Snakebite
Superlid
Hoofdstuk 08: Hogedrukgebied
Sam heeft geen idee wat ze moet doen. Of wat ze moet denken. Ze is op de rand van haar bed gaan zitten en staart naar zichzelf in de grote kamerspiegel. De grote witte prop tussen haar benen is zo duidelijk aanwezig dat die nog net niet terugkijkt. Althans, echt wit kan ze de prop niet meer noemen. De verkleuring is duidelijk. Het is niet alsof Sam het zelf nog niet gevoeld had, maar de aanblik valt veel zwaarder.
Hoe kan dit nou? Ze had zichzelf toch voorgenomen dat ze er alleen maar op zou gaan liggen? Heeft ze het toch zelf gedaan of is Maya haar soms komen controleren? Het blijft een enge gedachte dat Sam het hoe dan ook niet meer zeker weet. Hoe kun je zoiets vergeten?
Sam gaat rechtop staan. Ze ergert zich aan het plastic dat elke beweging enthousiast voorziet van krakende achtergrondgeluiden. Even draait Sam zich rond. Haar kleine en tengere postuur maakt dat de luier haar echt als gegoten zit. Ook al is hij nat en zwaar; de plakkers zijn zo goed vastgemaakt dat de luier keurig op zijn plek blijft.
Dat is dan meteen het antwoord dat Sam zocht. Die ene keer dat ze op Juultje heeft moeten passen – en haar met alle moeite van de wereld een luier om heeft gedaan – brengt uitsluitsel. Hoe Sam het toen ook probeerde, die plakkers kwamen niet eens in de buurt van netjes en recht. Als het bij Juultje niet gelukt is, dan heeft ze het bij haarzelf nu zeker niet ineens WEL kunnen doen. Half in slaap en ondersteboven? Onmogelijk. Dit was Maya.
Sam veegt haar ogen snel af aan haar hemdje. Wat is er toch met haar gebeurd? Ze is altijd zo sterk en stoer geweest. Iemand die haar eigen plan trok en zich nooit wat van anderen aantrok. Ja, ze plaste vroeger al in bed maar, aangezien ze haar vriendinnetjes altijd op afstand hield, was dat geen probleem. Alleen Maya wist het en dat was veilig. Ze heeft het zelf overwonnen, op haar eigen tempo. Net zoals ze altijd alles heeft overwonnen.
En nu? Zeventien jaar oud en jankend voor de spiegel omdat ze een natte luier heeft. Hoe diep kun je zakken? Maya vertrouwt haar blijkbaar niet. En terecht, want ze houdt zich niet aan haar afspraken. Juultje doet wel lief tegen haar, maar heeft verder ook alleen maar aandacht voor Maya. Haar diploma lijkt verloren, haar toelatingsexamen is in gevaar. En Noa? Ze mag al blij zijn dat die nog met haar wil praten.
Hoe moet je jezelf dan voelen?
Dan wordt de slaapkamerdeur voorzichtig opengemaakt. Maya kijkt voorzichtig naar binnen en ziet meteen hoe het met Sam gaat. Snel stapt ze naar binnen en sluit ze de deur achter zich. Sam breekt.
“Ik wil opnieuw beginnen, Maya..”
“Ach, lieverd, kom hier..”
Maya pakt Sam stevig vast. Ze neemt alle tijd, terwijl Sam haar tranen op Maya’s schouder uitstort. Ze wrijft zachtjes over Sam haar rug. Met één hand. De andere houdt ze bewust op een afstandje.
“Ik doe alles fout.”
“Dat is niet waar, Sam. Dit. Wat je nu doet. Dat is heel goed.”
Maya maakt zich voorzichtig weer los uit de knuffel en gaat op het bed zitten. Ze zet het drinkflesje met ranja op Sam haar nachtkastje en gebaart Sam dat ze bij haar moet komen zitten. Sam gaat voorzichtig op de rand van het bed zitten, nog steeds beschaamd om het gekraak van haar luier. Maya slaat haar arm om zich heen en samen kijken ze naar de spiegel.
“Sorry, je moet natuurlijk naar Juultje”, snikt Sam, terwijl ze naar het flesje wijst.
“Nou, nee, Juultje slaapt nog. Dat flesje is voor jou”, bekent Maya.
Sam kijkt Maya vragend aan.
“Niet boos worden, oké? Maar ik heb vannacht veel gelezen op het internet. Er gebeurt zo enorm veel in jouw hoofd. Die natte bedden komen echt niet uit het niets. Ik dacht eerst dat het misschien door Juultje kwam, maar eigenlijk..”
Maya zucht even voordat ze verder gaat.
“Eigenlijk denk ik dat Juultje gewoon de druppel was die jouw enorme emmer heeft doen overlopen. En misschien wel een heel wrange druppel. Want als ik alles op een rijtje zet, lieverd, dan..”
Maya komt steeds moeilijker uit haar woorden.
“Je denkt dat ik het expres doe, hè?”, zucht Sam verdrietig.
“Nee. Echt niet. Ik weet dat je hier niet voor kiest, want je ergert jezelf er veel te veel aan. Dat doe jij alleen in situaties waarin je geen controle hebt.”
“Maar..?”
“Maar.. ik denk dat je misschien – diep van binnen – juist die controle helemaal niet meer wil. Al die verantwoordelijkheid. We hebben altijd al veel te veel van je gevraagd. Niet omdat je het niet aankon, want je bent heel sterk. Maar het was ook niet helemaal eerlijk. Toen Pap en Mam op reis gingen.. jij bent zo snel volwassen moeten worden.”
“Dus, jij denkt dat mijn onderbewustzijn het nu tijd vindt om mijn jeugd even in te halen? Ik was al zindelijk toen die twee ons in de steek lieten, hè? Overdag dan.”
“Sam, het is geen verwijt. Je hoeft je niet te verdedigen. Als het niet zo is, dan is het niet zo. Maar ik heb er dus veel over gelezen. Over regressie. En ik wil dat je weet.. dat als het wel zo is.. dat je nu door zo’n fase zou gaan.. hoe lang die ook duurt.. het is oké.”
Sam schudt haar hoofd.
“We kunnen alles een plekje geven, zoals jij dat wil. Ik wil niet dat je gevoelens onderdrukt, Sam. Ik zie elke dag op mijn werk wat er gebeurt als mensen zich niet uiten. Dan zou dit echt niets voorstellen. Jij mag hier gewoon jezelf zijn; je bent hier thuis! Ik vind het zo knap van je. Hoe je met de situatie van Noa omgaat. Ik weet dat dit anders is, maar toch.”
“Ik weet het gewoon niet, Maya.”
Daar is geen woord aan gelogen. Sam beseft dat alles wat Maya beschrijft ook al vaker door haar eigen hoofd is geschoten. Haar oordelen naar Juultje zijn ergens ook gewoon gebaseerd in jaloezie. Ze is nooit echt kind geweest, of in ieder geval een lastige puber. En dat zogenaamde volwassen leven is ze al kotsbeu voordat het ook maar echt begonnen is.
Maar wat als ze toegeeft? Wat als ze nu een deur opent, die nooit meer gesloten kan worden? Maya zegt dat ze er voor Sam is – en dat wil ze ook echt – maar hoe lang gaat ze dat volhouden? En Noa? Die zou haar helemaal voor gek verklaren. Als Noa Sam hier alleen al zo zag zitten, dan loopt ze vast meteen weg. Dat kan ze toch allemaal niet riskeren?
“Waarom probeer je het dan niet gewoon?”
“Ik zou niet weten hoe. Van even uit een babyfles drinken, zijn mijn problemen niet opgelost.”
“Nee, maar ze zijn misschien wel even weg. Al is het maar een klein moment. En als we een aantal van die kleine momenten aan elkaar kunnen rijgen, dan lukt het je misschien om wat afstand te nemen van die problemen. Afstand helpt. Nieuw perspectief. Aan één dag zul je nu niet doodgaan.”
“Maar economie dan? En de toelating?”
“Dat komt zeker niet goed als je zoveel druk op jezelf blijft leggen. Eerst de druk van de ketel en dan zien we wel weer verder. Ik heb al contact met mogelijke bijlesdocenten. Het komt goed. Laat één dag los en je zult zien dat je jezelf beter gaat voelen.”
“Ik schaam me gewoon, oké? Ik wil al deze gevoelens ook niet.”
Het kwam er iets harder uit dan bedoeld, maar het is het meest eerlijke dat Sam in lange tijd heeft durven zeggen. Ze erkent haar gevoelens hardop. Dat ontgaat Maya niet. Ze beseft dat ze nu moet doorzetten. Ergens voelt ze de echte Sam weer langzaam terugkomen.
“Voor wie moet jij je schamen? We wonen hier zo afgelegen. Je kunt hier een jaar in je luier door het huis huppelen en dan heeft waarschijnlijk nog steeds niemand het gezien. Behalve ik en Juultje dan.”
Er breekt zowaar een glimlach door bij Sam. Tegelijkertijd horen ze een deur dichtslaan.
“Over de kleine duivel gesproken”, grinnikt Maya. “Kom..”
“Ik kleed me even om.”
“Dadelijk. Ik ga je eerst even laten zien hoe oké jij bent.”
Maya staat op en pakt Sam bij de hand, die geen andere keuze heeft dan achter haar zus aan te waggelen. Het is letterlijk en figuurlijk opnieuw leren lopen, blijkbaar. Maar Maya heeft gelijk. Er is niemand voor wie ze zich hoeft te schamen.
Als ze de woonkamer instappen, zien ze Juultje inderdaad bij de keukentafel staan. Ze heeft het pak hagelslag te pakken en staat er – niet zo heel – stiekem van te snoepen.
“Hé, kleine dief! Dat is niet de bedoeling!”, roept Maya vrolijk, terwijl ze samen met Sam naar Juultje toe loopt. Sam durft intussen niet zo goed meer te kijken. Ze vindt het eng om de blik van Juultje te zien en staart naar de slaapkamerdeur van Maya, die vreemd genoeg nog open is.
Dan merkt ze dat Juultje intussen al voor haar staat. Voorzichtig kijkt Sam het meisje aan. “Kijk alsjeblieft niet naar mijn luier”, denkt ze nog bijna hardop. Maar dat is nergens voor nodig. Twee onschuldige, bruine ogen staren omhoog naar die van Sam.
“Zie je nou wel?”, zegt Maya. “Juultje valt het niet eens op.”
Sam buigt iets voorover en durft Juultje een warme knuffel te geven. Het is bijna alsof ze haar eigen, innerlijke kind vasthoudt.
“Waarschijnlijk ook omdat ze nog een handjevol hagelslag probeert te verstoppen, maar goed”, mompelt Maya. “Juultje, je moet ook niet zoveel lawaai maken met die deur. Dan hadden we je ook niet betrapt.”
Sam kijkt vreemd op. “Maar jullie deur is toch open?”
“Huh? Inderdaad. Maar wat hebben we dan gehoord? Ik weet toch ze.. och, nee..”
“Wat?”
Sam ziet Maya langs haar heen kijken, richting de grote, glazen terrasdeur. Dan hoort ze die van buiten opengeschoven worden.