Geschreven door: Nathalie Nat
Ik was 23 jaar toen ik als juriste afstudeerde. Ik kreeg een baan als beleidsmedewerkster bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Een leuke baan! En leuk was zeker dat de Nederlandse Antillen en Aruba ook tot mijn werkveld behoorde. Zo kwam het dat ik, als lid van een Nederlandse delegatie, een week naar Curacao zou gaan voor besprekingen met de collega's uit de Antillen.
De reis verliep zonder problemen en we namen ons intrek in een sjiek hotel. Er bleken veel Nederlanders in het hotel te verblijven. Zowel ambtenaren van andere ministeries als bedrijfsleven. Het weer was heerlijk: zo'n 35 graden en een strak blauwe lucht. De eerste dagen van de week liepen gesmeerd: de besprekingen gingen van start en na het werk gelegenheid om te zwemmen en te zonnen.
Ik lag woensdagmiddag lekker te zonnen toen mijn reisgenoten het op hun heupen kregen. Ze moesten en zouden ergens gaan gokken en wat gaan eten. Ik lag veel te lekker op het strand en zij dat ze vooral zonder mij moesten gaan en dat ik ze de volgende dag wel weer zou zien.
Toen het etenstijd werd ben ik gaan douchen en begaf me naar het restaurant (uiteraard in de open lucht). Ik ging er al helemaal vanuit dat ik de avond alleen zou zijn, maar aan het tafeltje naast me zat een groep ambtenaren van een ander ministerie en in no-time was ik in hun midden opgenomen. Het werd een hele gezellige avond met veel rum-cola's. Ik rolde veel te laat mijn bed in, maar mijn reisgenoten waren ook nog niet terug dus die zouden het morgen ook met weinig slaap moeten doen. Ik viel als een blok in slaap.
De volgende ochtend werd ik met een vreemd gevoel wakker. Mijn keel was vreselijk droog en ik realiseerde me dat ik de airco niet laag had gezet. En toen merkte ik wat er echt mis was: ik had in mijn bed geplast! De drank? De airco? Ik weet het niet. Wat moest ik doen? Ik ben me eerst maar eens gaan douchen om weer helder te kunnen denken. Het leek me het beste om een handdoek op de natte plek in bed te leggen en het bed zelf op te maken. Een grote kans dat het kamermeisje dan niets zou merken. Daarna begaf ik me naar het ontbijt.
Geleidelijk kwamen ook mijn collega's. Ik was bang dat ze aan mijn gezicht zouden zien dat er wat aan de hand was, maar ze hadden het gelukkig veel te druk met zich zelf. De dag verliep voorspoedig en ik begon mijn 'ongelukje' weer wat te vergeten. 's Middags gingen we terug naar het hotel. Toen ik mijn sleutel vroeg bij de receptionist kreeg ik het gevoel alsof hij wist dat ik in mijn bed geplast had. Dat moest verbeelding zijn, maar ik schaamde me vreselijk.
Ik ging snel naar mijn kamer. Ik zag meteen dat mijn bed verschoond was. Uit voorzorg was er een soort van zeiltje in mijn bed gelegd. Maar er was meer! Op het bed had het kamermeisje een paar luierbroekjes neergelegd. Op dat moment ging de telefoon. Het bleek de receptie te zijn. Of ik even tijd had om naar de receptie te komen.
"Natuurlijk, ik kom zo." Zei ik. Toen ik mijn kamer verliet zag ik het kamermeisje naar me kijken. In de hal bij de receptie was het rustig. Ik maakte mijn naam bekent.
"De manager wil u even spreken". Een zo te zien Nederlandse dame werd vanuit een kantoor gehaald. Ze kwam met kordate stappen op me af. Met vrij luide stem zei ze dat het hotel niet zo blij was met een natte matras. Of ik niet de beleefdheid had gehad om van te voren te melden dat dit wel eens gebeurde.
Met een rood hoofd stamelde ik dat ik al heel lang niet meer nat geweest was en zei dat het me vreselijk speet. Onderwijl keek ik om me heen of ik een bekende zag. De hal was gelukkig verlaten. Ik maakte me zo snel mogelijk uit de voeten en zocht mijn heil op het strand. Ergens alleen!
De avond verliep zonder incidenten. Ik ging naar bed. Wassen, tandenpoetsen. Nog even plassen. Zou ik de luier aantrekken? Eigenlijk vond ik het onzin! Ik had in mijn studententijd wel eens vaker in bed geplast, maar hoogst zelden. Er was geen enkele reden om te veronderstellen dat het vannacht weer zou gebeuren. Maar stel dat ik weer nat zou zijn! Het leek me beter om het zekere maar voor het onzekere te nemen. Ik deed mijn broekje uit en paste het luierbroekje. Het bleek mijn maat te zijn. Voor de spiegel keek ik hoe het stond. Viel eigenlijk wel mee. Enigzins onrustig viel ik in slaap.
Hoe zit de menselijke geest in elkaar? Het moeten de spanningen geweest zijn, maar ik werd wakker en merkte dat mijn luier nat was. Ik wenste me op een andere plek. Wat was ik blij dat ik toch de luier omgedaan had! Ik deed de natte luier uit en ging me uitgebreid douchen. Maar toen het dilemma: waar laat je op een hotelkamer een natte luier. Ik durfde hem niet in een prullemand te doen. Het kamermeisje hoefde niet te weten dat ik weer nat was geweest. Ik wist niets beters te bedenken dan de luier dicht te vouwen en in mijn aktetas mee te nemen. Ergens in de stad kon ik hem dan wel weggooien.
De rest van de week verliep zonder incidenten. Voor alle zekerheid heb ik 's nachts steeds maar een luier aan gedaan, maar ik hield het verder droog. Zaterdagochtend tijd voor vertrek. De delegatie verzamelde zich in de lobby om richting vliegveld te vertrekken. Uitchecken. Rekening betalen. Op mijn rekening was een fors bedrag opgevoerd voor het schoonmaken van de matras. Ook de verstrekte luiers waren op de rekening opgevoerd. Met al mijn collega's om mij heen kon ik maar een ding doen: mijn mond houden en betalen. En zo snel mogelijk weg uit het hotel.
Ik heb op kantoor nog moeite gehad. Want om mijn reisdeclaratie in te vullen moet je de hotelrekening overleggen. Ik had de teksten over luiers en matras zwart gemaakt en de boekhouder wilde weten waarom. Uiteindelijk heb ik mijn baas een verhaal op de mouw gespeld en is mijn rekening betaald. Een mooie dienstreis.
Ik was 23 jaar toen ik als juriste afstudeerde. Ik kreeg een baan als beleidsmedewerkster bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Een leuke baan! En leuk was zeker dat de Nederlandse Antillen en Aruba ook tot mijn werkveld behoorde. Zo kwam het dat ik, als lid van een Nederlandse delegatie, een week naar Curacao zou gaan voor besprekingen met de collega's uit de Antillen.
De reis verliep zonder problemen en we namen ons intrek in een sjiek hotel. Er bleken veel Nederlanders in het hotel te verblijven. Zowel ambtenaren van andere ministeries als bedrijfsleven. Het weer was heerlijk: zo'n 35 graden en een strak blauwe lucht. De eerste dagen van de week liepen gesmeerd: de besprekingen gingen van start en na het werk gelegenheid om te zwemmen en te zonnen.
Ik lag woensdagmiddag lekker te zonnen toen mijn reisgenoten het op hun heupen kregen. Ze moesten en zouden ergens gaan gokken en wat gaan eten. Ik lag veel te lekker op het strand en zij dat ze vooral zonder mij moesten gaan en dat ik ze de volgende dag wel weer zou zien.
Toen het etenstijd werd ben ik gaan douchen en begaf me naar het restaurant (uiteraard in de open lucht). Ik ging er al helemaal vanuit dat ik de avond alleen zou zijn, maar aan het tafeltje naast me zat een groep ambtenaren van een ander ministerie en in no-time was ik in hun midden opgenomen. Het werd een hele gezellige avond met veel rum-cola's. Ik rolde veel te laat mijn bed in, maar mijn reisgenoten waren ook nog niet terug dus die zouden het morgen ook met weinig slaap moeten doen. Ik viel als een blok in slaap.
De volgende ochtend werd ik met een vreemd gevoel wakker. Mijn keel was vreselijk droog en ik realiseerde me dat ik de airco niet laag had gezet. En toen merkte ik wat er echt mis was: ik had in mijn bed geplast! De drank? De airco? Ik weet het niet. Wat moest ik doen? Ik ben me eerst maar eens gaan douchen om weer helder te kunnen denken. Het leek me het beste om een handdoek op de natte plek in bed te leggen en het bed zelf op te maken. Een grote kans dat het kamermeisje dan niets zou merken. Daarna begaf ik me naar het ontbijt.
Geleidelijk kwamen ook mijn collega's. Ik was bang dat ze aan mijn gezicht zouden zien dat er wat aan de hand was, maar ze hadden het gelukkig veel te druk met zich zelf. De dag verliep voorspoedig en ik begon mijn 'ongelukje' weer wat te vergeten. 's Middags gingen we terug naar het hotel. Toen ik mijn sleutel vroeg bij de receptionist kreeg ik het gevoel alsof hij wist dat ik in mijn bed geplast had. Dat moest verbeelding zijn, maar ik schaamde me vreselijk.
Ik ging snel naar mijn kamer. Ik zag meteen dat mijn bed verschoond was. Uit voorzorg was er een soort van zeiltje in mijn bed gelegd. Maar er was meer! Op het bed had het kamermeisje een paar luierbroekjes neergelegd. Op dat moment ging de telefoon. Het bleek de receptie te zijn. Of ik even tijd had om naar de receptie te komen.
"Natuurlijk, ik kom zo." Zei ik. Toen ik mijn kamer verliet zag ik het kamermeisje naar me kijken. In de hal bij de receptie was het rustig. Ik maakte mijn naam bekent.
"De manager wil u even spreken". Een zo te zien Nederlandse dame werd vanuit een kantoor gehaald. Ze kwam met kordate stappen op me af. Met vrij luide stem zei ze dat het hotel niet zo blij was met een natte matras. Of ik niet de beleefdheid had gehad om van te voren te melden dat dit wel eens gebeurde.
Met een rood hoofd stamelde ik dat ik al heel lang niet meer nat geweest was en zei dat het me vreselijk speet. Onderwijl keek ik om me heen of ik een bekende zag. De hal was gelukkig verlaten. Ik maakte me zo snel mogelijk uit de voeten en zocht mijn heil op het strand. Ergens alleen!
De avond verliep zonder incidenten. Ik ging naar bed. Wassen, tandenpoetsen. Nog even plassen. Zou ik de luier aantrekken? Eigenlijk vond ik het onzin! Ik had in mijn studententijd wel eens vaker in bed geplast, maar hoogst zelden. Er was geen enkele reden om te veronderstellen dat het vannacht weer zou gebeuren. Maar stel dat ik weer nat zou zijn! Het leek me beter om het zekere maar voor het onzekere te nemen. Ik deed mijn broekje uit en paste het luierbroekje. Het bleek mijn maat te zijn. Voor de spiegel keek ik hoe het stond. Viel eigenlijk wel mee. Enigzins onrustig viel ik in slaap.
Hoe zit de menselijke geest in elkaar? Het moeten de spanningen geweest zijn, maar ik werd wakker en merkte dat mijn luier nat was. Ik wenste me op een andere plek. Wat was ik blij dat ik toch de luier omgedaan had! Ik deed de natte luier uit en ging me uitgebreid douchen. Maar toen het dilemma: waar laat je op een hotelkamer een natte luier. Ik durfde hem niet in een prullemand te doen. Het kamermeisje hoefde niet te weten dat ik weer nat was geweest. Ik wist niets beters te bedenken dan de luier dicht te vouwen en in mijn aktetas mee te nemen. Ergens in de stad kon ik hem dan wel weggooien.
De rest van de week verliep zonder incidenten. Voor alle zekerheid heb ik 's nachts steeds maar een luier aan gedaan, maar ik hield het verder droog. Zaterdagochtend tijd voor vertrek. De delegatie verzamelde zich in de lobby om richting vliegveld te vertrekken. Uitchecken. Rekening betalen. Op mijn rekening was een fors bedrag opgevoerd voor het schoonmaken van de matras. Ook de verstrekte luiers waren op de rekening opgevoerd. Met al mijn collega's om mij heen kon ik maar een ding doen: mijn mond houden en betalen. En zo snel mogelijk weg uit het hotel.
Ik heb op kantoor nog moeite gehad. Want om mijn reisdeclaratie in te vullen moet je de hotelrekening overleggen. Ik had de teksten over luiers en matras zwart gemaakt en de boekhouder wilde weten waarom. Uiteindelijk heb ik mijn baas een verhaal op de mouw gespeld en is mijn rekening betaald. Een mooie dienstreis.