Hoofdstuk 10: Joy
Het is al de volgende ochtend als Sofie wakker schrikt. Ze had helemaal niet de bedoeling om al zo vroeg te gaan slapen. Zeker niet zonder avondeten. Als ze de tijd op haar telefoon checkt, komt Sofie tot de conclusie dat ze bijna elf uur moet hebben geslapen. Gelukkig heeft ze haar deadline van half acht nog niet gemist.
Sofie moet de slaap echt even uit haar ogen wrijven om fatsoenlijk wakker te worden. Echt opstaan wil ze liever niet. Gisteravond kwam ze al tot de conclusie dat haar bed en haar slaap momenteel de enige echt veilige plekken zijn. Hoe triest dat ook klinkt. Uiteindelijk heeft ze zelfs een tijdje met die stomme speen geslapen.
Gek genoeg voelde ook dat best wel prettig, ondanks dat het idee verschrikkelijk aanvoelt. Maar als je jezelf dan toch als een klein kind moet gedragen, kun je maar beter ook de fijnere kanten toelaten. Dat kleine stukje opluchting mag er ook zijn. En over een paar dagen is het voorbij, zo redeneert Sofie het maar weg.
Niet veel later besluit Sofie om toch maar op te staan. Het laatste dat ze wil is te lang wachten en zich dan niet meer mogen verschonen. Zodra ze haar natte luierbroekje laat zakken, merkt ze duidelijk dat de rode plekken wat pijnlijker zijn geworden. Ze ziet in de spiegel dat één van haar billen echt donkerrood lijkt. Dat wordt straks even op Google zoeken naar luieruitslag, want zo blijft het erg pijnlijk bij het lopen.
Hardlopen zit er al helemaal niet in op deze manier. Al zou ze graag nog eens met Dimi gaan lopen. Los van het resultaat, was het erg fijn om tijd met hem door te brengen. Zo leert Sofie hem toch een beetje beter kennen. Blijkbaar is hij half-Frans. Dat was Sofie nog niet opgevallen. Niet dat het zoveel uitmaakt. Hij is goed zoals hij is. Héél goed zelfs.
Sofie moet even glimlachen. In gedachten hoort ze haar vader nu een grapje maken. “Geen wonder dat hij zo graag gaat rennen. De Fransen zijn bijzonder goed in vluchten en wegrennen.”
De vader van Sofie houdt van flauwe, veel te oude grapjes. Sofie zelf niet, maar deze was toch echt onvermijdelijk. Even denkt ze weer terug aan thuis. Haar ouders, haar echte eigen bed, haar zusje.
Haar zusje!
Het is zaterdag! Joy komt vandaag! Sofie is meteen klaarwakker. Ze moet zorgen dat ze op tijd bij het station is om Joy op te vangen. Het is tenslotte de eerste keer dat ze alleen zo’n stuk met de trein mag reizen en hun moeder zal ongetwijfeld constant willen weten dat alles in orde is. Sofie haast zich om haar kamer op tijd in orde te hebben en naar het station te kunnen gaan. Ze houdt zich aan de opgelegde regels en is er gerust in dat ze geen nieuwe meer zal krijgen.
Iets na half tien komt de intercity aan bij het hoofdstation. Sofie heeft zich strategisch opgesteld aan de kop van het perron, zodat Joy haar niet per ongeluk voorbij kan lopen. Al snel hebben de zusjes elkaar gevonden en Sofie pakt Joy eens stevig vast. Het is alsof ze zo even het gevoel van thuis zijn in kan ademen.
“En? Heb je er zin in?”, vraagt Sofie.
Joy knikt. Ze kijkt wat ongemakkelijk om zich heen. Sofie snapt het wel. De grote stad was voor haar ook overdonderend.
“Ik weet gelukkig de perfecte plek om jou helemaal verliefd op Maastricht te laten worden”, zegt Sofie, met opzet een tikkeltje mysterieus.
Al snel zijn Sofie en Joy onderweg naar de mysterieuze plek. Ze lopen door een drukke winkelstraat en zijn niet ver van de grote brug waar Sofie op haar eerste dag in Maastricht heeft staan genieten van haar nieuwe vrijheid. Hoe snel de dingen toch kunnen veranderen..
Bij het oversteken van bepaalde straten is het goed opletten en Sofie kan het niet laten om Joy haar hand vast te pakken. Ze is tenslotte pas twaalf en behoorlijk onder de indruk van alle prikkels in de drukke stad. Joy mag zichzelf dan wel al heel volwassen vinden, maar een grote zus heb je niet voor niks. Sofie knijpt kort geruststellend in Joy haar hand.
Heel af en toe verschuift haar aandacht toch nog naar haar luierbroekje. Ze weet zeker dat er – zelfs met zoveel mensen in de buurt – niemand is die het kan zien en dat stelt haar gerust. Ze heeft een ruimzittende tuinbroek aangetrokken. Eén van de gespen heeft ze opzettelijk niet vastgemaakt, zodat de outfit er toch nog een beetje vlot uitziet. Een prima dekmantel. Met twee eenvoudige vlechten ziet het er allemaal nog best leuk uit.
Stiekem kijkt Sofie soms even naar Joy. Ze doet het nu voor haar. Om te laten zien dat het goed met haar gaat, zelfs al is dat eigenlijk niet zo. Maar zo lang haar telefoon dat vreselijke geluid niet maakt, kan Sofie met de huidige situatie leven. Dat ze zich van binnen nog kleiner dan haar kleine zusje voelt is even niet belangrijk. Vandaag is er maar één doel: die schattebol eens flink verwennen!
“Kijk eens! We zijn er!”
“Serieus, een kerk? Denk je nou echt dat ik daardoor verliefd word op Maastricht?”
“Oh, wacht jij maar”, glimlacht Sofie.
Eenmaal binnen begrijpt Joy meteen wat Sofie bedoelt. Ze staan in de oude Dominicanenkerk, die recent is omgetoverd tot een enorme boekwinkel. Sofie geniet van de bijna verbijsterde blik die Joy laat zien, als ze de grote wanden vol met boeken bekijkt. Het ziet er ook prachtig uit. Een droom voor iedereen die van lezen houdt.
“Zie je wel? Mooi toch? Een beetje als de bibliotheek van Zweinstein!”
Joy kijkt met open mond om zich heen. Sofie geniet. Ze wist wel dat ze met deze wijsneus niet langs allerlei stadsmonumenten of attracties zou hoeven gaan. Vanaf het moment dat Joy leerde lezen heeft ze zo’n beetje niets anders meer gedaan. Sofie leest ook graag, maar haar zusje tilt het echt naar een ander niveau.
“Nou, ik zou zeggen: leef je uit! Ik ga daar zitten, in de koffiehoek. Zoek maar een paar mooie boeken uit. De keuze is reuze!”
“Ik denk dat Mama me wat te weinig zakgeld heeft meegegeven”, stamelt Joy.
“Nee, gekkie. Ik betaal. Mag jij me straks op een ijsje trakteren. Deal?”
Terwijl Joy begint aan haar grote ontdekkingstocht door de boekenwinkel, nestelt Sofie zich in de koffiehoek. Ze vindt het heerlijk om Joy in haar element te zien, maar vreest ook voor haar stufi.
Sofie bijt tevreden op het koekje dat ze bij haar cappuccino heeft gekregen en merkt hoe haar gedachten weer langzaam wegdwalen. Die onbezorgdheid van Joy is bijna aanstekelijk. Wanneer heeft zij zich eigenlijk voor het laatst zo gevoeld? Dat is echt een hele tijd geleden. Tenzij ze meetelt hoe ze gisteravond in slaap is gevallen. Die speen heeft iets goeds met haar gedaan, ook al snapt Sofie zelf niet goed wat dat dan is.
Na een ruim uur besluit Sofie om toch maar eens te controleren of Joy nog mee naar huis wil. Ze vindt haar zusje met haar neus begraven in een groot boek over sterrenkunde. De Melkweg. Over vrijheid en duisternis gesproken. Het is illustratief voor Sofie haar situatie, zo denkt ze bij zichzelf. Ergens voelt het alsof ze al een hele tijd in haar eentje door het heelal zweeft. En Joy is nu even het houvast waar ze zo’n behoefte aan had.
“Vind je die mooi?”
“Ja, maar het is een boek voor de universiteit. Dat is echt veel te moeilijk.”
“Nou, dan help ik je toch? Dan wordt dit ons boek. Elke keer dat je naar Maastricht komt, lezen we een stukje samen. En als ik het ook niet meer snap, dan kijken we gewoon naar de plaatjes.”
Even later wordt er bij de kassa een enorme aanslag op het spaargeld van Sofie gepleegd, maar dat vindt ze helemaal niet erg. Ze redt zich wel, zeker na dit weekend. Bij de volgende stop worden er natuurlijk twee ijsjes gekocht en – met een zware tas vol nieuwe boeken – wandelen de zussen nog even door het centrum van Maastricht.
“Hé Sofie!”, horen ze plots.
Ze draaien zich om en Sofie herkent Renée meteen. Misschien had ze de straat waar Renée werkt toch beter kunnen vermijden.
“Dus dit is je zusje!”
“Ja, dit is Joy. En dat is Renée. Zij zit bij mij op school.”
“Huh?”, reageert Joy verbaasd. “Maar jij bent nog zo jong!”
“Ik ben toch al zeventien, hoor”, zegt Renée. “Maar ik mocht groep 3 overslaan.”
Terwijl Sofie stilletjes probeert in te schatten hoeveel tijd het geklets van Renée haar vandaag gaat kosten, vertelt Joy ook het één en ander over haar eigen school. Ja, Joy mocht groep 3 ook overslaan, maar haar ouders wilden dat niet. Ze vonden dat ze moest leren spelen. Wat een nachtmerrie. Verplicht spelen.
“Heb je Joy al gevraagd of ze model wil zijn?”, flapt Renée er ineens uit.
“Nou, nee”, reageert Sofie, een beetje overdonderd. Verdorie, Renée. Maak het allemaal anders nog een beetje extra moeilijk. Sofie moet Joy straks al in een gewone luier zien te krijgen om Puck te kunnen bewijzen dat ze de waarheid heeft verteld.
“Model zijn voor wat?”
“Dat vertel ik je straks wel, oké?”, reageert Sofie. Ze gebaart stiekem naar Renée.
“Ja, nee, goed. Maar als je er nog make-up voor nodig hebt, is hier nu vanalles in de aanbieding?”
“Oh, mag dat?”, vraagt Joy.
Sofie besluit om maar toe te geven. Het is een manier om van onderwerp te veranderen. Even later slenteren ze samen langs allerlei make-up, waar Joy enthousiast in opgaat. Het blijft tenslotte een puber, denkt Sofie. Haar blik dwaalt kort af naar het gangpad met de babyspullen. Een groot rek vol met speentjes trekt haar aandacht, maar ze kan daar natuurlijk niet aan toegeven. Ze loodst Joy zo snel mogelijk – en met zo weinig mogelijk make-up – de winkel uit en groet Renée. Die probeert nog een verhaal aan te knopen over dat ze last heeft van een blaasontsteking, maar Sofie kan de tijd nu niet opbrengen. Of het geduld..
Na ongeveer een uurtje wandelen komen ze aan bij het studentenhuis, waar Sofie haar zusje een uitgebreide rondleiding geeft. Gelukkig is Puck de enige van haar huisgenootjes die nog thuis is. Joy voorstellen aan Mia was hoe dan ook geen goed idee geweest..
Puck is natuurlijk weer het zonnetje in huis en daar is Sofie ook blij mee. Puck weet precies hoe ze Joy welkom moet heten en het gesprekje is eigenlijk heel leuk. Op het laatst vraagt Puck nog een moment apart met Sofie, die daarom besluit Joy maar vast naar haar eigen slaapkamer te sturen.
“Ik hoorde dat je met Dimi was gaan hardlopen?”, vraagt Puck met een serieuze blik in haar ogen.
“Ja, dat was wel gezellig.”
“Kijk, je moet je eigen keuzes maken. Ik snap het. Het is zo’n jongen die je al met de zwaartekracht kan aantrekken. Maar ben voorzichtig, oké? Die gast is net een zwart gat. Voor je het weet zit je vast in de ellende.”
“Oh?”
“Kijk maar naar Mia en Fleur. Je zou niet de eerste zijn die problemen krijgt.”
Sofie blijft stil. Ze snapt niet goed wat Puck precies bedoelt, want ze mag Dimi oprecht. Niet alleen vanwege zijn ontelbare buikspieren. Maar helemaal vertrouwen doet ze hem nu ook weer niet. Geen enkele jongen eigenlijk. Sterker nog. Op dit moment vrijwel niemand.
“Kijk, ik mag je, dus ik wil niet stoken. Maar pas een beetje op jezelf. En nu zal ik niet verder zeuren, want ik moet om half vijf weg.”
Perfect. Die vertrektijd is belangrijke informatie voor Sofie, want haar hele plannetje hangt daar een beetje van af. Al heeft ze dankzij Renée dat plan een beetje aan moeten passen. Het voelt helemaal niet fijn, maar Sofie ziet geen andere keuze. Hopelijk krijgt ze haar zusje zo ver.
Als Sofie haar slaapkamer binnenkomt valt het meteen op dat het grote pak luiers en één pak van haar luierbroekjes bij het voeteneinde van haar bed staan. Duidelijk in het zicht, alsof ze op die plek horen te staan. Maar deze keer is het niet het werk van de stalker. Sofie heeft ze daar zelf neergezet, als deel van haar plan.
Vrijwel meteen vraagt Joy wat Renée nou bedoelde met dat ‘model staan’ en dat is precies waar Sofie op heeft gerekend. Ze gaat naast Joy op bed zitten en legt het grote boek even weg. Eigenlijk hoeft Sofie niet eens zoveel te liegen. In grote lijnen klopt haar verhaal. Zij en Renée kunnen een model gebruiken voor hun opdracht. Maar Sofie verandert één cruciaal element.
Ze vertelt Joy dat het model beide soorten luiers zou moeten dragen, omdat ze zogenaamd de verschillen tussen de twee merken moeten laten zien in twéé campagnes.
“Dus: ook al zien alleen Renée, mijn leraar en ik de foto’s; ik heb gezegd dat jij dat vast niet wil doen. Dat hoeft ook echt niet.”
“Ik wil het wel proberen, hoor.”
“Oh, echt?”
“Ja, ik wil helpen. En jij draagt toch ook een luier?”
“Eh, nee?”
“Nee, niet nu. In bed, bedoel ik.”
“Dat zijn broekjes, lieverd.”
Joy moest eens weten. Sofie schaamt zich dood. Even schrok ze zich rot en dacht ze dat Joy toch ineens magisch door haar kleding had kunnen kijken. Maar alles loopt uiteindelijk goed af. Joy vindt het alleen maar leuk om haar grote zus te kunnen helpen.
En Sofie trekt ook alles uit de kast om het vooral een leuke ervaring voor Joy te laten zijn. Make-up, spelen met de gordijnen en lampen voor de belichting en heel veel grappige maar niet-bruikbare foto’s. Sofie heeft er zelf soms ook oprecht lol in.
Vlak voor half vijf laat ze Joy wisselen van een luierbroekje naar een luier. Precies op tijd, want een paar minuten later staat Puck in de kamer om gedag te zeggen. Terwijl Puck en Joy staan te praten weet Sofie met een paar subtiele gebaren Puck op de luier van Joy te wijzen. Ze legt een vinger tegen haar lippen en Puck begrijpt dat ze er beter niets over kan zeggen. Ze knipoogt naar Sofie, die meteen opgelucht is. Missie geslaagd.
Na de fotoshoot hebben Sofie en Joy nog allerlei lekkers laten bezorgen als avondeten en in bed een griezelfilm gekeken. Joy is halverwege in slaap gevallen, met een grote glimlach op haar gezicht. Sofie zet haar laptop weg en kust Joy dankbaar welterusten. Voorzichtig neemt ze haar zusje in haar armen. Het was toch echt een fijne dag. Eindelijk!
Helaas heeft Sofie nog altijd niet door dat de stalker haar via een verborgen cameraatje kan volgen. Tevreden bladert diegene door een mapje met screenshots van vandaag. Een berg aan nieuw chantagemateriaal. Het perfecte moment om er een schepje bovenop te doen.