Nog niet klaar Wisselspoor

Hoe goed is dit verhaal?

  • 1

    Stemmen: 0 0,0%
  • 2

    Stemmen: 0 0,0%
  • 3

    Stemmen: 0 0,0%
  • 4

    Stemmen: 0 0,0%
  • 5

    Stemmen: 0 0,0%
  • 6

    Stemmen: 0 0,0%
  • 7

    Stemmen: 0 0,0%
  • 8

    Stemmen: 0 0,0%
  • 9

    Stemmen: 3 50,0%
  • 10

    Stemmen: 3 50,0%

  • Totaal stemmers
    6

Snakebite

Niet voeren!
Forumleiding
WS3.png



Hoofdstuk 03: Inkijk

Bindi zit op één van de bankjes in de Grot en staart naar haar vrienden die hun ding doen op de dansvloer. Vanavond is niet echt geworden wat ze zich had voorgesteld van een avondje stappen. Haar vrienden hadden – zonder dit met haar te overleggen – afgesproken om naar Eindhoven te gaan, in plaats van in Rotterdam te blijven. Bindi had die berichtjes gemist door haar belletje met Spoor. Weer iets dat bevestigt dat die man alles altijd moeilijk moet maken..

Pas toen Bindi eenmaal in de auto zat, kwam ze erachter. Het is niet dat er nou echt iets mis is met Eindhoven, maar het is wel ver weg. Wat als er iets met Bo is? Het duurt veel te lang om in zo’n noodgeval weer thuis te kunnen komen. Bindi heeft er nooit moeite mee gehad om zich uit te spreken, maar de rest was zo enthousiast dat ze maar besloot om zich te schikken. Wie weet zou het allemaal wel meevallen, niet?

Nou, niet. Het studentencafé viert de winst van één of andere voetbalwedstrijd waar Bindi totaal geen interesse in heeft. Iedereen is dusdanig dronken dat het gewoon niet meer grappig is. Het liefst zou Bindi gewoon vertrekken, maar Bindi heeft het geld niet. Iedereen zou bijleggen voor een Uber om terug in Rotterdam te komen en dat is al een dure grap. Om het dan zelf helemaal te moeten betalen, zou betekenen dat Bindi op andere zaken moet bezuinigen deze maand. Dat kan ze niet verantwoorden.

Er zit dus niets anders op dan wachten en jezelf vervelen op de klanken van Guus Meeuwis, terwijl de veel te kleine dansvloer van de Grot wordt aangevallen door een polonaise van dronken studenten. Wat een leven..

Bindi roert stilletjes met haar rietje door haar mojito, terwijl ze zich afvraagt hoe lang het nog zou duren voordat ze haar vrienden zo ver kan krijgen om terug naar huis te gaan. Plots verschijnt Roos naast haar op de bank, vergezeld door een walm van alcohol, zweet en slechte selfies. Bindi herkent de blik in de ogen van Roos als iets dat niet veel goeds betekent. Waarschijnlijk heeft ze haar bruiloft met een willekeurige jongen op de dansvloer al uitgestippeld, maar durft ze hem weer eens niet te benaderen..

“Wil je ook wat proberen?”, fluistert Roos in Bindi haar oor.

“Proberen?”

“Ja, kijk.. die jongen met dat groene shirt? Ja, die. Hij heeft pillen besteld bij zijn dealer. Echt superlichte, voor beginners, weet je wel? Ik moet ze zo alleen even aannemen. Als je wil, dan kan ik er wel eentje voor je achterhouden?”

“Wat? Waarom moet jij die rotzooi aannemen?”

“Hij zegt dat de politie hem kent en dat hij nu echt niet betrapt kan worden. En ik kan het in mijn beha verstoppen. Daar controleren ze toch niet!”

“En jij denkt serieus dat dit een slim plan is?!”

“Ach, leef een beetje! Wat kan er nou gebeuren?”

Bindi wil net een cynisch antwoord geven, als Roos allebei hun drankjes omstoot. Niet omdat ze wilde opstaan. Niet omdat ze wilde gaan zitten. Gewoon tijdens het staan. Althans, het proberen overeind te blijven staan. Twee bijna volle glazen, recht over Bindi heen. Dat ontbrak er nog maar aan..

“Sorry, ik haal meteen een nieuwe voor je. Hou die even bij je!”

Roos dumpt de telefoon op de bank. Bindi probeert de mojitovlek van haar broek te wrijven, terwijl Roos zo goed en kwaad als het kan richting de bar waggelt. Al snel hoort ze de barvrouw en Roos in discussie gaan. Dan komt er een berichtje binnen op de telefoon van Roos.

“Ben dr, geld is binnen, zwarte corolla”

Bindi rolt met haar ogen. Hoe dom moet je zijn om in zoiets mee te gaan? Althans, hoe dronken? Ze kijkt op en ziet dat Roos nog altijd bij de bar staat. Bindi verstaat nog net de woorden ‘geen alcohol meer’ en beseft dat ze die mojito nu ook op haar buik kan schrijven. De frustraties worden Bindi even teveel en – zonder er echt goed over na te denken – staat ze op en wurmt ze zich een weg naar buiten.

Vanaf daar gaat alles heel snel. Bindi wuift naar de Corolla en er stapt iemand uit. Voor ze het beseft krijgt ze een zakje pillen aangereikt en probeert de dealer met haar te flirten. Bindi duwt hem instinctief van zich af, maar hij grijpt haar bij een pols. Ineens klinkt er een klap en staat Spoor tussen hen in, met een hapjespan in zijn hand. Op de één of andere manier is het genoeg om de dealers weg te jagen.

Bindi kan amper bevatten dat ze in een paar minuten van ‘mojito met tegenzin’ is teruggevallen naar ‘janken in de armen van Spoor’, maar het is de bizarre realiteit.

“Gaat het een beetje?”, vraagt Spoor ongemakkelijk.

Bindi laat hem los en doet een stapje terug. Er stroomt een beschamende hoeveelheid vocht over haar wangen. Ze weet het allemaal gewoon even niet meer.

“Wat doet u nu weer hier?”, brengt ze uiteindelijk uit.

“Mijn Poolse mattie en ik proberen mijn oude Corolla terug te krijgen uit de handen van de dealers die een goede kennis van me hebben bedonderd.”

Bindi staart vol ongeloof van Spoor naar de taxichauffeur achter hem. Hij was degene die begon te toeteren, toch? Het ging ook allemaal zo snel..

No cap!”, roept hij. Het lijkt wel alsof hij trots is. In elk geval veel te blij voor een situatie als deze.

“Ik leg het nog wel eens uit”, zucht Spoor.

Bindi kijkt toe hoe hij op de stoeprand gaat zitten en een sigaret neemt. Hij biedt zowel haar als de taxichauffeur er ook eentje aan, maar ze weigert zelf. De man gaat redelijk enthousiast naast Spoor zitten en lijkt zijn houding te imiteren.

“Jakki”, zegt hij, terwijl hij zijn hand uitsteekt.

Eerst begrijpt Bindi het niet.. bedoelt hij de mojitovlekken, of gewoon haar energie in het algemeen. Dan maakt ze de klik. Met enige tegenzin en een hoop ongeloof schudt ze toch maar zijn hand. Na een tijdje stilte gaat ze aan de andere kant naast Spoor zitten. Hij biedt haar nogmaals een sigaret aan.

“Ik dacht dat u gestopt was?”

“Ik dacht dat jij nooit begonnen was?”

“Hoe weet u dan dat het een leugen was?”

“Doordat ik je bij mijn eerste aanbod al zag twijfelen.”

Bindi zucht. Die man is een enigma en mateloos irritant, maar hij rookt wel het goede merk. Aarzelend neemt ze een sigaret uit het pakje en laat ze die door Spoor aansteken.

“Ben jij hier alleen? Moet ik iemand bellen?”, vraagt Spoor een tijdje later.

“Nee, ik ben met een groepje.”

“Gezellig?”

“Ik wou dat ik in Rotterdam was gebleven.”

“Woorden die nog nooit eerder zijn uitgesproken..”, mompelt Spoor.

Het café stroomt langzaam leeg. Niet vanwege wat er gebeurd is, maar blijkbaar is het feestje ergens anders beter. Nog voor ze haar sigaret heeft weggewerkt, ziet Bindi hoe ook Roos en de rest van haar vriendengroep vertrekken. Ondanks dat ze recht tegenover het café zitten, zijn ze te dronken om Bindi op te merken. Haar telefoon trilt niet, dus ze proberen haar niet eens te bereiken. Bindi slaat dicht, terwijl ze toekijkt hoe iedereen zonder haar in de Uber stapt.

“Moeten we ze niet even zoeken?”, vraagt Spoor na een tijdje.

Bindi schudt haar hoofd.

“Ze zijn net in die Uber gestapt.”

Jakki spuugt hard op de grond.

“Waarom ben je niet met ze meegegaan?”, vraagt Spoor.

“Ik weet het ook niet”, geeft Bindi toe. “Blijkbaar missen ze me niet en.. achtergelaten worden is gewoon echt.. echt..”

“Superk*t?”

“Vloekt u?”

“Buiten het klaslokaal? Als een matroos op verlof.”

Bindi slikt. Het begint nu pas tot haar door te dringen dat ze nu vastzit in Eindhoven. Tenzij er ergens een lift te vinden is van iemand die haar een Tikkie wil sturen.

“Hoe kom je nu in Rotterdam dan? De laatste treinen zijn wel weg, schat ik zo.”

“Ja, nou, niet.. laten we maar zeggen dat ik aan het einde van mijn studiefinanciering voor deze maand zit.”

“Ik dacht dat je een baantje had? Bovendien.. er gaat een gerucht dat er redelijk wat geld in je familie omgaat. Nog een reden waarom ik je altijd zo hartelijk benader.”

Deze keer is Spoor in staat om Bindi met zijn sarcasme aan het glimlachen te krijgen.

“Hartelijk als een f*cking hapjespan”, grinnikt ze.

“Volgens mij was dat een wok. Je vloekwerk behoeft nog enig bijschaven.”

“Net als uw cynisme. Het is met goede reden een gerucht.”

Spoor knikt begripvol.

“Zal ik een hotelkamer voor je regelen? Dan kun je morgen met de trein terug. Ik betaal wel. Volgens mij is Jakki hier vast bereid om ons nog een stukje op weg te helpen.”

“Sowie-fakking-so!”

“Dat is nu vloeken”, wijst Spoor.

“Dat is heel lief, maar ik kan het echt niet aannemen. Ik wil u niets schuldig zijn.”

Bindi laat in het midden of ze gewoon een aversie heeft tegen iemand iets schuldig zijn, of dat ze vooral niet bij Spoor in het krijt wil staan.

“Een andere optie..”, zucht Spoor. “Je kunt mee terug naar Weert. Ik heb daar een appartement, niet ver van het station. Er is een extra slaapkamer. Mijn.. mijn dochter is er ook, dus je hoeft niet bang te zijn voor rare dingen.”

“Heeft u een dochter?”

“Blijkbaar..”

Bindi voelt aan dat Spoor iets verbergt, maar besluit het te laten voor wat het is. Hij heeft haar niet allen gered, maar probeert haar nu ook nog eens te helpen. Beleefdheid is ook iets waard.

“Bovendien.. is er aardig wat opruim- en poetswerk te doen. Als je mij daar morgen even mee wilt helpen, dan lijkt me dat een prima deal.”

Bindi bekijkt de reflectie van Spoor in een raam van het café. Het is niet alsof ze echt een keuze heeft. Bovendien – als hij iets zou proberen – kan ze Spoor makkelijk aan. Al ziet ze dat niet gebeuren. Spoor is raar, maar lijkt op de een of andere manier ook weer enorm betrouwbaar. Ze besluit het aanbod aan te nemen. Een beetje poetswerk in ruil voor een overnachting. Het kon slechter en bespaart haar bovendien financiële zorgen.

“Dankuwel, meneer Spoor. Oprecht.”

Spoor grijpt naar zijn pols en slaat dan een behoorlijke zucht.

“Gaat alles goed met u?”, vraagt Bindi bezorgd.

“Jawel. Ik zocht alleen een elastiekje.”

In de taxirit naar Weert heeft Bindi haar buurvrouw, mevrouw Timmers, kunnen bereiken. Het ging niet gemakkelijk, aangezien Jakki er op stond om allerlei ‘sicke’ momenten van de avond nog eens na te bespreken. Gelukkig is mevrouw Timmers zo lief om voorlopig bij Bo te willen blijven, al heeft Bindi haar niet het hele verhaal verteld. Een simpel noodgeval was een makkelijker excuus.

Dankzij het late tijdstip is het rustig op de weg en komt de taxi al snel aan bij het appartement van Spoor. Bindi is er extra blij mee, aangezien het gejakker van Jakki haar al snel irriteert. Gek genoeg lijkt Spoor hem wel te mogen. Waarschijnlijk omdat Jakki weigert om betaald te worden voor de rit. Hij staat er zelfs op om Spoor zijn visitekaartje te geven.

Iemand die Meneer Spoor stil krijgt.. het is een wonder..

Als Bindi en Spoor eenmaal in het penthouse zijn, weet ze niet goed waar ze moet kijken. Aan de ene kant verbaast ze zich over het uitzicht en de grootte van de woning, maar aan de andere kant is er ook al die rommel. Zakken afval, pizzadozen, genoeg lege drankflessen om te wensen dat er statiegeld op zat..

“Ik snap wel dat u hulp kunt gebruiken bij het opruimen. Als ik had geweten dat dit is wat u in uw vrije tijd doet, zou ik meer getwijfeld hebben.”

“Was het maar zo’n feest”, zucht Spoor. “Heb jij die pillen nog?”

Bindi geeft Spoor het zakje en ze is verbaasd om te zien dat hij zelf net zo’n zakje in een kastje heeft verstopt. Ze vraagt niets, maar observeert hem strak. Spoor vergelijkt de pillen in de zakjes en komt al snel tot de conclusie dat het inderdaad dezelfde zijn.

“Hoe iemand kan denken dat deze rotzooi evenveel waard is als mijn Corolla, zal ik nooit begrijpen.”

“Zijn die van uw dochter?”, begrijpt Bindi.

“Vind je het goed als ik je morgen bijpraat? Ik moet mijn hoofd even leegmaken.”

“Koffie dus?”

“Kijk maar even of je nog twee schone mokken kunt vinden.”

“Heeft u ook thee?”

“Nee, ik heb principes.”

“Thee gaat tegen uw principes in?”

“Vooral rooibos.”

“En gember?”

“Je kunt ook nu al richting Rotterdam lopen.”

Bindi moet alweer lachen. Spoor heeft toch een zekere charme als je dichterbij komt. Spreekwoordelijk dan. Als er iemand de definitie lijkt te zijn van ‘gepaste afstand’, dan is hij het wel. Zodra ze twee kopjes koffie heeft gemaakt in de rommelige keuken, gaan ze samen op de bank zitten. Op gepaste afstand, al kan Bindi zien dat Spoor zijn ogen even moeilijk dichtknijpt als hij gaat zitten.

“Heeft u last van uw rug?”

“Een beetje. Die hapjespan was zwaar.”

“Ik dacht dat het een wok was.”

“Touché.”

“Dat er drie slaapkamers in dit appartement passen. Het is dus nog groter dan het lijkt..”

“Twee”, verbetert Spoor haar.

“Oh.. maar waar slaapt u dan?”

“Gewoon hier. Op de bank.”

“Dat lijkt me geen goed idee. Ik wil mijzelf niet schuldig voelen omdat een oude man meer rugpijn krijgt doordat ik zijn bed inneem.”, lacht Bindi.

“Excuseer?”

“Is oud tegenwoordig een belediging?”

“Is alcohol tegenwoordig een parfum?”, wisselt Spoor van onderwerp.

Bindi ruikt aan haar kleren. De geknoeide mojito is inderdaad behoorlijk sterk te ruiken. Ze legt het verhaal uit aan Spoor, die iets teveel genot heeft van haar ellende. Met enige moeite staat hij dan op en verdwijnt naar de gang. Zodra hij terugkomt heeft hij een shirt en joggingbroek mee.

“Ze zijn schoon. Beloofd. De wasmachine staat in het eerste hok rechts in de gang.”

Bindi springt op en neemt het stapeltje kleding dankbaar aan. Ze legt het op tafel en trekt daarna opgelucht haar shirt uit. Spoor verslikt zich bij de eerste aanblik van haar beha meteen in zijn koffie, voordat hij in een hoestbui belandt.

“Een waarschuwing was wel op zijn plaats geweest..”, kucht Spoor, terwijl hij zich vastbesloten omdraait.

“U bent wel preuts aangelegd, zeg. Laten we niet doen alsof ik bang voor u moet zijn.”

“Nee, nee, laten we dat vooral wel doen. Die staat van zijn bevalt me prima.”

“Het is maar een beha. Wordt u dáár soms bang van?”

Bindi gniffelt stilletjes. Die man komt echt uit de vorige eeuw..

“Mevrouw Bartels, ik heb al ervaring met die dingen van voordat u toe was aan uw trainingsexemplaar, dus die hypothese kan de prullenbak in.”

“Die is al vol, menéér Spoor. Zo vol dat ook het lijkt alsof u die al niet meer heef geleegd sinds het moment dat ik toe was aan mijn.. trainingsexemplaar..”

Spoor rolt met zijn ogen. Het kind is goed. Te goed. Bindi heeft intussen haar kleren gewisseld en bekijkt haar reflectie in het raam. Goed genoeg. Retro is ook een stijl. Met een overdreven grote boog loopt ze om Spoor heen richting het washok. Hij ontwijkt haar blik met een welgekozen moment om nog eens goed te kuchen.

Aan het einde van de gang begint Bindi te twijfelen over welke deur het ook alweer was. Ze durft het niet te vragen, dus besluit Bindi om zo stil mogelijk de deuren af te gaan tot ze beet heeft. Achter de eerste deur die ze probeert, bevindt zich duidelijk een voorraadkast. Vrijwel meteen wil Bindi de deur weer sluiten, maar er is iets waar haar oog op valt.

Luiers. Op de onderste planken van de kast ligt een behoorlijke stapel luiers, met twee volle pakken niet veel verder op de grond. Bindi herkent ze meteen van haar zusje, al zijn deze luiers wel een aanzienlijk stuk groter dan wat Bo draagt. Bovendien.. de kleuren.. en printjes.. dit is allemaal geen standaardspul.

“Lukt het? Of zal ik je een kompas brengen?”, vraagt Spoor vanuit de keuken.

“Komt goed!”

Bindi sluit snel de deur van de voorraadkast en vindt gelukkig achter de eerstvolgende het washok. Ze verplaatst wat natte kleding naar de droger en al snel zijn de twee machines begonnen aan hun werk.

Als Bindi terug in de woonkamer komt, twijfelt ze of er een subtiele manier is om iets over de luiers te zeggen. Of wellicht iets minder-subtiels? Uiteindelijk besluit ze om haar mond nog maar even te houden. Het is haar zaak niet en misschien raakt ze iets heel gevoeligs. Nooit de hand bijten die je voert..

“U gaat wel gewoon in uw eigen bed liggen”, besluit Bindi uiteindelijk.

“Een discussie met jou is onmogelijk. Zoveel heb ik wel geleerd.”

Eindelijk..

“Ik breng je zo wat lakens en een kussen. Heb je nog iets anders nodig?”, vraagt Spoor.

“Thee is uit den boze?”

“Christus zal verrijzen voordat ik die meuk in huis haal. Dat is de Ware Belofte.”

Bindi schudt haar hoofd en laat zich achterover zakken in de bank. Hij is comfortabel en ook de kleren zitten best lekker. Het leven kon slechter. Véél slechter. Dat weet ze uit ervaring.

“Mag ik een ongepaste vraag stellen?”

“Het is uw appartement. Ik maak de regels hier niet.”

“Hoe komt u aan dat litteken?”

Instinctief wrijft Bindi over haar rechterzij en onderbuik. Hoewel ze het niet echt een ongepaste vraag vindt, weet ze ook niet zeker of dit een verhaal is dat ze met Spoor wil delen. Zeker op dit tijdstip.

“Vindt u het goed als ik u morgen bijpraat? Mijn hoofd is vol.”

“Ik begrijp het. Doe in elk geval alsof je thuis bent vannacht. Neem het gewoon als je iets nodig hebt, uit de badkamer of de keuken..”

“Ik zal maar van die ketamine afblijven dan?”

“Hoe bedoel je?”

“Die pilletjes. Dat is ketamine. Wist u dat niet?”

“Keta is dus geen voornaam van een drugsdealer met een hapjespantrauma?”

“Nee. Ook al was het een wok.”

“Welterusten.”

“Welterusten, meneer Spoor.”

Als Bindi de volgende ochtend wakker wordt is het doodstil in het appartement. Ondanks dat het maar kort was, heeft ze verrassend lekker geslapen. Er ging een uur piekeren aan vooraf. Het was ook geen gemakkelijke dag. Spoor, het café, de dealer, Spoor, de pan, Jakki, de luiers, Spoor. Een mens zou voor minder gek verklaard worden.

Na een frisse neus te hebben gehaald op het balkon, besluit Bindi een poging te wagen om ontbijt te maken. Het is wel het minste dat ze kan doen in ruil voor de gastvrijheid van Spoor. Al zou ‘gast-ambivalentie’ een passender woord zijn.

Al snel speelt de radio zachtjes op de achtergrond, terwijl Bindi de afwas wegwerkt en intussen inventariseert wat er nog aan eten in huis is. Eieren, wat sla in de koelkast. Uit de diepvries weet Bindi nog wat brood te halen, dat ze snel ontdooit. In de voorraadkast had ze een netje uien zien liggen. Het brengt Bindi op een idee..

De voorraadkast is tenslotte nauwelijks gevuld. De luiers nemen de meeste ruimte in. Het kost haar nauwelijks tijd of moeite om de hele kast leeg te halen en de inhoud te stapelen op de keukentafel. Bindi zal de luiers zelf helemaal niet benoemen, maar dit zal Spoor wel zo’n beetje dwingen om haar te vertellen wat ze graag wil weten. Een emmertje sop over de planken in de voorraadkast is het perfecte excuus. Ze had nu eenmaal beloofd om te helpen.

Exact op het moment dat de koffie klaar is, verschijnt een slaperige Spoor in de keuken. Als hij met zijn mok aan de keukentafel gaat zitten, ziet Bindi zijn blik veranderen. Ze zwijgt, maar is er zeker van dat het verhaal de moeite waard is.

Met kunst- en vliegwerk kan ze Spoor voorzien van een omelet, terwijl ze vertelt wat ze allemaal al heeft gedaan. Het is Bindi duidelijk dat Spoor zich niet goed raad weet met de situatie, als is hij verdacht vriendelijk tegen haar. Het lijkt haar sterk dat het aan de omelet ligt.

Als haar eigen ontbijt klaar is, gaat Bindi naast Spoor aan tafel zitten en schuift ze een stapeltje luiers overdreven langzaam opzij. Geen woord..

“Oh, is uw mok nu al leeg? Wilt u nog wat koffie?”

“Is de paus het hoofd van ouderwets en overbodig instituut?”, mompelt Spoor.

“Een bevestiging was ook prima geweest”, moppert Bindi.

Als Bindi vervolgens opstaat en de mok van Spoor pakt, legt hij een hand op haar onderarm.

“Je werkt hier niet, hè? Ontbijt nou maar even want je doet al meer dan genoeg.”

Precies op dat moment zwaait de deur vanaf de gang open. Er stapt een soort schaduw naar binnen. Bindi ziet dat de jonge vrouw net iets ouder is dan zij. Ze ziet er bleek en zwakjes uit. Er staan donkere kringen rond haar ogen en ze is duidelijk nog lang niet goed wakker.

“Goedemorgen, Froukje”, reageert Spoor, voordat hij zijn hand terugtrekt.

“Wie de **** is deze ****?!”, wijst ze boos richting Bindi.

Het vloeken zit blijkbaar in de familie..



Bedankt voor het lezen van dit hoofdstuk. Laat gerust weten wat je ervan vond en een like voor de moeite wordt altijd gewaardeerd! :)
 

Snakebite

Niet voeren!
Forumleiding
ws4.png

Hoofdstuk 04: Ravage

De geuren van mango en perzik zweven nog vers door de badkamer als Froukje het douchegordijn opent en zoekt naar de handdoek die ze eerder zelf heeft klaargelegd. Hoewel de douche haar goed heeft gedaan, lukt het nog altijd niet om haar gedachten te ordenen. Ze is zo ontzettend moe. Moe van alles..

Tijdens het afdrogen moet ze de grootst mogelijke moeite doen om niet te vallen. De duizeligheid zal nog wel even aanhouden. Dat duurde de vorige keer ook een tijdje. Afkicken gaat nu eenmaal niet vanzelf. Het is nog sterker dan zijzelf; net als de verslaving is geweest.

Zodra Froukje zichzelf heeft afgedroogd, valt haar blik op het stapeltje kleding dat Ben voor haar heeft klaargelegd. De luier ligt pontificaal bovenop. Onmisbaar. Het verrast haar niet dat dit het gevolg is van wat hij eerder deze avond heeft aangetroffen. Zijn oplossingen zijn altijd praktisch, meestal zonder al te veel aandacht voor de emoties die ze mogelijk oproepen.

Froukje wist natuurlijk zelf ook wel dat die luiers nog in de voorraadkast stonden en dat ze voor haar bedoeld waren. Toch is ze deze niet gaan dragen toen het misschien verstandig werd. De luiers waren in haar beleving bedoeld om tot rust te kunnen komen als dat nodig was. Het idee om ze te moeten dragen omdat ze niet eens in staat is haar bed of broek droog te houden? Enorm vernederend. En aangezien ze haar rust is gaan zoeken in andere middelen, bleven de luiers onaangeraakt.

Nu is het moment hier. Ergens had ze veel liever gehad dat Ben haar zou helpen. Net als vroeger. Dat het een moment van troost, veiligheid en intimiteit zou zijn. Iets moois dat tussen hen bestond en waar de rest van de wereld niets mee te maken had. Sterker nog, iets dat de rest van de wereld zelfs buiten de deur kon houden.

Maar Ben is er niet. Vertrokken naar een bestemming die Froukje niet kent. Hoe laat hij terug zal zijn is voor haar ook een raadsel. Bovendien heeft ze het sterke vermoeden dat Ben niet bepaald blij zal zijn als ze de luier niet draagt op het moment dat hij thuiskomt. Het allerlaatste dat Froukje zich nu kan veroorloven is om Ben nog meer teleur te stellen. Er is geen keuze. Het moet.

Froukje haar bed is lekker fris opgemaakt. Het is een klein teken dat haar doet geloven dat Ben toch nog iets om haar geeft. Hij wil niet dat ze in de nattigheid zit, figuurlijk en zeer letterlijk. Toch is het ritueel ineens niet langer van hen samen en dat doet pijn. Hoewel Froukje heel goed weet dat ze dit zelf heeft veroorzaakt, voelt het enorm eenzaam zodra ze de luier op haar bed uitvouwt.

Tot haar verbazing voelt het vertrouwd zodra ze op de luier gaat liggen en hem tussen haar benen door omhoog trekt. De zachtheid, het comfort, de strakheid van het elastiek in haar liezen. Froukje beseft dat ze het veel meer heeft gemist dan ze zou durven toegeven. Voorzichtig plakt ze de vier strips vast, op precies de goede hoogte en net strak genoeg om een klein beetje te knellen.

Daar is het weer.. dat veilige gevoel.

Het is alsof Ben haar knuffelt en vertelt dat alles wel weer goed zal komen. Misschien heeft hij de luier toch niet bedoeld als een straf. Is het mogelijk dat hij wist wat Froukje nodig had, nog voordat zij het zelf in de gaten had? Ben zou haar toch ook nooit pijn willen doen?

Een eenzame traan rolt langzaam over haar wang. Froukje probeert iedere beweging bewust te voelen.

Hoe kon ze nou denken dat hij haar zo zou behandelen? Van schaamte, via geborgenheid naar schuld. Allerlei emoties komen in sneltreinvaart voorbij en Froukje kan ze geen van allen controleren. Het enige dat ze nog kan proberen te doen is om ze te voelen. Bewust en intens.

Zodra het in haar hoofd weer een beetje rustig wordt, trekt Froukje de pyjamabroek weer omhoog. Over haar luier, maar net niet helemaal. Geconcentreerd frummelt ze met haar kleding tot het randje van haar luier aan alle kanten precies genoeg uitsteekt. Ze wil dat Ben het meteen kan zien zodra hij terugkomt. Dat wat er ook is gebeurd om haar in deze ellende te laten zakken voorbij is. Dat ze nu anders is. Dat het haar spijt..

De reactie van Ben heeft ze echter niet kunnen zien. De zon is al op als Froukje de volgende ochtend ineens wakker schrikt. Blijkbaar heeft de luier haar niet een beetje tot rust gebracht, maar gewoon helemaal. De zonnestralen komen gepaard met een helderheid in haar hoofd die er al een hele tijd niet meer is geweest. Alles is kalm.. eindelijk..

Met enige tegenzin gaat Froukje rechtop zitten en vervolgens schuift ze naar de rand van haar bed. De duidelijk verdikte prop tussen haar bovenbenen verraadt al wat er de afgelopen nacht is gebeurd. Ze hoeft niet eens aan haar luier te voelen om te weten dat de nattigheid terug is. Erger nog: ze heeft niets meer opgeruimd of schoongemaakt, ondanks dat Ben het wel duidelijk van haar gevraagd had.

Hij zal woest zijn.. toch?

Froukje probeert te bedenken hoe ze hem uit moet leggen dat het geen bewuste keuze was. Geen verzet tegen wat hij van haar wilde. De slaap heeft haar overvallen.. dat is alles..

De eerste windstoten van haar emotiestorm maken zich kenbaar. Hoe goed Froukje het nu ook probeert te negeren, schuldgevoel en een diepe vrees voor Ben zijn afwijzing maken zich toch meester van haar.

Voorzichtig opent Froukje de deur van haar slaapkamer om vervolgens de hal in te schuifelen. Voetje voor voetje. Bijna waggelend, aangezien ze te bang is om haar luier af te doen voor hij het gezien heeft.

Vanuit de woonkamer en de keuken kan Froukje allerlei geluiden horen. Ruikt ze nou echt eieren? Is het echt waar? Staat Ben ontbijt voor haar te maken? Is hij toch niet woest op haar? Zou het?

Ietsje sneller dan eerst stapt Froukje op de deur af. Dan voelt ze ineens de vloer onder haar voeten wegzakken..

Is dat een vrouwenstem?

Zo stil als een muis legt Froukje haar hand op de klink, terwijl ze geconcentreerd luistert. Ben is er en hij praat inderdaad met iemand anders. Een vrouw. Duidelijk een jonger iemand. Waarom? Wat doet zij hier?

Froukje voelt haar ademhaling versnellen en haar kaak verstijft. Haar hart bonst in haar keel en een paar momenten lang lijkt de wereld om haar heen te dansen. Alles draait in een kolk van gevoelens, die pas tot stand komt als Froukje een treurige conclusie trekt.

“Hij heeft je vervangen..”

Zonder een moment te missen opent Froukje de deur en stormt ze naar binnen. Het is geen kwestie van nadenken, maar van voelen en handelen. Haar bloed kookt als ze ziet dat Ben doodleuk naast een ander aan de ontbijttafel zit en zijn hand op haar arm houdt. Dan valt haar iets anders op: de luiers liggen op tafel. Háár luiers, open en bloot! Hoe kan hij haar zo voor schut zetten tegenover die snol!

“Goedemorgen, Froukje”, is zijn begroeting..

Ze heeft zijn kleren aan..

“Wie de **** is deze ****?!”, schreeuwt Froukje, terwijl ze haar vinger richting de onbekende wijst.

Die kijkt meteen geschrokken naar Ben.

“Ook goedemorgen..”, bromt hij.

“Ik.. ben Bindi..”, stamelt ze.

“Wat moet zij hier?”, briest Froukje.

“Bindi is hier om ons te helpen”, reageert Ben koeltjes, zonder een stilte te laten vallen.

“Helpen met wat?!”

Sarcastisch als altijd heft Ben zijn handen op en kijkt hij demonstratief rond in de kamer.

“Niet met het brengen van vrede naar het Midden-Oosten, lijkt me! Dat zou een stuk eenvoudiger zijn dan de bende hier opruimen..”

“Denk je dat je grappig bent?!”

“Hooguit amusant.”

Met duidelijke tegenzin staat Ben vervolgens op en stapt hij op Froukje af. Hij wil haar omhelzen, maar ze duwt hem terug. Ook al is dat eigenlijk niet wat ze echt wil.

“Wat is er toch met je aan de hand?”

Ben pakt haar schouder opnieuw vast en stapt dichterbij. De boosheid overmant Froukje volledig en ze slaat een paar keer flink tegen zijn schouder, voordat ze uiteindelijk toegeeft. Zijn armen vallen om haar heen en hevig huilend laat Froukje zich tegen hem aan zakken. Met elke snik verdwijnen de emoties en komt ze steeds meer tot zichzelf. Zijn geur kalmeert haar.

“Sorry..”, brengt ze met moeite uit.

“Het is al goed.. wat er ook is.. we lossen het wel op. Maar dat kan niet als we er niet over praten, oké?”

Froukje knikt, maar durft niet op te kijken.

“Voor alle duidelijkheid.. ik kwam Bindi per toeval tegen. Ze is een bijna ex-studente van me en had onverwacht een slaapplek nodig. Zoals jij maar al te goed weet, kon ik niet anders dan haar helpen. Je weet wel, aangezien ik zo’n goed mens ben. Enorm schattig ook. En bescheiden!”

Een korte lach. Soms kan ze zijn humor niet weerstaan. Het is zijn beste manier om Froukje te kunnen doen aarden.

“Het heeft niks met jou te maken. Je kunt haar vertrouwen. Ik had het je willen zeggen, maar je sliep al. En dat vond ik belangrijker. Snap je?”

Froukje knikt opnieuw. Ze weet ook wel dat hij gelijk heeft. Al blijft de aanwezigheid van Bindi haar een doorn in het oog. Ben is de enige die ze ooit volledig in vertrouwen heeft durven nemen en nu komt zij hier doodleuk de puinhoop van haar leven opvegen?

“Zal ik een omelet voor je maken?”, vraagt Bindi ineens.

Terwijl ze haar gezicht weg blijft drukken tegen de schouder van Ben, schudt Froukje haar hoofd. Het is niet eens om opstandig te doen. Ze heeft gewoon geen honger, waarschijnlijk door meerdere oorzaken.

“Ik denk dat ik wel weet wat jij wil..”, reageert Ben.

“Koffie..”

“Met een veel beetje melk?”

Een voorzichtig knikje.

“En dan nog een extra veel beetje?”

Nog een knikje.

“Of zal ik de koe meteen erbij doen?”

Instinctief duwt Froukje Ben weer weg, glimlachend en opgelucht. Haar betraande ogen staren hem aan, om hem duidelijk te maken dat het misschien wat overdreven is. Zijn ogen staren terug, vertrouwd en geruststellend. Ze heeft hem zo gemist..

Met een kleine glimlach stapt Ben de keuken in om de ‘Junior-Presso’ voor haar te maken. Net zoals vroeger. Toen was haar leven ook een bende, tot hij daar opnieuw in verscheen. Ze hoopt vurig dat ze opnieuw op hem kan leunen. Alleen gaat ze het niet nog niet redden, zoveel weet ze inmiddels wel zeker. Hij eveneens. Bindi blijkbaar ook.

Froukje draait zich naar Bindi en heeft meteen in de gaten dat die zo beleefd mogelijk naar haar middel staart. Instinctief trekt Froukje haar pyjamashirt over het randje van haar luier.

“Je hoeft je voor mij niet te schamen, hoor”, reageert Bindi onverschillig. “Mijn zusje draagt ze ook.”

“Is dat niet normaal?”

“Ze is twaalf..”

“Oh.. sorry..”

“Geef niks. Dat kon jij niet weten..”

Vanuit de keuken klinkt er ineens geveinsde paniek.

“Je gaat me toch niet vertellen dat er nog een generatie Bartels na jou komt? Dachten je ouders dat één van jou niet genoeg was?”, bromt Spoor, terwijl hij de melk door de koffie van Froukje roert.

“Hilarisch, meneer Spoor..”

“Hooguit amusant.”

Bindi gebaart naar de stoel tegenover haar aan de keukentafel, als teken dat Froukje daar kan gaan zitten. Het stapeltje luiers ligt daardoor precies tussen hen in, als een stolling van de ongemakkelijke stilte die er heerst. Froukje staart stilletjes naar de tafel, terwijl Bindi ongestoord verder eet.

“Is het minder erg om ze te dragen als ze kleurtjes en patroontjes hebben? Die van Bo zijn echt helemaal wit en dat voelt allemaal.. een beetje ‘ziekenhuis’, zeg maar..”

“Wacht even”, onderbreekt Ben, terwijl hij de koffie op tafel zet.

“Bindi en Bo Bartels.. ben jij soms het kind van Stan Lee?”

“Wie is dat nou weer?”

“Die man van superhelden als Hawkeye en Ant Man..”

Bindi wendt haar blik naar Froukje.

“Denkt hij nou echt dat ik verstand heb van DC?”

“Marvel! Ach, laat ook maar..”, bromt Ben.

“Soms is het net alsof hij denkt dat de hele wereld in zijn hoofd leeft en altijd exact begrijpt wat hij bedoelt, omdat het blijkbaar zo logisch is”, moppert Bindi.

Froukje grinnikt hardop.

“Hij moet niets zeggen. Weet je wat zijn voornaam is?”

“Waag het niet!”

“Ben..”, giechelt Froukje.

Bindi laat het vork vallen en voelt perfect aan dat ze haar verrassing wat kan overdrijven.

“Ben Spoor? Dus als u zich voorstelt, dan is het: ‘Hoi, ik ben Spoor’? Of ‘Ik ben Ben Spoor’? En dan commentaar hebben op MIJN naam?”

Het ijs tussen Froukje en Bindi brokkelt sneller af dan de gemiddelde gletsjer onder de opwarming van de Aarde, en volledig ten koste van een zichtbaar gefrustreerde Ben.

“Froukje is tenminste een mooie naam”, knipoogt Bindi.

Ben besluit om door de lopen naar het balkon.

“Wat gaat u doen?”, vraagt Froukje.

“Mijzelf in brand steken, zodat ik in elk kan roken zonder jullie commentaar..”

Bindi steekt gemoedelijk een vuistje uit naar Froukje, die het zowaar aandurft om haar een boks te geven. Misschien is ze toch zo slecht nog niet..

“Op de hogeschool is hij echt totaal anders, hè?”, vraagt Bindi dan.

“Hij zegt dat hij zo het kaf van het koren kan scheiden en zich concentreert op de beste studenten.”

“Ik denk niet dat er veel studenten zijn die zijn verwachtingen kunnen waarmaken.”

“Volgens mij verwacht hij juist dat iedereen hem teleurstelt en bewaart hij zijn aandacht voor degenen die dat niet doen. Dat gevoel had ik altijd toen ik les van hem had..”

“Ik kon me al niet voorstellen dat je echt zijn dochter was.”

“Zei hij dat?”, vraagt Froukje.

Bindi knikt.

“Hij wilde niet veel vertellen, maar het is duidelijk dat je veel voor hem betekent.”

“Ben heeft mijn leven gered.”

“Spoor de superheld. Wie had dat gedacht?”

Dan een moment van synchronisatie. Froukje en Bindi kijken elkaar aan en spreken het tegelijk uit.

“Spoorman!”

Het gelach reikt tot op het balkon, waar Ben opgelucht een trek van zijn sigaret neemt.

De rest van de ochtend en de vroege middag verlopen rustig en gemoedelijk. Froukje heeft haar best gedaan om de slaapkamers weer schoon en opgeruimd te krijgen. Het voelt vreemd dat Ben nog altijd niet gevraagd heeft naar wat er nou precies gebeurd is, maar ergens is het ook wel fijn om de puinhoop eerst aan de kant te krijgen. Het is bijna alsof ze zo ook haar hoofd kan opruimen.

Ben en Bindi werken intussen samen aan de rest van het appartement. Omdat er aan het water wordt gewerkt kan Froukje ze niet altijd verstaan. De werklui maken een hoop lawaai, maar ook dat misschien maar beter zo. Die Bindi blijkt heel erg mee te vallen, maar bij momenten komt Froukje haar onzekerheid toch weer om de hoek kijken.

Op een zeker moment kwam Ben haar een boterham brengen, precies op het moment dat haar maag begon te knorren. Hij snapt haar zo goed dat het bijna lijkt alsof hij Froukje haar interne klok kan lezen.

“Volgens mij kunnen jullie allebei wel een nieuwe vriendin gebruiken”, fluisterde hij.

Froukje knikte wel, maar het is haar toch iets te confronterend om aan te moeten pappen met iemand die zo’n beetje een verbeterde versie van haarzelf lijkt te zijn.

En dan het moment waarop Bindi ineens met de luiers in de deuropening staat..

“Ik wilde even vragen waar ik ze voor je moest leggen. Terug in de voorraadkast, of heb je ze misschien liever op je kamer?”

“Hier is prima”, zucht Froukje.

Zo kan ze Ben tenminste laten zien dat ze in elk geval een klein beetje verantwoordelijkheid aan het nemen is. Ook al is het zoiets simpels.

“Misschien moet ik er maar één van je lenen”, glimlacht Bindi.

Froukje kijkt haar niet-begrijpend aan.

“Ja, dit is zo stom.. ik ben gewoon nieuwsgierig naar hoe het voelt. Die van Bo heb ik wel eens geprobeerd, maar daar pas ik echt niet meer in. Zeg maar niet tegen Spoor dat ik het gevraagd heb. Vergeet het maar gewoon..”

“Zelf weten”, haalt Froukje haar schouders op, terwijl ze de luiers in haar kledingkast legt. Het lukt haar niet om te ontcijferen of Bindi dat nou meende, of gewoon een gesprekje probeerde aan te knopen en een wit voetje te halen.

Froukje heeft wel vreemdere dingen gehoord en meegemaakt, maar toch voelt het raar. Het lijkt in alles alsof Bindi per ongeluk in een situatie is beland die haar als gegoten blijkt te zitten. Sommige mensen hebben al het geluk..

Als de slaapkamers klaar zijn – en de boterham helemaal opgegeten is – stapt Froukje de woonkamer in, waar ze van Ben meteen een teken krijgt dat ze stilletjes aan moet doen. Bindi staat op het balkon te bellen en blijkbaar probeert hij af te luisteren. Ergens is Froukje niet verbaasd. Ben is een goede man, maar er zijn grenzen waar hij niets mee heeft. Vooral als ze hem in het moment even niet uitkomen..

“Alles in orde?”, vraagt Ben, zodra Bindi eindelijk terug naar binnen stapt.

“Ja, gewoon gedoe met de oppas. Ze wil mijn zusje een paar dagen meenemen naar hun vakantiehuisje.”

“Wat een vreselijk mens”, beaamt Ben.

“Nee, zo bedoel ik het niet. Bo is gewoon nog heel zwak. Ik ben een beetje bang dat het teveel voor haar is. En dan ben ik er niet als het fout zou gaan..”

“Misschien is een beetje afstand juist verstandig”, reageert Ben. “Als je ziet dat het allemaal wel kan, dan ga je wellicht eens wat minder piekeren. Een beetje ontspannen zal je goed doen.”

“..zegt de meest ontspannen man ter wereld”, sneert Bindi.

“Jouw leven”, haalt Spoor zijn schouders op. “Wij maken anders graag nog een dagje gebruik van je hulp. Als je toch niet persé naar huis hoeft.”

Bindi kijkt naar Froukje, op zoek naar een teken van hoe zij daarover denkt. Froukje haalt haar schouders op. Misschien kan wat extra gezelschap geen kwaad. Er is inderdaad nog genoeg werk te doen.

“Ik wil best nog even blijven..”, reageert Bindi. “Maar ik heb bijna geen spullen bij me. Zelfs geen tandenborstel.”

“Weert ligt aan je voeten”, gebaart Spoor, richting het raam en het uitzicht op het centrum. “De winkels zijn nog een paar uur open.”

“Ja, maar ik kan dat geld gewoon echt niet missen.”

“Is dat het grote probleem?”

“Eigenlijk wel”, geeft Bindi schoorvoetend toe.

“Dan neem je mijn bankpas maar mee. Of beter gezegd: jullie. Froukje zal toch boodschappen moeten doen en dan koop je maar gelijk in wat je nodig hebt. Een bonnetje is niet nodig.”

Froukje schudt haar hoofd, terwijl ze een paar slokken water neemt. Het is bijna een kopie van haar eigen situatie, een jaar geleden. Geld als de grote boosdoener en tegelijkertijd als de oplossing voor alles. De vrijgevigheid van Ben – eerder haar eigen geluk – stoort haar nu behoorlijk.

“Meent u dat?”

“Ik verwacht wel een verse lasagne voor het avondeten. Niet-onderhandelbaar.”

“Wilt u me zo graag hier houden?”

Froukje slaat het gesprekje gade vanuit het keukenblok. Het waterglas in haar hand komt onder steeds meer spanning te staan.

“Ik denk dat het zowel je zusje, als jezelf als de stad Rotterdam goed zou doen als je nog een dagje afstand neemt.”

“Waarom?”

“Die stad heeft genoeg trauma’s. Alleen al op het gebied van voetb..”

“Waarom wilt u mij helpen?”

“Omdat je me nog niet teleurgesteld hebt. Ik was altijd al nieuwsgierig naar wat er achter dat muurtje van je zit. Wat ik tot nu heb mogen zien bevalt me. En eigenlijk help ik vooral mijzelf.”

Ben vist een bankpasje uit zijn beurs en geeft het aan Bindi.

“Froukje kent de code.”

“We zullen niet thuiskomen met magische bonen, beloofd.”

“Voel je vrij. Of is dat geen synoniem voor koffiebonen?”

Bindi stopt de pas in haar telefoonhoesje en kijkt dan naar Ben. Even twijfelt ze, voordat ze toch naar hem toe stapt en bedankt met een knuffel. Froukje voelt het weer. De verstijfde kaak, haar hart kloppend in haar keel, de spanning die op haar lichaam komt te staan. De boosheid.. neemt het over..

Hij heeft je vervangen.

De druk wordt te groot. Met een knal knijpt Froukje het glas in haar hand kapot..



Bedankt voor het lezen van dit hoofdstuk. Laat gerust weten wat je ervan vond en een like voor de moeite wordt altijd gewaardeerd! :)
 

Abbjornnl

Wees jezelf ongeacht wat andere ervan zeggen
Het verhaal is weer een echt snakebite de spanning vanaf de eerste seconden opbouwen en dan rustig en geconcentreerd deze vasthouden.
En zo ook de aandacht van de lezer vasthouden
 

luierdromertje

Niet geschoten is altijd mis.
Het verhaal is weer een echt snakebite de spanning vanaf de eerste seconden opbouwen en dan rustig en geconcentreerd deze vasthouden.
En zo ook de aandacht van de lezer vasthouden
Weer twee geweldige hoofdstukken.
Ben Spoor de redder in nood, van je vrienden moet je het maar hebben.
ga zo door


:tmb:tmb:tmb
 

Snakebite

Niet voeren!
Forumleiding
WS5.png



Hoofdstuk 05: Effectbal

Bindi leunt voorzichtig over de leuning van het balkon. In de verte kan ze de inwoners van Weert en omstreken door het centrum zien banjeren. Het uitzicht op het centrum van de stad is echter niet de reden voor haar strategische terugtrekking naar het kleine balkon. Direct naast het appartement van Spoor wordt aan het water gewerkt.

Met dat lawaai op de achtergrond is het bijna onmogelijk om binnen een telefoongesprek te kunnen voeren. Toch moet dat. Als mevrouw Timmer belt, dan kan Bindi de oproep niet weigeren. Niet alleen is er de angst dat er mogelijk iets met Bo aan de hand is, maar mevrouw Timmer past ook al een hele tijd op. Het zou nogal onbeleefd zijn om het belletje te negeren van de vrouw die Bindi haar problemen aan het oplossen is.

“Bindi, zou het niet juist heel goed voor Bo zijn om eens van omgeving te wisselen?”

“Misschien wel, maar ze heeft het ziekenhuisbed nodig. Haar verzorgingsspullen. De medicatie. Ik kan u toch niet vragen om dat allemaal op uw schouders te nemen?”

“Je kunt mij alles vragen, dat weet je. Ik heb allebei je ouders nog gekend en bovendien je vader beloofd om op jullie te passen in de.. tussentijd.”

Bindi negeert de woordspeling, maar waardeert het in dit geval enorm dat mevrouw Timmer het beestje niet bij de naam noemt.

“U doet al zoveel..”

“Ach, zolang mijn man nog werkt en de kinderen het huis uit zijn.. een mens moet iets te doen hebben. Je weet dat ik het ritme van Bo haar dag ken. De symptomen, de waarschuwingssignalen.. ik ben twintig jaar verpleegster geweest, hè?”

“Dat is ook zo, maar het voelt gewoon alsof ik al mijn problemen op uw schouders leg.”

“Misschien moet je eens niet zoveel piekeren en de cadeautjes die je aan komen waaien gewoon aannemen. Als er iemand onredelijk veel problemen op haar schouders neemt, dan ben jij het wel. Neem dit weekje maar voor jezelf. Onze auto is groot genoeg voor het bed en alle bagage. Dan heb jij het huis een keer voor jezelf. Het zou een goede gelegenheid kunnen zijn om een beetje op te ruimen of achterstallig poetswerk te doen.”

Bindi rolt met haar ogen. Die vaardigheden is ze momenteel anders ook behoorlijk aan het aanscherpen. Toch weet ze dat mevrouw Timmer gelijk heeft. Bovendien is Bo dol op de oude meneer Timmer, die – ondanks het feit dat hij een stuk ouder is dan zijn vrouw – nog altijd niet met pensioen is. Nog altijd gaat hij vijf dagen per week trouw naar de zaak. Iets met kunst.. Bindi heeft het nooit begrepen.

“Weet u zeker dat het geen belasting is?”

“Is dat zusje van jou ooit voor iemand een belasting geweest?”

“Nee..”, glimlacht Bindi.

“Dat bedoel ik. We kunnen elke avond even videobellen, als je dat fijn vindt. Bovendien kan ik er stiekem niet meer onder uit om Bo mee te nemen. Ik heb al veel te vaak verteld over het ezeltje dat vlakbij ons vakantiehuisje staat te grazen. Ze kan niet wachten om Thierry te ontmoeten..”

“Dan moeten we het maar gewoon proberen”, geeft Bindi toe.

“Goed zo, meisje. Neem het er maar lekker van. Ik stuur je een berichtje als we er zijn aangekomen.”

“Bedankt voor alles, mevrouw Timmer”, sluit Bindi het gesprek af.

Bindi weet heus wel hoe blij ze mag zijn met de ondersteuning van haar buren. Het is tenslotte niet alsof zij en Bo ooit echt op hun ouders hebben kunnen rekenen. Integendeel zelfs..

Na een laatste, diepe teug frisse lucht stapt Bindi het appartement weer binnen. Spoor kijkt haar al nieuwsgierig aan, leunend tegen een van de muren. Froukje, dat rare meisje dat bij hem blijkt te wonen, staat in de keuken en drinkt wat. Afkicken maakt blijkbaar dorstig. Toch lijkt er iets anders. Froukje leek zo goed ontdooid te zijn, maar Bindi lijkt nu weer hetzelfde wantrouwen in haar ogen te herkennen als op het moment dat ze elkaar ontmoetten.

“Alles in orde?”, vraagt Spoor.

“Ja, gewoon gedoe met de oppas. Ze wil mijn zusje een paar dagen meenemen naar hun vakantiehuisje.”

“Wat een vreselijk mens”, beaamt Spoor.

Bindi schudt haar hoofd en laat zich op de bank zakken. Ze probeert Spoor nog uit te leggen dat er wel wat meer aan de hand is, maar al snel verandert het gesprek in een herhaling. Net als mevrouw Timmer wijst hij Bindi op het feit dat een beetje afstand misschien wel goed voor haar en Bo is. Iets met leren ontspannen. Natuurlijk wil hij gewoon graag dat ze blijft om te helpen met poetsen.

Zelfs het argument dat Bindi geen spullen bij zich heeft, veegt Spoor van tafel. Hij betaalt wel. Hoe makkelijk is dat? Welk probleem er ook ter tafel komt; een eenvoudig zwaaien van zijn bankpas lost het wel op. Bindi is natuurlijk gewoon stikjaloers, maar ze beseft ook dat dit misschien gewoon zijn manier is om voor mensen te zorgen. Bij Spoor is niets echt standaard.

“Waarom wilt u mij helpen?”, vraagt ze uiteindelijk maar gewoon.

“Omdat je me nog niet teleurgesteld hebt”, reageert Spoor droogjes. “Ik was altijd al nieuwsgierig naar wat er achter dat muurtje van je zit. Wat ik tot nu toe heb mogen zien bevalt me. En eigenlijk help ik vooral mijzelf.”

Inmiddels heeft Spoor ook letterlijk en figuurlijk de beurs getrokken, voordat hij Bindi zijn bankpas overhandigt. Ze neemt hem aan, maar weet niet goed wat ze moet zeggen. Het laatste dat Bindi wil, is dat er iemand in staat is om achter haar muurtje te kunnen kijken. Laat staan dat het meneer Spoor is met deze superkracht.

“Froukje kent de code”, zegt Spoor nog, met zijn kenmerkende nonchalance.

Toch betekenen zijn woorden veel voor haar. Spoor ziet haar. Het is lang geleden dat iemand dat echt kon zeggen en Bindi vervolgens niet heeft afgewezen. Iemand die met succes door het masker van arrogantie, kracht en koppigheid prikt. Iemand die niet schrikt en wegloopt als duidelijk is hoe diep de ellendige put is. Iemand die blijft.

“We zullen niet thuiskomen met magische bonen, beloofd.”

“Voel je vrij. Of is dat geen synoniem voor koffiebonen?”

Bindi stopt de bankpas in het hoesje van haar telefoon. Even twijfelt ze, terwijl zijn woorden nog altijd nadreunen in haar gedachten. Spoor doet wel altijd zo afstandelijk, maar als Bindi eerlijk is.. dan voelt ze aan dat dit een manier is waarop Spoor zijn eigen masker een stukje voor háár laat zakken. Als iemand weet hoe groot zoiets is, dan is het Bindi zelf wel.

Ineens staat Bindi op en – tot Spoor zijn grote verrassing – bedankt ze hem met een knuffel.

“Laten we hier alstublieft geen gewoonte van maken, mevr..”

Spoor zou die zin nooit afmaken. Ineens klinkt er een harde knal in de keuken, gevolgd door het vallen van een hoop glasscherven. Bindi richt haar blik meteen richting Froukje, die duidelijk zelf net zo is geschrokken als de rest.

“Godverd..”, horen ze Froukje vloeken.

Zonder te twijfelen, laat Spoor Bindi los om zich vervolgens naar de keuken te haasten. Het mag dan duidelijk zijn dat hij niet de vader van Froukje is, maar als Bindi ziet hoe Spoor zich om haar bekommert.. dan is de vaderlijke energie toch duidelijk voelbaar. Dat deze twee een heel bijzondere band hebben is haar wel helder. Wat die band precies is? Daar is ze nog niet over uit. Misschien hoeft dat ook niet persé. Het zijn tenslotte twee volwassen mensen die recht hebben op hun eigen leven. Zonder oordeel.

Wat zou Bindi dat zelf toch ook graag ervaren.

“Je bloedt, Froukje..”

“Mijn hand hoeft echt niet onder de kraan. Dit stelt niets voor.”

“Dit is niet het moment om koppig te doen. Laat dat maar aan mij over.”

Spoor gaat naast Froukje staan en dwingt haar zo’n beetje met haar hand onder het lauwe water. Pas dan beseft Bindi dat het eindelijk stil is. De werklui zijn blijkbaar klaar. Geen wonder, anders hadden ze nu nog geen warm water gehad.

Stilletjes gaat ze terug op de bank zitten en observeert ze de dynamiek tussen Froukje en Spoor. Hij wrijft voorzichtig over haar rug, terwijl ze bijna als een kleuter met een pruillip naar haar hand staart. Toch lijkt haar energie helemaal omgeslagen. Alwéér. Blijkbaar is Spoor in staat om haar te gronden, als een soort constante voor een tijdreiziger. Het is zo’n onwaarschijnlijk tafereel. Juist dat maakt het mooi. Misschien is dat ware kunst en snapt Bindi het stiekem toch..

Het lijkt er alleen niet op dat Bindi zichzelf ooit zal terugzien in zo’n schilderij. In anderhalve dag is Spoor al uitgegroeid tot de meest stabiele vaderfiguur die ze ooit heeft gehad en het is duidelijk dat hij zijn handen al vol heeft aan Froukje. En liefde op zich? De enige die van haar houdt is Bo. Niet bepaald de juiste persoon om mee te trouwen.

“Behalve in Utah”, zou Spoor zeggen als hij Bindi kon horen denken. Een stille glimlach.

Gelukkig blijken de verwondingen van Froukje heel goed mee te vallen. Een flinke snee in haar wijsvinger is natuurlijk niet leuk, maar ze heeft geen greintje pijn laten blijken. Na een beetje eerste hulp van Spoor – en een iets te grote pleister – lijkt het probleem alweer opgelost. Als een ware papa geeft Spoor haar alleen maar complimenten, zonder één moment naar de oorzaak van het ongelukje te vragen. Troost heeft de prioriteit.

Verantwoordelijkheid lijkt in deze woning slechts een bijzaak..

Het is een kleine anderhalf uur later als Bindi samen met Froukje door een overdekt winkelcentrum sjokt, op zoek naar de broodnodige spullen om een paar dagen te kunnen blijven logeren. Bij een discounter heeft Bindi vrij goedkoop wat slaapkleding en ondergoed kunnen vinden, waarna ze op aandringen van Froukje een paar wollige sloffen heeft gekocht.

Als ze langs een broodjeszaak komen, weet Froukje Bindi er vervolgens ook van te overtuigen om iets kleins te eten. Ze hebben sinds het ontbijt tenslotte al niets meer gehad. Het valt Bindi op dat Froukje er bijzonder weinig moeite mee heeft om Spoor zijn geld uit te geven. Zij is er zelf juist erg terughoudend in om op zijn zak te teren.

Met een broodje in de hand lopen ze door richting de grote supermarkt, helemaal aan het einde van het enorme gebouw.

“Als we nou slim zijn, dan kopen we hier ook meteen je tandenborstel en zo..”, vindt Froukje.

“Is het hier niet duurder? Om het hoekje ligt een drogist. Het is nauwelijks om.”

“Ja, maar dan duurt het allemaal weer langer en ik vind het best koud hier. Ben ligt echt niet wakker van die paar euro. Als hij zijn bankpas uitleent, dan boeit het hem echt niet hoeveel geld het gaat kosten. Dat is iets waar hij zeldzaam makkelijk in is.”

Bindi denkt even na.

“Ik voel me er toch niet zo prettig bij om onnodig veel geld uit te geven. Uiteindelijk betaal ik het hem sowieso liever terug.”

Froukje moet lachen en verslikt zich bijna in haar broodje gezond.

“Denk maar niet dat hij dat accepteert.”

“Als ik dat graag wil, dan heeft hij geen keuze.”

“Geloof me, hij vindt wel een manier om dat weer ongedaan te maken”, gniffelt Froukje.

Bindi twijfelt een momentje, terwijl ze aan een goedkoop broodje kaas pulkt. Hoewel ze blij is dat Spoor het haar zo makkelijk mogelijk maakt, wil ze ook niet vastzitten aan een soort ereschuld. Bij wie dan ook.

“Vind jij het dan niet vervelend?”, vraagt ze uiteindelijk.

“Dit is niks”, reageert Froukje, terwijl ze haar schouders ophaalt. “Maar je moet je geen zorgen maken. Het is niet dat hij nu verwacht dat je voor hem op je knieën gaat. Het is gewoon dat geld hem totaal niet interesseert. Hij heeft duidelijk genoeg. Dan heeft het ook erg weinig zin om je er als enige druk over te maken of elke cent wel perfect besteed is.”

“Hoe kan iemand zich een beroerte ergeren aan een ontbrekende hoofdletter in een scriptie en geen bal geven om hoe anderen zijn geld uitgeven?”

“Volgens mij is het een kwestie van respect. Iemand die vecht en faalt, kan hij respecteren. Iemand die niet eens probéért, zou hij het liefst fysiek aanpakken. Bovendien.. hij heeft iets met mensen die anders zijn. Die iets unieks hebben.”

“Dat verklaart zijn zwakke plek voor Jakki”, gniffelt Bindi.

“Wie?”

“Hij zal het je nog wel vertellen. Ik ken het hele verhaal ook niet, hoor.”

Terwijl ze hun broodjes opeten, blijft Bindi maar nadenken over de gulheid van Spoor. Hij was voor haar altijd een soort noodzakelijk kwaad. De zoveelste docent die ze om haar vinger moest winden en – toen dat niet lukte – omver moest blazen. Een chagrijnige schim in de uithoeken van haar leven. Met alles dat ze nu over hem leert, beseft ze dat nooit over hem heeft gedacht als een mens van vlees en bloed.

Spoor met emoties? Het lijkt bijna niet voor te stellen. Als Bindi tussen de regels door leest in het verhaal dat Froukje haar vertelt, dan is het haar duidelijk dat die man misschien wel dieper voelt dan de meeste mensen. Wellicht juist omdat hij geld heeft en de tijd kan maken om te zoeken naar wat er echt belangrijk is in het leven. Naar de juiste mensen. Naar echte rijkdom.

Of wellicht zit Bindi er toch helemaal naast en is het een makkelijke manier om zijn schuldgevoel over gemiste kansen en onverwacht verlies te verzachten. Hij zou verre van de eerste zijn om dat op die manier te proberen. Dat zou iedereen doen als ze de mogelijkheid hadden. Ook Bindi zelf. Een koude rilling loopt over haar ruggengraat.

“Zie je? Jij hebt het ook koud”, observeert Froukje.

“Ja, misschien heb je wel gelijk.”

Froukje wacht tot Bindi haar broodje op heeft en neemt dan het servetje aan, om het samen met die van haarzelf weg te gooien. Daarna gebaart ze naar de supermarkt.

“Zullen we?”

Bindi staat op, maar de twijfel heeft haar nog altijd niet verlaten.

“Ik wil gewoon geen misbruik van hem maken.”

“Daar hoef je niet bang voor te zijn.”

“Niet?”

“Nee”, schudt Froukje. “Dat zou hij nooit laten gebeuren.”

Bindi knikt en volgt Froukje naar de rij met winkelwagentjes aan het begin van de supermarkt. Terwijl ze de plastic zakken in een karretje zetten, beseffen ze allebei dat Froukje die zin in stilte heeft afgemaakt met vier extra woorden.

“En ik ook niet.”

Al snel slenteren Bindi en Froukje langs de schappen van de supermarkt. Froukje vult het wagentje gestaag met allerlei producten. Het voelt voor Bindi alsof ze de halve winkel wil leeghalen, van gezond tot lekker. Bij een koeling slaat ze bovendien een hoop gehakt in.

“Voor de lasagne. Ik heb geprobeerd om hem aan de vegetarische variant te krijgen, maar dat was een verloren zaak”, licht Froukje toe.

“We zouden wat courgette mee kunnen nemen? Dat is ook lekker in een lasagne?” stelt Bindi voor.

Froukje grinnikt en schudt haar hoofd.

“Groente en fruit zijn niet echt aan hem besteed. Hij eet niet bepaald gezond, weet je?”

“Ik had al zo’n vermoeden.”

“Voor vitamines hebben ze pilletjes uitgevonden”, is de imitatie die Froukje van Spoor geeft.

“Volgens mij heeft hij ooit een klasgenoot ervan overtuigd dat koffie ook onder fruit valt, omdat het gemaakt wordt van iets dat aan een boom groeit”, grinnikt Bindi.

“Ja! Dat heeft hij me diezelfde dag nog in een appje vertelt! Hij was nogal trots op zichzelf.”

Bindi schudt glimlachend haar hoofd.

“Waarom is die man toch zo panisch voor thee en gezonde dingen?”

“Misschien hebben die hem ook wel ooit teleurgesteld..”

“Zullen we?”, vraagt Bindi, terwijl ze met een twinkeling in haar ogen een doosje rooibosthee uit een schap haalt.

“Ik sta niet in voor je veiligheid”, lacht Froukje.

Bij de verzorgingsproducten slaat Bindi zelf de grootste slag. Wat spul voor onder de douche en een fles shampoo die ze altijd al eens wilde proberen, maar te duur vond. Een tandenborstel en een eenvoudige nachtcrème. De make-up negeert ze. Dat komt wel weer zodra ze terug in Rotterdam is en dan op haar eigen kosten.

Met een laatste bus deo in haar hand stapt Bindi het gangpad uit, op zoek naar Froukje. Die blijkt iets verderop te staan bij het schap met babyproducten. Bindi merkt op dat er luierdoekjes van Zwitsal in het winkelwagentje zijn gekomen. De felgele kleur straalt haar al van een afstandje tegemoet, herkenbaar voor iedereen. Kinderen of geen kinderen.

“Heb je nog nieuwe nodig?”, vraagt ze voorzichtig aan Froukje, terwijl ze haar deo in het wagentje legt.

Froukje draait zich om en Bindi ziet dat ze een plastic doosje vast heeft, met daarin een speen. Hij is schattig roze van kleur, met gele vogeltjes op het schild.

“Luiers? Nee, hoor. Bovendien zouden deze me niet passen. Niet goed genoeg, althans.”

“Deze hier zien er anders behoorlijk groot uit”, reageert Bindi, terwijl ze met de punt van haar schoen naar een pak luierbroekjes op de onderste plank wijst.

“Ze zijn inderdaad groter dan gewone luiers, maar denk maar niet dat jij ze gaat kunnen passen. Dat is echt wel een maatje of twee geleden.”

“Oh..”

Bindi zegt maar niets. Het was tenslotte niet haar intentie om ze te passen, maar de subtiele steek onder water komt desondanks zeer onprettig aan.

“Ja, sorry, dat kwam er echt helemaal verkeerd uit. Ik bedoelde niet dat je dik bent. Dat ben je niet. Ik wilde gewoon zeggen dat als ik..”

“Dat jij een kapstok bent en ze al niet goed meer past?”

“Zoiets, ja”, mompelt Froukje.

“Het is al goed, joh. Ik weet dat je het niet zo bedoelt”, stelt Bindi haar gerust.

Froukje blijft staan, spelend met het doosje.

“Het zijn niet alleen luiers voor jou, hè?”

“Hoe bedoel je?”

“Nou, eerst dacht ik dat het door de ketamine kwam. Veel mensen schijnen er blaasproblemen van te krijgen. Misschien is dat ook nog steeds wel zo voor jou.. maar de kleuren, de patroontjes.. en nu dit..”

Bindi wijst voorzichtig naar de speen.

“Ik ga echt niet oordelen. Ik ben gewoon benieuwd. Je hoeft niets te vertellen dat je niet wilt. Weet gewoon dat het oké is. Dat zeg ik ook steeds tegen Bo.”

Froukje knikt stilletjes, maar geeft geen antwoord. Met duidelijke tegenzin zet ze de speen terug in het schap en draait ze zich weer om naar het winkelwagentje. Bindi legt kort een hand op haar arm en haalt het doosje weer van het rek, voordat ze het demonstratief in het karretje laat vallen.

“Hij ligt echt niet wakker van die paar euro”, knipoogt ze.

Eenmaal terug in het appartement kan Bindi genieten van een fijne, warme douche. Het is bijna alsof ze de laatste dagen letterlijk van zich af kan spoelen. Spoor lag al een dutje te doen toen ze thuiskwamen, met een grote stapel scripties naast hem. Het zal wel een teken zijn van de kwaliteit van het geschreven werk, vult Bindi in.

Fris gewassen – en in haar nieuwe, donkerpaarse pyjama – verschijnt Bindi bij de eettafel. Spoor heeft de grootst mogelijke moeite om vooral geen flauwe grappen te maken over haar fluffy nieuwe sloffen. Er zit zowaar toch persoonlijke groei in die man..

De lasagne van Froukje smaakt heerlijk en de sfeer aan tafel is ook goed. Ontspannen. Vrij. Bindi kan zich niet herinneren wanneer ze dat gevoel voor het laatst aan de eettafel heeft gehad. Thuis eet ze meestal alleen, of met het bord op schoot als Bo niet alleen wil eten. Dit is zowaar gezellig..

Ruimte voor een toetje is er niet, aangezien het hoofdgerecht in alle opzichten machtig was. Voor koffie is er hier in huis natuurlijk wel altijd ruimte. Bindi maakt nog een grap over hoe Spoor waarschijnlijk – net als een koe – een aparte maag voor koffie heeft. Spoor moppert iets over een grap die zogezegd herkauwd is, maar Bindi besluit te doen alsof ze het niet snapt. Dat jaagt hem alleen maar extra op de kast.. iets dat haar blijft amuseren.

Na een tijdje staat Froukje op.

“Ik ga ook nog even douchen en omkleden. Wilde jij er nou ook één, of..?”, vraagt ze droogjes.

“Een wat?”

“Een luier. Je zei toch dat je nieuwsgierig was?”

“Dat is waar ook”, grinnikt Bindi.

Spoor verslikt zich opnieuw bijna in zijn koffie.

“Wacht even”, proest hij. “Dus jij beweert dat de weledelgestrenge juffrouw Bindi Brutalovich Bartels, hier aanwezig, zich bereid heeft getoond om een luier te dragen?”

“Wat is daar nou weer mis mee?”, zucht Bindi.

“Allereerst: ik ken jou niet anders dan iemand die plat gaat op haar eigen waardigheid. De air die je voorzichtig om jezelf heen hebt geplaatst, de kleine maniertjes die je in je bewegingen verwerkt. Ik denk niet dat een luier zo goed bij dat imago past, of wel?”

Bindi wil reageren, maar ze krijgt de kans niet.

“Allertwéédst: je bent niet iemand die graag publiekelijk voor schut staat en zou als de dood zijn dat er een foto van jou in die luier zou uitlekken. Pun intended. En geloof maar dat ik in dat geval een foto zou voorzien in het geval ik ooit een weddenschap van iemand moet winnen.”

Zelfs Froukje kan een zucht niet onderdrukken.

“Allerderdst! Hm. Allerdriest? Whatever. Redentenderdest: Jij lijkt mij niet de persoon om nieuwe dingen te proberen. De norm is al gek genoeg. Nee, mevrouw Bartels, ik geloof er echt helemaal niets van. Al zou ik – gezien mijn voornoemde redenering – goed geld over hebben voor een entreekaartje.”

Bindi schuift dreigend langzaam haar stoel achteruit, terwijl ze de spanning langzaam opvoert. Ze staat demonstratief op en loopt naar de keuken.

“Blijkbaar heb ik u eindelijk stil kunnen krijgen”, pocht Spoor iets te hard.

Al snel ploft Bindi weer in de stoel en zet ze een mok heet water op tafel. Vervolgens werpt ze Spoor een zakje rooibosthee toe.

“U had het toch over een weddenschap?”, vraagt Bindi met een ijzig kalme stem.

Spoor springt bijna uit zijn vel zodra het theezakje zijn hand raakt en schiet omhoog uit zijn stoel. Hij kijkt naar Bindi alsof hij door een heel nest wespen is gestoken. Froukje volgt het hele tafereel met grote ogen en kan het lef dat Bindi laat zien amper geloven.

“Eerlijk ruilen. We proberen allebei iets nieuws uit. U een kop rooibosthee en ik DAARNA een luier. Dat is de deal. Of gaat u ons nu teleurstellen?”

Om het mes in Spoor zijn rug nog eens extra om te draaien, duwt Bindi het theezakje opnieuw in Spoor zijn trillende hand. Vervolgens pakt ze haar telefoon erbij.

“Ook ik zal natuurlijk moeten voorzien in een foto voor.. het geval dat..”, glimlacht ze lieflijk.

Spoor krijgt het niet mee. Hij staart naar de mok met water alsof hij het ziet branden..



Bedankt voor het lezen van dit hoofdstuk. Laat gerust weten wat je ervan vond en een like voor de moeite wordt altijd gewaardeerd! :)
 
Bovenaan