Hoofdstuk 17: Ketens
“Hé, gaat het?”
Sofie zit op een bankje voor het ziekenhuis van Maastricht. Inmiddels is het buiten donker geworden en behoorlijk fris. Kouder dan normaal voor deze tijd van het jaar. Hetzelfde geldt voor Sofie. Haar leven was een dag geleden zo warm en licht, terwijl het nu koel en donker aanvoelt. Datzelfde gevoel als ze een jaar geleden ook had.
Ergens heeft Sofie altijd geweten dat de confrontatie met Dimi er nog een keer van zou gaan komen. Dat het echt een afsluiting voor haar zou zijn. Een symbolisch moment waarna alle ellende voorgoed voorbij zou zijn. In zekere zin zou zijn dood dat hoe dan ook geweest zijn. Niet de afloop waar ze zelf op heeft gehoopt. Sofie gelooft in tweede kansen. Maar dat zijn dood nu juist de bevestiging zou zijn van het feit dat de ellende nog altijd ergens op haar wacht, is wel het laatste dat ze zag aankomen.
Sofie haar confrontatie met het lichaam van Dimi heeft maar kort geduurd. Renée heeft haar binnen een minuut door de verpleging laten verwijderen. Natuurlijk ging Sofie vrijwillig. Ze kreeg het allemaal maar amper mee. Pas toen ze weer buiten stond besefte ze wat ze zojuist allemaal gezien en ontdekt had. De vragen en antwoorden.
Het heeft nog een uur geduurd voordat ze Puck durfde te bellen. Sofie overwoog nog om naar huis te fietsen en zich van de domme te houden. Dan zou ze Puck haar avond tenminste niet verpesten. Maar de angst werd Sofie ineens teveel.
Dimi was de stalker niet..
Of hij heeft al die tijd een handlanger gehad, die het nu overgenomen heeft. Sofie is zich maar al te goed van beide opties. Bovendien kan ze niet ontkennen dat ze geen enkel idee heeft naar wie ze dan wel zou moeten kijken. In elke hoek kan het gevaar schuilen.
“Soof, zeg eens iets.. oh, je bent zo koud..”
Puck slaat bezorgd haar eigen jas om de schouders van Sofie.
Het allerergste scenario laat Sofie maar niet los. Wat als Dimi echt onschuldig was? De val, zijn coma, al het verdriet.. komen dan volledig door háár. Het is dan haar schuld dat hij dood is. Dat Fleur haar vriend kwijt is. Dat Renée haar broer heeft verloren. Ze heeft bloed aan haar handen..
En wat als..?
Sofie kan het niet van zich afschudden. Dimi die sterft, precies op het moment dat de stalker ‘opnieuw’ begint met die berichten? Dat kan toch geen toeval zijn? Moest Dimi het veld ruimen, zodat zij de dreigementen serieus zou nemen?
Gaat die echt over lijken?
Puck, Joy, Fleur, Renée.. wat als ze allemaal gevaar lopen?
“Alsjeblieft, Soof.. vertel me wat je denkt. Ik begin me echt zorgen te maken.”
“Het is mijn schuld”, reageert Sofie vastbesloten.
Puck schudt haar hoofd.
“Hoe kom je daar nu weer bij?”
“Het is mijn schuld dat Dimi hier lag.. en dat hij nu dood is. Zonder mij zou het nooit gebeurd zijn.”
Puck slaat haar arm om Sofie en wrijft zachtjes over haar rug.
“Wat er met Dimi is gebeurd, komt NIET door jou. Hoor je me? Dimi is zelf de enige die hier een verantwoordelijkheid in heeft. Als hij met zijn tengels van je af zou zijn gebleven, dan had het nooit zo hoeven lopen. Jij bent hier het slachtoffer, niet de dader. Waag het niet om jezelf nu een schuldgevoel aan te praten.”
“En Fleur dan? En Renée?”
Puck zucht en denkt na.
“Dit is voor ons allemaal moeilijk. Voor hen moet het absoluut verschrikkelijk zijn. Iemand verliezen waar je van houdt, is het zwaarste dat er bestaat. Vraag dat maar eens aan Spoor.”
“Spoor?”
“Lang verhaal. Misschien ook niet zo lang. Maar heel zwaar. Die man weet wat verlies is. Na al die jaren heeft hij dat nog niet los kunnen laten. Dus.. we moeten ons best gaan doen voor Fleur. En voor Renée. Ze helpen om niet in het verdriet te blijven hangen. Niet omdat we schuldig zijn, maar omdat we van ze houden. Wij kunnen dat, oké?”
Sofie knikt, maar Puck ziet dat elke overtuiging ontbreekt.
“Soof..”, begint Puck. “Ik heb je dit met opzet niet verteld. Dimi had een laatste wil. Wij wisten dat – als hij eenmaal een jaar in coma zou hebben gelegen – hij sowieso euthanasie had gewild. Het blijft enorm droevig, maar wij wisten dat dit er aan zat te komen. Ook Fleur. Ook Renée. Het is hard, maar je weet hoe Dimi zijn toestand was. Hij zou hoe dan ook gestorven zijn.”
Sofie veegt een traan van haar wang.
“Niets dat jij had kunnen doen zou het hebben veranderd. Fleur en Renée zijn Dimi kwijtgeraakt op de dag dat hij met die onzin is begonnen. Niet door jou. Vergeet dat niet. Laat jezelf nou niet verleiden door dat schuldgevoel, want dan eindig je als Spoor. Alleen wat knapper.”
Een kleine lach ontsnapt aan Sofie. Precies dat is waar Puck op hoopte.
“Al is Spoor ook niet lelijk. Hij kijkt als een boer met kiespijn, maar die ogen? Het is dat ik jou heel lief vind, maar anders moet ik toch eens bij de buurman op bezoek”, plaagt ze.
“Nou!”, reageert Sofie.
Spoor is een goede man. Dat weet ze nu althans, sinds ze hem beter heeft leren kennen. Maar om nou met hem vergeleken te worden..
“Zullen we naar huis gaan? Je kunt hier niet in die kou blijven zitten. Fleur is bij Renée. We kunnen hier niets doen.”
“Hoe is het met Fleur?”
“Niet zo goed. Maar je weet hoe Fleur is. Ze houdt zich sterk. Net als Renée.”
“Ik had hier nooit naartoe moeten komen”, zucht Sofie. “Ik heb alles alleen maar erger gemaakt.”
“Waarom ben je eigenlijk naar het ziekenhuis gekomen?”, vraagt Puck.
Sofie haalt haar schouders op. Ze kan zich er niet toe brengen om Puck de waarheid over de berichtjes te vertellen.
“Ik kreeg een voorgevoel”, liegt ze.
“Oh..”
“Sorry, ik had je meteen moeten bellen.”
“Het is oké. Fleur had me al gebeld voordat ik je berichtje kreeg. Het etentje zou sowieso wel ingekort zijn. Jullie zijn veel belangrijker.”
Puck pakt Sofie haar hand.
“Kom, we nemen een taxi. Er zijn er hier genoeg. Ik wil niet dat je nu op de fiets stapt.”
Een half uurtje later zijn Puck en Sofie weer in het studentenhuis. Sofie gaat op de rand van haar bed zitten en blijft in gedachten verzonken. Puck heeft haar hand al die tijd vastgehouden. In de taxi, op de oprit, op de trap.
“Zal ik je verschonen en instoppen?”
Sofie kijkt Puck verbaasd aan. Hoe weet zij dat Sofie een luierbroekje draagt?
“Ik ruik je. Geen zorgen. Ik doe het graag.”
“Nee”, mompelt Sofie. “Ik ben niet zo in de stemming.”
Over een leugen gesproken. Sofie zou niets liever willen. Maar ze kan de gedachte maar niet loslaten dat ze dit niet verdient. Puck niet. Haar liefde niet. Haar zorg niet. Niks. Niet zolang Fleur en Renée verdriet hebben door haar.
“Oké”, zegt Puck. De teleurstelling is duidelijk hoorbaar in haar stem.
“Ik zal je met rust laten. Doe je wel een droge luier om voor je naar bed gaat? Geen natte lakens.”
Sofie knikt. Ze hoeft gelukkig niets te zeggen. Op dat moment piept de telefoon van Puck. Er komt een berichtje binnen. Puck besluit het meteen te bekijken.
“Fleur komt zo naar hier. Ze vraagt of het oké is als Renée ook bij ons slaapt? Ze vindt het geen prettig idee dat Renée nu alleen is.”
“Snap ik. Het is ook beter.”
“Dan zal ik zeggen dat het goed is. Slaap lekker, kleintje.”
Puck zoent Sofie haar voorhoofd, voordat ze de kamer uitstapt. Vol twijfel sluit ze de deur achter zich. Ze weet zeker dat Sofie zich nu alsnog een schuldgevoel aan zal praten, maar ook dat er niets is dat zij zelf kan doen om dat te voorkomen..
Zodra Puck weg is, staat Sofie op. Binnen een paar seconden heeft ze haar kleren uit en trekt ze het natte luierbroekje aan de zijkanten los. Het vliegt de prullenbak in. Maar Sofie trekt geen nieuwe aan. Het heeft toch geen zin. Alle geborgenheid is meteen weer verdwenen zodra haar telefoon piept. En terecht. Wat zij heeft veroorzaakt is onvergeeflijk.
Nadat Sofie haar slaapkleren heeft aangetrokken, heeft ze bovendien een ander plan bedacht. Ze kijkt voorzichtig op de gang en ziet dat de slaapkamerdeur van Puck dicht is. De kust is veilig. Op haar tenen loopt Sofie naar de kamer van Mia. Ze klopt en opent de deur vrijwel meteen.
Mia schrikt op. Ze zit achter haar bureau en werkt op de computer. Met een snelle beweging slaat ze de laptop dicht en draait ze zich naar Sofie.
“Dat werkt alleen als je even op antwoord wacht, weet je? Wat nou als ik porno aan het kijken was?”
“Dan zou je het scherm wel open hebben laten staan.”
“Goed punt”, grijnst Mia. “Wat wil je?”
“Ik wil handboeien om”, reageert Sofie. “Liefst zonder vragen.”
Mia kijkt Sofie onderzoekend aan.
“Is dit voor één of ander seksspelletje met Puck? Want ik zit er niet echt op te wachten om deel te worden van jullie escapades. Weet je hoe ongemakkelijk dat is?”
“Nee. Dit is iets anders. Kan het?”
“Jij zit ergens mee, hè? Zou je er niet beter gewoon met Puck over praten?”
“Nee. Ik moet het voelen.”
Mia haalt haar schouders op.
“Wat jij wil..”
Mia staat op en opent haar kast. Ze tilt een opbergbox uit de kast, die bijna komisch groot en zwaar is. Het ding is van onder tot boven gevuld met boeien, kettingen en ander SM-spul. Sofie kan niet zeggen dat ze verbaasd is.
“Met of zonder veiligheidspin?”
“Zonder.”
“Lekker hardcore.”
Sofie steekt demonstratief haar armen naar voren en laat Mia doen waar ze goed in is. Het koude staal klemt al snel om haar polsen. Op de één of andere manier werkt het sussend. Bevestigend.
“Weet je het zeker? Je kunt ook even hier blijven als je twijfelt?”
“Nee, het is precies goed zo.”
Sofie draait zich om, klaar om te vertrekken.
“Eh? De sleutels misschien?”
“Dankjewel..”
Mia kijkt Sofie bezorgd en geamuseerd tegelijk na. Brave meisjes die gaan experimenteren is normaal haar favoriete soort mensen. Maar met deze lijkt iets goed mis.
Sofie zou haar gelijk geven. Ze gooit de sleuteltjes zonder te kijken haar kamer in. Ze doet het licht uit en kruipt in bed. Geboeid. Zoals het hoort bij slechte mensen. Het is daarnaast niet alsof de stalker haar niet al aan een symbolische ketting heeft liggen..
Dankjewel voor het lezen van dit hoofdstuk!
Voel je vrij om te laten horen wat je er van vindt; likes en comments zijn altijd welkom.