Peetoom (TB, ML, TL, WL, NL, GL, VN, BP)

Hoe goed is dit verhaal?

  • 1

    Stemmen: 1 1,4%
  • 2

    Stemmen: 0 0,0%
  • 3

    Stemmen: 1 1,4%
  • 4

    Stemmen: 0 0,0%
  • 5

    Stemmen: 0 0,0%
  • 6

    Stemmen: 0 0,0%
  • 7

    Stemmen: 0 0,0%
  • 8

    Stemmen: 1 1,4%
  • 9

    Stemmen: 10 14,1%
  • 10

    Stemmen: 58 81,7%

  • Totaal stemmers
    71

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Voor degenen die nog niet zijn afgehaakt ( ;) ), komt er vanavond en morgen weer iets nieuws. Het feit dat dit verhaal meer dan 40.000 views heeft gehaald is het vieren met een dubbel hoofdstuk zeker waard. Daar komt dan nog maar bovenop dat Peetoom als eerste verhaal meer dan 500 posts heeft gehaald. Echt top! :D

Korte uitleg over de vertraging, trouwens: ik heb sinds het einde van de eerste serie met een idee over het einde van de tweede in mijn hoofd gezeten. Daar heb ik ook steeds naartoe gewerkt. Gezien de laatste paar polls, heb ik er wat zaken in moeten aanpassen. Dat heeft tot gevolg gehad dat ik vanaf hoofdstuk 41 een hoop heb moeten herschrijven. Het was niet makkelijk, maar ik ben er inmiddels tevreden over. Er komen nog veertien hoofdstukken (en een epiloog), welke allemaal gepost zullen zijn voor eind mei. Dat is het enige dat ik kan garanderen, aangezien ik een drukke periode tegemoet ga. Soms zal er eens een week niets komen, en soms wat meer hoofdstukken per week.

Hoe dan ook: er staat nog een hoop te gebeuren, beginnend met het hoofdstuk van vanavond. :)
 

Luier 86

Toplid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

dank voor uitleg, snakebite,

(neemt sombrero af voor alle energie die er door schrijver in dit verhaal gestoken word)

onze meningen hebben dus je verhaal aardig beinvloed. resultaat is er niet minder om.

kijkt met geduldige spanning uit naar wat volgt.
 

Lily

UITLEG: 'geen contact aub' betekent geen contact!
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Fantastisch nieuws om te horen, Snakebite.
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Luier 86 zei:
dank voor uitleg, snakebite,

(neemt sombrero af voor alle energie die er door schrijver in dit verhaal gestoken word)

onze meningen hebben dus je verhaal aardig beinvloed. resultaat is er niet minder om.

kijkt met geduldige spanning uit naar wat volgt.
Lily zei:
Fantastisch nieuws om te horen, Snakebite.
Thanks allebei! Je sombrero nog wel, 86! Gracias, amigo. ;)

Blijf vanavond toch bij het meisje slapen, dus het worden morgen rond de middag twee hoofdstukken. Van sommige dingen moet je net wat meer genieten, toch? ;)
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Hoofdstuk 41)

Hoofdstuk 41: Blauwe Plekken

Zodra Roos, Anne en ik via de grote draaideur het ziekenhuis binnengaan, komt die typische geur me al tegemoet. Die ziekenhuisstank, ik vind het vreselijk. Ik heb sowieso een hekel aan ziekenhuizen.
Dat heeft waarschijnlijk te maken met slechte herinneringen. Zowel mijn vader als mijn moeder zijn hier met een hartaanval binnengebracht en kort daarna overleden.
Ik was nog jong en naïef, waardoor ik er wel op vertrouwde dat de artsen alles beter konden maken. Helaas bleek niets minder waar. Tot twee keer toe.

Sindsdien bekruipt me met die ziekenhuisgeur een erg onbehaaglijk gevoel. Naderend onheil. Alsof de dood er op de loer ligt.

“Weet je waar we naartoe moeten?”, vraag ik aan Roos, terwijl ik het enorme bord met alle afdelingen bestudeer.

“De ouders van dat meisje zijn met Noor naar de Eerste Hulp gereden, dus ik vermoed dat ze daar nog steeds is”, zegt Roos, terwijl ze ook wat nerveus om zich heenkijkt.

Misschien heeft Roos wel dezelfde slechte ervaringen met ziekenhuizen en is ze daarom zo nerveus. Het is maar goed dat ze geen flauw idee heeft van wat ik eerder op de avond heb meegemaakt. Als Roos zou weten dat ik bij Pierre ben geweest en enkele uren later een aanslag op Tom’s huis heb gezien, dan zou ze helemaal niet meer weten hoe ze het had.

Pierre..

“Zou hij hier iets mee te maken hebben?”, denk ik voor mezelf.
Dat kan toch haast niet? Pierre zit dan wel vast op een politiebureau, maar daar mag hij alleen contact hebben met zijn advocaat. Ik heb zelf nog iets moeten regelen om hem te kunnen spreken.
Aan de andere kant: als hij die aanslag heeft kunnen laten uitvoeren, dan zou hij ook een willekeurig persoon te grazen kunnen laten nemen.

Dat Pierre achter mij aan zou komen, daar had ik op kunnen rekenen. Het was gewoon dom om te denken dat ik hem ook maar enigszins zou kunnen vertrouwen. Maar Noor? Een meisje van twaalf dat hem nooit iets in de weg heeft gelegd? Zou Pierre zo laag kunnen zinken?

Ik schud mijn hoofd. Pierre is het monster dat Anne misbruikt heeft. Dan deinst hij nergens voor terug. Hoe meer ik erover nadenk, hoe duidelijker het voor mij wordt dat hij dit allemaal in gang heeft gezet.

“Hufter”, fluister ik, terwijl we door een lange gang richting de Eerste Hulp lopen.

“Wat zeg je?”, vraagt Anne verbaasd. Ik had niet in de gaten dat ik inmiddels hardop aan het denken ben, en kijk haar verbaasd aan.
“Niks, ik ben gewoon een beetje nerveus”, probeer ik me eronderuit te praten. Maar dat maakt het er niet beter op.

“Waarom ben je nerveus? Hoe erg is het dan?”, vraagt Anne geschrokken. Roos heeft in de gaten dat ik even niet met de situatie om weet te gaan en probeert Anne gerust te stellen.
“Voor zover ik weet zijn er alleen wat blauwe plekken, maar zijn de ouders uit voorzorg even hierheen gereden”, legt ze kalm uit.

Anne knikt begrijpend, maar blijft verder stil.

“We zullen snel meer weten”, sust Roos nogmaals, terwijl ik de klapdeuren naar de Eerste Hulp open.

Direct naast de deuren is een balie, waar een verpleegkundige aan de telefoon is. Het is al wat later op de avond, dus er is verder niet echt veel activiteit.
Snel speur ik de wachtruimte af naar Tamara en haar ouders. Ze zitten achter in de hoek van de kamer. Tamara ligt over twee stoelen gespreid te slapen, met het hoofd op de schoot van haar moeder.

Tamara’s vader, Bert, heeft me direct herkend en stapt snel op me af. Hij heeft koffie in zijn hand. Uit het feit dat er al vier plastic bekertjes op elkaar gestapeld zijn, kan ik afleiden dat ze al een hele tijd in het ziekenhuis zijn.

“Wat is er gebeurd?”, vraag ik hem, nog voordat hij goed en wel bij me staat.

“Alsof je dat zelf niet weet! Het arme kind zit onder de blauwe plekken!”, roept Bert terug. Pas dan heb ik in de gaten dat hij me niet komt vertellen wat de situatie is. Hij komt om me op mijn gezicht te slaan.

Nog voordat Bert met zijn vuist kan uithalen, geef ik hem een ferme duw. Overdonderd doet hij een aantal stappen terug.

“Denk je nou dat ik Noor mishandeld heb, stomme boer?! Het is mijn dochter!”, schreeuw ik witheet door de wachtkamer.

“Het is je dochter niet”, sist Bert, die door een oplettende verpleegkundige wordt tegengehouden. Zowel Anne als Roos heeft me bij een arm gepakt, om een vechtpartij te voorkomen.

“Nou doe allemaal toch kalm”, probeert Roos de boel te sussen.

“Ik doe helemaal niet kalm totdat ik weet wat er aan de hand is!”, roep ik boos. “Waar is ze?”

Op dat moment komt er een oudere man in een lange, witte jas de wachtkamer binnen. De arts is waarschijnlijk op het geschreeuw afgekomen.

“U bent dus de vader van Noor?”, vraagt hij, enigszins sarcastisch. “Dat klopt”, antwoord ik, terwijl ik Bert vanuit mijn ooghoek met zijn hoofd zie schudden.

“Ja, uw dochter is vanavond binnengebracht door bezorgde mensen. Het blijkt dat ze een aantal blauwe plekken op haar lichaam heeft. Toen Noor niet wilde zeggen hoe dat zo gekomen is, zijn deze mensen uit voorzorg naar de Eerste Hulp gekomen”, legt de dokter rustig uit.

Terwijl ik naar zijn verhaal luister, houd ik Bert scherp in de gaten. Zijn reactie op de uitleg, doet me aanvoelen dat deze klopt.

“Het ziekenhuis heeft een meldingsplicht in gevallen waarbij het ook maar enigszins mogelijk is dat er sprake is van kindermishandeling. Wij moeten dan bericht geven aan de Kinderbescherming. Omdat u als jonge voogd nog onder toezicht van hen staat, is dat vuurtje vrij snel gaan lopen”, vervolgt de arts zijn uitleg.

“Zo zijn ze dus bij mij terecht gekomen”, onderbreekt Roos kortstondig het relaas. Klinkt logisch, want zij is nog steeds ons contactpersoon bij de Kinderbescherming.
“Waarom hebben jullie mij niet direct gebeld?”, vraag ik vervolgens. “Begrijp me niet verkeerd; ik snap de gang van zaken voor zover u het heeft uitgelegd. Maar ik hoor dit toch zo snel mogelijk te weten?”

“Dat hebben we gedaan, maar je nam de huistelefoon niet op en je mobiel staat uit”, bromt Bert zachtjes.
Klopt. Ik ben de hele avond onderweg geweest. Naar Pierre, naar Tom, toen weer richting huis. Na een ongewenste oproep van Chantal heb ik mijn mobiel uitgezet. En Anne zal de huistelefoon wel niet gehoord hebben.

“Dat klopt. Ook wij hebben de huistelefoon geprobeerd”, bevestigt de arts. “Maar zowel uw dochter als mijn onderzoek hebben uitgewezen dat mishandeling niet het geval is. De plaatsing van de blauwe plekken en het ontbreken van ander letsel bevestigen dat.”

“En ik heb bovendien gezegd dat ik daar mijn handen voor in het vuur steek”, zegt Roos bemoedigend.

“Ik ben blij dat duidelijk is dat ik mijn dochter niets heb aangedaan”, reageer ik sarcastisch. “Maar wat is er dan wel met haar aan de hand?”

“Nou, zojuist heb ik met deze mensen gesproken en naar andere oorzaken gezocht. Het blijkt dat Noor eerder deze week gevallen is.”
Ik kijk Bert vragend aan. “Noor had geen pijn en er was ook niets te zien. Een dag later zat er wel een kleine plek. Toen we vanmiddag wilden gaan zwemmen, zagen we ineens dat er veel meer plekken te zien waren. Daarom hebben we gelijk actie ondernomen.”

“Het lijkt allemaal eenvoudig te verklaren”, reageert de arts. “Maar helemaal normaal is dit niet. Ik wil Noor graag een nachtje hier houden en wat bloed afnemen. Daarvoor heb ik echter uw toestemming nodig. Wij mogen dat niet zomaar doen, indien het niet om iets levensbedreigends gaat.”

“Ja, natuurlijk. Doe wat u moet doen. Mag ik nu bij haar?”, vraag ik. Inmiddels voel ik me een stuk rustiger. Een simpele val. Pierre heeft hier niets mee te maken. Godzijdank.

“Uiteraard. Loopt u maar mee”, bevestigt de arts. Ik vraag Anne om even bij Roos te blijven, zodat ik kort alleen met Noor kan zijn.

“Bedankt”, brom ik zachtjes tegen Bert. “Sorry”, fluistert hij terug, waarna ik een wegwerpgebaar met mijn hand maak. Sukkel.

“Is er nog iets anders dat wij moeten weten over Noor’s gezondheid?”, vraagt de dokter, terwijl we richting Noor’s kamer lopen. “Nou, ze plast nog vrij vaak in bed. Maar als het goed is zitten er nog luiers in haar bagage”, reageer ik.
De dokter knikt begrijpend. “Dat is geen probleem, daar zorgen wij wel voor. Iets anders?” Even denk ik na. “Zo af en toe een bloedneus, maar dat is eigenlijk het enige”, vertel ik. “Hoe vaak precies?”, vraagt de arts geïnteresseerd.
“Ik denk ongeveer één keer in de drie weken. Het gebeurt alleen als ze gestrest is”, leg ik uit.

De dokter knikt en wijst me naar de kamer van Noor. Snel ga ik daar naar binnen. Opgelucht zie ik hoe ze stil ligt te slapen. Omdat ze de deken om zich heen heeft gewikkeld, is er van de blauwe plekken niets te zien.

Voorzichtig kus ik haar voorhoofd en schuif een stoel naast het bed.

“Ik ben bij je”, fluister ik.
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Hoofdstuk 42)

Hoofdstuk 42: Wraak

Noor heeft de hele nacht doorgeslapen. De stress van de vorige avond moet haar enorm vermoeid hebben. Dat is ook begrijpelijk. Ik voel hetzelfde.

Zelf heb ik vrijwel constant in de stoel naast haar bed gezeten. Roos is rond middernacht naar huis gegaan. Toen ze aanbood om Anne thuis af te zetten, heb ik dat maar geweigerd. Er zijn té veel akelige dingen gebeurd, om Anne nu alleen te laten.
Bovendien heeft Anne in het lege tweede bed op deze kamer mogen slapen. Ook zij ligt nog diep te dromen. Het is raar, maar ergens voelt het in het ziekenhuis op dit moment veiliger dan thuis.

Zodra de klok aangeeft dat het negen uur ’s ochtends is, verlaat ik de kamer even. Mijn behoefte aan koffie heb ik in het ziekenhuis wel kunnen stillen, maar een sigaret heb ik al een hele tijd niet meer gehad. Daarnaast heb ik het perfecte excuus.

Als ik eenmaal buiten sta, steek ik snel een sigaret aan. Na de enorme opluchting van de eerste teug, zet ik mijn mobiele telefoon weer aan. Zodra alles geladen is, kies ik het nummer van Merel.

Een slaperige stem neemt het gesprek aan. “Wat nu weer?”, klinkt het heel vriendelijk aan de andere kant van de verbinding. Ik kan het niet helpen om te glimlachen. Merel is ook net een vent, soms.

Snel leg ik Merel uit wat er gisteren allemaal is gebeurd. Ze wist tenslotte dat ik zou gaan proberen om Pierre te spreken te krijgen, dus ze zal ook wel nieuwsgierig zijn naar de afloop.
Ik vertel over het bezoek aan Pierre en het adres dat hij me gegeven heeft. Over hoe ik het huis van Tom heb gevonden, maar dat deze leegstond. Ook de buurvrouw komt ter sprake. Ze heeft zo’n hekel aan Tom.
Terwijl Merel steeds wakkerder en geïnteresseerder wordt, vervolg ik mijn relaas met de aanslag op het huis en hoe ik me in mijn auto heb verscholen.

“Jezus”, verzucht Merel, zodra ik mijn verhaal besluit met de toestand van Noor. “Het stapelt zich altijd maar op bij jullie, hè? Niet normaal.”

Ik kan niet anders dan dat beamen.

“Maar, goed, ik bel eigenlijk om je te vragen of je Lucky en Strike even zou willen uitlaten. Ik weet niet hoe laat ik weer thuis kan zijn”, leg ik uit.

“De honden? Ja, vooruit. Dat moet wel lukken. Ik heb de reservesleutel, toch?”, belooft ze, met frisse tegenzin. Ik bevestig dat ze deze nog moet hebben.

“Maar je weet zeker dat Pierre niets te maken heeft met wat er met Noor is gebeurd?”, vraagt Merel ineens. “Ik vind het wel heel toevallig.”

“Ik ook, maar ik denk echt dat het niet meer dan toeval is”, antwoord ik. “Ja, maar toch. Wat Pierre je geflikt heeft is gestoord. Je had wel dood kunnen zijn”, reageert Merel.

“Vertel mij wat”, zeg ik laconiek. “Je kunt dit echt niet op je laten zitten, hoor! Wie weet is hij nog wel meer van plan”, zet Merel door.
“Oh, geloof me”, reageer ik, “Ik laat het niet op me zitten. Ik ben nog lang niet klaar met Pierre.”

“Mooi zo. Aanpakken die goz…”, zegt Merel, voordat mijn mobiel uitvalt. Lege accu. Nou ja, er wordt in ieder geval voor de honden gezorgd, dus daar hoef ik me al niet meer druk over te maken.

Snel druk ik mijn sigaret uit en loop ik het ziekenhuis weer binnen. Daar zie ik Anne bij de koffieautomaat staan.

“Ja, lekker”, zeg ik, terwijl ik het bekertje uit haar hand wil pakken. Snel trekt ze het naar zich toe. “Mooi niet”, glimlacht ze, voordat ze een flinke slok neemt.

“Zeg, je bent veertien! Jij hoort nog helemaal geen koffie te drinken”, zeg ik verbaad. “Dus?”, reageert Anne luchtig. “Ik ben veertien. Ik hoor zoveel te doen dat ik eigenlijk niet hoor te doen.”

Tsja. Daar heeft Anne natuurlijk wel een punt. Nadat ik haar laat beloven om er in ieder geval niet teveel van te drinken, neem ik zelf ook nog maar wat. “Niet teveel koffie drinken”, hoor ik mijn moeder nog zeggen toen ik Anne’s leeftijd had. Sindsdien heb ik er praktisch op geleefd. Mooi voorbeeld!

Samen met Anne loop ik terug naar de kamer van Noor, die even later wakker wordt. Ze is blij om ons te zien, maar voelt zich wel nog wat slapjes. Ik leg haar snel uit dat alles waarschijnlijk in orde is, maar dat een zuster zometeen wel even wat bloed komt prikken.

“Bah, als ik maar niet hoef te kijken”, reageert Noor. Van kleins af aan heeft ze al een hekel aan naalden gehad. Ik ook, trouwens. “Dat is niet erg, want dat durf ik zelf ook niet”, geef ik maar eerlijk toe.
“Watjes”, lacht Anne. “Het is maar een heel dun naaldje.”
“Ja, maar toch!”, reageer ik nerveus, terwijl een rilling over mijn rug loopt. “Je mag het best eng vinden, maar het is snel voorbij.”

Tien minuten later komt er inderdaad een verpleegkundige langs. Terwijl Anne en ik even buiten wachten, verschoont deze Noor’s luier en neemt ze wat bloed af. Het is allemaal inderdaad vrij snel voorbij.
Intussen zijn ook Max en Roos het ziekenhuis weer binnengekomen. Max heeft een hele bos balonnen in zijn hand. “Hij kon het niet laten”, geef Roos toe. Het klinkt enigszins beschaamd.

“Is dat alles?”, grap ik. “Nee, natuurlijk niet”, zegt Max, doodserieus. “Hier houd jij deze even vast, dan haal ik de knuffel.” Ik krijg de hele tros in mijn handen geduwd, terwijl Max terug naar de auto loopt.
“Knuffel?”, vraag ik verbaasd aan Roos. “Houd je maar vast”, zucht deze.

Het heeft Max zeker tien minuten geduurd om de enorme, pluche pandabeer door de draaideur naar binnen te krijgen. De knuffel is bijna groter dan hemzelf, en dat is niet overdreven.

“Is deze goed?”, vraagt hij met oprechte bezorgdheid. “Ik weet niet of hij groter zou moeten zijn.”

Nadat we het belachelijk grote dier de kamer van Noor in hebben geduwd, vraag ik of Max en Roos even bij de kinderen willen blijven.

“Ik moet even iets regelen”, zeg ik met een veelbetekenende blik tegen Max. “Ja, natuurlijk”, reageert hij. “Succes met wat je moet .. erm .. regelen.”

Een half uurtje later sta ik weer op het politiebureau. De agent die me gister bij Pierre heeft gelaten, heeft nu gelukkig ook weer dienst. Het kost me niet veel moeite om een tweede ontmoeting met Pierre te regelen.

“Als je het maar kort houdt”, laat hij me beloven. “Zijn advocaat komt zometeen en het is niet gunstig als die je hier ziet.”
“Geen zorgen”, stel ik hem gerust. “Ik ben zo klaar met hem.”

Als ik de verhoorkamer waar Pierre opnieuw aan de tafel vastgeboeid zit binnenkom, kijkt hij me verbaasd aan.

“Wat is er, Pierre? Je kijkt alsof je een geest hebt gezien”, begroet ik hem cynisch. “Je dacht dus echt dat ik er vandaag niet meer zou zijn, hè?”

“Ik had je inderdaad niet verwacht. Wat is het? Bevalt je nieuwe broer niet en wil je hem omruilen? Dan moet ik je teleurstellen, want…”
Pierre krijgt de kans niet om zijn zin af te maken, want mijn frustraties hebben zich meester van mij gemaakt.
Ineens zie ik al het leed dat hij veroorzaakt heeft voor mijn ogen voorbij flitsen. Het misbruiken van Anne, de aanslag op Tom’s huis … zelfs de toestand van Noor zie ik even als zijn schuld.

Woedend grijp ik de stoel die voor me staat en met alle kracht die ik in me heb, gooi ik deze richting Pierre. De stoel raakt hem vol tegen zijn hoofd. Hij valt van zijn eigen stoel en de plotselinge beweging trekt zijn boeien los van de tafel.
Ik storm op hem af, til hem van de grond en werp hem tegen de muur. Dan kniel ik voor hem neer.

“Dacht je nou echt dat je hier veilig bent? Dat je mijn gezin nog steeds kunt bedreigen? Ik ben onkruid, Pierre .. dat kun je niet wegbranden”, zeg ik sarcastisch, voordat ik hem een klap in zijn gezicht geef.

“Waar heb je het over, man?!”, kermt hij uit. “Wat doe je?”

“Tom’s huis. Dat je hebt laten afbranden. Vuur. Onkruid dat niet weggebrand kan worden. Echt, Pierre, ik dacht dat je het wel zou snappen”, reageer ik, opnieuw vol sarcasme.

“Man, ik weet niet waar je het over hebt. HELP!”, roept Pierre zo hard als hij kan. Al snel komt de agent die me binnen liet, aangerend.
“Wat is hier aan de hand?!”, roept hij verbaasd. “Hij is gek geworden!”, reageert Pierre.

Ik weet niet wat het is, maar iets klopt hier niet. Pierre klinkt haast oprecht als hij zegt dat hij niets van de aanslag weet. Snel vertel ik de agent precies wat er gisteren is gebeurd.

“Luister, ik laat het onderzoeken. Maar hij kan hier niet bellen, dus het kan gewoon niet zijn schuld zijn, oké? Nu moet je echt wegwezen, Rick. Anders kan ik dit niet meer oplossen. Ga! NU!”, roept de agent, terwijl hij Pierre overeind helpt.

Ik besef dat ik, voor de zóveelste keer, geen steek wijzer ben geworden. Het is net de serie LOST waar ik in leef. Eén mysterie wordt opgelost, maar in ruil daarvoor dienen zich er twee nieuwe aan.

In gedachten verzonken keer ik terug bij het ziekenhuis, waar ik een oude bekende achter de balie zie zitten. Het is Marianne, waarmee Chantal en ik op de middelbare school heb gezeten. Ze was toen al een echte roddeltante en al snel merk ik dat ze niets veranderd is.

Na een eerste begroeting krijg ik al snel al het laatste nieuws over me heen. Slechts één item trekt mijn aandacht.

“Ken je Chantal nog? Wist je al dat ze zwanger is?”, vraagt Marianne. Ik knik ter bevestiging.

“Nou, je hebt het niet van mij, maar ze laat het kind vandaag weghalen”, fluistert ze.
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Nieuwe poll)

Iedereen weer bedankt voor het stemmen! :)

In de hoofdstukken van volgende week wordt definitief duidelijk wat er nu precies met Noor is gebeurd, dus dan weet je ook of je het goed had. ;)

Inmiddels staat er weer een nieuwe poll online. Ben erg benieuwd naar hoe jullie erover denken, ook al heb ik in principe al uitgeschreven hoe het verhaal omtrent de baby zich gaat ontwikkelen. Laat maar van je horen, dat vind ik altijd leuk! ^^

Overigens, ik zie dat ik een hele berg persoonlijke berichten heb, die nog beantwoord moeten worden. Ik zal dit zo snel mogelijk doen. :p
 

Luier 86

Toplid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

waren weer 2 top hoofdstukken,

over je poll zit ik in dubio: weg laten halen of een meisje op de wereld zetten, met een jongentje word anne als ze het kind al ziet, nog meer geconfronteerd dat het van 'de hufter' is en hij haar misbruikt heeft,

zie dat je andere verhalen even op holt staan.
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Luier 86 zei:
waren weer 2 top hoofdstukken,

over je poll zit ik in dubio: weg laten halen of een meisje op de wereld zetten, met een jongentje word anne als ze het kind al ziet, nog meer geconfronteerd dat het van 'de hufter' is en hij haar misbruikt heeft,

zie dat je andere verhalen even op holt staan.
Thanks, 86! De andere verhalen staan niet op hold, overigens. Het aantal karakters in een 'signature' is te klein om voor al mijn verhalen een link te plaatsen. Daarom heb ik ervoor gekozen dit alleen bij Peetoom te doen. Deze week nog nieuwe hoofdstukken van andere verhalen en wellicht een proloog van iets nieuws. :)
 

luierfan_boy

Zeg niet wat je weet, maar weet wat je zegt.
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Weer twee vermakelijke hoofdstukken weer!
Het leven van Rick is inderdaad net een leven als in LOST, goed gezegt dus!
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

luierfan_boy zei:
Weer twee vermakelijke hoofdstukken weer!
Het leven van Rick is inderdaad net een leven als in LOST, goed gezegt dus!
Thanks! ;)

die-hard zei:
zoals gewoonlijk weer een cliff hanger.
Sorry. :p "Hoi, ik ben Snakebite en ik ben een cliffhangerolic."
 

Lily

UITLEG: 'geen contact aub' betekent geen contact!
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

We moesten even wachten, maar wat een fantastische hoofdstukken, Snakebite. Echt geweldig. Een cliffhanger ben ik ondertussen wel gewend, maar ik ben wel benieuwd wat er nu gaat gebeuren, ik heb wel enig idee wat er uit die bloedtests kan gaan komen...

Voor de poll heb ik trouwens gestemd op het feit dat het geboren wordt en een meisje is, omdat ik denk dat Noor en Anne dat wel leuk vinden, ondanks het feit dat het een kind van Piere is. Ik denk dat ze eerder blij zullen zijn als ze horen dat er een baby komt. (Maar dan moeten Rick en Chantal natuurlijk wel eerst even samen komen (en samen wonen).)
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

die-hard zei:
LOL maakt niet uit is juist leuk
Haha, gelukkig maar. ^-^

Lily zei:
We moesten even wachten, maar wat een fantastische hoofdstukken, Snakebite. Echt geweldig. Een cliffhanger ben ik ondertussen wel gewend, maar ik ben wel benieuwd wat er nu gaat gebeuren, ik heb wel enig idee wat er uit die bloedtests kan gaan komen...

Voor de poll heb ik trouwens gestemd op het feit dat het geboren wordt en een meisje is, omdat ik denk dat Noor en Anne dat wel leuk vinden, ondanks het feit dat het een kind van Piere is. Ik denk dat ze eerder blij zullen zijn als ze horen dat er een baby komt. (Maar dan moeten Rick en Chantal natuurlijk wel eerst even samen komen (en samen wonen).)
Dankjewel! Blij om te horen dat het nog niet verveelt. :D
 

smurfke

Gewaardeerd Lid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

WAUW, dit verhaal vandaag ontdekt... in één ruk alle hoofdstukken na elkaar doorgelezen. Was er eventjes mee zoet! ;D Maar wat ik wilde zeggen: dit is het beste verhaal dat ik hier al gelezen heb!!! !1 !1 !1 !1 !1 !1 !1
 

AnneT

This is who i am
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Het is inderdaad erg leuk om te lezen smurfke. Het mooie is, is dat er weekelijks nog weer meer hoofdstukken bij komen. Vele hoofdstukken hebben mij emotioneel diep geraakt.
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Hoofdstuk 43)

En zodat ik weer op schema loop, een extra hoofdstukje deze week. De ontwikkelingen in dit hoofdstuk zullen toch niet als een grote verrassing komen. ;)

Hoofdstuk 43: Bloed II

“Nee, ik wil het gewoon niet”, zegt Noor resoluut, terwijl ze haar armen over elkaar slaat. Meestal is dat het teken voor mij om op te houden met doorzeuren, maar in dit geval moet ik wel.

“Lieverd, je hebt de dokter toch gehoord? Als ze je die spuit niet geven, dan komen we nooit te weten of er iets aan de hand is. Laat staan wát er precies aan de hand is”, probeer ik op zo’n zacht mogelijke toon.

“Dat maakt niet uit. Dan ben ik maar ziek. Geen geprik meer”, is haar stellige reactie. Het zijn dit soort momenten waarbij me pas echt opvalt hoe Noor op mij lijkt. Dingen gebeuren op haar manier, of gewoon niet. Anne heeft daar ook al zo’n handje naar.

Er zit niets anders op dan maar eens diep te zuchten en een gemene truc toe te passen.

“Als jij zelf niet wilt weten of je ziek bent, dan is dat prima. Maar dat vind ik niet echt eerlijk tegenover ons”, zeg ik, terwijl ik naar Anne wijs. “Wij maken ons nu ook zorgen. En het is normaal dat we dat blijven doen totdat we iets zeker weten. Als we nooit iets zeker weten dan blijven we ook voor altijd ongerust.”

Ik weet dat het gemeen is om de zaak zo uit te spelen, maar andere ideeën hebben al afgedaan. En deze prik is ook echt nodig.

Noor’s blik stond enige tijd op onweer, maar het is duidelijk dat mijn laatste woorden de juiste snaar geraakt hebben. De muur, die ze uit haar angst voor naalden heeft opgebouwd, brokkelt langzaam maar zeker af.

Ineens begint Noor zachtjes te huilen. “Ik ben gewoon bang. Mag dat niet?”, snikt ze.

Ik ga naast haar op bed zitten en sla mijn arm om haar heen. Voorzichtig druk ik haar betraande gezicht tegen mijn borst.

“Natuurlijk mag je bang zijn. Je kent mij toch? Alleen het wóórd ‘naald’ doet mij al trillen van angst”, geef ik toe, terwijl ik een rilling simuleer. “Je was vanmorgen bij het bloedprikken al dapperder dan ik ooit geweest ben.”

“Ik dacht dat ik daarna naar huis mocht”, legt Noor uit. Haar stem klinkt enigszins boos. “Daarom liet ik de zuster prikken.”

“Ik weet het, liefje”, troost ik haar. “Maar het bloed dat ze geprikt hebben was niet helemaal goed te begrijpen voor de dokter. Daarom moeten ze nog een keer wat weghalen, maar dan op een andere plaats.”

“Dan is de dokter ook niet erg slim. Zo moeilijk is het niet. Alles is goed, of het is niet goed”, redeneert Noor vervolgens. “En de zuster zei dat ik goed moest uitrusten, omdat het best pijn kan doen als ze in je rug prikken.”

“Dat heb ik ook gehoord. Maar jij kunt daar echt wel tegen, meid. Het duurt maar twee minuutjes en dan is het voorbij. Dan kan de dokter je bloed veel beter begrijpen. Wie weet kun je vanavond dan alsnog mee naar huis”, probeer ik Noor te motiveren.

Inmiddels is Anne aan de andere kant van het bed komen staan, en wrijft bezorgd over Noor’s rug.

“Bekijk het van de goede kant”, zegt ze. “Als het pijn doet, knijp je toch gewoon in de hand van Rick? Net zolang tot het bij jou geen pijn meer doet.”

Even delen Anne en Noor een gemene blik.

“Dat mag toch?”, vraagt Anne me, met een bijna dwingende blik in haar ogen. Ik had me er eerlijk gezegd al op ingesteld dat ze mijn hand fijn zou knijpen, maar nu kan ik er natuurlijk helemaal niet meer onderuit.

“Ja, natuurlijk mag dat”, geef ik toe. “Zo hard als je wilt. Ik vind het ook allemaal niet leuk, dus als ik zo kan helpen, dan doe ik dat.”

“Twee minuten, toch?”, vraagt Noor vervolgens. Ik bevestig dat de dokter dat gezegd heeft. “Vooruit dan maar”, is het laatste dat ze zegt. Moe van de stress valt ze even later weer in slaap.

Ik vraag aan Anne of ze mijn plaats even in wilt nemen, zodat ik wat te drinken kan gaan halen. Maar zodra ik Anne wat fris heb gebracht, besluit ik om even een stukje te gaan wandelen. Ik moet even mijn gedachten verzetten.

Met een plastic bekertje koffie in één hand en een sigaret in de andere loop ik een stukje de straat van het ziekenhuis in. Ik ben voorzichtig langs de receptie geglipt, omdat ik even geen zin had in een nieuwe roddelsessie met Marianne.

“Ze laat het kind vandaag weghalen”, zei ze tegen me, toen ik terugkwam van mijn bezoekje aan Pierre. Sindsdien laten die woorden me niet meer met rust. Chantal wil een abortus.

Eigenlijk hoor ik me er niet druk over te maken. Chantal en ik zijn uit elkaar. Daarnaast heb ik in Nijmegen nog een wilde avond met Ellen gehad. Dat was natuurlijk ook niet het slimste dat ik ooit heb gedaan, maar ik merkte toen wel dat het zonder Chantal ook gaat.

Bovendien lijkt de situatie met Noor ook uit de hand te lopen. Met het nieuws over Chantal’s beslissing nog vers in mijn gedachten, kwam ik de dokter van Noor op de gang tegen.
Hij had het bloed van Noor laten onderzoeken en het zag er niet goed uit. Volgens hem zijn alle waarden niet zoals het hoort. Noor heeft vooral veel te weinig witte bloedcellen.

Leukemie, dat is de waarschijnlijke diagnose.

Ik probeer al sinds dat moment niet in paniek te raken. Hoe kan die kleine krullenbol nu ineens kanker hebben? Zoiets heb ik gewoon nooit voor mogelijk gehouden.

De ‘prik’ waar ik het met Noor over heb gehad is eigenlijk een beenmergpunctie. Een van de meest pijnlijke ingrepen die er is. De arts kan een plaatselijke verdoving toebrengen, maar vanwege de plek waarop geprikt wordt is dit geen garantie.

Pas na het onderzoeken van het beenmerg kan met zekerheid worden gezegd of er sprake is van leukemie. Dat is waar ik me nu aan vasthoud. Het is níét zo, totdat het wél zo is. Misschien houd ik mezelf voor de gek, maar ik moet sterk en positief blijven. Voor de meiden.

Uiteraard loopt de straat van het ziekenhuis dood in de richting waarin ik aan het lopen ben. Typisch mijn geluk. Terwijl alle gebeurtenissen van de afgelopen dagen zich in mijn gedachten nog eens opstapelen, ga ik maar op de stoeprand zitten.

Ik heb gewoonweg nog geen zin om terug te gaan. Bovendien is er nog tijd genoeg tot de punctie.

Het type dat snel huilt? Nee, dat ben ik niet. Meestal niet, althans. Denk ik.

Maar op dit moment moet ik echt al mijn kracht gebruiken om niet zelf in tranen uit te barsten. Ik kan goed tegen stress; normaal ben ik dan juist op mijn best. Maar de laatste tijd? Chantal, de baby, Pierre, Tom, Anne die met zichzelf in de knoop zit en nu is Noor misschien wel heel erg ziek? Misschien is dit wel meer dan ik in mijn eentje aankan.
Het voelt ontzettend zwak om dat toe te moeten geven. Maar ik kan dit echt niet. Niet alleen.

“Ik heb haar nodig”, denk ik vervolgens hardop. Ik verras mezelf met deze realisatie, maar weet tegelijkertijd dat het honderd procent waar is.

“Ik heb Chantal nodig”, zeg ik nogmaals hardop, terwijl ik weer van de stoeprand opsta. Ik laat het koffiebekertje achter, en zet het op een lopen.

Waarom rennen als je ook kunt lopen? Dat heb ik zovaak gezegd. Toen het regende en mijn vrienden naar college wilden rennen om maar zo droog mogelijk te blijven. Misschien is het ook wel een beetje mijn motto geweest. Waarom moeilijk doen als het ook gemakkelijk kan?
Ergens is dat geen verkeerd motto. Je moet het leven ook niet moeilijker maken dan het hoeft te zijn.

Maar in dit geval? Nu moet ik het moeilijke doen. Niet alleen voor mezelf, maar voor iedereen die me lief is.

Ik ren zo hard als ik kan terug naar het ziekenhuis. De parkeerplaats ben ik volgens mij in recordtijd voorbij. Perfect getimed werk ik me door de draaideur en met een laatste sprintje ga ik richting de receptie.
Uiteraard met teveel snelheid, waardoor ik op de gladde vloer de receptie een stukje voorbijschiet.

“Zo, wat heb jij een haast”, lacht Marianne me toe. “De punctie van Noor is toch pas over een paar uur?”
“Geen tijd”, hijg ik terug, terwijl ik mezelf voorneem om zo snel mogelijk weer te gaan sporten. “Chantal, de abortus. Is die hier?”

Marianne knikt nieuwsgierig, maar begrijpt dat dit geen moment is om te praten. Nadat ik drie keer heb gezworen haar niet te verraden, vertelt ze me waar ik moet zijn. Ze weet echter niet hoe laat Chantal haar afspraak heeft, maar wel dat ze zich op die afdeling al gemeld heeft.

Een sprintje later glijd ik via de gladde vloer in de gang op bijna komische wijze tegen de liftdeur aan. De geschrokken vrouw binnenin houdt de lift beleefd voor me vast.

“Gaat het?”, vraagt ze bezorgd. “Ik denk het wel”, puf ik knikkend.

Twee verdiepingen hoger schiet ik de lift weer uit. “Twee keer links, eerste rechts. Twee keer links, eerste rechts”, herhaal ik hardop voor mezelf. Ik volg mijn aanwijzingen en hol de wachtkamer van de bewuste afdeling binnen.
Snel speur ik de kamer rond. Is Chantal nog hier?
Ineens gaat de deur van een spreekkamertje open. Chantal komt samen met een arts naar buiten. Ze is zichtbaar geëmotioneerd en schrikt als ze me ziet.

“Doe het niet!”, roep ik haar kortademig toe. “Niet doen, Chantal. Ik houd van je!”
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

smurfke zei:
WAUW, dit verhaal vandaag ontdekt... in één ruk alle hoofdstukken na elkaar doorgelezen. Was er eventjes mee zoet! ;D Maar wat ik wilde zeggen: dit is het beste verhaal dat ik hier al gelezen heb!!! !1 !1 !1 !1 !1 !1 !1
Wow, in één keer alles uitgelezen?! Ik kan wel geloven dat je daar een hele middag mee zoet bent geweest. ;) Wel mooi dat het verhaal je zo goed kan boeien; dat hoor ik graag. Bedankt voor je complimenten! :D

AnneT zei:
Het is inderdaad erg leuk om te lezen smurfke. Het mooie is, is dat er weekelijks nog weer meer hoofdstukken bij komen. Vele hoofdstukken hebben mij emotioneel diep geraakt.
En daar doe je het als schrijver voor. Hopelijk lukt me dat nog een aantal keer in de laatste hoofdstukken van deze tweede serie. ^^
 
Bovenaan