Langzaam als kind komt een eind aan het dragen van luiers.
Of je wilt of niet je moet die luier uit hebben, want je bent zindelijk geworden.
En dan is er geen plaats meer voor je luier.
Rustig gaat de tijd voorbij.
En dan opeens begint het te kriebelen bij het zien van een luier reclame.
Of je buurt kinderen die zomerdag in een luier rond lopen.
Je kijkt er naar, eerst wat sluiks, maar dan roept van binnen in je.
Luiers, ik wil luiers.
En langzaam komt het gevoel van toen naar boven drijven.
Misschien verzet je er tegen, maar hoe je er tegen verzet.
Wordt de roep erger, je kunt geen weerstand meer bieden.
En dan is het zover, je gaat een winkel in en zonder dat je verzet, kom je die winkel uit.
En snel spoed je naar huis, eerst aarzel je even.
Maar dan sta je na een lange poos in de spiegel te kijken en je kijkt naar je luier, je trekt het aan.
En langzaam zeer langzaam komt het innerlijke kind weer naar boven.
Je voelt aan je luier en je doet een paar passen.
Op je bed ligt een plasticbroek op je te wachten.
Je kijkt er na en dan is het zover je trekt die broek aan.
En opeens weet je het zeker, dit is je van het.
Het innerlijke kind is ontwaakt en je voelt gelukkig.
Wat een ander er van vindt, daar trek je niet van aan.
Jij ben herboren, en langzaam koop je meer luiers en spullen en je doet je ding.
Het is jou ding, of je het alleen doet of met zijn tweeën.
Niets kan je er van weer houden, je voelt je gelukkig.
Of je wilt of niet je moet die luier uit hebben, want je bent zindelijk geworden.
En dan is er geen plaats meer voor je luier.
Rustig gaat de tijd voorbij.
En dan opeens begint het te kriebelen bij het zien van een luier reclame.
Of je buurt kinderen die zomerdag in een luier rond lopen.
Je kijkt er naar, eerst wat sluiks, maar dan roept van binnen in je.
Luiers, ik wil luiers.
En langzaam komt het gevoel van toen naar boven drijven.
Misschien verzet je er tegen, maar hoe je er tegen verzet.
Wordt de roep erger, je kunt geen weerstand meer bieden.
En dan is het zover, je gaat een winkel in en zonder dat je verzet, kom je die winkel uit.
En snel spoed je naar huis, eerst aarzel je even.
Maar dan sta je na een lange poos in de spiegel te kijken en je kijkt naar je luier, je trekt het aan.
En langzaam zeer langzaam komt het innerlijke kind weer naar boven.
Je voelt aan je luier en je doet een paar passen.
Op je bed ligt een plasticbroek op je te wachten.
Je kijkt er na en dan is het zover je trekt die broek aan.
En opeens weet je het zeker, dit is je van het.
Het innerlijke kind is ontwaakt en je voelt gelukkig.
Wat een ander er van vindt, daar trek je niet van aan.
Jij ben herboren, en langzaam koop je meer luiers en spullen en je doet je ding.
Het is jou ding, of je het alleen doet of met zijn tweeën.
Niets kan je er van weer houden, je voelt je gelukkig.