Dr Stau komt ook binnen gestormd. Ik sta nog steeds met de stukke vaas in mijn handen. De vaas van de Japanse ambassadeur roept mevrouw Stau uit! Wat een ongeluk dat ze die stuk heeft gemaakt! Dr Stau is ook heel boos, hij krijgt rode vlekken in zijn nek. Wat is er gebeurt vraagt hij op luide toon. Mevrouw Stau gilt, Alin heeft de vaas gebroken met der wilde gedrag. Dat monster moet nu mijn huis uit roept mevrouw Stau. Xandra zegt schaapachtig, dan gaan we maar. Nee zegt mevrouw Stau, jij moet blijven. Wij hebben een afspraak met de aannemer. Zij moet weg! Dr. Stau zegt, ik bel Simon wel even dat ze haar moeten opvangen. Mogen zij wat observaties doen. Ik snap niet wat hij bedoelt. En Xandra stamelt, nee ik breng Alin wel naar huis. Mevrouw Stau snauwt naar Xandra, jij hebt hier geen schuld aan. En wij hebben een afspraak dametje, die gaat door. Laat Simon maar voor Alin zorgen.
Meekomen snauwt Dr Stau naar mij en draait zich om. Hij stampt boos door de gang. Ik loop achter hem aan door het huis heen en de dames lopen achter mij aan. Dr Stau heeft een grote werkkamer met een mooi bureau en leunstoelen ervoor. Ga daar maar zitten zegt hij, hij gaat achter zijn bureau zitten.
Dr Stau pakt zijn telefoon en drukt een voorkeuze nummer. Simon, kan je NU naar het huis komen en neem een collega, brancard en stress spullen mee. Ja, ik heb een spoedje. Kom maar naar mijn kantoor.
Hij maakt een nog telefoontje. “Megan, we hebben een nieuwe gast, regel het papierwerk. Ik stuur je een email met medische informatie. Vraag de portier om een copy van zijn paspoort. De naam is Alin.”
Dr Stau gooit de telefoon neer. Hij staart naar de monitor en typt wat terwijl hij hardop mompelt. Voorlopige observatie, draagt luier, vrouwenjurk, communicatie erg moeilijk praat niet verstaanbaar, agressief. Voorlopige diagnose: persoonlijkheidsstoornis, waanstoornis en/of psychose gecombineerd met agressiestoornis. Verder onderzoek nodig.
Medicijngebruik? Dr Stau kijkt naar mij, dan brabbelt hij wat Latijnse namen van medicijnen. Dit is wel een mooie start zegt hij zachtjes. Ondertussen komen er 2 mannen in witte jassen binnen met een brancard.
Dr. Stau zegt, dit is Alin. Hij komt voor observatie. Hij is agressief en heeft dingen stuk geslagen in mijn huis. Ook houdt hij van vrouwenjurken en babygedrag. Ik wil protesteren en begin luid te roepen. Mijn tong is nog steeds verlamt. Een geluid als een wolf in problemen komt uit mijn keel. Ik zwaai afwijzend met mijn armen en probeer zo de situatie uit te leggen. Simon zegt, “Rustig Alin, geen reden om te gaan vechten. We doen eerst een jas aan.” Hij houdt iets wits voor me met lange mouwen. Ik heb het idee dat hij het verkeerd om vasthoud en probeer te helpen. Ik spring overeind en mijn stoel valt op de grond. De verplegers worden alleen maar bozer en grijpen mij beet. Met veel moeite duwen ze mijn armen door de mouwen. Ze trekken de mouwen voor mijn buik langs en trekken ze door naar mijn rug. Ik realiseer me dat het een dwangbuis is. Ze binden de mouwen vast met banden op mijn rug. Ik voel dat ze op mijn rug bezig zijn om alles dicht te maken en vast te binden. Er is ook nog een band op mijn buik. Deze trekken ze door mijn kruis. Ze trekken de mooie jurk omhoog en frommelen deze tussen de riem en maken ook deze band vast op mijn rug. Daarna doen ze een canvas riem om mijn enkels en binden ook die aan elkaar.
Als de dwangbuis perfect is vastgemaakt leggen ze mij op mijn rug op de brancard. De broeders binden me vast met riemen op de brancard. Terwijl ze mij het kantoor uitrijden zie ik dat Xandra staat te huilen. Mevrouw Stau kijkt nog steeds erg boos naar mij. Ze roept nog, “Simon schat, ik ben zo blij dat jij nu voor Alin gaat zorgen. Stop der maar veilig in een isoleercel voor een paar dagen of weken.” Ik begin uit protest te gillen en raak in paniek.
We rijden via een zijdeur de kliniek in. Simon heeft een grote sleutelbos en moet verschillende deuren open maken. Ze rijden me een witte kamer in. Ze zetten de brancard naast een bed. Even overstappen zegt Simon. Ze maken me los van de brancard. En dan trekken ze me over naar het bed. Op het bed zitten ook allemaal riemen.
We plakken een paar plakkers op je borst zegt Simon. Kunnen we hartslag in de gaten houden. Ze maken de dwangbuis een klein beetje los bovenaan zodat ze bij mijn borst kunnen. Met wat moeite stoppen ze hun handen tussen de dwangbuis en mijn borst en maken de plakkers vast. Dan worden alle banden weer stevig aangetrokken en zit de dwangbuis weer strak. De dwangbuis wordt vastgebonden aan het bed. Mijn schouders en middel worden vastgemaakt. Mijn handen zitten al vast. De riem om mijn enkels maken ze los. Ze binden mijn enkels vast aan het voeteneind van het bed.
Wil je wat drinken vraagt Simon? Ik schudt ja. De andere broeder haalt een babyfles met speen waar een witte vloeistof inzit en stopt de speen in mijn mond. Zit het medicijn erin vraagt Simon? Ja zegt de verpleger, het is opgelost. Ik heb erge dorst en drink door.
Je mag zo gaan slapen zegt Simon. Wil je een fopspeen, vraag hij. Hij houdt een fopspeen op voor mijn gezicht. Als ik ja schudt smeert hij er iets op uit een tubetje. Een echte pacifier zegt Simon en steekt de speen in mijn mond. Hij pakt een beetje hechttape en plakt de speen vast in mijn mond. De hechtpleister loopt van mijn linkerwang over de speen naar mijn rechterwang. Ik voel de zalf die op de fopspeen zit en lik dat langzaam op.
Ze vertrekken uit mijn kamer en nemen de brancard mee. Ik val in slaap.
De volgende ochtend
Ik wordt wakker in een het witte bed. Ik ben erg duf en durf mij niet te bewegen. Ik weet niet waar ik ben. Ik probeer overeind te komen maar dat gaat niet. Langzaam trekt de mist wat op en kan ik wat voelen. Ik lig nog steeds vastgebonden op een bed. Kan alleen het plafond zien. Ik voel dat mijn armen, benen en lijf strak vastliggen op het matras. Zelfs mijn hoofd kan ik niet omhoog doen. Mijn blaas voelt vol.
Na lang wachten komt er een verpleegkundige binnen. Je bent weer wakker Alin zegt ze. Ik probeer wat te zeggen maar er komt alleen gebrabbel uit mijn mond. Je bent opgenomen in deze kliniek ter observatie. Het ging niet zo goed met jou en nu zorgen wij voor je. Ze maakt de speen los van mijn wangen en zet het hoofdeind van mijn bed wat omhoog. Wil je eerst wat drinken vraagt ze en houdt een rietjesbeker voor mijn hoofd. Ik drink die helemaal leeg. Er loopt wat kwijl over mijn kin dat de verpleegster liefdevol wegpoetst met een doekje. Daarna pakt ze een kom met pap en lepelt dit in mijn mond. Ik vind het heerlijk.
Simon komt ook binnen. Ah, je bent wakker Alin. Heeft hij zijn medicijnen al gehad vraagt hij aan de verpleegster. Ja, zegt ze, dat is al geregeld. Ik snap dat er medicijnen verstopt waren in het drinken of in de pap.
Simon zegt, we gaan je even verschonen en omkleden. Je gaat zo naar Dr Stau. Ze maken mij los van het bed. Het zijn veel banden om los te maken. Ik zit in dwangbuis op bed. Met z’n tweeën helpen ze mij omhoog en van bed af. We lopen naar de badkamer. Ze helpen mij uit de dwangbuis en jurk en maken de luier los. Ik wordt onder de douche gestuurd. De verpleegster blijft in de badkamer als ik ga douchen. Na het douchen wordt ik afgedroogd door de verpleegster. Daarna moet ik op een plastic bed liggen en de verpleegster plakt een schone luier om. Ze smeert alles goed in met zinkzalf. Mijn plasser zwelt er wat van op. Snel plakt ze er een dikke luier om. Daarna krijg ik een roze romper aan met lange mouwen. De romper heeft een rugsluiting en ik moet erin stappen. De verpleegster doet de romper dicht. Doe dit maar aan zegt ze en ze geeft een witte patiëntenjurk aan. Dit vind je wel mooi heb ik gehoord.
Ik kijk in een grote spiegel die in de badkamer hangt. Het geheel ziet er mooi uit. De witte jurk is lang en heeft geen mouwen. Mijn roze romper komt er onderuit en geeft een mooi baby-achtige look aan het geheel. Ik zie mijn naam op de jurk staan. Ik wijs op mijn naam en zeg: “Alllinnn.” De verpleegster reageert, dat heeft de dokter bestelt. Meestal is dat voor patiënten die langer dan een paar maanden blijven. Voor jou heeft Dr Stau het al heel snel geregeld. En niemand op deze afdeling heeft zo’n mooie jurk als jij.
Simon komt binnen lopen met een riem in zijn handen en wat andere spullen. Hij doet over mijn beide handen een soort dikke wanten. Bij de polsen zit een ijzeren ring met een musketonhaak. En om de polsen zit klittenband, ik kan ze niet losmaken. Misschien kan ik later met mijn tanden proberen om ze los te maken denk ik. Maar dan doet Simon de riem om mijn middel. De gesp gaat op mijn rug en hij trekt hem redelijk strak aan. Aan de riem zit middenvoor 2 ijzeren ringen. Hieraan haakt Simon de musketonhaken van de wanten. Ik zie eruit als een Amerikaanse gevangenen en kan niets meer met mijn handen. Ik probeer nog wel aan mijn handen te trekken maar deze zitten erg stevig vast aan mijn middel. En mijn vingers zijn compleet bedekt door de dikke wanten. Kom maar mee zegt hij.
We lopen door de gang. De witte jurk is lang en wat strak. Ik schuifel langzaam naast hem. Simon houdt mijn arm vast. Allerlei andere patiënten staren mij aan. Niemand ziet er uit zoals ik. De mannen lopen in een grijs of blauw jogging pak rond. De vrouwen hebben veelal een roze jogging pak aan. Of een rok blouse combinatie. Aan het einde van de gang blijven we bij een dichte deur staan. Simon zoekt een sleutel uit zijn bos en doet de deur van slot. Zo lopen we langzaam door allerlei gangen. Na 2 deuren zie ik geen patiënten meer, alleen nog medewerkers.
Opnamegesprek
We stoppen in een net uitziende gang met dikke vloerbedekking op de grond. In moet op een stoel gaan zitten en Simon meldt mij aan bij een receptioniste. Ik mag gelijk door naar binnen. Simon brengt mij naar binnen. Hier zit achter een groot bureau Dr. Stau en ook Alexandra. Simon wijst mij op een stoel en maakt mij aan weerskanen in de stoel vast aan een korte ketting. Deze kettingen loopt van de achterkant van de stoel naar mijn riem. Ik kan niet meer opstaan. Daarna maakt hij 2 banden vast rondom mijn enkels. Deze zitten vast aan de stoelpoten. Ook hiermee kan ik nu niets meer. Zo is het goed zegt Dr. Stau. Laat ons maar even alleen.
Als Simon weg is begint Dr. Stau te praten. Dit is mijn dochter Alexandra. Jullie kennen elkaar al, begreep ik van Alexandra haar stage. Ik zal je eerst uitleggen waar je bent. Ik ben directeur van een redelijk grote psychiatrische kliniek. Wij behandelen in verschillende afdelingen patiënten. Je zit nu op de dure particuliere afdeling. Dat is een toevluchtsoord voor mensen met geld die in psychische problemen zitten, of van rijke families van een kind ontspoord door een geestelijke nood of verslaving bijvoorbeeld. De zorg is intensief. Het eten is er goed. En we bieden activiteiten aan zoals tennissen, tafeltennissen, buiten wandelen en gamen. Natuurlijk hangt er wel een prijskaartje aan.
Daarnaast hebben we nog een aantal andere afdelingen voor meer kostenbewuste patiënten of minder rijke families. En aan de andere kant van het pand is een gesloten afdeling voor patiënten geplaatst door de staat. Dit gaat om mensen die een gevaar opleveren voor de samenleving of erg agressief zijn.
Ik heb je verzekering gebeld en zij vergoeden op basis van de voorlopige diagnose een opname in deze kliniek. Doordat de vergoedingen in Nederland hoger zijn dan in Roemenië kan ik je plaatsen in de particuliere afdeling. Dit is voor een periode van 4 tot 6 weken. Dat wil ik wel doen maar dan wil ik gelijk dat Alexandra een case study doet naar jouw vreemde drang naar baby gedrag en het feit dat je nog steeds luiers draagt. Dit zal een volledig psychisch en lichamelijk onderzoek zijn van een paar weken tot een paar maanden. Een onderzoek hierover stelt Alexandra in staat om haar opleiding tot psychiater af te ronden. Je moet aan deze opname wel toestemming geven. Zou je hieraan willen meewerken?
Ik blijf stil zitten en zeg niets.
De andere keus is, zegt Dr. Stau, dat je wordt geplaatst op de staatsafdeling. Dat kan ik zonder jouw toestemming regelen, dan neem ik je gedwongen op voor een aantal dagen en vraag ik een rechterlijke machtiging voor verlenging. Dit claimen we niet bij je verzekering maar wordt betaald door de staat. Hier is het wel een stuk armoediger. En je zit de veel tijd alleen in een isoleercel. Mijn vrouw wilde je al direct hiernaartoe sturen omdat je de vaas hebt gesloopt. Maar ik heb haar kunnen overtuigen dat je een perfect onderzoeks patiënt zal zijn voor onze dochter. Vandaar dat ik je de keuze biedt. Dus wat wil je, moet ik een rechterlijk machtiging gaan aanvragen voor opname op de staatsafdeling? Ik schudt NEE. Of wil je meewerken aan het onderzoek van Alexandra? Ik knik hard JA.
Dr Stau pakt een stapel papieren. Alexandra maakt mijn rechterhand los van de riem en verwijderd de dikke want ervan. Hier tekenen zegt Dr Stau en legt alleen de laatste pagina neer. Wat er in de rest van de papieren staat weet ik niet maar ik zet mijn handtekening. Daarna komt er een 2e en 3e formulier om te tekenen. En ik teken een toestemming voor het onderzoek door Alexandra.
Als ik alles getekend hebt zegt Dr Stau. Welkom, dit is nu je nieuwe huis voorlopig. Alexandra, zorg goed voor hem en maak er een mooi onderzoek van. Hij drukt op een belletje waarna Simon weer binnen komt.