iets sijven?”
“Prima idee” zei Duster, die de brieven terug in de enveloppen deed, en deze op het tafeltje naast de sofa neerlegde.
Hierna gingen we maar weer een rustige film kijken, tot ongeveer 10 over 9, toen werden Lucas en ik weer fijn naar bed gebracht. Na het centrale licht tenslotte te verwisselen met het nachtlichtje, mocht voor ons part de muziekdoos weer aan.
“Goedenacht, hè?” zei Duster zachtjes, na ons wat nachtzoenen te hebben gegeven.
“Slaap lekker, lieve pareltjes” fluisterde Kumatora, die ons ook ieder een nachtzoen gaf, en hierna met Duster de kamer zachtjes verliet.
“Nu kun je weer fijn voor je uit dromen tot je echt slaapt...!” gniffelde Lucas, die mij eerst een aai over de wang gaf met zijn pink.
Ik giechelde terug, en we gaven elkaar een nachtzoen, waarna we allebei wat in slaap probeerden te komen, al luisterend naar het zachte liedje van de muziekdoos.
We lagen om een paar minuten voor half 10 te slapen.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
5. Een lichtelijk onwennige avond
Ik werd om half 9 wakker van Lucas die een beetje weende. Ik kroop bij hem in bed en knuffelde hem een beetje.
“Gaat het wel, Lucas?” vroeg ik. “Heb je eng gedroomd?” Want daar werd hij meestal wel wakker van.
Lucas knikte, en begroef zijn gezicht in mijn borst om daar wat verder te snikken. Ik liet het gewoon toe.
“Wil je me vertellen waarover het ging?” vroeg ik voor de zekerheid. “Het hoeft niet per sé, hoor.”
“Er waren allemaal enge wezens in ons dorp” weende Lucas, “en ik was helemaal alleen... niemand van jullie was er, ook jij niet... maar ik heb je nu wel, en...” Verder kwam hij niet.
Ik werd hier zelf bijna verdrietig van, dus ik deed mijn best dit niet zo te worden door Lucas fijn over zijn rug te strelen en hem zo nu en dan een klein kusje te geven op zijn voorhoofd.
“Het is al goed, Lucas...” fluisterde ik. “Ik wil jou ook niet kwijt, hoor... Daar ben jij veel te lief voor...”
Na een tijdje was Lucas wel weer rustig geworden, en hij waardeerde mijn troost ten zeerste.
“Lieve Marcie” zei Lucas, “ik wil jou ook niet kwijt, want jij bent ook mijn liefste zus. Wie zou jij eigenlijk nog meer niet kwijt willen? Ik zou naast jou ook onze surrogaatouders niet kwijt willen...”
“Ik ook niet” zei ik, “en eh... Fuel, Peridot, Eve, Kara, Britta, Amethyst, Jeff, Tony, Perry... iedereen die ik lief vind, eigenlijk. Oh, en de knuffels natuurlijk ook nog.” Ik giechelde er een beetje bij.
“Inderdaad” zei Lucas, die wat door de restanten van zijn tranen heen lachte, “de knuffels ook niet, hè? En trouwens, volgens mij wilde jij vanaf de eerste dag van onze grote reis Perry al niet meer kwijt.” Dit laatste zei hij plagend, wat hij tijdens de reis ook geregeld deed.
“Hoe vaak heb ik je nu verteld dat je me daar niet meer mee mocht plagen?!” zei ik gegeneerd. “Hij is gewoon één van mijn betere vrienden, en niet mijn verliefd-vriend, en dat weet je heel goed.”
“Sorry” zei Lucas een beetje geschrokken, “na een aantal weken is dat me helaas toch weer ontgaan... ik zal beloven dit niet meer te noemen, en het ook goed in mijn oren knopen.” Hij gaf me een zuigzoen op mijn wang.
We verveelden ons nog wat verder totdat de deur open ging.
“Goedemorgen” zei Duster. “Ik zie dat één van jullie zich vanmorgen wat minder fijn voelde?”
“Lucas eng gedroomd, dada” zei ik, “dus ik bij 'm liggen en een beetje gepraat.”
Lucas knikte erbij.
“Ik denk in dat geval dat het echt tijd moet worden voor een aangepast tweepersoonsbed” zei Duster tegen zichzelf, terwijl hij mij op de commode legde om mijn vuile luier te verwisselen, haar te borstelen, en mij aan te kleden in lekker zittende kledij.
“Dada, ik iets in me haar hebben?” vroeg ik, terwijl ik al op de grond werd gezet toen alles in orde was.
Zo gevraagd, zo gedaan, en met twee staartjes in liep ik verder naar de woonkamer om Duster in alle rust met Lucas verder te laten gaan.
Kumatora zat op de sofa een boek te lezen toen ik eraan kwam, en legde deze opzij toen ze me opmerkte.
“Marcie!” riep Kumatora blij, terwijl ze mij even optilde en een zoen gaf. “Heb je lekker geslapen?”
Ik knikte. “Maar Lucas eng dromen, mama, en daarom ik even in ze bed liggen, en beetje knuffel geven en zo.”
“Da's lief van je, meisje” zei Kumatora, die mij in mijn stoel zette en een doek voordeed voordat ze zelf aan de tafel ging zitten, die al zo goed als gedekt was. “Jullie flessen worden trouwens al even verwarmd, dus als het goed is, zijn ze al in orde als iedereen aan tafel zit.” Ze had deze zin nog niet afgemaakt of Lucas werd al in zijn stoel gezet en ook een doek voor gedaan voordat Duster de rest van de spullen uit de keuken pakte. “Wat nu dan misschien is...” Ze stond even op om de flessen te halen.
Niet veel later waren we met zijn allen aan tafel voor het eten, en kregen we alweer te horen wat er vandaag gaande zou zijn na het afwassen en tandenpoetsen.
“Maar staan nie tassen, mama” zei Lucas, “dus wij nie heen kunnen.”
“Wij dan hier blijven of zo?” vroeg ik. “Wa wij dan doen?”
“Nee, maar weten jullie waarom dat is?” zei Kumatora. “Omdat we het ongeveer aan het einde van de middag pas gaan doen, zodat het ook makkelijker gaat met de volgende stap die ik wil nemen. Het zou een beetje raar zijn als ik al vroeg op was om in te pakken voor iets dat pas bijna 's avonds plaats zou vinden, nietwaar?”
Ik en Lucas knikten, dat was een zeer goede statement die ze noemde.
“Maar jullie willen toch wel weten wat we precies gaan doen, hè?” zei Duster, met een lach op zijn gezicht die boekdelen sprak.
Ik knikte en kroop wat dichter tegen hem aan, zo ongeduldig was ik nu.
“We gaan aan het einde van de middag naar de hoofdstad” zei Kumatora, “en daar is momenteel een speelhal voor mensen als jullie, Lucas en Marcie, dus dan kunnen jullie daar even fijn spelen terwijl Duster en ik aan de koffie of zo zijn. Als jullie dan toch uiteindelijk genoeg hebben gespeeld, gaan we naar een restaurant dat daar vlakbij is, en ik heb gelezen dat ze daar heel lekker eten hebben...”
Nog voordat Kumatora verder kon praten, waren Lucas en ik al zeer enthousiast geworden.
“Leuk!” riep ik. “Ik nie kunnen wachten!”
“Ikke ook nie!” riep Lucas, “wij dan fijn gaan spelen!”
“Zo mogen we het horen, hè, schat?” zei Duster, die hierna wat met Kumatora zoende.
Lucas en ik stonden van de sofa op om even op onze kamer met de lego te spelen.

De middag kwam er al snel aan, en Lucas en ik waren bij de lunch wat stil, werd er gemerkt, want we waren beiden een beetje nerveus voor later.
De klok leek zelfs heel lang op 1 over 12 te staan... maar dat was omdat er iets heel anders mee aan de hand was.
“Wat zie je dan, Marcie?” vroeg Duster. “Zit er soms een spinnetje in die hoek?”
“Nee, dada” zei ik, “de klok nie meer bewegen.” Ik at het laatste restje fruit van mijn bord en dronk de rest van mijn fles leeg.
“Hè, ja, inderdaad” zei Kumatora, die het nu ook zag, maar opstond om de borden en alles te verzamelen voor de afwas. “Schat, zou jij de batterij van de klok kunnen verplaatsen?”
“Dat was ik eigenlijk al van plan” zei Duster, die mij en Lucas eerst uit onze stoelen tilde voordat hij één van de lades voor een nieuwe batterij doorzocht. “Toch bedankt.”
Lucas en ik gingen nog even snel onze kamer op om één van de knuffels voor ieder van ons te pakken, want als we tijdens het televisiekijken ergens niet zonder konden, was het wel zo'n knuffel.
“M'ssien tv beetje nerveus weghalen” zei Lucas, die als tweede op de sofa plaats nam.
“Ja, want eten nie zo, hè?” zei ik, waarna ik de tv aanzette. “Ik dan toch wel alles gegeten, hoor, want als ik nie deed, heel erg stout geweest, en ik da nie willen.”
“Nee, ikke ook nie” zei Lucas. “Ikke zelfs beetje bang da met 's avonds eten, m'ssien nie zo lekker is...”
“Wij wel zien, hoor” zei ik, “wij da nog nie weten.”
Lucas knikte, en ietsje later was de reclame klaar en keken we in alle rust naar Clarence en Flapjack.
Bij het komen van nog weer een programma erna, had ik ineens dat ik geregeld aan het gapen was zonder dat ik er een reden voor kon bedenken.
“Nou, Marcie” zei Lucas, “wel je handje voor je mondje houden, hè? Anders nie zo beleefd.”
Ik knikte, en knoopte dit in mijn oren.
“Jij dan kunnen zien wa ik ging eten laatst?” vroeg ik, “beetje in me mondje kunnen kijken?” Dit was als een grap bedoeld.
“Nee” lachte Lucas, “ikke da echt nie zo goed kunnen zien, hoor, ikke nie van die oogjes hebben die zo ver kunnen verplaatsen.”
Ik lachte er gelukkig ook om, en de soort van onenigheid over gapen was gesloten toen Gumball kwam.
Inmiddels liep de klok in de woonkamer weer, en was het na het lange tv-kijken bijna 3 uur, en ging de tv maar uit.
“Nie meer zo veel op tv zijn” zei Lucas, die van de sofa opstond en bij zijn stoel ging staan.
Ik stond ook op, en pakte Lucas' knuffel nog even voor hem, want die was hij bijna vergeten.
“Oh, ikke die vergeten?” zei Lucas. “Dank je, jij die willen halen.” Hij pakte hem aan en gaf mij nog een fysieke knuffel.
“Willen jullie iets aan tafel doen?” vroeg Kumatora, die van haar stoel opstond en mij in Lucas in die van ons zette. “Is er niets meer op tv te zien?”
Ik schudde mijn hoofd, pakte een klein papiertje en een potloodje en begon wat te krabbelen. Het stelde helemaal niets voor, maar soms was dat ook wel fijn, even het niets uit je hoofd representeren.
“Waar jij aan denken?” vroeg Lucas, die ook een papiertje had gepakt.
“Niets” zei ik. “Alleen die krabbeltjes op da papiertje. Even niets denken, en dus in me hoofdje zitten.” Ik bekeek de krabbels nog eens. “Waar jij dan aan denken?”
“Ook nie zoveel” zei Lucas. “Ikke wel iets in die van jou kunnen zien...” Hij bekeek mijn tekening nog eens.
“Wat zie je er dan in, Lucas?” vroeg Kumatora.
“Ja, ik da ook vragen” zei ik, die de laatste beetjes net af had. “Ik er niets in zien, alleen wat lijntjes, krulletjes, en alles.”
“Nou” zei Lucas, “ikke wel een bloemetje of zo erin zien, da's nie niets, hoor.”
Ik keek eens even tussen mijn wimpers, en zag er inderdaad wel iets in dat op een bloem leek. Ik knikte erbij.
“Jij nu iets tekenen?” vroeg ik. “Waar jij dan aan denken?”
Lucas haalde zijn schouders op en krabbelde ook wat.
Ik keek niet echt mee, want alles om me heen vervaagde wat en ik voelde mezelf ook wat slap worden.
“Gaat het wel, Marcie?” vroeg Kumatora, die mij uit de stoel tilde en bij zich nam. “Je trok opeens weg en zo.”
“Ik ineens beetje erg moe zijn, mama” zei ik, terwijl ik me wat tegen Kumatora aan nestelde. “Ik nie zo goed weten waarom, maar ik zo misschien wat slapen of zo?”
“Van mij mag het” zei Kumatora, “als je zegt dat het misschien zal helpen.” Ze keek even naar Lucas, die inmiddels ook een beetje slaperig eruit zag. “Volgens mij ken ik er nog eentje die zo moe is.” Ze stond op en tilde ook Lucas uit zijn stoel. “Wat zeggen jullie ervan dat jullie bij Duster mogen slapen?”
Lucas en ik knikten moeizaam, en werden op onze eigen kamer eerst nog even van een schone luier voorzien, want bij ons beiden was het geval dat hij vooral nat was, maar ook een klein beetje vuil.
Op de ouderlijke slaapkamer kregen we van Kumatora nog even een zoen voordat Duster ons de aandacht gaf.
“Dus jullie zijn al een beetje moe geworden?” vroeg Duster, terwijl hij de laptop dichtklapte en opzij legde.
“Ik zelfs veel aan gapen, dada” zei ik, “en Lucas zo zeggen, ik me handje voor me mondje moeten houden, anders nie zo beleefd.”
“Ja toch?” zei Lucas, “ikke da ook vaak doen.”
“Het is helemaal aan jullie wat er wordt gedaan tijdens het gapen” zei Duster, “Marcie, je hoeft je hand niet voor je mond te houden, ook al zegt iemand er iets van.”
Ik giechelde slaperig, en ging wat tegen Duster aan liggen.
“Ik van je houwen, dada” mompelde ik.
Lucas lag intussen al bijna te slapen, dus kreeg hij de deken over zich heen, en nog snel een zoen van ons beiden, en ik kreeg van hem gewoon een zoentje terug.
“Slaap lekker” mompelde Lucas, die zijn knuffel dicht bij zich nam.
Ik voelde me wel slaperig, maar kon intussen niet zo in slaap komen, dus friemelde ik maar wat met het blanco gezichtje van mijn knuffel, terwijl mijn lippen ook een beetje met mijn speentje friemelden.
“Weet je wat mij wel iets voor jou lijkt, pareltje?” vroeg Duster aan mij, “nu ik je zo zie? Zo'n knuffel met ogen die dicht kunnen als je hem neerlegt.”
“Hoezo, dada?” vroeg ik. “Peri toch al zo'n pop hebben? Maar ik die nie van haar willen lenen, want ik da nie goed kunnen.” Dat was volledig waar, want als ik iets leende van iemand, kreeg diegene het vaak te laat terug, was ik bang. En van Peridot zelf heb ik gehoord dat zij meestal ook niets uitleent, en zeker haar pop niet, want daarvan lijkt ze wel een soort scheidingsangst te hebben, vandaar dus.
“Nee, maar misschien dat jij er op een dag eentje uit mag zoeken” zei Duster, “helemaal voor jezelf. Weet je nog toen we laatste mei in het bos waren, en dat je sommige levende wezens daar zelfs als huisdier wilde hebben?”
“Maar mij da grappig lijken, dada” zei ik, “dan ik zo schone luier krijgen, en zo'n beestje op me buik liggen, die het leuk vinden als ik zo met me bil omhoog ga voor ik die luier aan krijg.” Ik giechelde er wat bij, dit deed ik al eens met een knuffel op mijn buik, maar het zou misschien nog leuker zijn als hetgene op mijn buik misschien zou leven, alsof het dan een kindje of zo op schoot is en dan een beetje op welke manier dan ook wordt bewogen.
Duster grinnikte er ook wat bij.
“Jij bent me er ook wel eentje” zei hij liefkozend, “we zullen het op een dag wel zien, als we het ooit allemaal eens zijn over een huisdier. Anders dan die ene trilspin in de hoek van de kamer, tenminste.”
Ik was toch wel wat moe geworden, en gaapte nog eens flink, voordat ik ook de deken over me heen kreeg en een zoentje op mijn kruin kreeg.
“Jij zo ook wat slapen, dada?” zei ik. “Ik de nerveus zo weg willen slapen, net als net beetje weg kijken bij de tv.”
“Dat is misschien wel zo'n goed idee” zei Duster, die zelf ook onder de dekens ging liggen, “dan slaap ik mijn verveling een beetje weg.” Hij gaf me nog een zoen. “Slaap lekker.”
“Jij ook, dada” mompelde ik, en ik draaide me op mijn buik, en keek wat er allemaal bij me of om me heen was.
Rechts van mij lag Duster, die een hand op mijn bovenrug had gelegd, wat heel lief van hem was. Links van mij lag Lucas, die nog probeerde te slapen, met zijn knuffel over zijn gezicht, waaronder ik wel kon zien dat hij zijn hand weer voor zijn mond had, zoals gewoonlijk.
Ik sloot mijn ogen, en probeerde nu alles om me heen een beetje te voelen.
Natuurlijk de hand van Duster op mijn bovenrug, maar ook nog wat meer. Mijn knuffel een beetje op mijn wang, en het schildje van mijn speentje lichtelijk tegen mijn lippen aan. De dekens een beetje over me heen, en hoe mijn kleding zat.
Na een tijdje was ik fijn in slaap gevallen.

Om 5 uur werden Lucas en ik wakker gemaakt en van een droge luier voorzien, want we zouden bijna naar de hoofdstad vertrekken, dus we moesten ook nog even onze tassen in orde maken.
Zo gezegd, zo gedaan, en toen alles goed in orde was, kwamen we in de woonkamer op de sofa zitten, waar de rest van de tassen ook lagen. Lucas en ik werden direct hierna zelfs voorzien van de speenkoorden.
“Wij veel moeten lopen?” vroeg Lucas voor de zekerheid.
“Gelukkig niet” zei Kumatora, “want waar we heen gaan, staat al een parkeerplaats recht voor, dus dat scheelt weer wat inladen van de auto. Ik hoop tenmiste wel dat we bijna een halve stap van de ingang voorbij kunnen parkeren, maar de toekomst bestaat niet, dus we zien wel.”
Na een klein tijdje gingen de meeste lichten uit en de deur op slot, en zaten we met alle tassen in de auto.
De halve autorit lang heeft Lucas uit het raam gestaard, met een deel van zijn gezicht en zijn hele beide handen dramatisch tegen het raam aan gedrukt. Totdat ik hem zei dat hij dat niet mocht.
“Waarom nie?” vroeg Lucas, die weer gewoon ging zitten.
“Anders jij geplet worden bij blijven doen” zei ik, terwijl ik wat friemelde met de pluchen slang die ik vasthield. “Mama, dada, jullie Lucas toch nie geplet hebben?”
“Natuurlijk niet, lieverd” grinnikte Kumatora, “we willen bijna niemand geplet... behalve een vlieg of zo, want die vind ik wel irritant.”
“Maar mama” zei ik, “die vliegen ook honing maken!” Nee, echt, want soms als we snel naar de winkel moeten om maar iets kleins te halen, zie ik potten vliegenhoning staan bij de afdeling met de kruiden en zo.
“Binnen zijn ze nog irritanter, Marcie” zei Duster, “dat bedoelt ze. Maar buiten hebben die vliegen alle ruimte om alles te verzamelen voor de honing!”
Ik knikte, en nam de slang dichter bij me, terwijl ik weer uit het raam staarde, wachtend tot de bekende borden weer voorbij kwamen, wat willekeurig brabbelend. Totdat Lucas mijn naam opeens zei.
“Bwa?” brabbelde ik. “Nee, niets. Ik nie echt iets zeggen, ik nog kindje zijn, toch?”
“Ja, ikke ook” zei Lucas, met een knikje. “Anders wij toch nie naar die speelplaats gaan?”
Ik knikte, maar tegelijkertijd werd ik toch een beetje nerveus, omdat ik niet wist wie er allemaal nog meer zou zijn, wat best wel eigenaardig was, want toen ik iets meer dan een jaar geleden voor de eerste keer naar zo'n speelplaats binnen ging*, voelde ik me prima, ondanks dat Tony en ik van tevoren niet wisten wie er allemaal zouden zijn. Mijn blaas ontspande zich intussen zelfs.
Lucas scheen zich prima te voelen en zich uit het raam kijkend met zijn grote pluchen tennisbal op schoot best te vermaken, terwijl ik alleen maar nog nerveuzer werd. Oh, waarom moest dat dan zo nodig weer gezegd worden? Ik begon zachtjes te wenen.
“Gaat het wel?” vroeg Kumatora, die meteen naar achteren keek. “Ach, voel je je zo nerveus, meisje?”
Ik knikte, en kneep de slang nu bijna fijn.
“Wil je er met mij over praten?” vroeg Kumatora liefkozend. “Het is geheel optioneel, hoor.”
Ik knikte weer, en na een kort maar goed gesprek voelde ik me toch al wat beter. Nu keek ik zelf ook uit het raam, met mijn speentje in en de slang nu om mijn nek alsof het een soort sjaal was, en na een klein tijdje kwamen dan eindelijk de bekende borden weer langs. Ik hoorde mezelf al van binnen juichen bij het zicht ervan, maar hield het van buiten gewoon op een bijna brede glimlach van achter mijn speentje.
Ik keek naar Lucas, en hij had bijna precies dezelfde glimlach op zijn gezicht.
Niet veel later kwamen we bij de grote hal aan waar de speelplaats was, en konden we bijna precies voor de deur parkeren, wat een geluk.
Eens geparkeerd zorgde Kumatora ervoor dat ze de tassen meenam en de auto op slot deed, omdat Duster mij en Lucas al op zijn armen nam en verder geen extra paar armen had of zo, al had dat aan de andere kant misschien wel handig geweest. (Het spijt me, ik kijk teveel series!)
Gezien we een groep waren van minder dan 5 personen, konden we gratis naar binnen, en hadden we eens binnen ook gelijk een goed plekje gevonden om te zitten en de tassen kwijt te kunnen.
Het was voor half 6 's middags nog lang niet zo druk, sterker nog, wij waren één van de eersten, na een groepje onbekenden van 3 dat ergens verderop zat.
“Ik ga er vanuit dat er niets ergs zal gebeuren” zei Kumatora tegen mij en Lucas, “maar als dat wel het geval is, weten jullie ons te vinden, hè?”
Lucas en ik knikten en wilden al gaan, totdat ik me iets bedacht.
“Mama, wij nog eerst iets drinken?” vroeg ik, want na dat lange onderweg zijn had ik wel wat dorst gekregen.
“Natuurlijk, meisje” zei Kumatora, die twee wat kleinere flessen uit de tas pakte en er ieder eentje aan mij en Lucas gaf. “Dat onderweg zijn kan inderdaad best wel dorst veroorzaken, nu je het zegt...” Ze haalde voor zichzelf en Duster ook nog twee veldflessen uit de tas.
“Klopt volledig” zei Duster, “en zeker als je achter het stuur zit!” Hij glimlachte erbij.
Toen alle dorst gelest was, gaven Lucas en ik Kumatora en Duster nog een zoen, en gingen we eindelijk spelen.
“Waar wil je eerst?” vroeg ik, want kiezen was voor mij nog altijd een nachtmerrie.
“Gewoon een beetje kijken” zei Lucas, die mijn hand pakte, zodat we het grote klimdoolhof door konden kijken.
“Geen gek idee” zei ik, terwijl ik me door twee grote rollen heen haalde, alsof ik een basis was voor huisgemaakte pasta die eerst plat werd gemaakt.
We gingen door veel gangetjes heen, en soms zat er aan één muurtje nog een bijzonderheid waar we iets mee konden doen, zoals een groot telraam, of een puzzel waar je de blokjes met vier verschillende plaatjes zo moest draaien dat het totaalplaatje zou kloppen. Voordat Lucas en ik zo'n totaalplaatje kozen, was het eerst een wirwar van kleuren en er waren zelfs twee zonnen. We hadden ervoor gekozen dat het een eiland op de grote zee was, met de zon er precies boven.
Nadat we alles hadden gezien, gleden we door de cylindrische glijbaan, die allerlei krommingen had en onze haren bijna rechtop deden staan door de statische lading die erin zat. We landden achteraf in de ballenbak, die ook nog leeg leek qua aantal mensen.
Lucas en ik liepen de ballenbak door, maar kregen beiden een jumpscare van één van de mensen van dat kleine groepje dat verderop zat. Ik liet een flinke scheut urine vrij van de schrik, en merkte dat mijn luier nu wel erg begon te hangen.
“Zeg, ik ken jouw gezicht!” zei degene tegen mij. Hij klonk verrast en zag er minstens net zo uit. “Ik zag je vorig jaar bij die speelplaats aan de grens van Fourside!” Dat hij dat nog wist?! Ik was hem bijna vergeten. Hij had bruin, krullend haar, blauwe ogen, was net als ik niet bepaald smal van stuk en had een houten, veelkleurige kralenketting waar zijn speen aan hing. Ik kon me zijn naam even niet meer snel voor de geest halen, maar hij was wel één van de mensen die ik vorig jaar met Tony had gesproken. Er waren er nog drie die Adri, Lean en Yivo heetten, maar hoe heette hij ook alweer...? In ieder geval iets in de richting van Travis, maar of dit nu ook echt zo was ging ik hem later maar vragen, want ik wilde nu echt mijn luier laten verwisselen.
“Leg me later de rest maar uit” zei ik, “mijn luier explodeert bijna.” Ik pakte Lucas' hand. “Lucas, vind jij dat jouw luier ook verwisseld moet worden?”
Lucas knikte, en we liepen samen onhandig weer terug naar onze gereserveerde plek.
“Mama, dada” zei Lucas, “ikke natte luier hebben, en Marcie ook.”
“Dat zal gerust” zei Duster, “door alle zenuwen en zo.” Hij nam mij op zijn arm, terwijl Kumatora dat met Lucas deed, en in een aparte ruimte werden de luiers verwisseld.
Toen alles in orde was, konden Lucas en ik verder spelen, en degene die ons net liet schrikken had alle tijd geduldig op ons gewacht.
“Vertel eens” zei ik, “was dat in augustus vorig jaar? Want dan ken ik je wel. Travis heette je, toch?”
“Klopt allemaal” zei de Travis. “En jouw naam ben ik vergeten... en zo te zien heeft je partner ook een nieuwe appearance?”
“Nee” zei ik, “dat is mijn broertje Lucas. Het zou overigens wel leuk zijn geweest als mijn zogenaamde 'partner', oftewel Tony, ook wel bij ons had gewoond. Ik heet Marcie, trouwens.”
“Marcie heeft al een partner” zei Lucas, lichtelijk verlegen, maar met een hint van plagerig. “Sinds de eerste--”
Ik sloeg mijn hand voor Lucas' mond en keek hem zo serieus mogelijk aan, en meteen had hij spijt van wat hij daarnet probeerde te zeggen. Nu moest hij dat maar echt onthouden ook, dat Perry en ik geen partners waren, en dat het helemaal aan ons was of we dat ook van elkaar zouden willen worden.
“Allemaal leugens die je bijna hoorde” zei ik tegen Travis. “Ik ben een single pringle en mag daar best trots op zijn.”
“Ik ben stiekem dan toch jaloers” lachte Travis, “gezien ik dan wel een vriendin heb, en te vaak rekening met haar moet houden. Tja, dat is dan het enige nadeel van een partner hebben.” Hij liet zich vallen in de massa van plastic gekleurde ballen. “Trouwens, ik dacht jou op mijn vakantie hiervoor ook nog even gezien te hebben op de nieuwe camping Page in Abberdaal. Ik zat in zo'n huisje met maar één centrale verdieping, en bleef er in tegenstelling tot jullie, ga ik vanuit, maar één week.” Dus hij was hier momenteel op vakantie. Ik was eens benieuwd waar hij woonde.
“Wij waren er drie weken” zei ik, “want onze surrogaatouders zijn ongeveer twee maanden geleden getrouwd, en omdat ze al sinds de eerste blik naar elkaar echt van elkaar houden, besloten we gewoon lekker lang te reizen, om dat kleine feitje ook een beetje te vieren. Jou heb ik trouwens niet gezien, maar waar zag je ons dan, als ik vragen mag?”
“Bij het ochtendgymnastiek even” zei Travis, “maar toen gingen jullie na een tijdje tamelijk slaperig weg. En ook eens met drie andere jongens in de speeltuin, toen speelden jullie allerlei komische spelletjes die ik heb opgezocht en ook eens met anderen heb geprobeerd. Oh ja, en ergens in de stille disco ook nog.”
Ik glimlachte, en knikte erbij, van de waardering.
“Heb je in Abberdaal nog interessante plekken bezocht?” vroeg Lucas. “Wij waren onder andere naar het museum, het meer, en een markt.”
“Niet echt” zei Travis, met een greintje twijfel. “Ik ben ook naar de markt geweest, maar daar had mijn broer aanzienlijk meer aankopen gedaan dan ik. Verder eigenlijk niets bijzonders, behalve het zwembad, en ook wat dingetjes op het park zelf, zoals de spooktocht en natuurlijk ook het ochtendgymnastiek en de stille disco.”
Ik knikte weer. Dat hij naar die spooktocht durfde! Ik en Lucas waren maar met zijn tweeën bij de houten bankjes aan het begin van het bos achtergebleven, terwijl Duster en Kumatora toen wel gingen, en zo hadden wij onze drie nieuwe vrienden ontmoet. Dat herinner ik me nog uit duizenden, want op die manier maak je echt zelden vrienden.
“Travis, daarnet zei jij dat je nu ook op vakantie bent” zei ik. “Mag ik vragen waar je woont?”
“Natuurlijk” antwoordde Travis, “ik woon van hier twee uur naar achteren. Weet je waar Belring ligt? Want daar woon ik.”
“In Pleiades, natuurlijk” zei ik, “dat dan weer net een beetje boven Amerika ligt. Ik heb je overigens nog niet verteld dat ik nu niet meer in Amerika woon, want toen ik je leerde kennen, was dit nog wel het geval, maar sinds ik niet lang na jou te leren kennen wees werd, woon ik dus in Tazmily Village, wat hier circa 10 kilometer vandaan ligt.”
“Ik heb zelf ook een tijdje in Amerika gewoond” zei Lucas, “maar ik woonde in meerdere plaatsen, waaronder in Seattle waar Marcie tot oktober vorig jaar woonde, net als ik, en diezelfde maand gingen we dus naar de Nowhere Islands, en ik, mijn biologische vader en de hond eigenlijk terug naar huis, als je het zo bekijkt.”
Ik knikte, dit wist ik nog heel goed.
Travis was hier even stil van, hij wist hier niet zo goed iets op te zeggen.
“Sorry” zei Travis, licht stotterend, “ik hoor van jullie nu zo veel, dat ik even tijd nodig heb om het te moeten verwerken. Jullie mogen gerust weer even voor jullie zelf spelen.” Hij ging zitten, zijn borst en hoofd nog wel boven de massa ballen uit stekend, en deed zijn speentje in.
Lucas en ik gingen terug het klimdoolhof in, naar een gedeelte waar allerlei ballen uit het ballenbad nog slingerden. Hoe ze daar terecht waren gekomen was een raadsel, maar daar zouden we nu snel genoeg achter komen. We ontdekten een soort van bazooka's, werkend op alleen lucht en zuigkracht, waar we die ballen die slingerden mee terug in het ballenbad konden schieten, en dat deden we ook.
Lucas schoot allerlei ballen gewoon willekeurig in het rond, terwijl ik nu heel precies bezig was. Ik wilde stiekem nog wat wraak nemen op Travis, gezien hij ons eerst had laten schrikken.
Ik deed zo'n bal in de bazooka, richtte op Travis, maar net voor ik kon schieten, werd ik in mijn schouders gegrepen en liet ik van schrik de bazooka los. Gelukkig viel deze niet gezien hij al aan het venster waar ik door kon kijken vast zat.
“Raak me verdorie niet aan!” riep ik boos, en greep degene terug, maar mijn blik en woede verzachtten toen ik zag dat het Peridot maar was. “Sorry, automatisme...” Ze had van de schrik zelfs haar pop laten vallen.
“Nee, ik sorry” zei Peridot, “ik vergeet te vaak dat jij niet van aanraking houdt...” Ze bloosde er een beetje bij. “Had ik ook niet moeten doen gezien jij net op iemand wilde schieten... waarom eigenlijk?” Intussen pakte ze haar pop weer op en drukte deze dicht tegen zich aan.
“Hij liet mij en Lucas schrikken toen we net in de ballenbak waren geland door de glijbaan” legde ik uit, “en toen kende hij me ineens van toen ik vorige zomer met Tony naar een speelhal aan de rand van Fourside was, op onze week weg. Hij heet Travis, en is momenteel ook op vakantie.”
“Ik zie dat Lucas ook aan het schieten is?” zei Peridot, nog knikkend van wat ik net had gezegd. “Mag ik meedoen?”
Lucas, die Peridot nu ook had gezien, knikte, en wees haar nog zo'n bazooka aan, die er links van mij was, en toen ze er eens achter stond, was er nu nog één vrij.
Mijn bazooka was nog steeds geladen, maar na weer heel precies richten schoot ik helaas toch mis.
“Hè, kaas met crackers...” mompelde ik lichtelijk geïrriteerd en hoofdschuddend, terwijl ik nog een bal pakte en hiermee opnieuw laadde.
Ik richtte weer, maar zag nu ineens dat er wat meer volk in de ballenbak was gekomen dan alleen Travis. Zaten er ook bekenden tussen?
“Hé, kijk!” riep Lucas, “Marcie, Peridot!” Hij wees op één van de mensen. “Daar is Fuel. Zullen wij hem begroeten en indirect uitnodigen?”
“Oké” zei ik, “maar zullen we dan wel tegelijkertijd naar hem schieten? Dat is nog leuker.”
“Prima idee” zei Peridot. “Iedereen geladen en gericht?”
Lucas en ik staken onze duimen omhoog.
“Oké dan” zei Peridot, “op drie. Eén, twee, tweeënhalf...”
Bij de drie schoten we alledrie een bal naar Fuel, die als reactie naar rechts over zijn schouder keek. Toen hij ons zag, zwaaiden we naar hem, en gebaarden we dat hij naar boven mocht komen.
Na een tijdje was hij naar ons toe gekomen, en hadden we hem uitbundig begroet.
“Ik had deze manier van mij opmerken niet verwacht” lachte Fuel, “goed bedacht van jullie!” Hij ging bij de laatste vrije bazooka zitten, die helemaal rechts was, en ook rechts van Lucas. “Dus wat is nu de bedoeling? Is dit een wedstrijd of zo?”
“Nee, gewoon gezellig” zei ik. “Al probeer ik wel wraak te nemen op Travis, een toerist die mij en Lucas in de ballenbak had laten schrikken, en kan ik misschien wel wat assistentie gebruiken, denk ik.”
“Oh, dan weet ik iets leuks” zei Peridot. “Als we hem allemaal geraakt hebben en hij kijkt om, gewoon allemaal naar beneden duiken en doen alsof er niets is gebeurd...!” Ze glunderde al bij het idee.
Fuel, Lucas en ik knikten en staken onze duim op naar het idee, en allevier laadden we onze bazooka's, richtten we deze op Travis, en was het nog meteen raak ook. Was dit toeval of zo?
Terug in het ballenbad keek Travis inderdaad gelijk om, en verscholen Peridot, Lucas, Fuel en ik ons direct, om vervolgens in een flinke lachbui uit te barsten.
“Je had die blik van hem moeten zien!” riep ik. “Die grote verbaasde ogen!”
“Ja” zei Fuel, “maar weet hij wel dat dit een grap was?”
“Goeie” zei Lucas, die meteen weer naar de cylindrische glijbaan ging. “Ik zal het hem wel even zeggen.”
“Niet zonder ons!” riep Peridot, en zij, Fuel en ik gingen na Lucas ook de glijbaan in, voor mij terug naar de ballenbak.
Lucas was al met Travis aan de praat geraakt, en toen Fuel, Peridot en ik daar ook nog bij kwamen, hadden we weer een lang maar toch interessant gesprek.
Op afstand zag ik dat Nana bij Duster en Kumatora aan de tafel was gaan zitten, en daar vast ook een interessant gesprek aangegaan was. Het verbaasde me dat alleen zij er was, want normaal gesproken zou Peridot niet alleen komen, omdat Fuel dan vaak met Nana mee ging. Of was Peridot wel met hen meegegaan? Ik haalde mijn schouders op en deed nog één voorstel, want het was inmiddels tegen zessen, en Lucas en ik konden op elk moment teruggeroepen worden gezien we 's avonds ook nog naar een restaurant zouden gaan.
“Zullen we nog even op de trampoline gaan?” stelde ik voor.
“Ja, graag zelfs” zei Fuel, “mag ik je dan weer zo vaak lanceren, net als terug in februari tijdens het kleurenfeest, op dat springkussen, omdat je zo lui was om te springen, zoals je dat zelf zei?” Hij grijnsde er breed bij.
“Nee, ik!” zei Lucas, “want ik mocht haar 's zomers terug in de speelhal in Abberdaal ook vaak lanceren op het springkussen, toen kon ze minder goed zelf springen door haar knie!”
“Jongens, kan het even?” zei Peridot, die tussen de twee in ging staan om zo een ruzie te voorkomen. “Jullie mogen haar allebei om de beurt lanceren, en het maakt in dit geval totaal niets uit, wat de situatie is! Travis, zou ik in dit geval zo vriendelijk mogen zijn om jou te kunnen lanceren? Het is optioneel, hoor.”
“Van mij mag het” zei Travis, “zolang ik het maar wel door heb.”
Met zijn vijven liepen we naar de trampoline toe, en deden we zoals we hadden afgesproken.
Ik kon nu trouwens weer prima springen, het was nu ongeveer een maand of twee geleden dat ik mijn knie zo had bezeerd, en te denken dat ik desondanks toch veel probeerde te doen destijds, als een echte bikkel.
En waarom ik gelanceerd wilde worden, gewoon, omdat ik dat leuk vond als ik bij een trampoline of springkussen was. Ik kon dan zelfs wel op mijn knieën voor iemand smeken of die het voor me wilde doen, net zolang tot ik wel mijn zin kreeg.
Om ongeveer 5 over 6 waren we allevijf wel moe geworden van al het springen en lanceren, en gingen Lucas, Fuel, Peridot en ik terug bij Nana, Duster en Kumatora aan tafel zitten, terwijl Travis weer terug ging naar de tafel met zij die hij weer kende.
“Ik heb gezien dat jullie het erg leuk hadden!” zei Nana, “en toevallig nog een nieuweling hebben leren kennen, ik ben benieuwd naar hem!”
“Oh, hij” zei ik. “Nou, da's Travis, en hij daar zo zitten.” Ik wees op de tafel waar hij zat met de twee anderen. Een jongedame van ongeveer mijn kalenderleeftijd met lange paarse haren en een wijnrode haarband, die misschien zijn vriendin kon zijn, en een jongeman van ongeveer dezelfde leeftijd met blond haar in een geschoren scheiding en met veel gel bewerkt.
“Hij hier op vakantie” zei Lucas, “en ons bij vorige vakantie in Amerika gezien, maar wij hem nie.”
“Dat kan heel goed” zei Duster, “want er waren best wel wat mensen benieuwd naar die nieuwe camping, en was hij net als ons en onze bevriende gezinnen ook wel één van de eersten op de wachtlijst die aan de beurt was.”
We hadden nog een simpel maar lang gesprek gehad over hoe alles voor de rest gegaan was, en Kumatora en Nana waren hierna zelfs bij Travis en zij die hij kende aan tafel gaan zitten, waarschijnlijk ook om achteraf nummers en adressen uit te wisselen of zo.
Om 10 over 6 namen we in ieder geval afscheid van elkaar, hoopten we elkaar snel weer te zien (vooral Travis gezien hij nu een toerist was), en gingen Duster, Kumatora, Lucas en ik naar het restaurant, dat nogmaals een klein aantal voetstappen vanaf de speelhal verwijderd was, zodat we na het eten ook weer makkelijk de auto in konden straks.
In het restaurant was het niet zo druk, en werden Lucas en ik gelukkig ook niet raar aangekeken, omdat we ondanks onze ageplay dan toch in een normale stoel zaten aangezien er geen aangepaste stoelen met uitklapbare bladen waren. We spraken dan ook niet zoveel, en konden vaak knikken of nee schudden doordat we niet zulke moeilijke vragen en verhalen te horen kregen.
Duster en Kumatora deelden hun luxe footlong broodje, en Lucas en ik besloten hetzelfde maar te doen met onze frites, zodat dat in ieder geval de kosten scheelde.
Na een laatste glas drinken en de rekening betaald te hebben gingen we terug de auto in, op weg naar huis.

Duster en Kumatora hadden de meeste praatjes voorin, terwijl Lucas en ik echt kapot waren bij wijze van spreken, want het was een drukke avond voor ons geweest.
“Jullie zijn moe, hè?” zei Duster. “Ik merk het. Ik ben blij dat je op deze snelweg in ieder geval wel wat harder mag rijden, zodat we misschien sneller thuis zijn om hierna nog fijn te kunnen relaxen.”
Ik keek vermoeid naar de borden langs de weg, die ik in het halfdonker nog net kon zien. Ja, het was waar, we mochten maximaal 120 kilometer per uur rijden, en dat was behoorlijk wat.
“Ik best wel beetje willen slapen” mompelde ik, “maar eerst in bad en tandenpoetsen en alles...” Ik gaapte erbij, en voelde ineens mijn organen alles tegelijk uit het systeem gooien, waarna ik zachtjes aan het wenen was geslagen, en daar was ik zeer kort hierna niet meer de enige in.
“Maar goed dat we al de snelweg af zijn” hoorde ik Duster tegen zichzelf toelichten, “en dat er ook geen file of zo was.”
Ik had intussen zelfs lichtelijke pijn in mijn buik gekregen, wat een tweede lading vuil betekende, en het was maar goed dat ik altijd wel luiers droeg die veel aan konden, dus in dat opzicht was het nog lang niet zo erg.
Na een tijdje waren we weer thuis en werden Lucas en ik meteen naar de badkamer gebracht en de badkraan open gezet voordat de tassen uit de auto gingen om op de sofa in de woonkamer te wachten tot ze uitgepakt konden worden, omdat Lucas en ik natuurlijk eerst uitgekleed en van tevoren afgelapt moesten worden voordat we in bad konden.
“Schat, zou jij op hen kunnen letten terwijl ik in de woonkamer alles uitpak en de rest ook in orde maak?” vroeg Duster, die al bij de deur stond.
“Maar natuurlijk” zei Kumatora, die nog even snel omhoog kwam om Duster een zoen te kunnen geven voordat ze terug voor mij en Lucas op haar knieën ging zitten, om ons goed te kunnen wassen. “Dus, hoe vonden jullie het in de speelhal en het restaurant?”
“Wel leuk” zei Lucas, “nie zo heel druk, en ook fijn da Nana, Fufu en Peri ook waren.”
“Ja” zei ik, “en lekker gegeten ook, wel jammer van nie van die stoelen, maar toch.”
“Dat vond ik ook wel jammer” zei Kumatora, “want er blijken nu steeds meer mensen van onze bevolking zoals jullie te zijn, maar dat betekent niet dat dat ook weer alle mensen zijn. Ik en Duster bijvoorbeeld niet, snap je? Maar ik vind inderdaad wel dat naar aanleiding van dat wel vaker rekening met ze gehouden moet worden.” Ze spoelde mijn en Lucas' haar om de beurt uit, en bracht tenslotte nog wat gewone zeep aan op het washandje.
“Ja” zei ik, “en dan vooral bij waar iedereen zo eten, aan de rand of zo...”
“In een restaurant, bedoel je?” zei Kumatora, die de zeep van ons afspoelde. “Daar heb je wel een punt, want daar zijn er best wel weinig van die met mensen als jullie rekening houden. Wie weet komt daar op een dag wel een activist mee aanzetten, en is er in ieder geval hoop.”
Niet veel later vonden Lucas en ik het wel mooi geweest en mochten we het bad uit, werden we afgedroogd, in een schone luier en de slaapkleding gehesen, alle haren geborsteld en geföhnd, en mochten we onze tanden poetsen, waarna we in de woonkamer op de inmiddels niet meer door tassen geclaimde sofa mochten zitten, en Duster zat er zelf ook al op, die de tv op pauze zette zodra hij ons zag.
“Fijn in bad geweest, zie ik?” zei Duster. “Ik denk dat jullie ook wel dachten dat dat nodig was geweest, hè?” Hij nam ons ieder tegen zich aan.
“Op tv nog lang duren?” vroeg ik terwijl ik op de tv wees. “Wij zo toch ook kijken, Lucas?” Ik deed mijn speentje intussen ook weer in mijn mond, en ging wat tegen Duster aan hangen, om me comfortabel te maken.
“Ikke nie weten...” zei Lucas twijfelachtig. “M'ssien wel, maar m'ssien ook nie...” Hij deed hetzelfde als ik en friemelde intussen wat met één van zijn vochtige plukken haar.
“Eigenlijk duurt het niet lang meer” zei Duster, “dus ik hoop dat Kumatora het volgende niet erg vindt...” Hij zette de tv weer op afspelen en keek de rest van het programma af.
Ik kende deze aflevering wel. Over hoe er een lookalike van één van de hoofdpersonen aan kwam zetten, maar hoe ze toch geen familie van elkaar bleken, terwijl er intussen zoveel theorieën over rondgaan.
Na een klein aantal seconden was het programma alweer klaar en ging de tv uit, zodat we nog wat bij konden kletsen. Op hetzelfde moment kwam Kumatora er ook bij zitten, die eerst een vraagje aan Duster had.
“Je hebt ze hopelijk niet mee laten kijken, hè?” vroeg ze. “Je weet namelijk wel wat ik daarvan vind.”
“Nee, zeker niet” loog Duster, “het was afgelopen zodra ze eraan kwamen, dus ik hoop dat het goed is.” Hij knipoogde zo onopvallend mogelijk naar mij en Lucas.
“Dan is het prima” zei Kumatora, die erbij lachte, en mij een beetje bij zich nam. “Ik heb jullie overigens over nog niets anders gehoord van die Travis uit de speelhal, Lucas en Marcie. Vertel eens.”
“Wel, zo zitten, mama” zei ik. “Ik en Tony hem vorige jaar zo zien bij speelhal, ik toen bij paar mensjes logeren met hem, ik nog in Amerika wonen... en Travis één van die mensjes zijn mee gepraat werd, samen met de Lean, Adri en Yivo, en zij erg aardig. Maar vandaag ik en Lucas die Travis weer eens gezien, en Lucas hem nie kennen, dus wij beetje praten over alles.”
“Inderdaad, dat verhaal van dat logeren ken ik wel” zei Duster, “maar zo uitgebreid had ik het nog niet gehoord. En Lucas, jij zei ook dat Travis jullie had gezien toen we in Abberdaal waren?”
“Ja” zei Lucas, “bij dat 's morgens bewegen, en de disco, en ikke en Marcie met de jongens aan spelen waren. Maar wij hem echt nie gezien.”
“Hij zeggen in ander huisje zitten dan ons” zei ik. “Jullie m'schien vragen, hoe hij uit ziet? Wel, bruin haar, blauwe ogen, en hij zo breed als ik zijn.”
“Ik kan me inderdaad zo'n iemand wel herinneren...” zei Kumatora. “Ik zag hem bij de spooktocht met zijn broer of zo, kan het zo zijn dat hij daar ook was?”
Lucas en ik knikten, dat was volledig waar.
“Vond hij het jammer dat jullie er dan niet waren?” vroeg Duster.
“Nee” zei ik, “hij prima vinden, wij onze eigen keuzes hebben. Ik toch fijner vonden bij Lucas en de jongens, nie in het enge bos.”
“Dat is dan toch alleen maar fijn” zei Kumatora, die me nog wat dichter tegen zich aan nam en even over mijn zij streelde. “Achteraf heb ik stiekem ook wel spijt dat ik was gegaan, want ik weet hoe jullie je een tijdje alleen voelden nadat we waren vertrokken...”
We hadden hierna nog verder bijgepraat, maar toen de praatjes op waren, hadden we nog een aflevering van Gravity Falls gekeken tot ongeveer 5 voor 9, toen waren Lucas en ik echt moe.
Toen alles in orde was en het nachtlichtje en de muziekdoos aan, kregen we de nachtzoenen en alles.
“Slaap lekker, hè?” zei Duster. “Voor mijn part mogen jullie morgen ook wel uitslapen.” Nog een aai over de bol en hij was onze kamer uit.
“Welterusten, lieve pareltjes” fluisterde Kumatora, die ons nog een aai en een zoen gaf, en hierna ook de kamer zachtjes verliet.
Lucas en ik waren doodop, we hadden niets meer te vertellen, en hielden het maar op een nachtzoen, waarna we niet later dan kwart over 9 al lagen te slapen.

*zie 'Niet doorvertellen...!'.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
6. Het gerucht van heersen is waar...?
Ik schrok rond half 8 wakker van iemand die lag te hoesten. Ik keek naast me, maar het was Lucas overduidelijk niet, want die lag er ook net pas van wakker, met zijn ogen wijd open. Plus, zijn stem was lang niet zo laag, dus dan kon er maar één iemand zijn die nu misschien ziekig was.
“Jij ook horen, Marcie?” vroeg Lucas. “Da kuchen op de andere kamer?”
Ik knikte. “Dada m'schien ziek worden...” Ik voelde mijn zorgen opkomen en greep de bovenkant van de dekens stevig vast met mijn beide handen.
Het was bij ons thuis bijna nooit zo dat we ziek werden, laat staan dat één van de surrogaatouders dat zo snel werd. Maar bij deze dus gebleken dat dat dan toch hartstikke tegen kan vallen.
“Dada heus nie enige ziek, hoor” zei Lucas. “Jij Jasper nog weten? Die laatst ook ziekig weest. En jij Peri gisteren horen? Haar stem beetje anders klinken...”
Ik dacht na, en luisterde naar wat ze gisteren zei. Ik knikte, want inderdaad, ze had een lichtelijk hese stem gisteren, en dat kon best duiden op een aankomende verkoudheid of zo.
“Ja, hè?” zei ik. “En jij Fufu nog weten, hij daagjes geleden zeggen van zijn vakantie, daar ook mensjes ziek, en hij ook eerder weg door da.”
“Klopt” zei Lucas. “Ikke alleen nie zo goed weten of dan bacterie hier heeft verstopt en dada plagen heeft... en dan Fufu nie plagen. Raar, hè?”
Ik knikte, en luisterde weer naar de geluiden op de achtergrond. Hoe de deur van de ouderlijke slaapkamer open ging, en de deur van de badkamer vervolgens ook werd geopend en net zo snel ook weer gesloten. Dat kon best duiden op buikloop of moeten vomeren.
Vervolgens hoorde ik het bekende geluid van het lopen op schuimrubberen teenslippers naar ons toe komen, dat was Kumatora, en zij deed bij ons de deur open.
“Ach, lieve pluisjes...” zei ze bezorgd. “Jullie hebben het allemaal gehoord, hè?” Ze kwam bij de bedden staan. “Duster is een beetje ziek geworden, en ik merkte al dat het een beetje heerste, maar dat hij de volgende was... bij deze zullen we het allemaal maar rustig aan doen, oké?”
“Mama, wij dan fles hebben straks?” vroeg ik, terwijl ik de dekens van me af schopte en rechtop ging staan.
“Dat lijkt me een prima idee” zei Kumatora, “dan ga ik straks ook wat simpels te eten voor mij en Duster regelen.” Ze tilde mij de commode op, verwisselde mijn vuile luier, borstelde mijn haar en kleedde me weer in simpele kleding, zonder romper voor het gemak van vandaag.
Lucas onderging hierna hetzelfde, terwijl ik alvast op de sofa in de woonkamer wachtte en intussen wat met mijn knuffel friemelde. Eigenlijk vond ik het nu ook nog wel te vroeg om wakker te zijn, dus ik ging net zo snel weer op mijn zij liggen, sloot mijn ogen, liet de knuffel tegen mijn buik aan rusten en ontspande mijn mond een beetje, zodat mijn speentje niet zo heel intensief tegen mijn gezicht aan zat.
Ik zakte bijna weer weg toen ik ineens een hand zachtjes over mijn rug voelde gaan. Ik ging wat versuft terug rechtop zitten en voelde hoe mijn speentje mijn mond uit gleed.
“Maar ik nog heel moe zijn, mama” brabbelde ik.
“Ik snap best wel dat je het niet gewend bent” zei Kumatora, “maar als je terug gaat slapen, dan mis je de rest van je slaap voor bijvoorbeeld 's avonds, snap je?” Ze zette mij een beetje tegen de rugleuning van de sofa aan, net zoals ze Lucas daarnet zo heeft geplaatst, en deed mijn speentje terug in mijn mond. “Ik ben zo terug, ik ben als de flessen opwarmen eerst nog even eten naar Duster aan het brengen, en zelf ook nog wat eten, oké?”
“Prima” zei Lucas.
“Ik nie terug liggen, mama” beloofde ik.
Kumatora knikte, glimlachte, maakte een gebaar dat ze mij in de gaten zou houden, en liep de keuken in om alles te regelen.
“Marcie, ikke de bediening hebben?” vroeg Lucas.
“Pas na fles en tandenpoetsen, Lucas” zei ik. “Nu toch nie zo heel veel op tv.”
“Nee?” zei Lucas. “Wanneer dan de Tijd voor avontuur en zo komen?”
Het was inmiddels al iets voor 8, dus alles kon op elk moment beginnen.
“De lange wijzer naar rechts staan” zei ik, “dan alles beginnen, en ik ook wel beetje Gumball willen kijken.” Dat betekende dat de programma's begonnen om kwart over 8.
Niet veel later hoorde ik hoe Kumatora terug de keuken in liep om de inmiddels opgewarmde flessen voor mij en Lucas te pakken, en kwam niet veel later hier ook mee naar de woonkamer.
“Alsjeblieft” zei ze, toen ze ons ieder één fles gaf.
“Wacht” zei ik, “jij de doeken vergeten, mama, anders de sofa vlekjes hebben straks.”
“Ach, chips, natuurlijk” zei Kumatora, lichtelijk met stomheid geslagen, “da's waar ook, dank je voor het herinneren.” Ze liep naar één van de lades, pakte daar twee doeken uit, en deed ze bij mij en Lucas om de hals. “Tja, dat gebeurt nou eenmaal sneller als het in huis er anders aan toe gaat...” Dit laatste zei ze tegen zichzelf, voordat ze naar de keuken liep om zelf nog wat te eten. Natuurlijk maakte dit niet dat ze ons zo nu en dan in de gaten hield, want er kon achter iedereens rug om altijd wel wat gebeuren.
Ik deed het met mijn fles rustig aan, en voelde met mijn vingertoppen de aangename warmte van het drinken dat zich uitte door het plastic heen. Ik had weer erge zin om te liggen, maar dan was ik bang dat ik net zo snel weer terug in slaap zou kunnen vallen, dus dat was dan geen goed idee.
Na een tijdje had ik eerst mijn fles leeg, en wachtte nog op Lucas tot hij de zijne leeg had, zodat we ze beiden in de keuken op het aanrecht konden zetten en hierna in de badkamer onze tanden konden poetsen. Zo bedacht, zo gedaan, en toen alles klaar was, wilde ik al terug naar de woonkamer toen Lucas een ander idee had.
“Ja?” vroeg ik.
“Wij m'ssien bij dada kijken?” stelde Lucas voor. “Alleen kijken, hoor, nie anders.”
“Oké, denk ik” zei ik, “maar dan wel kans, da bacterie ons plagen, en wij dan later ook ziek worden.”
“Daarom alleen kijken” zei Lucas, die de keuken in liep om het aan Kumatora te vragen. “Mama, wij even bij dada kijken, alleen kijken? Marcie wel bang zijn voor ziek worden, want bacterie ons plagen, zij zeggen.”
“Doe het inderdaad maar voorzichtig aan, kersje” zei Kumatora, “Marcie kan best eens gelijk hebben.”
Lucas en ik liepen zachtjes naar de andere kant van de hal en deden voorzichtig de deur van de ouderlijke slaapkamer open.
“Dada, ik horen, jij ziek zijn” zei ik, “daarom wij aan deur blijven. Ik jou 's morgens horen, en ik daar wakker van.”
“Wat lief dat jullie even komen kijken hoe het gaat” zei Duster, die inderdaad ook nogal ziekig klonk, “en ook verstandig dat het maar tot de deur blijft. Ik heb echt hoofdpijn als een gek, en sta constant te kuchen, en dan moet ik het wel rustig aan doen, denk ik.”
“Wij ook rustig aan doen” zei Lucas, “want erg anders, jij nie zo veel bij zijn.”
Ik knikte, Lucas had wel een punt, dat als er iemand ziek was, dat alles best wel onwennig was.
“Fijn uitrusten” zei ik, en gaf nog een handzoentje voor ik terug de woonkamer in ging.
Lucas deed hetzelfde, en hierna zaten we terug op de sofa met de knuffels, een deken en het speentje in, kijkend naar de televisie, terwijl ik intussen ook Kumatora een beetje in de gaten hield, want ik vond het niet fijn als ten minste zij niet bij ons in de buurt was. Momenteel was de klaar met de afwas en naar de badkamer gegaan om haar tanden te poetsen en haren goed te doen.
Al kijkend naar het beeld ging ik wat dichter bij Lucas zitten, om mezelf een veilig gevoel te geven. Ik deed zelfs een arm om zijn schouder en streelde hem over zijn buik met mijn hand aan dezelfde arm.
Lucas legde zijn hoofd op mijn schouder als reactie hierop. Ach, wat was hij toch lief, en ook mijn perfecte broertje, de enige die ik nodig had in mijn aardse leven.
Een flink aantal afleveringen van meerdere series later ging de tv maar uit. In die tussentijd was Kumatora bij ons komen zitten, omdat ze wist dat we bijna niet zonder toezicht konden.
“Niet fijn, hè, dat Duster ineens ziek is” zei Kumatora, “ik snap heel goed hoe onwennig jullie het nu vinden, want ik denk dat precies. Maar ja, dingen gebeuren nu eenmaal.” Ze nam ons beiden tegen zich aan.
“Maar nie alleen dada ziek zijn, mama” zei Lucas. “Jasper ook, en ikke Peri gisteren horen, zij ook andere stem hebben...”
“Dat was me niet echt opgevallen” zei Kumatora, “maar dat van Jasper klopt wel, en inmiddels zijn Lapis, Guy en Amethyst er ook mee aangestoken, en nog een aantal anderen... vreselijk, die tijden met ziekte. Ik hoop dat wij er niet mee worden aangestoken, maar met één beetje ziek iemand in huis is er wel kans, ben ik bang.”
Guy was één van de mensen die Lucas en ik konden zien van de huizen aan de kant van onze slaapkamer, en ook nog eens één van Eve's broers. Hij woonde in het derde huis links, met zijn vrouw, die momenteel een tweeling verwachtte, en het nu wel zwaar zou hebben met haar zieke man. Ik had nu best wel medelijden met hen.
“Eve dan wel eens naar Guy gaan voor zorgen?” vroeg ik. “Ikke wel mee-lijden met hem hebben, en ze vrouw...”
“Dat kan best” zei Kumatora, “maar zijn oudere broers en zussen natuurlijk ook. Nou ja, Lea niet, want bij haar zijn de kinderen ook ziek, of aan het sukkelen met hun gezondheid.”
Ik knikte. Ik had zelf wel vaker dat ik sukkelde met mijn gezondheid, vooral bij verkoudheden, waar ik nog het meeste last van had.
“Wij straks naar iemand gaan dan?” vroeg Lucas, “jij dan beetje voor dada zorgen? Of wij hier blijven?”
“Goede vraag...” zei Kumatora. “Ik zal zo wel even kijken. Voor mijn part mogen jullie nog best verder tv kijken, trouwens. Ik ben dan wel met de laptop bezig, maar toch hier op de sofa, oké?” Ze stond op en gaf mij en Lucas een zoen op het voorhoofd. “Ik ben zo terug.” Ze ging even naar de ouderlijke slaapkamer om de laptop te pakken, en was snel weer terug. In de tussentijd was de tv weer terug aan gegaan, en keken Lucas en ik in plaats van cartoons maar naar een zender met nog onzinnigere programma's, die ons straks best zouden kunnen hypnotiseren. Er was gewoon iets veelkleurigs of monochrooms in beeld dat bewoog, terwijl er tegelijkertijd rustgevende pianomuziek afspeelde. Nooit geweten dat er zo'n zender kon bestaan, maar blijkbaar dus wel.
Kumatora zat stil naast ons op de sofa met de laptop, niet op Skype te videobellen omwille van ons, maar te chatten. We zouden zo wel zien met wie.
Na een tijdje kijken naar het nutteloze beeld lagen Lucas en ik snel weer te slapen, het had ons echt gehypnotiseerd.

Rond half 12 werden Lucas en ik weer wakker, en gingen we meteen rechtop zitten gezien we nog op de sofa waren, en zometeen misschien te horen konden krijgen of we zolang naar iemand toe konden.
Intussen merkte ik hoe mijn luier zo nat was dat hij bijna op springen stond.
“Ah, jullie zijn wakker” zei Kumatora, “ik heb daarnet een plek bij iemand gevonden, maar ik denk dat ik dit later moet vertellen gezien ten minste één van jullie een natte luier heeft?”
Ik keek Kumatora met een ongeloofwaardige blik aan, hoe snel ze het inmiddels al kon weten! Maar ik knikte omdat het wel waar was, dus we stonden alledrie van de sofa op, vertrokken richting mijn en Lucas' kamer, waar Lucas en ik verschoond werden, en hierna gingen we terug naar de sofa omdat Lucas en ik nu wel benieuwd waren bij wie we nou terecht konden straks.
“Wel beetje regen” zei ik, toen ik naar buiten wees, “ver weg of nie straks?”
“Een beetje” zei Kumatora, “want ik was daarnet stil aan het chatten met Nana, en jullie kunnen zolang bij haar terecht, zodat ik in alle rust ook wat aandacht aan Duster kan schenken.”
Ik knikte, en zag naast me hoe Lucas een beetje enthousiast werd, waarschijnlijk van hoe Fuel misschien bij Nana kon zijn, maar ik keek hem eerst aan voordat ik wat in zijn oor fluisterde.
“De toekomst bestaat niet, lief broertje” fluisterde ik, “we weten niet of Fuel daar straks ook is, we zien wel.”
Lucas knikte. “Mama, hoe wij zo heen gaan? Jij nie kunnen rijden, dus jij de wagen duwen?”
“We gaan inderdaad te voet” zei Kumatora, “en dat jullie dan in de wagen gaan, regelen jullie de tassen zodat ik de wagen even kan pakken?”
Lucas en ik knikten, en voor we onze kamer betraden, keken we nog één keertje op de ouderlijke slaapkamer hoe het met Duster ging.
“Dada, wij zo even bij Nana zijn” zei Lucas, “jij al weten?”
“Ik had inderdaad zoiets gehoord van Kumatora net” zei Duster, “maar volgde het niet helemaal gezien ik half sliep. Veel succes daar.” Hij stak zijn duim omhoog.
“En jij fijn beter worden” fluisterde ik, terwijl ik weer een handzoentje gaf voordat ik naar mijn en Lucas' kamer vertrok om de tas in te pakken.
Lucas en ik pakten onze tassen uit de kast en deden daar de gewoonlijke spullen in, en gingen ook nog naar de keuken om op Kumatora te wachten om haar straks om een fles en een doek voor ieder van ons te vragen.
Na een klein tijdje was Kumatora terug uit de kelder, en zette ze de wagen vlak voor de deur van de kapstokken neer voordat ze naar ons in de keuken toe liep.
“Jullie kwamen toevallig vragen om een fles en een doek?” zei ze. “Lief dat jullie ook op me hebben gewacht.” Ze ging nog even snel naar de woonkamer om de doeken te halen, voordat ze die aan ons gaf en alvast twee flessen voorbereidde.
“Wij straks dan al gaan?” vroeg Lucas, “gewoon vraagje.”
“Van mij mag het” zei Kumatora, “maar wat willen jullie?”
“Ja, ik wel” zei ik.
Lucas knikte instemmend, en hierna kregen hij en ik de flessen in de tas, die zouden bij Nana straks wel opgewarmd kunnen worden.
Hierna gingen de tassen in de onderste mand van de wagen, en de wagen zelf even opzij zodat de jassen en schoenen gepakt konden worden. Kumatora deed de hare eerst zelf aan voordat ze mij en Lucas er om de beurt in hielp, op de schoenen na dan, want de voetenzak zat toevallig aan de wagen vast, waarbij schoenen overbodig leken.
“Deze nie vergeten” zei ik, toen ik nog snel de inloopkast in liep om een paraplu te pakken en deze ook in de mand te leggen. “Maar nie weten, of regen harder worden.”
“Dank je, lieverd” zei Kumatora, die mij eerst in de wagen zette en een zoen op mijn wang gaf.
Toen alles in orde was, ging Kumatora nog even snel aan de deur van de ouderlijke slaapkamer staan om Duster te zeggen dat we straks vertrokken.
“Ik een knuffel willen hebben” zei ik, me een beetje rusteloos voelend, “maar die in me tas zitten, en moeilijk bij me hebben straks.”
“Jij straks me handje hebben?” vroeg Lucas. “Dan jij toch iets hebben van even vasthouwen.”
Ik knikte, ik vond het helemaal prima.
Kumatora kwam na een klein tijdje terug, en toen gingen we de deur uit, en toen de deur eens dicht zat, ging het doorzichtige zeil over de wagen heen gezien het lang niet meer miezerde en de regen net was toegenomen.
Ik tastte met mijn rechterhand een beetje dezelfde kant op, zoekend naar Lucas' linkerhand, die ik niet veel later vond en zachtjes pakte. Hij voelde een beetje aan de koude kant aan, maar wel lekker zacht. Ik streelde er met mijn duim overheen.
“Jij een fijn zacht handje hebben, Lucas” zei ik, “dank je voor bieden ervan.” Ik ging weer naar achteren zitten, en schrok een klein beetje van hoe ik hierna een kusje op mijn hand kreeg. Ik voelde mezelf ervan blozen.
Ik keek intussen een beetje om me heen, maar zag niemand in het bijzonder langskomen. Vrijwel iedereen was binnen met dit weer, en zelfs het hele dorpsplein leek wel uitgestorven door het aantal zieken dat toe leek te nemen.
Een aantal hectometer later waren we bij Nana aangekomen, en Lucas en ik werden er niet afgezet, integendeel, we mochten met wagen en al naar binnen, waarbij we toen de deur eens dicht was weer los werden gemaakt.
“Wat erg voor je dat je man nu ziek is, lieverd” zei Nana tegen Kumatora, “het heerst nu inderdaad, zelfs de halve familie Everly is ermee getroffen, heb ik gehoord.”
“Ja, vreselijk” zei Kumatora, “en dan vooral met Guy, wiens vrouw met haar kolossale buik nu eigenlijk moet rusten... en die arme Eve die dan vaak bij hen langs moet komen wegens dat feit, zij wordt hierdoor nog dadelijk ziek...” Ze nam mij en Lucas ieder op één arm en liep verder naar de woonkamer.
Ik luisterde verder niet naar het gesprek van de twee, en nam in plaats daar van één van de kussens van de sofa bij me, en friemelde daarvan met een hoekje.
“Ik hopen, nie ziek worden” brabbelde ik tegen mezelf, “maar kans wel bestaan...”
“Ja, hè?” reageerde Lucas. “Mama da zo tegen ons zeggen, maar ikke dan ook hopen nie ziek worden.”
“Ik vertrek nu” zei Kumatora tegen ons tweeën, “succes, hè?” Ze gaf ons nog een knuffel en een zoen voordat ze echt vertrok.
Het was nu 1 over 12, en ik had al redelijke trek gekregen.
“Wat zouden jullie zeggen van een kleine lunch?” bood Nana aan, die voor de zekerheid ook even onze tassen uit de onderste mand van de wagen haalde.
Lucas knikte. “Ook een fles in die tassen zitten, Nana, jij die warm kunnen maken?”
“Maar natuurlijk, lieve zonnebloem” zei Nana, “ik doe alles voor jullie.” Ze gaf ons beiden een aai over het hoofd voordat ze de flessen uit de tassen pakte en ermee naar de keuken liep om deze op te warmen en intussen ook de rest van de lunch klaar te maken.
Ik en Lucas gingen maar van de sofa af om het huis nog eens rond te kijken, maar niet voordat ik mijn knuffel uit mijn tas had gepakt. Man, wat was ik daar aan toe, ik had het echt nodig, want een speentje alleen was soms niet comfortabel genoeg voor mij, en zeker nu niet.
“Nana, wij boven kijken of Fufu is?” vroeg ik, toen we bij de trap stonden.
“Van mij mag het” zei Nana, “maar doe alsjeblieft wel zachtjes, want hij kan misschien nog slapen.”
Lucas en ik slopen zachtjes de trap op en deden hierna voorzichtig de deur van Fuel's kamer open. Hij lag in zijn bed, met zijn ogen halfopen, waarschijnlijk een beetje te dagdromen, want hij giechelde wel zo nu en dan van achter zijn speentje.
“Fufu kijken wie daar is...!” fluisterden Lucas en ik tegelijkertijd.
“Lucas! Marcie!” riep Fuel enthousiast, schopte gelijk de dekens van zich af, en ging rechtop in zijn bed staan, “ikke jullie nie wacht! Fijn jullie zien! Mama, jij boven komen?”
“Ik kom al!” riep Nana, die als een speer de trap op schoot en binnen no time bij ons stond. “Hallo, Fuel, ben jij al wakker? Heb je fijn kunnen slapen?” Ze tilde hem het bed uit. “Zo te merken heb je wel een schone luier nodig.”
“Wij terug beneden” zei Lucas, “jij rust hebben, Fufu schone luier geven, oké?”
Nana gaf een bevestigend knikje naar ons en legde Fuel op de commode neer om hem te verschonen, terwijl Lucas en ik beneden terug op de sofa gingen zitten, wachtend op, nee, zelfs smachtend naar onze lunch.
Niet veel later kwamen Nana en Fuel beneden, en was alles voor de lunch in orde, en gingen we aan tafel zitten om het te eten.
“Waarom jullie hier dan?” vroeg Fuel met zijn mond vol.
“Sorry, Fufu?” vroeg ik, wel wetend dat je eigenlijk niet mag eten en praten tegelijk.
Lucas haalde zijn schouders op sinds hij zelf van plan was wel antwoord te geven, en nam zwijgend zijn volgende vork vol fruit.
Fuel slikte intussen de inhoud van zijn mond door en herhaalde zijn vraag.
“Dada ziek zijn” zei Lucas, “en mama voor hem zorgen, en dan weinig tijd voor mij en Marcie hebben, dus wij nu hier.”
“Ah, nee, nie waar” zei Fuel bezorgd, “veel mensen ziek zijn, ikke hopen hij jullie nie zo ziek maken.”
“Ik ook nie, hoor” zei ik, terwijl ik de laatste beetjes op mijn vork prikte en in mijn mond deed.
“En daarom mag Fuel zolang bij mij zijn” legde Nana uit, “ook omdat zijn eigen moeder ziek is.”
“Ja, mama dat zeggen hebben” zei Lucas, “Lapis ziek zijn, ook aantal mensen uit me buurt, en Ammie, en Jasper en zo.”
Toen alle borden, glazen en flessen leeg waren, bracht Nana deze naar de keuken, en waste zelfs lief de flessen van mij en Lucas af voordat ze terug in onze tassen gingen, zodat dat terug thuis niet meer hoefde te gebeuren.
“Mama, ikke mogen spelen met Lucas en Marcie?” vroeg Fuel, toen we ook allemaal van tafel mochten.
“Maar natuurlijk, lieverd” zei Nana, die hem een zoen op zijn voorhoofd gaf, “en lief zijn, hè?”
Lucas, Fuel en ik gaven alledrie een bevestigend knikje en gingen hierna naar Fuel's kamer boven om wat te spelen.
We speelden met blokken en andere bijbehorende dingen, zoals een houten spoor, houten voertuigjes, en poppetjes in de vorm van pionnen van een bordspel, welke de stereotypische silhouetten van mensen voor moesten stellen. We hadden van het totaal een soort dorp gebouwd, en dat was uiteraard wel gepaard met nadenken over wat er moest komen, waar het ging staan, enzovoorts.
Op gegeven moment hadden we zo intensief gespeeld en nagedacht, dat de blokken en alles terug de doos in gingen, voordat we terug naar beneden gingen om wat op de sofa te hangen, waar Nana, toen we aankwamen, een boek las, welke ze toen ze ons zag dicht deed met een briefje tussen twee ongelezen pagina's.
“Hebben jullie fijn gespeeld?” vroeg Nana, die Fuel bij zich nam. “Wel een beetje intensief, denk ik, want jullie zien er een beetje moe uit.”
“Ikke ook moe zijn” zei Lucas, die zijn speentje in zijn mond deed en wat bij me ging liggen.
Ik zei niets, ik deed mijn speentje ook maar terug in en nam mijn knuffel wat dichter bij me, terwijl ik met mijn andere hand over Lucas' arm en wang streelde. Ik dacht een klein beetje na over van alles, maar toen ik toch over thuis na dacht, was het me allemaal even teveel. Tranen begonnen zich in mijn ogen te ontwikkelen, en voor ik het wist was ik in een fikse weenbui uitgebarsten.
“Gate wel goe, Marcie?” hoorde ik Fuel vragen. “Wa nou aan handje zijn?”
Ik wist helemaal niets te zeggen, en nu ook even niet omdat ik Lucas met mijn wenen had aangestoken, misschien wel om dezelfde reden.
“Vertel eens” zei Nana, “waar zit je momenteel mee?”
“Ik thuis missen...” weende ik. “Ik me mama en dada willen...!” Ik begroef mijn gezicht in mijn handen en weende daar wat verder, terwijl ik intussen mijn blaas zich voelde ontspannen.
“Ach, lieverd...” zei Nana bezorgd, terwijl ze zich een beetje naar mijn richting verplaatste en een hand op mijn schouder legde. “Dat je ineens zo moe kon worden en die gedachte ineens voor je dreef, dat is niet leuk...”
“Ikke ook zo moe zijn...” snikte Lucas, die zijn tranen in mijn shirt droogde. Ik liet het hem maar toe, hij was toch mijn broertje.
“Wat zouden jullie zeggen van het feit dat jullie even mogen slapen?” bood Nana aan, “in de wagen, totdat jullie weer naar huis gaan of zo?”
Ik knikte, en probeerde intussen Lucas rechtop te tillen, zodat zijn knikken ook duidelijk zichtbaar was.
Zo gezegd, zo gedaan, en de rugleuningen waren even 75 graden naar achteren geklapt, zodat ik en Lucas een beetje comfortabel in slaap konden proberen te komen. We hadden hiervoor zelfs een droge luier gekregen, en dat kon misschien nog meer helpen dan alleen met een knuffel erbij en het speentje in.
Op de achtergrond hoorde ik hoe Nana en Fuel een rustig programma keken, en zag recht voor me hoe Fuel intussen door Nana in werd gebakerd, zodat hij misschien ook in slaap kon komen. Hij had in ieder geval fijn wat kussens om zich heen en zijn speentje in, dus een kans op slaap bestond bij hem ook wel.
Ik had alleen de voetenzak, ik was eigenlijk ook wel aan een deken toe gezien ik niets meer of minder dan een luier onder mijn kleding droeg.
“Lucas” fluisterde ik, “Fufu bijna beetje slapen, wij hem m'schien zoen geven?”
“Prima” zei Lucas, “ikke toch nie zo in slaap komen.”
We gingen beiden rechtop zitten en om de beurt de wagen uit om Fuel een zoen te komen brengen.
“Fijn slapen, Fufu” brabbelde Lucas, die Fuel ook een aai over zijn wang gaf.
“Slaap lekker” fluisterde ik, waarna ik hem lief een zoen gaf tussen zijn neus, mond en linkerwang in.
Lucas en ik lagen nog lang niet terug in de wagen of Nana stond al op om te kijken hoe het met ons ging.
“Kunnen jullie nog niet slapen?” vroeg Nana zachtjes. “Het is heus niet zo erg, hoor, het was echt wel lief van jullie dat jullie Fuel nog een fijne slaap wensten.” Ze streelde eerst Lucas over zijn wang. “Sterker nog, jullie kunnen bijna naar huis, want...” Voordat ze haar zin af kon maken werd er zachtjes op het raam getikt. Ze draaide zich om, en maakte naar Kumatora eerst een gebaar dat ze stil moest zijn, voordat de voordeur werd geopend.
In de hal werd er eerst zachtjes besproken hoe alles ging, terwijl ik verder nog de tv een beetje hoorde, en hoe Fuel zo nu en dan wat gaapte of zuchtte.
“Ik nu wel me jas willen...” fluisterde ik, “is nu wel heel koud aan worden.”
Ik voelde hoe Lucas mij een soort vriendelijk mini-klapje op de handpalm gaf gezien hij mijn schouder niet kon bereiken, alsof hij wilde zeggen: “Vertel mij wat.”
Om ongeveer iets over half 3 bracht Nana ons de woonkamer uit, proberend zo zachtjes mogelijk te doen gezien Fuel nu al lag te slapen, en kregen we van Kumatora in de hal onze jassen terug aan.
“Sorry dat ik jullie zo brak hierop heb gekleed” zei Kumatora, “ik hoop morgen wel aan een romper of zo te denken.”
Ik knikte, en op hetzelfde moment werd de wagen omgedraaid, zodat ik en Lucas Nana aankeken.
“Dag, Nana” mompelde ik. “Dank voor ons hier even hebben.”
“Tot later, Nana” zei Lucas, “en dank je.”
“Ik spreek je later” zei Kumatora, die Nana nog een hand gaf, voordat we weer buiten waren. “Was het fijn om even te zijn geweest?”
“Jawel” zei ik, “Lucas en ik beetje met Fufu spelen, met de blokken en zo, en wij met zijn viertjes lunchen, maar ik later jou missen, mama.”
“Ikke ook” zei Lucas, “ikke thuis beetje knuffelen met je, of terug slapen.”
“Daar ben ik ook wel aan toe” lachte Kumatora, “anders dan medicijnen geven of thermometers zo nauwkeurig mogelijk in een oor moeten stoppen om te kijken hoe hoog iemands koorts is.”
“Met dada wel goed gaan?” vroeg ik.
“Het gaat de goede kant op” zei Kumatora, “er is hoop dat het morgen echt over is.”
Ik was hier wel blij mee, en giechelde wat voor me uit. Hierna keek ik weer voor me of er nu toevallig wel bekenden konden zijn. Ik had weer ongelijk, want op afstand zag ik alleen een vreemde figuur met een capuchon over het hoofd, die iemand in een rolstoel vooruit duwde die ook onherkenbaar leek. Of was dit gewoon Leonard of Jerry met Darlie gezien door het zeil dat de regen tegenhield?
“Mama” zei ik, “daar Leonard of Jerry zijn met Darlie?”
“Toevallig niet” zei Kumatora, “dat zijn de kinderen van de handelaar, en zo te zien heeft Richie haar been gebroken of zo...” We stonden even stil omdat Kumatora een gesprek met hen aan ging. “Hoi, we zagen jullie even voor iemand anders aan, sorry.”
“Het is niet erg” hoorde ik degene met de capuchon zeggen, die overduidelijk Nichol was. “Ik wilde niet dat mijn haren in de war gingen door de wind, vandaar dat ik even een capuchon op heb.”
“Ik hoor dat er veel zieken zijn” zei Richie, “en ik heb gehoord dat je man daar één van is, mevrouw Conrad?”
“Klopt volledig” zei Kumatora, “maar alsjeblieft, je hoeft me echt geen mevrouw te noemen, we kennen elkaar tenslotte al jaren. Mag ik overigens vragen hoe het met je been zit?”
“Ach, vreselijk verhaal is dat” zei Richie. “Ik was gisteren dus dozen aan het dragen om de opslag een beetje te ordenen, en toen werd ik geroepen, maar reageerde ik te snel, dus verdraaide ik mijn knie en kan ik een tijdje niet meer pijnloos lopen.”
“Je had moeten horen hoe ze het van de pijn uitschold” lachte Nichol, “ik lig er bijna weer van in een deuk!”
“Nichol, alsjeblieft zeg!” zei Richie een beetje bozig, “dat was heus niet zo grappig, hoor, ik lach jou ook geregeld uit als jij scheldt van de pijn!”
Ik giechelde stiekem ook wel een beetje mee, want ik herkende dat uit duizenden. Op onze meest recente vakantie kon ik me nog wel eens aan mijn beschadigde knie stoten, en toen was ik net zo goed in het uitschelden van de pijn, of riep ik gewoon een soort alientaal uit als ik niet meer uit mijn woorden kwam. Dat schelden hielp overigens wel vaak om de pijn te verlichten.
“Ik zou zeggen, jij ook veel beterschap, Richie” zei Kumatora, die per ongeluk ook wat om het verhaal van net lachte, “en beiden wel thuis.”
“Prima, dank je” zei Nichol, “insgelijks.” Hij en Kumatora zwaaiden elkaar nog wat uit voordat onze beide kleine groepen op huis af gingen.
We waren algauw thuis, en nadat de jassen uit waren kwamen we eigenlijk niet echt meer aan het knuffelen toe, want Lucas en ik waren inmiddels wel echt moe geworden, dat we gewoon in bed werden gelegd en daar verder mochten slapen.

Om 5 uur ontwaakten Lucas en ik weer, en voelden we ons weer prima, ook weer om thuis te zijn.
Ik ging rechtop zitten, en voelde weer een natte luier van mezelf, maar hij kon nog wel even mee, dacht ik.
Toen Lucas ook net rechtop zat, kwam Kumatora de kamer binnen.
“Hebben jullie nog fijn kunnen slapen?” vroeg ze, toen ze ons één voor één de bedden uithaalde.
Lucas en ik knikten, en mochten naar de woonkamer, waar er niets op tv was, dus we raakten maar met elkaar in gesprek.
Op het moment dat Lucas bijna wilde vragen hoe het met Duster zou gaan, kwam Duster toevallig nog binnen ook. Hij zag er inderdaad een stuk beter uit dan vanmorgen.
“Hallo, kersjes” begroette hij ons, terwijl hij ook op de sofa plaatsnam. “Ik mag van Kumatora even het bed uit, kijken of het gaat. Hoe is het met jullie?”
“Wel goed, dada” zei ik, terwijl ik hem eigenlijk zou willen knuffelen, maar het aan de andere kant ook weer niet durfde uit angst voor eventuele besmetting, dus ik sloeg maar een arm om Lucas' schouder.
“Ja” zei Lucas, “wij net fijn bij Nana en Fufu weest, lunch hebben, met Fufu spelen, en beetje praten, want ikke en Marcie thuis missen, en wij nu weer thuis, en da's fijn.”
“Dat vind ik ook erg fijn” zei Duster. “Je mag me trouwens gerust een knuffel geven, Marcie, ik ben niet van dun glas.” Hij lachte er wat bij.
Ik gaf Duster dan toch voorzichtig een knuffel, nog steeds bang om zelf ook wat ziek te worden, dus een zoen besloot ik maar echt voor me te houden.
We hadden ongeveer een uurtje gepraat totdat het eten klaar was. Het eten was simpel gehouden, we hadden een hybride van rijst en een aantal groenten (die Lucas en ik wel lekker vonden) uit de oven, en dat was licht genoeg voor iedereens buik, en ook niet al te lang over gedaan.
Na het eten en onze tweede fles water gingen Lucas en ik terug naar onze kamer om de tassen weer uit te pakken, waarbij we toen alles in orde was ook de afgewassen flessen aan Kumatora gaven.
“Heeft Nana het voor jullie afgewassen?” vroeg Kumatora verbaasd. “Wat lief van haar, dat scheelt mij weer wat afwas.” Ze gaf ons ieder een zoen op het hoofd en ging verder met de laatste beetjes. “Jullie mogen van mij best wachten in de badkamer, ik ben zo toch klaar.”
Lucas en ik vertrokken naar de badkamer, waar het raam nog open stond, waarschijnlijk had Duster dat gedaan omdat hij vanmorgen een klein aantal keer in de wc had gevomeerd en hij bang was dat we het nog konden ruiken of zo. Wel, nu niet meer, maar nu waren mijn grootste zorgen de kou en de insecten die aanwezig konden zijn.
“Waar dada?” vroeg ik. “Ik raam nie open willen, dan enge beestjes komen.”
Lucas ging gelijk de badkamer uit, op zoek naar Duster, en kwam niet veel later met hem terug.
“Sorry” zei Duster, “ik had inderdaad overgegeven, en verwachtte meerdere keren ervan, maar het was me ontgaan, net als het open raam.” Hij sloot het raam zo goed mogelijk. “Dat zou moeten schelen, en als er per ongeluk toch insecten kunnen komen, zit er toch weer een spin in de hoek boven de wastafel.” Hij gaf mij en Lucas ieder een vriendelijk klapje op de schouder en ging weer terug naar de woonkamer.
Ik voelde intussen hoe mijn luier zich opvulde met de gewoonlijke donkere materie, en schopte onrustig met mijn benen vooruit.
Op hetzelfde moment kwam Kumatora aanzetten, die het bij zowel mij als Lucas merkte, en hierop de badkraan aanzette.
“Dus ik hoorde dat Duster het raam open had laten staan?” zei Kumatora. “Zoiets vermoedde ik al, want de laatste keer dat ik hier op de wc zat voelde de bril al ineens kouder aan dan als het raam dicht zou zitten. Wat goed dat je dat hebt gezien, Marcie.” Ze legde mij op de ladekast neer en kleedde mij volledig uit, waarna ik eerst voorgelapt werd met meerdere lotiondoekjes voordat ik als eerste in bad werd gezet en Lucas hierna hetzelfde onderging.
We werden beiden eens fijn gewassen, en het rook in de badkamer zelfs naar lavendel, door het speciale soort badschuim dat toe was gevoegd. Ik voelde me gelijk behoorlijk relaxed, in tegenstelling tot Lucas, die er maar continu van leek te niezen. Kumatora merkte dit, en haalde Lucas maar eerst uit bad om hem af te drogen voordat ik aan de beurt was. Hierna ging de stop van het bad eruit en werd het haar geborsteld en geföhnd, kregen we een luier en slaapkleding aan en mochten we tenslotte onze tanden weer poetsen.
“Wat zouden jullie zeggen van dat we eindelijk doen wat we eerder hadden beloofd?” zei Kumatora, die mij en Lucas ieder het speentje gaf, “fijn knuffelen, want daar waren jullie vanmiddag toch te moe voor, merkte ik.”
“Ja, prima” zei Lucas, en in de woonkamer namen we plaats op de sofa, waarbij we met zijn drieën fijn bij elkaar zaten, gepaard met het gewoonlijke bijkletsen.
Duster liet het ons allemaal maar toe, hij was zelf op de laptop bezig met een spelletje online dammen. Hij gaf mij en Lucas gelijk omdat we terug bij Nana Kumatora echt hadden gemist, en dat vond ik wel fijn.
Om 8 uur keken we tenslotte nog een uurtje televisie naar net zo'n rustgevend programma als vanmiddag bij Nana, en dat hielp bij mij en Lucas wel wat betrefte de slaperigheid, want toen het afgelopen was, konden we nauwelijks onze ogen meer open houden.
“Slaap lekker, hè?” zei Duster tegen ons, terwijl hij ons om de beurt een knuffel en een zoen op de kruin gaf, voordat we door Kumatora naar onze kamer werden gebracht.
Alles was in orde gemaakt toen Lucas ineens met een prima idee kwam.
“Mama?” stelde hij voor. “Jij even wat voor ons zingen in plaats van de muziekdoos? Please?
“Maar natuurlijk, blondje” zei Kumatora, “het mag van mij altijd, hoor.” Ze ging in het fauteuil zitten en zong wat voor mij en Lucas, tot ze weer opstond voor ons verder een goedenacht wensen. “Welterusten, hè? Jullie zijn vandaag heel lief geweest, hoor.” Ze gaf ons ieder een zoen op de wang, ging de kamer uit en deed zachtjes de deur achter zich dicht.
“Ikke nu wel nieuw naar morgen” zei Lucas, “of dada echt beter gaat worden.”
“Ik ook da hopen” zei ik, “maar één manier of wij da zullen zien, en is proberen te slapen.” Ik gaf hem een nachtzoen. “Slaap lekker, lief broertje.”
“Jij ook, zus” zei Lucas, die mij een nachtzoen terug gaf, en zich op zijn zij draaide.
We lagen tenslotte om een uurtje of half 10 te slapen.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
7. Angst?
Ik schrok rechtop in mijn bed wakker van een tak die heel hard tegen het raam aan waaide. Het mocht dan wel niets bijzonders zijn, maar mijn hart ging daarbinnen heel erg tekeer van de schrik. Ik had daardoor zelfs nog flink wat urine geloosd, waardoor de rest van de inhoud van mijn luier kleverig en raar aanvoelde.
Ik keek naast me, en zag dat Lucas inmiddels ook wakker aan het worden was. De klok gaf aan dat het kwart voor 9 was, dus we zouden op elk moment uit bed gehaald kunnen worden.
Vanmorgen had ik geen gehoest, gekuch of andere bijzonderheden gehoord, dus het zou best betekenen dat Duster niet meer zo ziek was.
Ik verveelde me wel een beetje, dus ik probeerde mijn benen naar mijn handen te brengen en mijn tenen aan te raken, en friemelde wat aan mijn tenen totdat ik de deur open hoorde gaan.
“Goedemorgen” begroette Kumatora ons. “Hebben jullie een fijne nacht gehad?”
Ik ging weer normaal liggen, rechtop zitten en knikte. Ik had niet zo druk moeten bewegen en zo, dacht ik achteraf, nu zit alle donkere materie nog erger door mijn luier heen dan daarnet.
“Hoe dada voelen?” vroeg ik, terwijl ik ging staan en mijn armen uitstak.
“Stukken beter” zei Kumatora, die mij de commode op tilde, “lief dat je dat vraagt.” Ze deed mijn slaapkleding en vuile luier uit. “Ben je net een beetje hyper geweest? Ik kan het aan je luier zien.” Ze kon er gelukkig nog om lachen.
Intussen voelde ik de koelte van de lotiondoekjes over mijn streek gaan, en dat voelde al stukken beter dan die klevende rommel van daarnet. Ik werd nog ingepoederd en voorzien van een schone luier voordat ik mijn kleding voor vandaag aan kreeg. Gewoon een romper, fijn zittende sokken, een makkelijke broek en een hesje, omdat de temperaturen laatst wel heel wisselend waren. De romper die ik aan had gaf een afbeelding weer van een serie die ik eigenlijk nooit keek (en sowieso nu helemaal niet omdat horror niet voor 'kleintjes' is), maar er toch wel erg leuk uit zag, te leuk om hem niet te laten ontwerpen. 'It's time to lurn together'* stond erop, waarom dat spelfoutje erop stond wist ik zelf ook niet, maar ik vond vooral de klok en de blocnote van de afbeelding erg leuk.
Toen mijn haar tenslotte geborsteld was, mocht Lucas op de commode en ik naar de woonkamer. De tafel was al gedekt met borden, glazen en flessen, en Duster wachtte op de sofa.
“Hé, goedemorgen, lieverd!” zei hij, toen ik naar hem toe kwam en door hem bij zich genomen werd. “Heb je fijn geslapen?”
Ik knikte, en nestelde me wat tegen hem aan.
“Ach, die romper van je blijft toch leuk” lachte Duster liefkozend, “hij past zo goed bij één van je T-shirts, vind ik.” Hij gaf me wel vaker complimenten over mijn kleding, en het T-shirt waarover hij sprak droeg ik eigenlijk alleen op het kleurenfeest, wegens het feit dat de tekst 'Green is not a creative colour' luidde, en dat vond ik zelf prima bij het thema kleurenfeest passen.
Maar de romper die ik momenteel droeg vond zowaar iedereen leuk, op de reis had ik er zelfs een foto van laten zien aan Jef, Brien en Perry, en die vonden hem ook wel erg schattig, en Jef zei me zelfs dat het een zeer goede keuze was voor een kledingontwerp voor mijn soort levensstijl, en dat kon ik alleen maar waarderen.
“Ik da ook leuke kleding vinden, dada” zei ik enthousiast, “zij op de crèche zelfs jaloers op zijn, vooral Ammie en Kara hem leuk vinden.”
“Dat klopt” zei Duster, “dat weet ik nog heel goed, dat zij er ook zo eentje wilden laten ontwerpen.” Hij gaf me nog eens goed een knuffel voordat we beiden aan tafel gingen zitten, hij was zelfs zo lief geweest om mij alvast een doek voor te doen, en hij wachtte nog op Lucas met een tweede doek, dat die straks ook bij hem voor kon.
Na een klein tijdje kwamen Kumatora en Lucas opdagen, en kreeg Lucas zijn doek voor, terwijl Kumatora intussen in de keuken het eten voor op tafel regelde.
“Hoe jij voelen, dada?” vroeg Lucas.
“Oeps” riep ik uit, “ik vergeten te vragen...” Ik sloeg een hand voor mijn mond en voelde hoe mijn wangen dieprood kleurden.
“Ik voel me prima” zei Duster, “dat kuchen lijkt wel als sneeuw voor de zon verdwenen te zijn, en ik heb ook geen hoofdpijn of zo meer.” Hij gaf ons beiden een aai over het hoofd. “Het geeft niets dat die vraag je was ontgaan, Marcie, het kan gebeuren.”
Ik deed mijn speentje uit voor het eten en lachte lief mijn tanden bloot.
Toen Kumatora terug was met het eten, was de gezellige sfeer aan tafel eindelijk weergekeerd, man, wat had ik dat toch gemist. Er werd weer gezellig gepraat over van alles, en Lucas en ik bespraken ook volop allerlei dingen die wij weer interessant vonden, noem maar op.
Om ongeveer iets voor half 10 mochten Lucas en ik van tafel af om ons doek in de wasmand te doen en de tanden te poetsen, terwijl door Duster de afwas werd gedaan en Kumatora nog snel de stofzuiger door het hele huis haalde.
Niet veel later was alles klaar, schoon, stofvrij en zo, en was er weer rust.
We zaten zo'n beetje de rest van de morgen gezellig met elkaar op de sofa, Duster achter de laptop, mijnenveger spelend, en Kumatora met mij en Lucas tv kijkend.
Een aantal uur later was er voor mij en Lucas niet zo veel bijzonders meer op tv, dus gingen we op onze kamer wat spelen en lieten we Kumatora maar een zender voor zichzelf uitkiezen.
We hadden wat gespeeld met knuffels en hierna wat papiertjes en krijtjes geregeld om wat te tekenen. We hadden opnieuw geen idee wat te tekenen, dus we verzonnen per keer iets voor elkaar dat getekend kon worden, en dat soms zelfs met de opdracht om het met ogen dicht te proberen. Wel, ik moet zeggen, de resultaten zien er dan heel gek uit.
Om een uurtje of half 11 waren we wel moe geworden van het intensief spelen, en net toen we naar de woonkamer wilden gaan om het aan Kumatora te vertellen, kwam ze er toevallig op hetzelfde moment aan.
“Ik denk dat hier iemand flink moe is?” zei ze.
Ik knikte, en Lucas sloeg gelijk zijn armen om haar benen, betekenend dat hij opgetild wilde worden. Zo gezegd, zo gedaan, en hierna werd op de commode zijn luier verwisseld, en toen hij in bed lag, gebeurde hetzelfde bij mij, en ik bleek naast mijn blaas zo'n twee keer ontspannen ook een klein beetje gedefeceerd te hebben.
Hierna lag ik ook in bed, en kregen we beiden een zoen op de wang.
“Rust fijn uit” zei Kumatora, voordat ze de kamer verliet en de deur zachtjes sloot.
Ik draaide me op mijn buik, maar begon me daar ineens minder lekker te voelen, dus ik lag net zo snel weer op mijn zij.
“Gate wel?” vroeg Lucas, die dit zag.
“Ik beetje raar in me buik voelen...” zei ik, “hoop ik nie ziek worden.”
“Ikke ook nie” zei Lucas. “Ikke beetje in me broek gedaan voor ikke schone luier kreeg.”
“Zeg, ik ook” zei ik. “Kijken hoe gaat, wij nie ziek straks.”
Lucas knikte, gaf me een zoen op de wang, en een tijdje later sukkelden we beiden in slaap.

Anderhalf uur later werd ik wakker en had ik het ineens warm gekregen, ondanks dat mijn hesje uit was gedaan voordat ik in bed lag. Ik voelde aan mijn wangen en mijn voorhoofd, en ze gloeiden inderdaad.
Lucas was zelfs begonnen te hoesten, en het klonk als zo'n verkouden hoest.
Hè, nee, dacht ik, is er toch nog kans dat we op elk moment ziek worden. Ik zuchtte, ging rechtop zitten en leunde wat tegen de spijlen van het bed, waar ik het ineens een beetje benauwd kreeg. Ook dat nog, de verergerde astma erbovenop.
De deur ging open, en Kumatora schrok gelijk van wat ze hoorde en zag.
“Ach, nee, jullie zijn toch niet...?” was haar eerste reactie. “Vreselijk dit, ik hoop dat het niet erger wordt...” Ze haalde Lucas eerst het bed uit en liet hem naar de woonkamer gaan sinds zijn luier nog wel wat mee kon.
“Ik nauw hebben, mama...” zei ik, voordat ik ook in een luidruchtige hoestbui uitbarstte.
“Ik merk het” zei Kumatora bezorgd, “en je gloeit ook helemaal...” Ze haalde mij het bed uit en paste eerst de puffer op me toe voordat ze voorzichtig met de thermometer in mijn oor ging. 37,8 graden celsius. Nu nog maar hopen dat het ietsje zou zakken.
Tenslotte was mijn luier ook nog droog, dus we konden gelijk de woonkamer in.
“Schat, zou jij twee flessen voor kunnen bereiden?” vroeg Kumatora aan Duster, “dan regel ik intussen lunch voor ons tweeën.” Ze zette mij naast Lucas op de sofa neer.
“Altijd, lieverd” zei Duster, en hij en Kumatora zoenden nog wat voordat ze gingen doen wat er was beloofd. Hij was zelfs zo lief om mij en Lucas voor straks alvast van een doek te voorzien voordat hij de keuken in ging.
Lucas en ik zaten maar wat op de sofa voor ons uit te kijken. Ik keek zo nu en dan ook een beetje om me heen, en zag dat Lucas' wangen ook een beetje begonnen te gloeien.
“Oh, nee” zei ik bezorgd, “Lucas ook koorts hebben...!”
Lucas schrok hier wel wat van, en toen hij aan zijn wangen had gevoeld, barstte hij in tranen uit, want het was nog waar ook.
Ik nam Lucas een beetje bij me, en liet mijn ogen ook maar wat tranen, ik had echt medelijden met hem.
De tijd tikte langzaam voorbij, en nadat ik de klok ook een tijdje aan had gestaard, kwam Kumatora de woonkamer binnen met onze flessen.
“Hé, gaat het wel...?” zei ze bezorgd toen ze ons er zo bij zag. “Mag ik weten wat er is?”
“Lucas ook koorts hebben, mama” snikte ik, “en ik heel veel mee-lijden hebben met hem...!”
“Och, lieverd, dat meen je niet...” zei Kumatora, die de flessen zolang op de koffietafel zette en bij ons op de sofa kwam zitten. “Mag ik eens kijken, Lucas?”
Lucas kroop wat tegen Kumatora aan, en ze schrok inderdaad van zijn lichtelijk gloeiende wangen.
“Ikke nie ziek willen worden, mama...!” snikte Lucas. “En ikke dan ziek zijn, ikke er nie boos op dada om willen zijn...!”
“Het hoeft niet per sé door Duster te komen, pareltje” zei Kumatora, “het kan ook toeval zijn, want momenteel zijn er veel zieken, hoor.” Ze nam mij ook bij zich, pakte de flessen terug van de koffietafel en zorgde ervoor dat ik en Lucas zowel comfortabel bij haar lagen als dat we tegelijkertijd van haar de fles konden krijgen.
Ik zoog wat op de flesspeen en keek nog eens in het rond, genietend van de warmte van mijn drinken, en luisterend naar het getik van de klok op de achtergrond en het zachte gezang van Kumatora naast me. Ik kon de tekst niet helemaal volgen, maar ik wist wel dat het over iets ging dat ik via-via had leren kennen en dat er ook erg interessant en leuk uit zag, ondanks dat het nog niet uitgekomen was.
Na een tijdje was mijn fles leeg, gaf ik een boer en deed ik zelf mijn speentje terug in. Bijna tegelijkertijd was Lucas' fles ook leeg en deed hij hetzelfde als ik.
Kumatora dacht eraan om op te staan om de flessen naar de keuken te brengen, maar had uiteindelijk toch een ander plan.
“Schat?” riep ze naar de deuropening, “zou jij voor mij ook de flessen af willen wassen?”
“Hoezo?” riep Duster terug, met een plagerige hint in zijn stem. “Kun je dat niet zelf dan?”
“Nu niet, nee” zei Kumatora, “voor bewijs moet je maar eens kijken.”
Duster kwam in de deuropening staan om te kijken, en hij schrok wel een beetje van hoe ik en Lucas erbij lagen.
“S-sorry...” zei Duster, “ik neem terug wat ik zojuist heb gezegd...” Hij pakte de flessen van Kumatora aan en ging terug de keuken in om deze af te wassen, wat hij al snel klaar had, want niet veel later zat hij ook op de sofa.
Ik kroop gelijk wat tegen Duster aan, want ik had vooral gisteren het vele knuffelen met hem zo erg gemist.
“Ik van je houwen, dada” brabbelde ik.
“Meisje, je gloeit bijna volkomen” zei Duster, lichtelijk geschrokken van mijn verhoging, “...maar ondanks dat vind ik je ook erg lief, hoor.” Hij sloeg een arm om mij heen en streelde zachtjes met zijn vinger over mijn gloeiende wang heen.
We schrokken allevier van iemand die tegen het raam tikte, wat behoorlijk ongewoon was omdat men normaal gesproken op de deur zou kloppen.
“Ik doe hem wel open” zei Kumatora, “jij hebt net toch al het meeste gedaan, Duster.” Ze stond op en liep naar de voordeur.
Ondertussen keek ik naar het raam, en zag ik Leonard en Jerry staan. Zij praatten druk met elkaar en zagen eruit alsof ze zich ergens zorgen over maakten. Als het om ziekte was, was het toch alleen maar logisch.
De broers liepen hierna naar binnen, en in de hal werd er druk gepraat over het één en ander.
Lucas kroop intussen wat naar me toe, en ik sloeg mijn rechterarm om zijn schouder, betekenend dat hij zich nu niet alleen hoefde te voelen.
“Ik ben benieuwd waarom Leonard en Jerry hier nu zijn...” zei Duster voor zich uit, wat het ook lichtelijk onverstaanbaar maakte.
Nog druk pratend kwamen Kumatora, Leonard en Jerry de woonkamer binnen en namen plaats op de sofa.
“Hoi, Leonard en Jerry” zeiden Lucas en ik droogjes.
“Ach, de volgenden zijn alweer aan de beurt met ziek zijn, zie ik?” zei Jerry lichtelijk geschrokken. “Je weet hoe dat gaat in gezinnen, hè?”
“Er is hoop dat ze nog beter worden” zei Kumatora, “en ik houd die hoop aan.” Ze lachte er een beetje nerveus bij.
Lucas barstte intussen weer in een hoestbui uit, en ik kreeg er bijna tegelijkertijd ook weer een.
“Zo klonk ik gisteren ongeveer bijna de hele dag” lachte Duster, “maar vandaag was alles dan weer in het volledige niets verdwenen.” Hij gaf mij en Lucas om de beurt een klopje op de rug.
“Dan wil je vast ook niet weten hoe Darlie er momenteel aan toe is” zei Leonard, “zij heeft zichzelf de hele nacht wakker gehouden met al dat gehoest, nog erger voor haar wat betreft voeding dan voor alle oren, omdat ze flink wat slijm in haar keel heeft wat slikken moeilijker maakt.” Hij haalde zijn mobieltje uit zijn zak en handelde er wat mee, waarna hij een foto van zijn zusje liet zien, eerst een beetje aan mij en Lucas, hierna aan Duster, en tenslotte aan Kumatora.
Op de foto zag Darlie er inderdaad zeer beroerd uit, wallen onder de ogen, een verbleekt gezicht, nattere mondhoeken dan normaal, lippen die flink aan het vervellen waren, ze had zelfs een buisje in haar neus, waarschijnlijk voor voeding, gezien ze moeite had met slikken volgens Leonard.
“Nee, Lucas en Marcie werden daarnet ook beroerd wakker” zei Kumatora met een bezorgde toon in haar stem, “hij kuchend alsof hij al een tijdje verkouden was, zij met verergerde astma er nog bovenop ook...”
Terrible” zei Jerry op het Frans, “is het zware astma of dat niet?”
Kumatora schudde haar hoofd. “Het is normaal gesproken licht, maar bij stress of ziekte wordt het altijd wel wat erger.”
“Ikke wel verkouwen willen zijn” zei Lucas, “maar nie echt ziek, hoor.”
“Ik ook” zei ik, “verkouwen zijn veel fijner, daar nie last van me buik of zo, alleen van snot en kuchen.”
“Zeg dat wel” zei Jerry, “ik ben ook liever zwaar verkouden, ik had het vorig jaar december zelfs al geconcludeerd na een griep van een halve week.” Ik zag dat er tranen in zijn ogen ontstonden. “Ik heb nu zulke medelijden met mijn arme lieve Darlie, zo ziek...”
Ik ging wat meer rechtop zitten en aaide Jerry over zijn schouder, ik vond het zo zielig voor hem, maar vooral voor Darlie, hoe zij constant zou kuchen, hoe ze zich vooral in haar hoofd beroerd zou kunnen voelen, noem maar op, maar vooral hoe scherp de pijn in haar longen misschien zou zijn van al dat kuchen, ondanks dat ze grotendeels verlamd was. Ik voelde Jerry's tranen en medelijden gewoon met hem mee, nu zelfs nog groter dan mijn angst voor dat ik zelf ziek zou kunnen worden.
“Ik ook nie fijn vinden voor je, Jerry” zei ik, terwijl ik dan toch probeerde om niet te wenen. “Darlie lief meisje, zij nie verdienen om ziek worden.”
“Het komt goed” zei Jerry, die mij bij zich nam, wat mij behoorlijk emotioneel maakte sinds ik normaal gesproken altijd knuffels weigerde als ik me niet lekker voelde, maar nu moest ik, wilde ik, en zou ik eens goed gaan wenen.
“Gaat het, Jerry?” vroeg Leonard. “De zorgen zijn je te groot, hè?”
“Ik ken er nog een” zei Kumatora, die voorzichtig haar hand op mijn rug legde. “Je voelt het mee met Jerry, hè? Van mij mag het.”
“Ik denk dat we dan beter naar huis kunnen” zei Jerry, die mij aan Kumatora overhandigde en nog even zijn neus snoot in Leonard's tissue. Leonard zelf scheen het lang niet zo erg te vinden.
“Ik zou zeggen, wel thuis” zei Duster, “fijn dat jullie even langs wilden komen om jullie hart te luchten, en jullie mogen voor mijn part altijd ervoor komen.”
“Bedankt voor jullie gastvrijheid” zei Jerry, nog wat nasniffend, “en misschien tot later.”
“Tot later” zei Leonard.
“Dag” zeiden Lucas en ik, en hierna waren Leonard en Jerry de deur uit, terug op weg naar huis.
“Nee, lieverd, ik vind het ook best erg voor hen” zei Duster tegen Kumatora, “dat hun zusje nu flink ziek is.”
“Maar goed ziek zijn is ook nooit fijn” zei Kumatora terug, “weet je nog vorig jaar, toen ik je vertelde dat Marcie er ongeveer bij lag als het washandje op haar voorhoofd?”
Ik giechelde er wat afwezig bij, ik wist nog prima hoe ziek ik vorig jaar was. Dat was echter geen goede tijd om te giechelen, want ik begon opnieuw te kuchen.
“Mama, ik nu heel moe zijn...” mompelde ik, terwijl ik wat tegen haar aan ging hangen. Naast me zag ik zelfs dat Lucas bij Duster bijna lag te slapen, want ik zag zijn speentje in zijn mond nog wel wat bewegen.
“Ik merk het wel” zei Kumatora, “daarnet was behoorlijk intens, niet dan?” Ze gaf me mijn speentje en nam me even mee naar de slaapkamer om mijn toch redelijk vuile luier snel te verwisselen. Toen dat klaar was en we terug in de woonkamer waren, pakte ze een deken van de rugleuning en bakerde mij ermee in. “Je hebt je rust verdiend, lieverd.” Ze legde me bij een paar kussens in de hoek neer en gaf me een zoen op mijn voorhoofd.
“Jammer dat er maar één deken is...!” fluisterde Duster, waar hij bij gniffelde. “Anders had ik hetzelfde bij Lucas toe kunnen passen.” Hij nam Lucas bij zich en liep ook even naar de slaapkamer om hem te verschonen, en toen ze terug waren, legde hij hem voorzichtig naast mij neer.
Kumatora gniffelde terug, en de twee zoenden elkaar wat voordat ze beiden stil wat op de laptop gingen doen.
Lucas opende één van zijn oogjes nog wat en glimlachte naar me van achter zijn speentje.
“Lekker slapen” fluisterde ik naar hem.
“Jij ook” fluisterde Lucas terug.
Om ongeveer half 3 lagen we nog even te slapen.

Toen ik om circa kwart voor 6 wakker werd, voelde ik me even belabberd als toen ik aan het begin van de middag wakker werd. Mijn gezicht voelde wel ietsje minder heet aan, maar dat betekende niet dat ik geen verhoging meer had.
Ik schrok opnieuw van toen Lucas weer begon te kuchen, en nu klonk het wat meer intens. Ik woelde me wat los uit de deken, rolde nog meer op mijn zij en sloeg een arm om Lucas heen.
“Mijn vermoeden zou kunnen kloppen...” fluisterde Lucas voor zich uit.
“Van?” vroeg ik.
“Niets bijzonders, sorry” zei Lucas. “Ik voel me gewoon nog raarder dan hiervoor.”
Story of my life” zei ik. “Ik zweer, ik ga straks zowaar smeken om een fles, want ik denk niet dat ik zo aan tafel kan.”
Lucas knikte erbij, en we gingen beiden rechtop zitten. We keken wat rond, totdat de deur openging, en Duster bij ons kwam zitten.
“Hoe voelen jullie je?” vroeg hij.
“Nie veel beter” zei Lucas. “Marcie vragen, wij een fles mogen.”
Ik knikte en glimlachte een beetje, ik hoefde het niet eens meer te vragen.
“Maar natuurlijk” zei Duster, “ik vind ook wel dat het mag van mij, jullie zien er zo moe uit en zo, jullie verdienen het eigenlijk ook wel.” Hij nam ons tweeën bij zich en knuffelde wat.
“Waar mama?” vroeg ik.
“In de keuken alles voor het eten aan het voorbereiden” zei Duster. “Zal ik haar maar even zeggen dat het voor twee personen minder mag?”
Ik glimlachte, knikte, en liet Duster naar de keuken gaan om het te vragen.
“Wij nu wat tv kijken?” vroeg Lucas.
“Nee” zei ik, “ik liever wat kijken na het bad.”
“Ja, da's wel beetje fijner” zei Lucas, “beetje langer wachten, maar ikke ook wel fijner vinden om na bad kijken.”
Duster kwam snel weer bij ons opdagen en zitten.
“En?” vroeg Lucas.
“Mijn schatje vindt het niet eens zo erg om nu voor twee te koken” zei Duster, “dus van haar mogen jullie ook een fles.”
Lucas en ik glimlachten naar elkaar en gaven ook een high-five.
Met zijn drieën waren we nog wat aan de praat, en zo'n 20 minuten later was het eten klaar, maar mocht Duster van Kumatora al eerder aan tafel zitten en beginnen gezien zij mij en Lucas al de fles zou geven.
“Ik heb het allemaal gehoord” zei Kumatora, “ik vind het ook niet fijn voor jullie.” Ze deed mij en Lucas allereerst een doek voor voordat wij de fles zelf kregen. “Er bestaat dan toch kans dat jullie morgen ziek zijn, ben ik bang.” Ze zei het wel zo dat we ons van de schrik niet per ongeluk zouden verslikken of zo.
Ik knikte, ik moest het maar aanvaarden, en zag wel hoe miserabel ik me morgen kon voelen. Verder legde ik mijn vingertoppen weer op de fles zelf, voelend aan de warmte, terwijl ik tegelijkertijd mijn blaas zich voelde ontspannen.
Niet veel later hadden Lucas en ik de flessen weer leeg, en weden deze naar de keuken gebracht. Duster was intussen klaar met eten, en Kumatora ging zelf aan tafel zitten, want ze zag er net uit alsof alles van binnen om zou kunnen keren van de trek.
“Schat, mag ik ze zo in bad stoppen?” vroeg Duster, “jij mag van mij aan tafel blijven sitten.”
“Van mij mag het” zei Kumatora, “ik vind het alleen maar lief van je dat je het zo handig regelt.” Ze lachte erbij.
Duster nam mij en Lucas alvast mee naar de badkamer, waar we zolang op de ladekast werden gezet terwijl de rest voor straks nog werd geregeld.
“Ik beetje koud hebben...” zei ik, want in de badkamer was het ineens niet meer zo aangenaam als normaal. Ik trilde een beetje.
Lucas voelde eerst aan mijn wangen en voorhoofd voordat hij zelf de koude van de ruimte ook door kreeg.
“Nee, nie door je koorts komen” zei hij hoofdschuddend, voordat zijn gezicht vertrok en hij ergens verrast over was.
Ik had zo'n beetje een vermoeden wat het kon zijn, totdat ik zelf kramp kreeg en vervolgens voelde alsof er in mijn luier volautomatisch een fecale bom ontplofte, zo hard kwam het naar buiten. Ja, dat voelde ik duidelijk aankomen. Ik schudde mijn hoofd erbij.
Niet veel later kwam Duster terug met een aantal van de benodigde spullen en zette hij zelfs de radiator wat hoger gezien hij het ook wat koud vond.
“Dada kraantje van bad aanzetten?” vroeg Lucas. “Ikke en Marcie net ontploft.”
“Jullie zien er anders nog geheel intact uit” zei Duster, die deed wat Lucas vroeg, en ook wat badschuim toevoegde. “Oh, nu snap ik het, is er in jullie luier misschien een bom afgegaan?”
Lucas en ik knikten, en werden om de beurt volledig uitgekleed en schoongelapt voordat we beiden in bad werden gezet. Heel eventjes maar, want we kregen al snel weer last van onze verhoging, waardoor het water kouder aan leek te voelen.
Zo snel als we beiden in bad zaten, werden we om de beurt afgedroogd, van een schone luier en de slaapkleding voorzien, geholpen met het haar borstelen en föhnen, en we mochten tenslotte weer onze tanden poetsen toen we beiden voor de rest in orde waren.
Lucas en ik lagen hierna op de sofa in de woonkamer met een deken over ons heen, terwijl Duster zich terug in de badkamer had besloten te douchen. Kumatora was in de keuken bezig met de afwas, en hield ons tweeën zo nu en dan in de gaten.
Ik bekeek de deken en voelde er wat aan. Hij was wit met een patroon van rode paren kersjes, en oh zo zacht, we hadden hem zelfs op de reis mee, en er pasten zo ongeveer vijf personen onder, want wij tweeën en onze drie vrienden waren eens een film aan het kijken op een regenachtige dag, en toen kwam de deken prima van toepassing. Ik zat zelfs in het midden, dus ik mocht een wens doen, ten minste, daar plaagden alle aanwezige jongens mij mee. Ik vond het helemaal niet erg, want ik was altijd wel een typetje dat wensen deed om wat je ook maar kon bedenken.
“Mama, wij tv kijken?” vroeg ik, toen Kumatora de kamer binnenkwam nadat ze klaar was met de afwas.
“Ja, hoor, lieverd” zei Kumatora. “Ik ben me straks trouwens douchen, want Duster kan straks weer komen.”
“Prima” zeiden Lucas en ik tegelijk, terwijl we de tv aanzetten en wat naar Star keken, wat we al lang niet meer gezien hadden.
Tijdens de reclame kwam Duster bij ons zitten, en kon Kumatora douchen.
“Zullen we stiekem wat kijken dat eigenlijk niet mag als jullie erbij zijn?” stelde Duster voor, met een plagerige hint in zijn stem.
Ik schrok een beetje. “Toch nie...?”
“Nee, lieverd” stelde Duster mij gerust, die mijn gedachten bijna kon lezen, “niet dat wat je probeert te vermijden, hoor, ik zou niet durven. Futurama of zo?” Hij streelde mij over mijn schouder en arm.
Ik dacht even na, en schudde mijn hoofd.
“Da's mij te druk” zei ik, “ik deze zender blijven kijken.”
“Ja, ikke ook” zei Lucas.
“Da's gek” zei Duster voor zich uit, “normaal zouden ze het altijd willen, maar vandaag...”
“Sorry?” zei ik, die het letterlijk had gehoord.
“Nee, ik sorry” zei Duster terug, “ik moet het maar aanvaarden. Van mij mogen jullie gewoon blijven kijken naar wat jullie willen.” Hij klonk alsof het hem echt speet, en gaf mij en Lucas ieder een zoen op het voorhoofd.
Op tv kwamen verder nog Q*bert en Tijd voor Avontuur, en intussen was Kumatora er ook gezellig bij komen zitten.
Het was stil gebleven op de sofa, totdat alles afgelopen was en de tv uitging, toen was het weer tijd voor goede gesprekken.
We hadden over alles gepraat tot ongeveer kwart voor 9, toen waren Lucas en ik al moe, en werden we in bed gestopt.
“De muziekdoos dan even niet aan?” vroeg Lucas, toen het nachtlichtje aan was gezet, “ikke beetje last van me hoofdje hebben.”
“Ach, pareltje” zei Kumatora bezorgd, “is dat zo? Nee, dan is stilte maar even de beste muziek voor jullie.” Ze gaf ons beiden een aai over het voorhoofd en een nachtzoen. “Slaap lekker.”
“Goedenacht” zei Duster zachtjes, “en ik hoop dat jullie je morgen prima zullen voelen. Er is nog steeds hoop, hè?” Hij gaf ons beiden ook een nachtzoen en verliet de kamer samen met Kumatora.
Ik was nu ineens behoorlijk onrustig, terwijl Lucas het in probeerde te houden. Ik woelde en draaide om de haverklap, minuten leken langzaam voorbij te gaan, totdat ik in een hoestbui uitbarstte, het benauwd kreeg en hard begon te wenen. Naast me had Lucas er tranen van in zijn ogen, waarschijnlijk omdat hij het nu ook met me mee voelde.
Al snel ging de deur van de slaapkamer weer open. Kumatora keek eerst naar mij en Lucas, en greep hierna snel de puffer van een plank boven de commode, waarna ze hem op mij toepaste.
“Mama, ik nie zo goed kunnen slapen...” weende ik zachtjes.
“Dat begrijp ik” zei Kumatora, “je voelde je volgens mij al erg onrustig, hè?” Ze nam mij bij zich, ging op het fauteuil zitten en zette deze zachtjes in beweging. “Ik hoop dat dit je wel wat rustiger kan maken.”
Lucas had zich naar onze richting gedraaid en lag nu een beetje naar ons te kijken. Of het zicht hiervan hem ook rust zou geven zou ik zodadelijk wel zien.
Om ongeveer kwart over 9 voelde ik me al een stuk rustiger.
“Mama, ik terug in me bed liggen?” vroeg ik.
Kumatora knikte, stond op, legde me terug in bed, stopte mij opnieuw in, en gaf mij en Lucas ieder een nachtzoen.
“Goedenacht” fluisterde ze, voordat ze de kamer weer verliet.
Lucas en ik besloten elkaar maar de nachtzoen op het voorhoofd te geven gezien we beiden toch een beetje bang waren om zowel ziek te worden als elkaar mogelijk te kunnen besmetten.
Niet veel later lagen we beiden bijna diep te slapen.

*het is eigenlijk een <a href="http://beckyandjoes.com/t-shirts">T-shirt</a>, maar zelf zou ik het plaatje graag op een romper/body/iets in die richting willen.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
8. Als een washandje op een voorhoofd
Ik werd om half 3 's nachts wakker van een chaotische nachtmerrie. Ik was omsingeld door meerdere cyclopen met steeds dezelfde griezelige glimlach, die allemaal naar mij staarden, en dat deed mij geestelijk pijn, alsof die blikken een soort messen of zo waren.
Toen ik uit de nachtmerrie wakker werd, kreunde ik wat, en voelde ik mijn hoofd bonken. Lucas sliep nog, maar er stond zweet op zijn voorhoofd en zijn wangen gloeiden waarschijnlijk van de koorts.
Ik voelde aan mijn eigen voorhoofd, en voelde daar wat koorts, inclusief het zweet. Ik voelde zelfs de aandrang van moeten vomeren aankomen, dus ik ging voorzichtig mijn bed uit en ging naar de badkamer, waar ik tegenover de wc bleef staan, de klep ervan omhoog deed, mijn speentje uit deed en onmiddellijk overgaf. Tegelijkertijd voelde ik hoe ik volautomatisch in mijn luier defeceerde, maar dan in een zeer ongewone hoeveelheid, dus ik begon me zorgen te maken over mogelijk overlopen.
Toen ik de hendel van de wc vastpakte om deze door te spoelen, stortte ik abrupt in op de badkamervloer, en begon het benauwd te krijgen en zachtjes te wenen. Ik voelde me nu zo ziek...
Ik hoorde niemand eraan komen, totdat ik me zowaar kapot schrok van iemand die zijn hand op mijn schouder legde, wat mij harder deed wenen.
“Marcie, gaat het wel?” vroeg degene. Het was Kumatora. “Ben je ziek?”
Ik probeerde me naar haar toe te rollen, maar dat had ik beter niet kunnen doen, omdat mijn hoofd nu nog meer begon te bonken. Ik greep ernaar met mijn beide handen, en schreeuwde het hoog uit van de pijn, terwijl de tranen over mijn gezicht stroomden.
“Oh nee, dat ziet er echt niet goed uit...” zei Kumatora, terwijl ze me voorzichtig in haar armen nam. “Heb je net gevomeerd?”
Ik knikte, en voelde me sinds het vomeren een stuk minder misselijk.
“Meisje, je brandt zowat van de koorts...” zei Kumatora bezorgd. “Je bent echt ziek... mijn arme kleine pareltje...” Ze stond op en ging naar de slaapkamer om mijn luier te verwisselen. “Ik ben blij dat ik je luier nu verwissel, want geen van ons zou blij zijn geweest als hij overgelopen was...” Het duurde even voordat ik 'daar' weer fijn schoon, gepoederd en van een schone luier voorzien was, gezien ik blijkbaar buikloop had.
Nadat de puffer op mij was toegepast, werd mijn temperatuur via mijn oor opgemeten. Mijn voorgevoel van koorts hebben was nog waar ook, dus Kumatora pakte een washandje, hield het in de badkamer onder de kraan en legde het op mijn voorhoofd.
“Ik denken, Lucas ook ziek zijn...” kreunde ik, terwijl ik op Lucas wees, die van de pijn nauwelijks bewoog, en ook wat kreunde.
“In dat geval kan ik hem maar ook beter helpen” zei Kumatora, die mij terug in haar armen nam en mij voorzichtig naar de ouderlijke slaapkamer bracht. “Schat, Marcie is echt ziek, en Lucas kan minstens net zo zijn...” Ze gaf me door aan Duster en liep de kamer uit om Lucas te helpen, die intussen net zo hard aan het wenen was geslagen als ik nadat ik was geschrokken.
Duster legde me gelijk op het bed neer, legde zorgvuldig de deken over me heen, en streelde lieflijk mijn haast brandende wang met zijn wijsvinger.
“Ach...” zei Duster zachtjes. “Ik kan jou en Lucas best aangestoken hebben, wat zielig...”
Ik rolde me voorzichtig op mijn linkerzij en begon zwakjes te brabbelen, even als dat ik weer aan het snikken sloeg.
“Het is al goed, lieverd...” suste Duster mij. “Ik ben bij je...”
“Ik ook heel eng dromen, dada...” snikte ik. “Waren van die enge glimlachen, naar me kijken, en mij allemaal au doen... ik zelfs spugen net... jij en mama nie bij me weg, dada...”
“Ik zou niet durven, popje” zei Duster liefkozend. “Je brandt zowaar van de koorts terwijl je dit denkt, dat is alles.”
De laatste zin deed mijn metaforische emmer even overlopen, en mijn snikken ging weer over naar wat harder wenen. Het was me nu even te veel.
Op hetzelfde moment kwamen Kumatora en Lucas aanzetten, en kropen zij ook het grote bed in. Kumatora was zelfs zo lief geweest om het nachtlichtje mee te nemen en hem vlak bij ons in het stopcontact te doen.
“Hoe jij voelen, Lucas?” snikte ik bijna volmondig.
“Ikke me als slap doekje voelen...” kreunde Lucas. “Zo ziek.”
Ik voelde mezelf bijna weer hyperventileren, ik vond die hele 'ziek'-toestand echt niet fijn, waardoor ik dus nu zo'n beetje in nog hogere toon aan het wenen was.
“Stil maar, meisje...” fluisterde Kumatora, “er is nu echt bijna niets aan de hand, en ik zal ook niet bij je weg, hoor, dat beloof ik.” Ze legde een arm over mij heen en tastte eerst wat totdat ze mijn speentje vond en deze aan mij gaf.
Ik besloot stil verder te wenen omwille van Lucas, want ik ging er natuurlijk wel vanuit dat hij ook goed wilde slapen straks. Er werd verder niemand gestreeld, noch ten minste één lied gezongen, Duster en Kumatora hadden mij en Lucas gewoon een zoen op de kruin gegeven, en ik had mezelf uiteindelijk gewoon in slaap geweend.

Om 10 uur was ik terug wakker geworden, en voelde ik me zo slap als het vochtige washandje dat inmiddels wat van mijn voorhoofd af was gezakt, ik kon mezelf nauwelijks bewegen. Desondanks probeerde ik me nog wel 180 graden om te draaien, en zag ik dat alleen Lucas en ik nog op het bed lagen.
Lucas sliep nog, zijn speentje hing wat uit zijn mond en zijn linkerwang baadde een beetje in een kleine, vochtige cirkel van zijn speeksel. Zelfs zijn hand was een beetje nat geworden.
Ik voelde hoe mijn buik bijna leeg was en mijn luier heel erg nat, en ik wilde dat dat opgelost zou worden, dus probeerde ik te roepen, maar er kwam hooguit een soort gepiep uit mijn keel. Ik brabbelde zeer hees verder, tot ik er echt een volmondige, duidelijk klinkende “mama” uit kon brengen.
Meteen ging de deur open, en kwam Kumatora bij ons op het bed zitten. Ze was helemaal voorbereid, aangekleed, en had een klein beetje tandpasta op haar bovenlip zitten.
“Je hebt lang geslapen, hè?” zei Kumatora liefkozend, terwijl ze me weer voorzichtig bij zich nam. “Je mag van mij ook wel lang slapen, hoor, maar je had geroepen, begreep ik?”
“Ik een schone luier en een flesje hebben, mama” brabbelde ik, terwijl ik met mijn vinger haar bovenlip probeerde te bereiken. “Daar wit vlekje zitten.”
“Oh, da's wat tandpasta” gniffelde Kumatora, “ik had een soort haast net. Maar, wat jij wil, kan ik voor je regelen.” Ze haalde haar tong over het vlekje tot het weg was, stond op en bleef eerst even in de hal staan. “Schat, zou jij twee flessen klaar kunnen maken?”
“Altijd, lieverd” zei Duster vanuit de keuken terug.
“Oké, prima” zei Kumatora, voordat ze met me naar de slaapkamer liep om mijn luier te verwisselen, mijn haar te borstelen en in te vlechten, en mij aan te kleden. Dit keer niet in wat ik gisteren droeg, gezien ik het morgen misschien aan zou krijgen, maar in de meest comfortabele kleding die me niet fijnkneep, om misselijk zijn tegen te gaan.
Toen ik klaar was, zat ik terug op Kumatora's arm en gingen we naar de keuken, terwijl Duster zich met Lucas bezig ging houden en hem ook eerst ging verschonen en aankleden.
“Je wist diep van binnen wel dat je toch ziek zou worden, hè?” zei Kumatora liefkozend en bezorgd tegelijk, terwijl ze me eerst een doek voor deed.
Ik knikte, en intussen was mijn fles klaar, dus kreeg ik deze. Ik zoog rustig aan de flesspeen, maar ik had ineens moeite met slikken gezien ik wat slijm in de keel had, waarbij ik zo nu en dan even moest stoppen met drinken om proberen het slijm eruit te hoesten.
“Ik beetje dikke keel hebben, mama” zei ik, “en ik da weg willen kuchen, maar nie goed gaan.”
“Misschien na je fles wel” zei Kumatora, “dat het wat makkelijker gaat?”
Ik knikte, en ondertussen waren Duster en Lucas ook aangekomen, en zag ik aan Lucas' zoekende blik dat hij ook smachtte naar een fles, welke hij dan ook gelijk kreeg.
Ik dronk zelf de rest van mijn fles leeg, waarna ik eens goed op de rug werd geklopt, en dat hielp wel, dus hierna werd ik meteen boven de wasbak gehouden dat ik daar het slijm kwijt kon maken. Dat voelde al een stuk beter.
“Schat, weet je of Lucas last heeft een dikke keel?” vroeg Kumatora, “want Marcie had dat net wel.”
Duster keek naar Lucas, die ook probeerde te kuchen en daarom nog niet eens aan zijn fles begonnen was.
“Ikke nie zo heel goed kunnen slikken, dada” zei Lucas, die hierna toch redelijk hevig kuchte, en gelijk voor de zekerheid boven de wasbak werd gehouden, en niets bleek minder waar.
“Goedzo, Lucas” zei Duster, die Lucas op het aanrecht zette en hem een beetje steunde om vallen te voorkomen.
Lucas greep intussen naar de fles en probeerde daar zelf wat uit te drinken, wat na een klein tijdje toch niet zo ging, en hierna ermee werd geholpen.
Kumatora en ik gingen naar de badkamer, want bij mij moest het tandenpoetsen nog wel gebeuren. Mijn doek werd voor de zekerheid wel om gelaten, omdat ik met ziekte meer moeite had om mijn tanden te poetsen zonder per ongeluk te kwijlen.
Toen dat alles ook klaar was, ging het eerste doek de wasmand in en kreeg ik een tweede om, gezien ik geen zakdoek of zo bij de hand had om in te niezen of kuchen straks, dus tijdens de ageplay deden we het maar zo.
Nadat Lucas ook zijn tanden had gepoetst, lagen we samen op de sofa, maar in plaats van tv kijken deden we even niets en hadden we de knuffels en het speentje bij ons, want dat vonden we soms ook wel eens fijn, om even vrijwel niets te doen.
“Ikke toch weer beetje moe...” gaapte Lucas na een tijdje. “Jij ook wa slapen zo?”
Ik knikte, ik voelde me minstens net zo. Ik telde de knuffels en verdeelde deze over mij en Lucas, zodat we beiden evenveel hadden, en dat was natuurlijk wel zo eerlijk.
Kumatora, die bij ons op de sofa zat met haar laptop, wilde eerst de deken pakken, maar realiseerde dat dit eigenlijk niet echt hoefde.
“Jullie hebben het al behoorlijk warm, hè?” zei ze. “Dan zou een deken denk ik overbodig zijn.”
“Ik ook nie deken willen, mama” zei ik, “ik zeker warm hebben.” Ik pakte wat kussens zodat Lucas en ik daar lekker in konden liggen.
“Schat, kijk eens” zei Kumatora, nu wat zachter omwille van mij en Lucas. “Marcie heeft een lekker plekje voor haar en Lucas geregeld.”
“Als ze zich daar comfortabel bij voelen” zei Duster, “dan mag het van mij, in plaats van een deken.” Ik hoorde hoe hij opstond om misschien even te kijken, maar ik zag ook even een flits langskomen, betekenend dat de situatie ook op de foto werd gezet. “Dat ziet er toch enig uit...?”
“Nie met die flits, dada...” brabbelde ik. “Ik nu willen slapen...” Ik zocht Lucas' hand en hield deze losjes vast.
Ik had echt geen idee hoe laat het momenteel was, ik dacht rond kwart voor 11 of zo, maar ik bekommerde me er ook niet zoveel om, omdat ik niet lang hierna toch weer lag te slapen.

Ik werd rond kwart over 1 wakker van iemand die op de deur klopte. Het klonk mij te hard en het voelde alsof er een soort hevige schokgolf tussen mijn oren tekeer ging, dus ik bedekte mijn oren en begon te piepen terwijl de tranen mij in de ogen sprongen.
In de hal werd er open gedaan.
“Zou je volgende keer niet zo hard kunnen kloppen, Peridot?” werd er in de gang gezegd, “er zijn er twee ziek hier, en eentje reageerde net alsof ze een schokgolf voelde.” Dit was overduidelijk Kumatora, zij kon soms een beetje bot overkomen, zeker als er mensen ziek waren.
“Sorry, auntie” hoorde ik Peridot zeggen, “bovendien wist ik niet dat ze ziek waren. Ach, anyways, mag ik ze zien, het mag toch wel, hè, gezien ik het ook een beetje ben?” Haar stem klonk inderdaad behoorlijk anders. Het was laatst een beetje hees, maar nu klonk het alsof ze ineens een jongeman van een jaar of 16 was met een redelijk zware stem.
Ik ging moeizaam rechtop zitten, en voelde dat ik weer een vuile luier had. Dat was me even te veel, en ik begon zachtjes te wenen, terwijl ik tegelijkertijd voelde hoe de 'schokgolf' in mijn hoofd nagalmde, en dat deed zeer, dus duwde ik ook mijn handen tegen de zijkanten van mijn hoofd.
“Marcie, lieverd, gaat het wel?” vroeg Duster, die nu op de sofa zat. “Heb je hoofdpijn?”
Ik knikte, en werd door hem bij me genomen.
Lucas was ook al wakker, en lag ook zachtjes te wenen, terwijl hij de onderkant van zijn hand tegen zijn voorhoofd duwde, misschien omdat hij ook hoofdpijn had.
“Ikke au in me hoofd en vuile luier hebben...!” weende Lucas.
“Je bent niet de enige, kereltje” zei Duster, die hem ook bij zich nam, “je zus heeft precies hetzelfde.” Hij ondersteunde ons tweeën op zijn armen en stond op. “Jullie krijgen zo direct een schone luier, een fles en een washandje.” In de slaapkamer werden de luiers verwisseld, en kregen we een washandje op het voorhoofd, wat de koorts meer scheen te reduceren dan de hoofdpijn. We mochten weer naar de woonkamer toen in de keuken onze tweede flessen werden klaargemaakt.
In de keuken hoorde ik Duster en Kumatora nog wat overleggen, terwijl ik de deur zachtjes open zag gaan omdat Peridot hier al even was en toch bij ons wilde kijken hoe het ging.
“Hoi” zei Peridot zachtjes, “sorry dat ik nu kleine Peri niet ben, maar ik hoorde dat er iemand ziek was, en ik begon me zorgen te maken, dus ik kwam even langs...” Ze ging voorzichtig naast ons op de sofa zitten en legde haar handen op haar schoot. “Wat akelig dat jullie nu zo ziek zijn, eerder was dunkle nog minstens net zo, maar die werd blijkbaar eergisteren weer beter of zo, vandaar dat ik zo in de war raakte en nu dus mijn 'gewone' zelf ben...” Ze haalde een zakdoek uit haar broekzak en blies haar neus daarin. “Misschien weten jullie het al van toen we elkaar een paar dagen terug zagen, maar ik sukkelde dus een hele tijd tussen gezond en ziek zijn, en moeten jullie nu eens kijken en zo... mijn neus is een fontein aan snot geworden, en ik lijk wel argon of zo ingeademd te hebben, zo verrekt zwaar klinkt mijn stem...”
“Jij wel weer kleine Peri willen zijn zo?” vroeg ik. “Ik jou lang nie meer zo mee maken...”
“Da's waar, wa Marcie zeggen” zei Lucas.
“Maak je niet dik” zei Peridot, “ik ben zo bij Nana, en daar mag ik kleine Peri weer zijn en tegelijkertijd uitzieken, want drie keer raden wie zijn moeder weer eens overuren moet draaien.” Ze wees op zichzelf en stak haar tong eventjes uit, voor de grap. “Jullie statement van dat ik laatst als kleine Peri teveel als mijn huidige zelf tegen jullie heb gesproken klopt overigens wel. Ik zal me vaker proberen naar de 2 jaar te gedragen, oké?”
Lucas en ik knikten, en wij drieën haakten elkaars pinken om elkaar heen, als een belofte die we absoluut niet zouden willen breken.
Na een tijdje waren mijn en Lucas' flessen klaar en kwam Kumatora ermee aanzetten. Ze zag dat we het zelf eens wilden proberen, dus ze liet het ons toe.
Peridot zat intussen nog steeds naast ons, maar keek nu onrustig voor zich uit, hield en deel van haar haren met beide handen vast en haalde iedere hand om de beurt door het haar, van boven naar beneden, net als één van de meisjes die Lucas en ik geregeld in een tekenfilm zagen.
“Oh, chips, natuurlijk, dat ik daar niet aan dacht” mompelde Peridot wat tegen zichzelf, terwijl ze in dezelfde broekzak van net grabbelde maar daar geen zakdoek maar een speentje uit haalde, waar ze nog steeds zo op verzot was, ook al waren op haar tanden boven het eerste aantal gekleurde slotjes al geplaatst gezien ze daar uitgewisseld was, maar dat scheen haar allemaal niet te hinderen. Toen ze het speentje eens in had, haalde ze haar handen nog steeds door haar haren, maar langzamerhand steeds minder. Wat voor wondermiddel die speen eigenlijk wel niet was.
Ik bekeek de situatie, terwijl ik rustig uit mijn fles dronk, en met mijn andere hand die van Lucas nog steeds losjes vast had.
“Jullie zeiden toch dat het oké was om zelfs met slotjes een speentje te hebben?” zei Peridot vriendelijk. “Kijk eens, ik volg het goede voorbeeld gewoon op.” Ze knipoogde naar ons en streelde mij over mijn schouder, gezien ze al een klein tijdje opgehouden was met het spelen met haar haren en nu haar handen weer vrij kon gebruiken.
Het was mij en Lucas gelukt om weer te proberen zelf te drinken ondanks de ziekte, en daar werden we beiden op geprezen.
“Goed van jullie dat jullie het wilden proberen, lieffies” zei Kumatora trots, terwijl ze de flessen van ons aanpakte. “En Peridot, ik vind het heel lief van je dat je ons even op kwam zoeken, bedankt voor je zorgen.”
Peridot stond even op om Kumatora een knuffel en een zoen te kunnen geven.
“En jij bedankt voor je gastvrijheid, auntie” zei ze, waarna ze mij en Lucas ieder een zoen op de handpalm gaf. “Word maar snel beter, Lucas en Marcie, en ik hoop jullie ook snel weer te zien als kleine Peri.” Ze glimlachte en knipoogde nog eens.
“Jij ook beter worden, Peri” zei Lucas.
“Dank je” giechelde Peridot heesjes, “en tot later.” Ze liep de hal in om Duster ook nog even gedag te zeggen. “Tot later, dunkle, en ik hoop ook voor jou kleine Peri snel weer te kunnen zijn.” Niet veel later was ze weer de deur uit, op de fiets gestapt om bij Nana voor de rest uit te kunnen zieken als kleine Peri.
Duster kwam de woonkamer weer in, en nam voor de zekerheid mijn en Lucas' temperaturen weer op. De koorts was ietsje gezakt, maar nog niet helemaal, dus ik hoopte dat dit wel snel plaats zou vinden.
“Kan ik nog iets voor jullie betekenen?” vroeg Duster, die erbij kwam zitten. “Mag de tv misschien voor jullie aan?”
“Nee, ikke nog wa au in me hoofdje hebben” zei Lucas.
“Ik ook nie tv kijken” zei ik, “ik gewoon heel erg moe zijn.” Ik voelde mijn blaas zich ontspannen.
“Ik denk dat rust beter is voor jullie” zei Kumatora, “schat, zullen wij op de laptop intussen iets voor onszelf kijken?” Uit de la pakte ze twee paar hoofdtelefoons en een splitter, zodat ze samen op de laptop iets konden kijken zonder ons met geluid lastig te vallen. Voordat ze ook kwam zitten, gaf ze mij en Lucas nog een kleine, fijne zoen op de wang.
Ik zuchtte, nam de knuffels dichter bij me, zoog nog een paar keer op mijn speentje, en begon aan de goede tijden te denken. Man, hoeveel ik deze wel niet miste.
Ik voelde het zachte pluche van de knuffels op mijn vingertoppen, polsen en linkerwang, en dacht weer aan de reis in Abberdaal. Aan dag acht, nadat ik mijn knie had beschadigd toen ik van het klimrek was gevallen. Aan het koude doek dat op dezelfde knie rustte voordat Lillie, Perry's moeder, het voor mij had verbonden. Aan Perry's knuffel die ik eventjes mocht lenen, terwijl ik zachtjes weende en Lillie, Perry, Lucas en Kumatora mij troostten. Geloof het of niet, maar ik miste die knuffel* best wel. Ze was zo zacht en schattig, en ze rook ook zo lekker, naar een mengsel van melk en honing of zo, en een minuscuul kleine hint van poeder. Mevrouw... dinges, een donkergrijs iets dat een zeekomkommer voor moest stellen, met roze stekels en een schattige, pluizige staart. Ik hield van haar. Maar ik hield vooral van Perry, al was het niet dat ik hem echt leuk vond of zo. Gewoon als een hele goede vriend, misschien een klein beetje beter dan Fuel en Peridot, zou ik denken.
Ik voelde de pure koelte van het washandje op mijn voorhoofd. Hoe goed dat eigenlijk voelde. Een waar wonder om koorts te laten zakken, in plaats van een overdosis aan aspirine of andere rommel.
Met al deze rustgevende gedachten, me opnieuw niet zo heel bewust van de huidige tijd, misschien wel rond 3 uur of zo, lag ik binnen no time weer te slapen.

Om ongeveer kwart over 6 ontwaakte ik weer, en toen waren Duster en Kumatora net klaar met het eten aan tafel.
“Lieverd, als jij de afwas zou willen doen” bood Kumatora aan, “geef ik de flessen wel.” Ze gaven elkaar nog een zoen voordat ze beiden de keuken in gingen.
Ik voelde me even duizelig toen ik rechtop probeerde te zitten, en gezien niemand op de sofa zat en mij dus op kon vangen, viel ik per ongeluk vol op Lucas, die op slag wakker was. Ik ging langzaam van hem af, hopend dat hij niet per ongeluk zou vomeren of zo, terwijl ik tegelijkertijd de neiging had om weer terug in te storten, zo licht voelde ik me in het hoofd.
“Sorry, Lucas” mompelde ik, “ik alleen beetje duizelen...” Ik greep mijn washandje terug en legde deze op mijn voorhoofd. “Jij over moeten geven?”
“Nie echt” zei Lucas, “geluk... ikke dat in de nacht al had, en da enige keer moeten blijven...”
Kumatora kwam snel terug met twee flessen, maar deed mij en Lucas eerst een nieuw doek voor.
“Mama, ik duizelen...” mompelde ik. “Ik net op Lucas vallen, maar hij nie over moeten geven, hoor.” Tegelijkertijd voelde ik het in mijn onderbuik wat rommelen, en hoopte dat de donkere materie zich zou besparen tot na de fles.
“Ikke wel au hebben” zei Lucas, “maar jij dan ons fles geven, mama? Wij nie zelf drinken?”
“Als ik het zo hoor” zei Kumatora, “kan het denk ik niet anders.” Ze ging tussen ons in zitten en gaf ons op dezelfde handige manier tegelijkertijd de fles. “Marcie, heb je zelf ergens pijn?”
Ik schudde mijn hoofd, maar hief mijn armen wel een beetje, die net zo snel weer terug naar beneden vielen, ze waren net als pudding of zo.
Op de helft van beide flessen zag ik hoe Lucas meteen zijn handen op zijn buik legde, en er wat van de pijn weggetrokken bij keek. Ik wist meteen waarom dit was, en tegelijkertijd voelde ik het in mijn buik alleen maar nog chaotischer worden. Ik dronk in alle rust door en probeerde het te negeren, maar toen Lucas zijn fles leeg had en ik nog net bij één achtste was, ging bij mij onderin het kanon af, waarop mijn sluitspier gelijk alles uit het systeem liet. Ondanks dat dronk ik de restjes nog wel, maar ik probeerde me niet te bewegen om te voorkomen dat alles door de luier zou gaan.
Kumatora stond op, bracht even snel de flessen naar de keuken, en mij en Lucas vervolgens naar de badkamer, gezien het bijna badtijd was.
“Ikke m'ssien luier hebben die over wil lopen!” riep Lucas, in lichtelijke paniek, die nu echt smachtte om uitgekleed te worden.
Ik had er zelf niet zo heel veel last van, maar die donkere materie voelde nog altijd niet fijn aan mijn achterste, en ik probeerde er niet te krabben sinds het ietsje jeukte. Aan de andere kant was ik juist heel opgelucht in mijn buik, want daarnet had ik echt steken van de pijn.
“In dat geval kan ik dan beter even snel zijn” zei Kumatora, die de badkraan open zette na de rest in orde te hebben gemaakt, hierna mijn haar los deed, en mij en Lucas tot slot volledig uitkleedde en nog wat grondiger schoonlapte van te voren gezien buikloop hebben nog meer vuil gaf.
Het badwater was vandaag ietsje lager van temperatuur, aangezien de koorts misschien toe zou nemen als het water van de gewoonlijke temperatuur zou zijn. Ik vond het vandaag juist wel fijn, dat iets frissere water in mijn gezicht, sterker nog, overal wel, want ik leek eerder wel in zweet te baden of zo. Ik plenste dan ook wel eens water in mijn gezicht, en Kumatora scheen het nog lang niet zo erg te vinden.
“Wel fijn, mama, beetje fris water” zei ik, “ik nie zo veel koorts voelen.”
“Dan vind ik het ook fijn” zei Kumatora, die Lucas' haar tenslotte uitspoelde. “Ik vind het overigens helemaal niet erg dat je wel eens wat water in je gezicht wilt, want weet je, toen ik als kind koorts had en dan in een teil lauw water zat, deed ik dat ook regelmatig.”
Ik glimlachte, en op hetzelfde moment kwam Duster aanzetten, om te kijken hoe het ging.
“Wij in fris water, dada” zei Lucas, “ikke da fijn in me zicht vinden.”
“Ja, ik ook” zei ik, hoewel ik het dan stiekem toch koud begon te krijgen. “Mama, wij uit bad, en dada even helpen bij ons?”
“Je hoort het goed, schat” grinnikte Kumatora, “je kwam alleen om te kijken, en bij deze krijg je nu ook de opdracht om Lucas af te drogen en een luier aan te geven en zo.”
“Ik vind het prima” zei Duster, die Lucas uit bad haalde en deed wat hem werd opgegeven.
Kumatora haalde mij uit bad en deed precies hetzelfde, en toen de slaapkleding ook aan was, alle haren alleen geborsteld, en alle tanden gepoetst, mochten Lucas en ik weer wat op de sofa uitrusten, terwijl Duster maar eerst de douche onder ging en zijn tanden zou poetsen, en Kumatora ons in de gaten hield.
“Ik morgen beter willen zijn” zei ik, “ik ziek nie leuk vinden.” Ik zoog intussen op mijn speentje en friemelde wat met één van de knuffels.
“Ikke ook nie ziek willen zijn” zei Lucas. “Jij wel goed voor ons zorgen, mama, en dan veel hoop zijn op beter worden.”
“Dank je, kereltje” zei Kumatora, die Lucas een zoen op het voorhoofd gaf. “Ik ben blij dat ik veel voor jullie kon betekenen, en ik hoop zelf natuurlijk ook dat jullie morgen genezen zijn.”
Het was intussen ongeveer 7 uur, en Kumatora werd wat ongeduldig omdat Duster wat langer in de badkamer was dan normaal. Na een klein tijdje was het niet meer het geval, en wisselden de twee van functie.
“Hoe voelen jullie je nu?” vroeg Duster.
“Beetje beter, dada” zei ik, “maar wij morgen nie meer ziek willen zijn, ik da heel beu worden.”
“Dat snap ik heel goed” lachte Duster, die mij een aai over de bol gaf. “Daarom was ik eergisteren uiteindelijk toch het bed uit gekomen.”
Ik ging wat tegen Duster aan liggen, ik voelde me zo moe van al dat ziek zijn en de halve dag slapend doorbrengen, en ik had nu echt een knuffel nodig.
Uiteindelijk was Kumatora ook klaar met douchen en tandenpoetsen, en zaten we weer gezellig als een gezin op de sofa. Lucas was tegen haar aan gaan liggen, en dacht misschien wel hetzelfde als ik net. Hij had zijn kleine deken een beetje over zijn hoofd en gezicht heen gedaan, zoog rustig op zijn speentje, en had zijn ogen half dicht.
Duster en Kumatora keken zo rond kwart over 7 naar een rustige film voor hen zelf, waar Lucas en ik niet zo heel erg op letten, we lagen er gewoon rustig en ontspannen bij, en glimlachten zo nu en dan wat naar elkaar. Op gegeven moment zochten we elkaars hand zelfs, want we hadden ze vaak losjes vast gehouden vandaag, en we waren stiekem niet heel anders meer gewend.
Van al dat uren liggen en over de rug gestreeld worden werden Lucas en ik op gegeven moment wel heel moe, dat onze ogen nauwelijks nog open konden blijven, en precies op hetzelfde moment was de film ook klaar, dus we werden dan ook gelijk, natuurlijk wel met knuffels en al, naar bed gebracht, en omdat Duster en Kumatora wisten dat we al zo moe waren, werd er ook geen muziekdoos of zo aangezet. Ze wensten ons beiden een goedenacht, gaven ons een nachtzoen, en gingen hierna stil de kamer uit.
De sfeer in de slaapkamer was nu heel fijn: totale stilte, het zachte licht van het nachtlichtje, en de lichte geur van eucalyptus die er hing zodat het beter voor alle longen zou zijn.
Lucas en ik gaven elkaar een nachtzoen op de wang, en vielen om 5 over 9 als blokken in slaap, opnieuw met onze handen losjes vast.

*ik heb in het echt precies dezelfde <a href="https://pokevault.com/PyukumukuPlush?filter_name=pyukumuku">knuffel</a>!
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
9. Nog maar net beter en nu alweer druk
Ik werd rond half 10 wakker, maar wilde nog eventjes dagdromen. Voelen hoe de dekens lekker warm over mij heen lagen, en hoe de knuffels mij van gezelschap voorzagen. Een beetje bewegen met mijn hand die nog steeds losjes in die van Lucas lag, en het voelen van zijn kalme polsslag.
Ik had het niet meer zo heet dat ik voelde alsof ik smolt. Was mijn koorts weg? Ik voelde me in ieder geval niet meer zo misselijk, en er deed niets pijn. Misschien was ik al beter.
Na een tijdje dacht ik aan teveel, en rolde ik me 90 graden terug op mijn zij. Mijn hoofd zat nu te vol, dus ik begon stilletjes te wenen, om het er even allemaal uit te krijgen.
“Marcie, gate wel dan?” vroeg Lucas, die blijkbaar al wakker was en dit merkte. “Jij nog ziek voelen?”
“Nee” snikte ik, “ik aan teveel denken... ik nie mogen dagdromen...”
“Jij wel dagdromen, hoor” zei Lucas, “maar da hoofdje nie zo veel moeten denken.”
Ik knikte, zuchtte en kroop bij Lucas in bed, om daar maar even tot rust te komen, want als er één ding was dat ik niet goed in mijn eentje kon, was dat het wel.
Lucas streelde mij over mijn schouder en rechterarm, en gaf me een zoentje op het voorhoofd. Hoe ik hem tot rust kon brengen als hij zich niet lekker voelde, zo kon hij dat precies, en dat was fijn.
Zo'n 10 minuten later ging de deur open, en was Kumatora weer een beetje verrast, alsof ze nog steeds niet gewend was aan het feit dat ik wel eens bij Lucas in bed kroop, of omgekeerd.
“Goedemorgen, kersjes” zei Kumatora. “Hebben jullie fijn geslapen?”
Lucas en ik knikten.
“Ik wel weer dagdromen, mama” zei ik, “en me hoofdje teveel denken, en ik wenen, en dan ik bij Lucas in bed gekomen.”
“Dat is toch helemaal niet erg” zei Kumatora, “ik ken je inmiddels al wat beter, en je hebt gewoon wat liefde en rust tegelijk nodig op dat moment.” Ze haalde mij het bed uit om mijn luier te verschonen, mij terug in de kleding van eergisteren te kleden en mijn haar te borstelen. “Voel je je niet meer ziek?” Ze gaf me een zoen op de wang.
Ik schudde mijn hoofd, en werd van de commode af getild, zodat Lucas in alle rust verschoond en zo kon worden.
Duster stond me al in de woonkamer op te wachten, en nadat we elkaar een goedemorgen hadden gewenst en een knuffel en een zoen hadden uitgewisseld, werd ik in mijn stoel gezet en van een doek om mijn hals voorzien.
“Ik nie zo heel ziek meer zijn, dada” zei ik, terwijl ik mijn speentje uit deed en deze op het blad van de stoel neer legde.
“Da's toch alleen maar fijn” zei Duster, “dan zouden we vandaag best iets kunnen doen met zijn vieren. Hoe voelt Lucas zich?”
“Ik denken, hij ook nie meer zo ziek zijn” antwoordde ik.
“Fijn om te horen” zei Duster liefkozend. “Ik ben even in de keuken het eten aan het voorbereiden, oké?” Hij stond op en gaf me nog een zoen op het voorhoofd voordat hij de keuken in ging.
Kumatora en Lucas kwamen op hetzelfde moment de woonkamer in, en Lucas werd ook in zijn stoel gezet en van een doek voorzien.
“Jij je toch ook nie meer zo ziek voelen, Lucas?” vroeg ik voor de zekerheid nog even na.
Lucas schudde zijn hoofd, deed zijn speentje ook uit, en stak zijn duim omhoog. Dat was een goed teken.
Al snel kwam Duster weer uit de keuken terug met eten voor zichzelf en Kumatora, en flessen voor mij en Lucas, zodat we eindelijk de trek konden stillen.
“We zouden op zich weer eens iets kunnen doen met zijn vieren vandaag” zei Kumatora, “maar ik heb nog alle twijfels van het eiland... zullen we naar het winkelcentrum gaan, of naar de hoofdstad, of bij iemand op visite?” Ze greep dramatisch met haar beide handen haar hoofd vast. “Oh, wat is kiezen toch verschrikkelijk...!”
“Ik had zelf niet eens bij die ideeën stilgestaan!” zei Duster, “dank je voor de voorstellen, schat! Alhoewel, aan de andere kant kan ik ook niet uit één ervan kiezen.”
“Waarom wij niet later kiezen?” vroeg Lucas. “Anders te lang duren en je broodje te langzaam weg, en ikke en Marcie dan al fles leeg hebben.”
Ik knikte want ik was het met Lucas eens.
Na de afwas en het tandenpoetsen debatteerden we over wat we straks nou zouden willen, maar dat duurde nogal lang, vooral tegen mijn en Lucas' zin in, met ons lage aantal geduld.

Het was het winkelcentrum geworden. Te voet, en bepakt en bezakt omwille van mij en Lucas waren we de deur uit gegaan. Het miezerde wat, en voor de zekerheid was het zeil over de wagen heen gegaan, want Lucas vond dat zelfs die soort regen in zijn gezicht hem na een tijdje irriteerde.
Ik vond het helemaal niet erg, maar ik kon prima omgaan met het feit dat er met iedereen wel eens rekening gehouden moest worden.
Ik keek wat om me heen, het weer was verder prima, maar in onze buurt en naderbije straten leek het nog steeds alsof de enige bezoeker een krop tuimelkruid was die steeds om de 15 minuten verscheen, zo uitgestorven was het er.
Op het dorpsplein daarentegen was er wel wat meer volk dan een aantal dagen terug, het was nu dan ook wat later in de morgen, zo'n beetje rond 11 uur of zo, en toen gingen de winkels altijd stukje bij beetje open.
“Welk centrum gaan we dan heen, dada?” vroeg ik, want er waren een paar hectometer verderop twee winkelcentra, maar we hadden nog niet gekozen uit één van die twee.
“Oh, snap, daar had ik niet eens bij stilgestaan!” siste Duster bijna stomverbaasd, die zijn hand tegen zijn voorhoofd plantte. “Schat, Marcie noemde net dat we nog niet hebben gekozen uit één van die winkelcentra.”
“Verhip, da's waar” zei Kumatora, “hoe ben ik dan zo dom geweest om dat van tevoren niet opnieuw te realiseren...?” We stonden eventjes stil. “Marcie en Lucas, wat zouden jullie liever willen? Dat we in het moderne gebouw links gaan winkelen, of in het evenbeeld van de broeikas rechts?”
“Links” zeiden Lucas en ik tegelijk, en zo was het besloten. De winkels daar waren bovendien toch een stuk leuker, en het assortiment was er ook breder.
Eens binnen ging het zeil van de wagen af en kwamen we allerlei prikkels tegen, niet alleen maar dat er redelijk wat mensen aanwezig waren vanwege de regen, maar ook de gemengde geluiden op de achtergrond, de verscheidene lichten die van alle kanten kwamen, het feit van hoe netjes de winkels op een rij stonden, zelfs de vele psychedelische posters die hier en daar hingen, over allerlei nieuwe of later dit jaar komende series, films, computerspellen, boeken... noem jij het maar, ik nam daarnet een hele hoop waar.
“Wij wa kleding kijken?” bood Lucas aan, want hij vond de T-shirts altijd zo leuk om te bekijken, en vaak ook te krijgen.
We gingen de kledingzaak in en Lucas en ik mochten even uit de wagen om een T-shirt uit te kiezen, en dat was wel lastig, met zulke frivole en aansprekelijke afbeeldingen, teksten, kleuren, alles eigenlijk wel. Dat van moeite met kiezen hadden we wel vaker, maar soms kozen we dan ieder toevallig een T-shirt uit dat erg verwant aan de andere was, zodat we konden matchen. Ik was benieuwd wat het resultaat dit keer zou worden.
“Lucas, kijk” zei ik, terwijl ik na een tijdje gekeken te hebben twee T-shirts omhoog hield. “Van die posters van het. Ik deze erg leuk vinden, en jij?” Op ieder shirt stond een karakter met een kopje met een uitstekend rietje als hoofd, die behoorlijk leken op de personen uit van die oude cartoons, nog uit de jaren '30, zou ik denken. De karakters hadden wel wat verschillen: eentje had echt een kopje als hoofd, en veel rode details, en de andere had weer een soort mok als hoofd, en veel blauwe details, en de details op zijn gezicht waren ook erg anders. Ik was stiekem wel benieuwd naar de franchise waar ze vandaan zouden komen, maar ja, daarvoor moest ik nog wel een tijdje wachten voordat ik er meer van te weten zou komen.
“Ja, zeker leuk!” zei Lucas, “dan wij weer op elkaar lijken, en da's gaaf!” Hij ging over in nadenk-modus. “Welke jij willen?”
“Ik denken, jou deze goed staan” zei ik, terwijl ik hem het T-shirt met degene met de blauwe details gaf. “Ik deze erg leuk vinden.” Ik had het andere shirt nog vast, keek ernaar en glimlachte erbij.
“Ikke die ook leuk vinden” zei Lucas over zijn T-shirt, “wij die naar mama en dada brengen?”
Ik knikte, en het was even zoeken, maar we vonden Duster en Kumatora op gegeven moment wel terug. Zij keken bij de kleinere kleding... waarom? Daar pasten we allang niet meer in!
“Mama, dada, waarom jullie bij die kleine kleertjes kijken?” vroeg ik. “Wij die toch nie meer passen?”
“Nee” lachte Kumatora, “dat weet ik wel, maar weet je Guy, één van de broers van Eve, nog? En zijn vrouw? Misschien is het leuk om hen wat van die kleren te schenken voor hun kinderen straks?”
Ik schudde lachend mijn hoofd, dat was me even ontgaan!
“Wij dan ook wa mee kijken?” vroeg ik, terwijl ik samen met Lucas de gekozen T-shirts bij hen in het mandje deed.
“Tuurlijk” zei Duster, die mij op zijn arm nam zodat ik ook wat hoger bij de kleren kon kijken. “Kijk eerst maar eens even, misschien zit er wel wat tussen waarvan je denkt: dat ziet er leuk uit.”
Kumatora zette het mandje op de vloer en tilde Lucas ook op, voor hetzelfde principe.
Uiteindelijk hadden we beiden alweer bijpassende T-shirts uitgekozen, met van die teksten die erg goed bij elkaar pasten.
“Maar dat is toch leuk, als de shirts goed bij elkaar passen?” zei Duster, “het wordt toch een tweeling, en dan mag je van mij wel een beetje matchen, hoor.”
Ik knikte, dat was helemaal waar.
Hierna werden Lucas en ik weer terug in de wagen gezet en keken we nog even bij de uitverkoop, want daar kon soms ook nog wat interessants tussen zitten.
Een klein aantal paren sokken en sjaals later rekenden we de kleding af, en gingen we bijna verder.
“Leuke shirts hebben jullie uitgekozen, pareltjes” zei Kumatora, die mij en Lucas ieder een zoen op het voorhoofd gaf. “Wisten jullie dat het van die posters was?”
Lucas en ik knikten en glimlachten er even breed bij.
“Ik die shirts eerst gezien” zei ik trots.
“Ja, wij nu nog meer bij elkaar passen!” giechelde Lucas, “plaatjes bijna zelfde!”
“Misschien leuk voor de volgende visite?” zei Duster, “want dan hebben jullie wel vaker van die kleding aan.”
Prima idee, dacht ik bij mezelf, en ik knikte tegen Duster.
Een aantal winkels later was het iets over 12 en hadden we allevier toch wel wat trek gekregen, maar gezien we geen zin hadden om ergens bij een 'leuk' tentje te lunchen, hadden we van tevoren maar onze eigen lunch klaargemaakt thuis. Dat smaakte uiteraard ook goed, en het scheelde de portefeuilles ook behoorlijk.
“Mama, dada” zei Lucas, nadat alles op was. “Ikke natte luier hebben.”
“Ja, ik ook” zei ik, die het eigenlijk pas te laat door had.
“Bij de eerstvolgende wc's krijgen jullie een droge, oké?” zei Kumatora, die opstond, en we zochten met zijn vieren zo het winkelcentrum door. Op iedere verdieping was er wel een voorziening met wc's en zo, dus we hadden hem algauw gevonden, meteen naast een kleine meubelwinkel.
Lucas en ik kregen beiden een droge luier, maar Duster en Kumatora wilden zelf ook nog even naar de wc, en toen alles klaar was, gingen we weer verder.
Na het laatste bezoek aan het warenhuis gingen we weer op huis af, maar toen we buiten kwamen, was het wat harder gaan regenen, dus het zeil werd niet alleen terug over de wagen gespannen, maar ook alle capuchons gingen op en de paraplu ging ook open.
“Potverdrie, dit had ik dus totaal niet verwacht” zei Kumatora, “dat het zowaar zou hozen, dat hebben ze gisteren op het weer totaal niet gezegd.” Ze klonk wat geïrriteerd.
“Ik die regen dan weer nie zo fijn vinden, Lucas” vertelde ik Lucas, “als zo hard is zonder zeil of iets op het hoofd.”
“Ikke echt binnen willen zijn, zo” zei Lucas terug. “Ditte zeker nie leuk meer.”
Voor de rest van de terugweg naar huis zat ik er wat ontspannen bij, speentje in de mond, een beetje kijkend naar wat er om ons heen was, al hinderden de regendruppels het uitzicht wel behoorlijk, dus de enige mensen die er liepen waren maar wat vage schimmen.
Uiteindelijk waren we weer thuis, werd het zeil in de badkamer uitgehangen om te drogen, net als de jassen en de schoenen, en ging alle nieuwe kleding om de beurt de wasmachine in, maar de wasmachine deed het blijkbaar niet.
Lucas en ik mochten dan wel op de sofa zitten en bijna klaar zijn om tv te kijken, maar de deuren van zowel de woonkamer als de kelder stonden open, dus we konden vrijwel alles van elkaar horen.
“Wat in Masked Man's naam is er mis met dit domme apparaat?” hoorde ik Kumatora zeggen, die nu bijna boos klonk.
“Ik heb echt geen flauw idee” zei Duster terug, “het enige wat ik zie is dat de klok niet meer wordt weergegeven.”
“Wacht eens even” zei Kumatora, nu aanzienlijk kalmer. “Volgens mij is één van de stoppen doorgeslagen, kan dat kloppen?”
“Ik zal eens even kijken” zei Duster, “want dit gebeurt ons dus nauwelijks.”
De tv bleek het niet veel later ook al niet te doen, hoe vaak ik ook op de knop van de afstandsbediening klikte, en ik zag het lampje op de Apple TV ook niet branden. Dat kon allemaal maar één ding betekenen: de stroom lag eruit om een onbekende reden.
Ik werd hier zelf ook boos over, smeet de afstandsbediening woest naar de andere kant van de sofa, ging zelf in één van de hoeken van de woonkamer zitten en probeerde daar even wat stoom af te blazen.
Even later hoorde ik achter me hoe Duster en Kumatora terug de woonkamer in kwamen, en een beetje verrast waren over de situatie.
“Schat, zou jij Lucas bezig kunnen houden?” hoorde ik Kumatora vragen, waarna ze naar me toe kwam. “Marcie, wat is er? Mag ik met je praten?”
“De tv nie doen” zei ik, “dus ik boos en hier even boos willen zijn.”
“Meisje, ik snap het heel goed” zei Kumatora, “maar heb je ons dan net niet gehoord? De wasmachine doet het ook al niet, alle stroom ligt eruit, en ik vind het ook niet leuk.”
Deze woorden raakten mij bijna letterlijk, dus ik ging op de vloer liggen en barstte in hard wenen uit.
“Ik alleen willen zijn” weende ik, “even nie willen praten...!”
“Van mij mag het, lieverd” zei Kumatora, die weer opstond en naar Lucas en Duster bij de sofa ging.
Een poging om echt te kunnen ontspannen was zojuist gewoon mislukt, en daar baalde ik zwaar van, vandaar dat ik even uit wilde razen.
Ik had het volgens mij een half uur lang volgehouden, want na zo lang voelde ik me ineens heel moe, en dat werd gemerkt, want ik werd opgetild en naar de sofa gebracht, zodat ik daar even kon slapen, gezien dat nu zonder stroom de enige manier was om echt te kunnen ontspannen.

Ik werd wakker van Lucas die zelf ergens van schrok. Ik keek om me heen en richtte mijn blik eerst op de klok. Half 4, dan was ik net echt moe geweest, maar dat was logisch, want van uitrazen werd ik dat altijd wel.
“Gaat goed, Lucas?” vroeg ik, omdat Lucas zojuist geschrokken was.
“Nee” zei Lucas, “ikke alleen schikken van onweer, ikke nie weten, wa van vinden.”
“Onweer?” zei ik. “Maar da's geweldig! Als vuurwerk of zo.” Ik stond van de bank op en ging voor het raam zitten.
Buiten leek het wel te hagelen, het sloeg zowaar tegen de ramen, maar gelukkig waren ze niet zo groot als tennisballen, hooguit zo klein als sommige soorten pilletjes.
Ik onderzocht de steentjes die op het raam bleven plakken een beetje, ze werden steeds kleiner naarmate ze verder naar beneden kwamen.
Na een tijdje gekeken te hebben, maar nog geen tekenen van onweer te hebben gezien, kroop ik naar één van de lampen en zette deze aan, kijkend of de stroom het nog zou doen. Nee, nog steeds niets.
“Lucas, de lamp stuk zijn” zei ik, “dus tv ook nog nie doen.” Ik keek er een beetje teleurgesteld bij.
Lucas zuchtte in teleurstelling, en stond van de sofa op.
“Ikke luier gewisseld hebben” zei Lucas, “jij nie dan?”
Ik ging op mijn knieën staan, deed mijn broek een beetje omlaag, keek tussen mijn benen, en inderdaad, mijn luier hing behoorlijk, maar dat ik dit van tevoren niet had gevoeld? Dat was één en al bizar. Ik stond op en liep met Lucas eerst mee naar de kelder, waar Duster en Kumatora nog steeds met de stoppenkast rommelden.
“Mama?” zeiden Lucas en ik om de beurt.
“Ja?” reageerde Kumatora. “Kan ik jullie helpen?”
“Wij beiden natte luier hebben” zei ik, “en droge willen hebben.”
“Prima” zei Kumatora, die vervolgens nog even tegen Duster praatte. “Schat, ik moet even wat luiers verwisselen, weet je heel zeker dat je in je eentje met die stoppen overweg kunt?”
“Ja, lieverd” zei Duster, “ga je gang, ik kan er prima mee overweg. Ik beloof je dat ik niet geraakt zal worden door vonkjes of zo deze keer, zoals anderhalf jaar terug.”
Lucas en ik volgden Kumatora naar de slaapkamer, waar we beiden een droge luier kregen, en we mochten nog even in de woonkamer blijven omdat aan de stoppen rommelen niet iets voor 'kleintjes' was, laat staan dat het ernaar kijken amusant zou zijn.
Lucas en ik zaten voor het raam, kijkend naar de regen die inmiddels weer gewoon harde regen was. We hadden wel wat gerommel op afstand gehoord, maar nog geen flitsen gezien.
“Ik je wat vertellen, Lucas” zei ik. “Ik eens met paar anderen de duinen in zijn*, en toen daar ook onweren, en flitsen, en rommel, maar nie regen, en ik da heel erg mooi vinden, en steeds zeggen van “Vuurwerk!”, want onweer vuurwerk van de natuur zijn.”
“Ikke nie zo veel van onweer houden” zei Lucas. “Nie zo heel bang, maar altijd herrie, en rare flitsen. Ikke wel door da kunnen slapen.”
“Is al goed, hoor” zei ik, terwijl ik Lucas over zijn rug streelde. “Ik bij je zijn.”
Op hetzelfde moment zag ik de eerste flits, en dook Lucas lichtelijk ineen. Een aantal seconden later was er wat gerommel, en het kwam niet van dichtbij, en dat was maar goed ook, want in zulke gevallen klonk het vaak zo hard dat ik één keer voelde alsof het gebouw waar ik me in bevond stond te schudden, en 's zomers in de nacht is het al helemaal geen pretje als je raam dan ook open staat om de warmte weg te houden, want al doe je hem maar op één kiertje, dan wordt het bijna weer een sauna.
Na een tijdje gekeken te hebben kon ik letterlijk een bliksemschicht zien, en werd er enthousiast over.
“Ikke nie zo goed gezien” zei Lucas. “Ikke dichter bij raam mogen zitten?”
“Ja” zei ik, “van mij wel, en dan ook beetje laag zitten, wij alles in de lucht kijken, en beter zien.”
Lucas ging dichter bij het raam zitten, in dezelfde pose als ik. Na een tijdje wachten zagen we nog een paar zichtbare bliksemschichten, totdat alles ophield en de regen ook minder werd. Op hetzelfde moment ging de lamp die ik een aantal minuten geleden aan had gezet ook eindelijk echt aan, betekenend dat de stroom het nu weer deed.
Vanuit de kelder hoorde ik Duster en Kumatora blij roepen, en ze kwamen niet veel later ook eindelijk weer terug naar boven.
“Alles doet het weer” vertelde Kumatora ons, “fijn hè?”
“Ja” zei ik, “en mama, ik die lamp eerder aan willen zetten, en hij nu echt aan zijn, al nu m'schien uit kunnen...” Ik kroop terug naar de lamp en zette deze maar uit, gezien het buiten ook minder bewolkt werd en het nu binnen ook minder donker leek.
“En de tv dan ook weer doen, toch?” zei Lucas.
Bij het woord tv sprintte ik terug naar de sofa, sprong er als een gek op en greep de afstandsbediening alsof het een spelletje capture the flag was.
“Ik denk hier iemand te zien die heel goed is in capture the remote” lachte Kumatora, “gezien het in dit geval geen vlag maar een afstandsbediening is...!”
“Ik zou zeggen, leef jullie uit” zei Duster, “het is jullie misschien net te lang geleden, dat de tv aan heeft gestaan.” Hij zette Lucas eerst op de sofa voordat hij zelf ging zitten.
Kumatora ging er ook maar bij zitten en pakte haar telefoon erbij zodat ze stil met Duster kon praten in de tussentijd, en Lucas en ik keken weer cartoons, en ik voelde me eindelijk weer blij omdat ik nu fijn kon ontspannen met de tv.

Om 5 over 6 gingen we eten, maar werd het simpel gehouden gezien het vandaag behoorlijk druk was geweest, met eerst het eropuit gaan, en vervolgens de stroom die eruit lag.
Net nadat de tafel leeg was en voordat Lucas en ik uit de stoelen werden gehaald, had ik eerst last van een vuile luier. Ik schrok hier zelf best wel van, want het gebeurde meestal bijna voor het bad in plaats van net na het eten, en ik kreeg een kop als een kers, zo geschrokken was ik.
“Meisje, je hoeft er niet van te schrikken” zei Kumatora geruststellend, “ik en Duster zijn het echt wel gewend.”
“Maar ik nie gewend om na eten vuile luier hebben, mama” zei ik, “nie als ik bijna uit me stoel word gehaald.” Ik kon wel wenen, zo verward was ik.
“Dat kan” zei Kumatora, die mij en Lucas ieder de stoelen uit tilde, en een nat vaatdoek over de tafel haalde, terwijl Lucas en ik maar naar de badkamer gingen.
Ik ging weer bij het raam staan, maar deze keer om Lucas niet te laten zien dat ik me voor het eerst in tijden bijna kapot was geschrokken van een vuile luier die eerder kwam. Mijn ogen begonnen de eerste tranen te ontwikkelen, en mijn onderlip had zin om op te vallen, en deze tekenen lieten mij gewoon maar wenen, ik moest stiekem wel. Ik ging er zelfs bij zitten, wat al het vuil in mijn luier eigenlijk alleen maar erger maakte.
Niet veel later was Kumatora ook in de badkamer, en kleedde ze mij eerst maar uit nadat ze de badkraan aan had gezet, en dat was wel lief van haar.
De kraan ging pas uit toen Lucas ook uitgekleed en alles was en naast me in bad werd gezet.
“Mama, de kleren nu wel wassen kunnen worden?” vroeg ik, want ik was vergeten naar de wasmachine te vragen vanwege mijn en Lucas' nieuwe T-shirts en sokken.
“Ja, lieverd” zei Kumatora, “maak je maar geen zorgen, de eerste was is inmiddels al klaar, en momenteel is de tweede bezig.” Ze maakte mijn haar een beetje nat met het bekertje water en met haar andere hand, waar het washandje aan zat, maakte ze mijn gezicht schoon.
Ik speelde intussen met de badeendjes die ronddreven, en gaf er ook een paar aan Lucas, die lichtelijk ongeduldig wachtte tot Kumatora hem ook wat ging wassen.
Na een tijdje gingen Lucas en ik uit het bad, werden we afgedroogd, onze haren geborsteld en geföhnd, wij voorzien van een schone luier en andere slaapkleding, en mochten we tenslotte onze tanden poetsen.
“Mama, jij druk weest net” zei Lucas, “jij zo wat douchen?”
“Dat is een goed idee” zei Kumatora, “ik heb inderdaad teveel aan die stoppen gezeten, en dat heeft behoorlijk wat energie gevreten, moet ik je zeggen.” Ze liep naar de ouderlijke slaapkamer om wat kleding voor zichzelf te regelen.
Lucas en ik gingen in de woonkamer maar weer voor het raam zitten om naar buiten te kijken, al regende het nu niet meer. Duster zat nu aan tafel, hij was op de laptop met iemand aan het praten, ik wist niet wie, want ik herkende de andere stem niet.
“Marcie, jij sterretjes zien?” vroeg Lucas, die op de hemel wees.
“Beetje” zei ik, “want die wolken ze verstoppen...”
“Ja, nie fijn” zei Lucas, “jij die sterretjes toch mooi vinden?”
Ik knikte, en glimlachte tegelijkertijd. Op mijn broek stonden toevallig sterretjes, en op mijn speentje ook een paar.
Na een tijdje gingen we toch maar op de sofa zitten, en omdat geen van ons beiden de afstandsbediening wilde of kon pakken, gingen we maar wat dagdromen om de rest van de tijd te doden.
Al snel was Duster klaar met bellen op de laptop en kon hij de douche onder, zodat Kumatora nu de laptop had om even een spelletje met mij en Lucas te kunnen spelen.
We speelden wat Lego Chess, gewoonweg omdat het gewone schaken dat op de computer zelf stond er vele keren minder vrolijk uitzag. Het verbaasde me dat deze soort schaken een stuk makkelijker was dan de meeste andere soorten. Tja, het was dan ook lego, en op kinderen gericht, en dus ook logisch.
Om kwart voor 7 was Duster ook klaar met douchen, en waren Kumatora, Lucas en ik net klaar met schaken, en ging de laptop uit, en de tv aan, zodat we naar een lange, maar toch rustige film konden kijken, die precies 2 uur later ook afgelopen was, en dat kwam goed uit, want Lucas en ik waren er zeer moe van geworden, zo indrukwekkend was het.
Lucas en ik mochten Duster op de sofa al een nachtzoen geven, want hij wilde graag bij de tv blijven omdat er over een aantal minuten iets kwam dat voor hem en Kumatora wel interessant was, betekenend dat Kumatora ons dus naar bed bracht.
Toen het nachtlichtje tenslotte aan was gezet, kwam de vraag die mij en Lucas eindelijk gesteld mocht worden gezien we niet meer overgevoelig waren voor prikkels wegens ziekte.
“Zouden jullie de muziekdoos weer aan willen?” vroeg Kumatora, die eerst tussen de elementen ervoor keek.
Lucas en ik knikten, het was ons redelijk lang geleden, leek het wel, dat de muziekdoos aan was geweest. Zo gezegd, zo gedaan, en hierna werd ons een goedenacht gewenst en kregen we beiden een nachtzoen, en verliet Kumatora zachtjes de kamer.
Toen de muziekdoos weer stil was gevallen, gaven Lucas en ik elkaar een nachtzoen op de mond, omdat dat eindelijk weer mocht.
“Fijn dat je weer beter bent” fluisterde ik, “ik haatte het om ziek te zijn.”
“Vertel mij wat...!” zei Lucas zachtjes terug. “Blij dat alles weer in orde is. Slaap lekker.”
“Jij ook welterusten” zei ik, waarna ik me op mijn buik draaide, wat met de knuffels friemelde, op mijn speentje zoog en dacht aan fijne dingen om rustiger te worden.
Uiteindelijk lagen we om 10 voor half 10 te slapen.

*net als in het echt!
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
10. Een verrassing die onze wereld alweer vergroot
Het eerste wat ik voelde toen ik wakker werd was warmte. Ik opende moeizaam mijn ogen en zag dat de zon ineens door de gordijnen was gaan schijnen.
Hoe laat is het, dacht ik bij mezelf, en ik zocht met mijn ogen naar de klok. 9 uur. Raar weer met die aankomende herfst, want de laatste dagen was er vaak bewolking en regen, maar nu blijkbaar niet.
Eén dingetje vond ik dan weer niet zo fijn: dat de zon precies in mijn blik scheen, het was alsof ik nu door een schreeuwende zon werd aangestaard. Dat was één van de redenen waarom ik een redelijke hekel aan de zon heb, omdat hij vaak precies in mijn gezicht schijnt.
Ik draaide me om, deed de deken over mijn hoofd, maar op het moment dat ik nog maar net dagdroomde, hoorde ik Lucas niezen. Ik schoot onder mijn deken vandaan, en wist meteen waarom er net geniesd werd: de zon scheen nog precies op Lucas' neus ook.
“Raar weer, hè?” zei ik, “die zon.”
“Zeker” zei Lucas. “Ikke hopen, herfst snel komen, en wij dan in de blaadjes spelen in het park!”
Ik glimlachte bij deze gedachte, en dagdroomde daar over. Het was laatste november, en ik was in het park met Eve, Kara, Britta, Amethyst en Peridot, uiteraard wel onder het toezicht van een aantal anderen die bij ons hoorden. Toen Britta als eerste een grote berg bladeren zag, suggereerde zij ons om erin te spelen, dus zo gezegd, zo gedaan, en we hadden met zijn zessen de grootste lol.
“Ik gauw weer in de blaadjes willen spelen” mompelde ik met een klank van genot, “en dan ook weer met Ammie, Peri, Eve, Britta en Kara, maar ook jij, Lucas, en ook Fufu.”
“Maar ook wanneer mama en dada naar park willen” zei Lucas, “anders zij vervelen, en nie zo fijn dan.”
Ik knikte, daar had Lucas een zeer goed punt.
Niet veel later ging de deur open, en was Kumatora verrast van de zon, maar dat was omdat er op de ouderlijke slaapkamer van die gordijnen waren die de zon compleet blokkeerden, en bij mijn en Lucas' kamer waren deze er niet.
“Goedemorgen” zei Kumatora, “wat een zon ineens, hè?” Ze corrigeerde de gordijnen een beetje zodat de zon niet meer recht in de gezichten scheen. “Nee, bij ons op de kamer laat ik ze ook maar dicht, want ik zag stiekem al een greintje licht door de onderkant heen.” Ze haalde mij uit bed en legde me op de commode om mijn luier te verwisselen, mij aan te kleden en mijn haar te borstelen. “Ga maar eerst naar de kamer hiernaast, want volgens mij ligt Duster nog als een blok te slapen, gezien ik de gordijnen toch maar niet open heb gedaan.”
Ik werd van de commode af getild en liep zelf door naar de ouderlijke slaapkamer, waarvan de deur op een kiertje stond en ik zachtjes naar binnen sloop. Ik keek in het driekwarts-donker, en zag dat Duster inderdaad nog lag te slapen.
Zal ik op het bed springen, dacht ik bij mezelf, of toch maar duiken? Na even denken klom ik op het bed en begon ik te springen, maar niet als een dolle gek op een trampoline, om een preek te voorkomen. Gewoon langzaam beginnen met stuiteren, en pas later de voetjes los van het oppervlakte. Toen ik duidelijk tekenen van ontwaking bij Duster zag, landde ik op mijn achterste, betekenend dat ik klaar was met springen.
“Marcie, je liet me bijna schrikken” zei Duster, “ik vroeg me al af hoe laat het was en waarom de gordijnen nog dicht zitten.”
“De zon” zei ik, en ik probeerde één van de gordijnen omhoog te doen, en bij het eerste straaltje zon dat naar binnen kwam siste ik alsof ik een vampier was die eraan werd blootgesteld.
“Ach, dat verklaart een hoop” grinnikte Duster slaperig, “omdat je de zon gewoon niet fijn vindt.” Hij ging rechtop zitten en gaf me even een knuffel en een zoen. “Goedemorgen trouwens.”
Ik gaf een zoen terug, klom van het bed af en bleef nog even staan bij de deuropening.
“Ik je zo zien aan tafel” zei ik, waarbij ik met mijn handje zwaaide en hierna de woonkamer in liep, waar Lucas en Kumatora intussen aan tafel zaten.
“En?” vroeg Kumatora, “hoe reageerde hij?”
“Dada nog beetje slaperig” zei ik, “en hij dan zeggen, ik de zon nie fijn vinden, en da's wel waar, hoor.”
Kumatora grinnikte, stond op, zette mij in mijn stoel en deed mij een doek voor, waarna ze de keuken in vertrok om borden en alles te regelen.
“Ikke nieuw naar vandaag” zei Lucas.
“Ik ook” zei ik, “als maar nie te lang in de zon zijn.”
“Ja” zei Lucas, “wij wel wat spul tegen da op het zicht krijgen, anders wij rode appeltjes zijn.” We konden erom lachen.
Toen Duster eindelijk ook aangekleed en wel aan tafel zat, konden we aan het eten, en werd er van alles besproken over de zon.
“Mensen, ik heb iets leuks bedacht” zei Duster, “maar pas na de afwas en het tandenpoetsen mogen jullie dat weten.”
Ik werd al een beetje onrustig, want verrassingen werd ik altijd zo ongeduldig van. Zelfs na de afwas en het tandenpoetsen was ik op de sofa erg onrustig aan het bewegen, alsof het een kleuter was met een blaas die bijna op springen stond, behalve dat ik tegenwoordig dan nauwelijks meer kan voelen wanneer ik iets in die richting moet doen.
Pas toen iedereen op de sofa zat, werd het nieuws gedeeld.
“Vertel het maar heel snel, schat” zei Kumatora, “surprises are always so tormenting to me!
“Dan kan ik jullie iets heel leuks vertellen” zei Duster. “Gezien de zon er nu is, kunnen we misschien op het dorpsplein een fiets huren en daarmee ergens langs gaan.”
“Jij daarom bellen gisteren, dada?” vroeg ik.
“Nee, dat was mijn pa” lachte Duster, “hij verhuurt helaas geen fietsen, maar ja, één van de andere personen die een winkel op het dorpsplein heeft toevallig wel, en die verhuren ook de soorten waar jij en Lucas ook in kunnen zitten, dus zeg maar met een grote zetel vooraan.”
Mijn en Lucas' ogen lichtten op van verbazing. Dat er zulke fietsen bestonden wisten we al, maar wat gaaf dat wij straks ook in zo'n fiets mochten zitten!
“En het is vandaag aan jullie waar we heen gaan” zei Kumatora, “omdat jullie zeer speciaal zijn.” Ze gaf mij en Lucas ieder een zoen.
Ik was hierna onderuitgezakt en aan het denken waar we leuk met de fiets heen konden. Rond het dorpsplein misschien, of vlakbij het strand, op het veld, vlakbij de bergen...
Lucas kreeg sneller een idee dan ik en fluisterde het in mijn oor:
“De velden met de zonnebloemen!”
Ik knikte, en was opnieuw verbaasd. Velden met zonnebloemen, daar had niemand me over verteld. Ik weet wel dat we in de vakantie naar de Underground even langs velden met maïs was gereden toen we amper van de veerpont af waren, maar die waren lang niet zo bijzonder als zonnebloemen, dus ik was zeer benieuwd naar hoe het zou worden.
“Mama, dada, wij dan fietsen langs de zonnebloemen?” vroeg ik. “Lucas da net zeggen hebben.”
“Prima idee” zei Kumatora, “jij hebt ze nog niet gezien, en ik zie dat je er echt best heen zou willen, dus dan doen we dat ook.”
Hierna werden alle tassen alvast ingepakt, maar omdat de wagen misschien teveel gevraagd zou zijn, gingen Lucas en ik maar ieder bij Duster en Kumatora op de arm mee de deur uit, naar het dorpsplein.

Het was net iets over 10 toen we aankwamen bij de verhuurder, en Duster zou alles met hem bespreken, terwijl Kumatora mij en Lucas even bezig hield, al zittend op een houten bank. Na een klein tijdje was alles al snel geregeld, en werden er twee helmen meegegeven, waarschijnlijk voor mij en Lucas, voor de veiligheid.
“De fietsen komen er zo aan” zei Duster, die bij ons kwam zitten, “maar ik heb hier wel twee helmen, en ik denk al dat ik weet wie deze nodig zullen hebben.” Hij deed ze bij mij en Lucas op het hoofd en stelde ze zo af dat ze te krap noch te ruim zaten.
“Moeten we naar buiten voor de fietsen?” vroeg Kumatora, “of staan ze achter dat ze straks even hier komen, dat we ze daarna mee naar buiten kunnen nemen?”
“Het laatste” zei Duster, “ook al zijn ze misschien te breed om dan ook daadwerkelijk binnen te staan, stel dat we ze zouden kopen en gezien we geen schuur of zo hebben.”
“Die toch in de kelder kunnen?” vroeg Lucas.
“Ach, de kelder” zei Duster hoofdschuddend, “dat ik daar niet aan dacht.”
“Daar is inderdaad op zich genoeg ruimte” zei Kumatora, “dus wie weet.”
Even later kwamen de fietsen aan, en mochten we ermee naar buiten.
Lucas en ik werden ieder voor op één willekeurige fiets gezet, terwijl Duster en Kumatora samen nog debatteerden op welke fiets zij precies wilden.
Ik vond de zetel van de fiets erg lekker zitten, voor mijn part mocht hij straks wel gekocht worden, het was alsof ik op een zak marshmallows of zo zat, zo comfortabel voelde het aan.
“Hoe jij da vinden zitten, Lucas?” vroeg ik. “Ik het fijn vinden.”
“Ja, ikke ook” zei Lucas, “die fietsen straks kocht mogen worden.”
“Zeg, ik da net ook denken!” lachte ik, en we gaven elkaar een high-five.
Na een klein tijdje hadden Duster en Kumatora het eindelijk besloten; Duster ging op de fiets waar ik voorop zat, en Kumatora op degene waar Lucas voorop zat.
“Hoe vind je het zitten, pareltje?” vroeg Duster.
“Fijn, dada” zei ik, “jij die fiets best mogen kopen straks.”
“Nee, we moeten hem eerst testen” grinnikte Duster, “anders hebben we het te impulsief aan gedaan, en dat is niet de bedoeling.”
Ik lachte mee, en beide fietsen werden in beweging gezet, waarbij we eerst een beetje de meest geziene delen van het dorp verkenden. Het dorpsplein en de rand van het strand zagen er zo anders uit vanaf de fiets, zeer bijzonder zelfs.
Toen we richting de velden met de zonnebloemen wilden, kwamen we Jerry en Darlie nog tegen, waarvan Jerry duidelijk onder de indruk was van onze fietsen.
“Wauw, die zien er gaaf en handig uit” zei Jerry. “Waar hebben jullie ze gekocht of gehuurd?”
“Momenteel huren we ze” zei Kumatora, “en ze komen van de Vandeyck Bikes vandaan, en als ze goed genoeg zijn, kopen we ze misschien.”
“Vooraan erg fijn zitten!” riep Lucas enthousiast.
“Ik zal het thuis vertellen” zei Jerry, “want Leonard en ik vinden het zo saai om na zo'n 8 jaar in ons eentje te fietsen, gezien Darlie inmiddels allang te groot is voor zo'n kleiner zitje, en mij het ook weer fijn lijkt om het net zoals vroeger te doen.”
Darlie giechelde wat, en haar blik zag er verwonderd uit, ondanks dat ze er nog een beetje ziekig uit zag. Zij vond de fietsen misschien ook wel erg interessant.
“Hoe is het met Darlie?” vroeg Duster.
“Een beetje beter” zei Jerry, “we proberen haar weer van de lepel te laten eten, en tot nu toe lukt dat prima.”
Ik keek even, en zag inderdaad geen buisje meer uit Darlie's neus steken. Haar linkerhand ging zelfs over die plek van haar gezicht, het zou best wel vreemd hebben gevoeld, om daar een tijdje een buisje en een stuk medisch tape te hebben gehad.
“Fijn, da weer fijn gaat” zei ik, “ik en Lucas laatst ook ziek zijn, en wij ons ook beter voelen.”
“Ja, ik heb het gehoord!” zei Jerry, “vreselijk hè? Ik ben inderdaad ook blij dat jullie weer gewoon jullie zelf zijn.” Hij gaf mij en Lucas ieder een aai over het hoofd. “Wel, wij gaan verder, en ik wens jullie nog succes en een fijne dag!”
We zwaaiden nog even en toen werd er verder gefietst. Het duurde even, maar we kwamen uiteindelijk wel bij de zonnebloemen aan.
Ik was helemaal gefascineerd, en kon alleen maar giechels en blije geluiden eruit brengen.
Lucas keek naar mij, stak zijn duim omhoog, en keek me vragend aan.
Ik knikte, lachte er duidelijk bij en stak mijn duim terug omhoog.
“Mooi, hè?” zei Kumatora, “ik wist wel dat je dat zou denken!”
We konden zelfs door de velden heen fietsen, maar daar deed ik wel even een stukje van mijn jas voor mijn neus en mond, gezien ik hooikoorts had en soms nogal op pollen kon reageren.
“Gaat het goed, Marcie?” vroeg Duster.
“Ik beetje jas voor me neus en mondje gedaan” zei ik, “anders ik heel erg raar gaan doen.” Ik had zelfs mijn ogen even tot kiertjes geknepen, om te voorkomen dat daar ook pollen in konden komen.
We hadden nog even gefietst, tot we weer bij de verhuurder op het dorpsplein aan kwamen. Ik had zelfs mijn ogen al een tijdje weer volledig geopend, maar ze prikten ondanks dat ik ze daarnet als kiertjes hield toch wel een beetje.
“Jullie die fietsen kopen?” vroeg Lucas op een plagende en smekende toon tegelijk, want hij vond het ook wel erg leuk.
“Niet voordat jullie deze vraag hebben beantwoord” zei Kumatora, “hoe vonden jullie het zelf?”
“Fijn zitten, mama” zei ik, “maar ook fijn rijden, ik best nog eens willen!”
“Wa Marcie zei” zei Lucas.
“Oké” zei Kumatora, “dan kopen we ze.”
“Ik had alles qua huur eerder al geregeld, lieverd” zei Duster, “dus zal ik de koop ook regelen?”
Kumatora knikte, hield weer een oogje op mij en Lucas, en deed onze helmen af, terwijl Duster naar binnen ging om de koop van de fietsen te regelen.
“Mama, ikke iets drinken?” vroeg Lucas.
“Daar zeg je wat” zei Kumatora, “ik heb zelf ook best wel een dorst gekregen.” Ze pakte voor mij, Lucas en zichzelf flessen water uit de tas en we dronken deze leeg.
“Waar wij dan later met die fietsjes heen gaan, mama?” vroeg ik.
“Naar niet te verre maar toch afgelegen plekken” zei Kumatora, “en we kunnen ze desnoods in de auto meenemen voor als we weer met de veerpont op vakantie gaan, en anders huren we weer gewoon soortgelijke fietsen als we op een bestemming zijn die alleen te vliegtuig bereikbaar is.” Dat was een goed punt, want je kunt lastig een fiets in het laadruim van een vliegtuig mee laten nemen.
Ik keek om me heen, of er ergens een klok op het plein stond. Uiteindelijk vond ik hem, naast de winkel van de handelaar, en het was inmiddels al tegen twaalven, dus het kon best zijn dat we straks gingen lunchen, want ik verrekte intussen al van de trek.
Even later kwam Duster de winkel uit, met een trotse blik op zijn gezicht.
“We hebben ze officieel gekocht” zei hij, “en straks zetten we ze gewoon binnen in de kelder neer.”
“Prima, schat” zei Kumatora, en de twee deelden nog even een zoen voordat we met de fiets terug naar huis gingen.
Lucas en ik werden eens thuisgekomen eerst van een droge luier voorzien en hierna alvast aan tafel gezet, terwijl de fietsen ieder de kelder in werden gezet voordat we echt konden lunchen.
Tijdens de lunch vertelden Lucas en ik zeer enthousiast over hoe fijn het was, en hoe anders en mooi alles er ineens uit zag vanaf de fiets.
“Ik kan zelf ook niet wachten om nog eens te gaan” zei Duster, “maar hoe zit het op vakanties als we dan misschien ook willen fietsen?”
“Dan nemen we ze mee in de auto als we met de veerpont gaan” zei Kumatora, “en anders huren we soortgelijke fietsen op een bestemming dat we alleen te vliegtuig kunnen bereiken.”
“In dat geval bereken ik wel een manier om zowel de fietsen als de wagen in de auto te krijgen” zei Duster, “als we met de veerpont gaan.”
“Over de veerpont gesproken” zei Kumatora, “ik zou best wel weer eens nieuwe bestemmingen willen bekijken die ons interessant lijken, voor in de toekomst of zo.”
“Wij dan later alweer op vakantie?” vroeg ik, want we waren de afgelopen keren al zo vaak op vakantie gegaan. Lucas en ik twee keer naar Merrysville, waarvan één keer niet met Duster en Kumatora, en dan later met hen ook nog naar de Underground en Abberdaal... wat zou de volgende bestemming dan worden? Chili? Italië? Nieuw-Zeeland? Dat was mij dan weer teveel gevraagd, en te ver weg.
“Nee, veel later in de toekomst, meisje” zei Duster, “en waar we dan heen gaan zien we nog wel, zolang het maar niet te ver weg is.”
Ik knikte, en ik en Lucas werden door Kumatora ieder uit de stoelen gezet, terwijl Duster weer de tafel leeghaalde en afwaste.
Lucas en ik merkten kort hierna ineens dat we door alle nieuwe indrukken flink uitgeteld waren, dus mochten we ook even naar bed toe om eens goed bij te tanken.

Om 4 uur werden Lucas en ik weer wakker, en precies op hetzelfde moment kwam Kumatora onze kamer binnen.
“Sorry, heb ik jullie wakker gemaakt?” vroeg ze, toen ze ons er nog redelijk moe bij zag liggen.
“Nee” zei ik, “wij net wakker, en jij dan komen...”
“Dan is het toch prima?” zei Kumatora, die mij uit bed haalde, even in mijn armen hield om wat te knuffelen en mij een zoen op het voorhoofd te geven, en mij hierna op de commode neerlegde om mijn flink natte en deels vuile luier te verwisselen.
“Ik en Lucas straks beetje tv kijken, mama?” vroeg ik, toen mijn broek terug omhoog werd getrokken.
“Natuurlijk, lieverd” zei Kumatora, en ze zette mij op de grond neer, zodat ze hierna Lucas van een schone luier kon voorzien.
Ik liep naar de woonkamer, waar Duster op de sofa een boek las.
“Hallo, dada” zei ik, terwijl ik naast hem kwam zitten.
“Dag, lieve Marcie” zei Duster, die mij even bij zich nam en een zoen op de wang gaf. “Heb je lekker geslapen?”
Ik knikte, en keek in het boek mee. Het was zo'n saai boek waar alleen maar woorden in stonden, en ondanks dat ik stiekem toch kon lezen, begreep ik er helemaal niets van. Als ik mocht kiezen, las ik zelf liever de strips in de krant dan dat, of nog interessanter, een boek met alleen maar plaatjes, dat je zelf kon verzinnen hoe de verhalen gingen.
Niet veel later kwamen Lucas en Kumatora de woonkamer ook binnen, en gingen zij ook op de sofa zitten. Lucas uiteraard naast mij, want wij gingen straks samen tv kijken.
“Is het interessant, meisje?” vroeg Duster, die merkte dat ik ook in het boek keek.
“Ik toch nie kunnen lezen, dada” lachte ik, “ik nie begrijpen, wa daar staat.”
Duster glimlachte, gaf me een aai over de bol en las nog heel eventjes verder, totdat hij een papiertje legde tussen de pagina's waar hij straks gebleven zou zijn, en het boek op de leuning van de sofa neerlegde, dat hij het later verder kon lezen.
“En dan nu tv kijken” zei Lucas, “ikke de eh... dinges mogen?”
“De afstandsbediening?” bevestigde Kumatora de zojuist gesproken 'dinges'. “Ja hoor, kijk eens aan.” Ze pakte de afstandsbediening van de leuning en gaf deze door aan mij, waarna ik hem doorgaf aan Lucas.
“Jij nu best de tv aan mogen zetten” giechelde ik, “ik da al zo vaak gedaan.”
“Dank je, Marcie” zei Lucas, die mij een zoen op de neus gaf, wat mij toch weer deed blozen, en de tv aanzette.
We keken ongeveer 2 uur lang naar verscheidene cartoons, en tegen zessen werd het eten ook klaargemaakt.
Voordat Lucas de tv uitzette, zagen we zelfs nog een redelijk lange trailer van een interessante serie, waarvan we gisteren in het winkelcentrum één van de vele posters van hadden gezien, en met de karakters van onze meest recent gekochte shirts in de hoofdrol. We waren zeer benieuwd naar hoe het zou worden en gaan als het eens op tv zou komen.
Net toen de tv uit was, was het eten ook klaar, en werden Lucas en ik door Duster direct aan tafel gezet en van een doek om de hals voorzien.
Lucas en ik konden elkaar eigenlijk alleen maar grijnzend aankijken, zo onder de indruk waren we weer eens, maar dan van wat we net op tv hadden gezien.
“Waar grijnzen jullie zo om?” vroeg Duster uit nieuwsgierigheid. “Nog steeds de zonnebloemen?”
“Nee, iets op tv” zei Lucas, “ikke nie kunnen wachten tot het komt.”
“Ik ook nie” zei ik, “al ik nie weten hoe precies meer heet, maar ja.”
“Spannend” zei Duster, “ik ben ook wel benieuwd.”
Kumatora kwam eerst de kamer binnen met twee flessen voor mij en Lucas en alle borden, voordat ze nog een tweede keer naar de keuken liep om de pannen met eten te halen.
“Jij eten maken, mama?” vroeg Lucas.
“Ja” zei Kumatora, die zelf ook ging zitten toen alles in orde was, “voor de verandering inderdaad eens wel. Ik heb het nog steeds onder de knie, hoor...!”
Het eten was inderdaad erg lekker geworden, en ook nog één van mijn favorieten, pasta met witte saus. Dat wist Kumatora heel goed, dat ik dat lekker vond, ze liet me zelfs aan het einde mijn bord aflikken omdat de saus te lekker was om op het bord te laten zitten.
Lucas volgde mijn normaal gesproken informele maar nu toch te ware voorbeeld maar op, en er werd volop om gelachen.
“Zal ik de afwas maar weer op me nemen, schat?” vroeg Kumatora aan Duster toen alle borden en pannen leeg en opgestapeld waren, “gezien ik ook gekookt heb?”
“Van mij mag het” zei Duster, “dan ben ik wel je rechterhand.” Hij tilde mij en Lucas eerst uit onze stoelen voordat hij Kumatora assisteerde.
Lucas en ik liepen alvast naar de badkamer, en gingen er op de vloer zitten, met de rug tegen de badkuip aan.
“Kouwe vloer, hè?” zei ik, “maar lang nie zo koud als zonder luier.”
“Ja, da's waar” zei Lucas, “ikke dan wel blij met luier dragen.”
Ik ging op mijn buik liggen en voelde de koude tegels met mijn vingertoppen. Ik vond de koelte fijn, maar je handen moesten wel niet te lang op een koud oppervlakte liggen, anders werden die ook koud.
“Wa jij nou weer doen?” lachte Lucas.
“Beetje voelen” zei ik, “fijne kouwe tegels.”
“Nee joh” lachte Lucas, “dan jij even badeendje moeten hebben, toch veel fijner.” Hij pakte één zo'n eendje van de badrand en gaf deze aan mij.
“Die beetje tussen warm en koud in” zei ik, terwijl ik aan het rubber beestje friemelde, wat ik overigens ook wel uren kon doen.
Het was inmiddels al bijna half 7, en Kumatora kwam opdagen, om ons zo lief te zien zijn op de vloer.
“Is het niet een beetje te koud op de vloer?” vroeg Kumatora.
“Nee, mama” zei ik, “want jij wel gewone kleertjes dragen, en ik een luier, die vloer minder koud maken.” Ik stond op en voelde hoe mijn organen zich op slag in mijn luier leegden.
“Je hebt gelijk” zei Kumatora, “ik weet niet eens hoe het is om zoals jullie zwakke organen te hebben, dus ik moet maar wat langer wennen aan de koude temperatuur van de tegels als ik er zelf op zou zitten.” Ze zette de badkraan open, en kleedde mij en Lucas op de ladekast ieder volledig uit, en na het van te voren schoongelapt te zijn mochten we nog even op de vloer zitten tot het bad vol was. Dat voelde nu wat kouder aan, ik druppelde zelfs per ongeluk wat urine op de vloer, waar ik wel van schrok.
“Mama even doek halen of zo?” vroeg Lucas, die het ook had gezien.
“Ik wat op de vloer gedaan...” zei ik, terwijl ik mezelf een hoofd als een tomaat voelde krijgen.
“Hè, chips, slechte beslissing van mij” mopperde Kumatora tegen zichzelf, “om ze dan ook op de ijskoude plavuizen vloer te zetten terwijl ze zwakke organen hebben.” Ze zette mij en Lucas maar in bad en veegde met een lotiondoekje de druppeltjes van de vloer weg. “Gelukkig zijn het de tegels, want als het in de hal of zo was gebeurd dan wist ik echt geen raad meer.”
Lucas en ik probeerden ons geduld te besparen door in bad alvast wat met de badspeeltjes en -eendjes te spelen. We waren er zelfs zo in verdiept dat we wat laat door hadden dat ons haar met het bekertje nat werd gemaakt.
“Gate weer, mama?” vroeg Lucas.
“Nee, sorry van net” zei Kumatora, “ik dacht er niet eens bij na, en terwijl ik het van mezelf nog zo had gezegd. Maar ik voel me voor de rest prima, lief dat je het vraagt.” Ze pakte het washandje erbij en zeepte mij en Lucas ieder in, terwijl we in de tussentijd onze fantasie afrondden, zodat het niet te lang zou duren voor we uit bad wilden.
Twintig minuten later wilden Lucas en ik ook echt het bad uit, en zo gezegd, zo gedaan. Eerst werden we weer afgedroogd, hierna van een schone luier en de slaapkleding voorzien, de borstel en de föhn gingen vervolgens door alle haren, en tenslotte mochten we weer tandenpoetsen voordat we straks weer op de sofa in de woonkamer mochten zitten.
We wilden net op de sofa plaatsnemen toen Duster ons iets vertelde.
“Zouden jullie willen zien hoe precies de fietsen in de kelder staan?” vroeg hij, terwijl hij Lucas alvast op zijn arm nam.
“Ja, ikke zien!” riep Lucas enthousiast.
“Schat, wat heb je ze nu weer gevraagd?” lachte Kumatora, toen ze ons in de hal voor de deur van de kelder zag.
“Dada zeggen, wij de fietsjes in de kelder mogen kijken” zei ik, “mama, jij mij optillen?” Ik stak mijn armen uit.
“Ach, je bent me er ook een” zei Kumatora, die mij op haar arm nam en Duster een aantal zoenen in het gezicht gaf voordat we naar de kelder gingen om te kijken hoe de fietsen stonden.
Uiteraard ging wel eerst het licht aan, want buiten was het ook al donker, wat in de hal wel al een beetje te zien was, anders moest ik schaduwen en schimmen zoeken, en dat ging erg lastig in het complete donker.
Daar stonden de fietsen, in de hoek achter de trap, heel precies naast elkaar, en beiden perfect recht geplaatst.
“Ze staan er zo dat er ook nog ruimte is voor de overige dingen” legde Duster uit, “als die er ooit gaan komen.”
“Ja, alles staat hier recht, ik weet het” lachte Kumatora, “ik de perfectionist, die zelfs de stapel dozen kaarsrecht wilde zetten zodat er ruimte voor alles is.” Ze wees op de kartonnen dozen die tegenover de fietsen stonden.
“Staan allemaal goed, hoor” zei ik, terwijl ik lichtelijk ongeduldig werd.
“Da's fijn om te horen van je, Mars” zei Duster, waarna we met zijn vieren de kelder uit gingen, het licht daar uit ging en we ons daarna in de woonkamer wat voorbereidden op tv kijken straks.
Na een beetje druk overlegd te hebben keken we toch maar een rustige film via de Apple TV, omdat we al behoorlijk wat series allang gekeken hadden, en die misschien nog voor later wilden bewaren.
De film was wel wat lang, want we begonnen met kijken om 7 uur, en hij was pas klaar om kwart over 9, toen waren Lucas en ik echt zo goed als bekaf, waarop we beiden naar bed werden gebracht.
Toen alles in orde was en het nachtlichtje ook aan stond, nam Kumatora het woord, en aan haar brede grijns op haar gezicht te zien had ze er al erge zin in.
“Lucas, Marcie” zei ze, “ik en Duster hebben het volgende al stiekem een tijdje ingestudeerd, al sinds onze laatste vakantie, en nu vonden we het wel tijd om het uit te voeren. Kennen jullie 'Achter de Tuinmuur' nog?”
Lucas en ik knikten, natuurlijk kenden we dat nog. Maar wel werden we beiden ook wat ongeduldig gezien we zin hadden in wat er straks zou komen, ik hield zelfs even mijn vingers op mijn speentje om te voorkomen dat deze door het intense zuigen mijn mond uit zou gaan.
“Dan hoop ik dat jullie wel goed slapen straks” zei Duster, “ik weet niet eens of ik kan zingen.”
“Schat, niet zo pessimistisch” lachte Kumatora, “je kunt prima zingen, weet je nog toen we het voor het eerst zongen toen we met slechts zijn tweeën uit eten waren? Dat klonk ook prima, hoor.” Ze gaf Duster een zoen op de mond.
“Ikke nu wel willen horen” zei Lucas.
“Ja, ik ook” zei ik, nu friemelend met de ring van mijn speentje.
“Oké” zei Duster, “als jullie het zo zeggen, dan kan het niet anders.” En hij en Kumatora begonnen het zachtjes te zingen, en tegen een deel van mijn verwachtingen in klonk het zelfs uiterst perfect.
Hier zijn wij
Zo met zijn twee
Als schepen op de wilde golven
Toch vonden wij
Nu wel elk ander
Als vreemden, jij en ik...

Toen het in totaal twee keer was gezongen, lagen Lucas en ik beiden met een glimlach toe te kijken. Het lied kenden wij uit duizenden, maar daarnet klonk het gewoon nog mooier dan het origineel.
“Zo te zien vonden jullie het goed klinken” zei Kumatora, “daar ben ik blij mee.” Ze gaf mij en Lucas ieder een zoen op de wang.
“Fijn dat jullie het fijn vonden” grinnikte Duster, die ons ook zoenen gaf. “Slaap lekker.”
“Goedenacht, pareltjes” zei Kumatora, en de twee verlieten de kamer zachtjes.
Lucas en ik waren na het horen van het lied nog slaperiger geworden, dus bij ons bleef het maar op een nachtzoen voor elkaar, waarna we beiden om iets voor half 10 al echt lagen te slapen.
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
Epiloog
Ik heb jullie de afgelopen maanden al veel verteld over wat er zich in ons gezin afspeelt. Ergens van binnen denk ik stiekem dat jullie het lezen ervan inmiddels al moe zijn, maar raad eens, hetzelfde geldt voor mij wat betreft het vertellen van alles.
De toekomst zien we allemaal wel, en we hopen er vanuit te gaan dat deze dan toch grotendeels in mooie kleuren en alles komt.
Nu komt de winter er bijna aan, de tijd van lekker warm binnen zitten en genieten van alle kleine dingetjes, zelfs al zijn het de diamanten sterren in de blauwe fluwelen hemel, terwijl de lichte, vrije, blije sneeuw het allemaal afmaakt, zodat we ook de fijne kant van dit seizoen zien. Het drukste seizoen van het jaar, met kerstmis, oudjaar, nieuwjaar, en nog veel meer evenementen die zelfs ik niet allemaal in mijn eentje op kan noemen.
Kortweg: dit verhaal concludeert al mijn vertelde belevenissen, ik hoop dat jullie het ondanks wat ik eerder noemde toch wel fijn vonden om te lezen, en dat jullie eventueel ook eens al jullie verhalen, al of niet echt gebeurd, met ons willen delen. Een fijne avond verder, veel liefs, en héél misschien tot ziens! :)
 

Little Endy

Sayori the shy Enderman :3 (he/they)
friendly zei:
Little Endy zei:
Hier zijn wij
Zo met zijn twee
Als schepen op de wilde golven
Toch vonden wij
Nu wel elk ander
Als vreemden, jij en ik...
Mooi hoor
Zeker, en thanks! niet doorvertellen hoor maar ik heb 'm eigenlijk van <a href="https://m.youtube.com/watch?v=t_yM8Rb_wIk">YouTube</a>...! *giechel* ;D
 
Thread starter Similar threads Forum Replies Date
Luierliefhebber Brent Zitten er leden op dit forum uit of in de buurt van lommel, Belgisch Limburg? Contact advertenties 33
P Luier liefhebber uit Ermelo: Volwassen Baby's / Luierliefhebbers 0
P Uit het leven gegrepen U 44
M Het komt uit het niets ABDL Luierverhalen 1
T Ik nodig je graag uit! Contact advertenties 13
Little ABC123 Hallo ik ben... uit Dronten Voorstellen 9
V Hoe ziet een luierdate/afspraakje er uit (+\- 22 jaar) 16+ Board 17
J Penis ontsnapt uit peniskooi 16+ Board 22
R Roos komt uit de doos :) Voorstellen 68
P Een echte film... The Baby uit 1973 Volwassen Baby's / Luierliefhebbers 5
Pamperslove Wie wil pampers uit Friesland Contact advertenties 14
L Mensen uit Mechelen? (Antwerpen?) Contact advertenties 11
D Wie komt er uit Leeuwarden? Contact advertenties 12
P opnieuw voorstellen, 25 jarige DL uit Groningen Contact advertenties 15
D Mensen uit Friesland Contact advertenties 16
H Hoe probeer ik Abdl uit zonder iets extra’s te kopen Volwassen Baby's / Luierliefhebbers 7
0 Vraag: latex broekjes uit de shop Plastic broekjes liefhebbers 4
volleluiers Vrouw uit lemelerveld Contact advertenties 10
Berth Luier uit verleden of toekomst ?? Polls 32
W Hey hey zijn hier mensen die uit zuid-Holland komen en dan toevallig uit het Westland?? Contact advertenties 37
TedWheel Experiment met plasticbroek uit ABDL shop Plastic broekjes liefhebbers 3
diaperdrenthe Zwitsal uit de jaren 60 Pub 3
L Jongen uit zuid holland Voorstellen 8
Luierluke ABDL Shop uit de lucht? Vragen & Info Shop 21
D Mensen uit oost vlaanderen Contact advertenties 18
Lovelife dl Zijn er Dl's uit het Waregemse ? Contact advertenties 16
Pamperslove Zoek een luier vriendje uit Friesland Contact advertenties 8
P Hallo luieraars, toch nog eens voorstellen uit het hoge noorden Voorstellen 14
G Waar wil je uit voorgelezen worden? (ABDL werkend 2022) Polls 8
Nattebilletjes Nieuw uit Eindhoven Voorstellen 17
D Verwijdering van foto's uit eigen albums. Forum en Chatregels 37
Z Groetjes uit Brabant! Voorstellen 16
B Groeten uit Gemeente Roosendaal! Voorstellen 13
S Daddy uit regio Antwerpen zoekt meisje/zusje voor Dark ageplay Contact advertenties 0
HomeHeart Geen AB maar toch uit flesje drinken. Volwassen Baby's / Luierliefhebbers 5
A Homo uit Breda. Contact advertenties 4
slo123 Opzoek naar contact uit omgeving twente Contact advertenties 0
ABDLclowntjes ABDL hippies uit Gelderland Voorstellen 31
freekusvonkus Abdl jongen (22) uit omgeving achterhoek zoekt abdl meid Contact advertenties 0
P Hallo uit omgeving Utrecht Voorstellen 12
Waggelaar Bambino Magnifico uit productie? Volwassen Baby's / Luierliefhebbers 1
Limbonees App instaleren uit Duitse Playstore Pub 8
utrecht030 DL uit Utrecht zoekt.. Contact advertenties 6
G Volle luiers uit huis smokkelen Volwassen Baby's / Luierliefhebbers 6
Babyskemmy Belg uit Ieper zoekt Mama/koppel Contact advertenties 3
B Mensen uit Antwerpen Contact advertenties 8
B Luiervrouwen/broekplasster/broekpoepster uit Noord Brabant/Gelderland? Contact advertenties 10
HarleyDL Mensen uit Limburg Contact advertenties 51
Hebluierom Uit zeeland Contact advertenties 19
R Voor de jeugdige luierliefhebbers uit twente Algemeen 1
Similar threads


















































Bovenaan