Nog niet klaar Peetoom

Hoe goed is dit verhaal?

  • 1

    Stemmen: 1 1,4%
  • 2

    Stemmen: 0 0,0%
  • 3

    Stemmen: 1 1,4%
  • 4

    Stemmen: 0 0,0%
  • 5

    Stemmen: 0 0,0%
  • 6

    Stemmen: 0 0,0%
  • 7

    Stemmen: 0 0,0%
  • 8

    Stemmen: 1 1,4%
  • 9

    Stemmen: 10 14,1%
  • 10

    Stemmen: 58 81,7%

  • Totaal stemmers
    71

Abbjornnl

Wees jezelf ongeacht wat andere ervan zeggen
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Zonnetje100 zei:
Dit verhaal is mijn geduld altijd dubbel en dwars waard! :)

Ik wacht gewoon op de volgende posts. :) !1
Helemaal mee eens.
 

AnneT

This is who i am
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Ik ben ontzettend benieuwd hoe het verhaal verder gaat lopen.
Hopelijk zijn je tentamens goed gegaan Snakebite!
 

Snakebite

Superlid
Peetoom (Hoofdstuk 50)

Hoofdstuk 50: De Ring

VIER MAANDEN LATER…

“GLOEIENDE GLOEIENDE GODVERRRR…”

De vloek van Max gaat door merg en been. Ik denk dat iedereen in huis er wel van mee heeft kunnen genieten.
“Wat is er gebeurd?”, vraag ik verbaasd, terwijl ik mijn hoofd de hoek om steek. Nieuwsgierig kijk ik de oude werkkamer van Marnix rond om te ontdekken wat er aan de hand is.

Op de kast na zijn alle spullen van Marnix inmiddels weg. Ik ben al de hele dag bezig met het verhuizen van de werkkamer naar de bijkeuken. De kleine man die binnenkort geboren gaat worden, heeft tenslotte zijn eigen kamer nodig.
Max staat naast een bedje dat inmiddels half afgetimmerd is. Een hamer in één hand, het topje van zijn andere duim in de mond. Een pijnlijke blik in zijn ogen.

“Max, vertel me nou niet dat je ..”,

“… met de hamer op mijn duim heb geslagen. Ja, ik weet het”, mompelt hij geïrriteerd.

“Ik zweer het, Max. Grappig ben je altijd al geweest, maar als je zo nog even doorgaat, kun je beter in het circus gaan werken”, lach ik hardop.
“Liever niet. Ik word heel ongemakkelijk van slangenmensen. Ledematen die maar een beetje rondwapperen, bah!”, reageert Max nonchalant, terwijl hij verder gaat met timmeren.

“Kom, zelfs op jouw leeftijd moet je de benen nog in je nek kunnen leggen”, grap ik, terwijl ik Marnix’ kast openmaak.
“Als ik dat probeer, dan denk ik dat ik meer zal scheuren dan alleen mijn broek”, lacht Max. “Daarnaast kun jij de hoeveelheid whiskey die ik moet drinken voordat ik het probeer niet betalen.”

Op dat moment krijgen we gezelschap. Chantal heeft een tijdje met Merel in de keuken zitten kletsen. Ze is nu flink op weg in haar zwangerschap, en het is belangrijk dat ze genoeg rust neemt. Koffieleuten met de buren helpt daar altijd goed bij.
Bovendien dacht ik dat Max en ik deze klus makkelijk met zijn tweeën aan moeten kunnen. Dat kunnen we ook. Maar ‘makkelijk’ is dus niet het juiste woord.
Maar nu heeft Chantal Merel naar boven gestuurd met twee koppen koffie voor ons.

“Meisje, jij weet tenminste wél hoe je een oude man moet behandelen”, zeurt Max nog even door, terwijl hij een slok koffie neemt.
“Niet zo zeuren. Je bent amper ouder dan dit huis”, steek ik nog even terug. Max is amper zestig, dus het valt allemaal wel mee.

In de kast van Marnix staan voornamelijk boeken. Hij is altijd al een lezer geweest. Vanaf het moment dat hij kón lezen, zat Marnix al veel met zijn neus in de boeken. Volgens mij heeft hij ze vanaf dat moment ook allemaal bewaard en in deze kast gezet. Wat een verzameling!

Nadat ik een grote verhuisdoos gevuld heb, pak ik nog snel een paar dunne boeken. Als ik die los op de doos leg, moet ik die wel mee naar beneden krijgen. Maar ineens valt me iets op.

Eén van die losse boeken ziet er precies zo uit als de verschillende logboeken van Marnix.

“Wat krijgen we nou”, mompel ik, terwijl ik het boek verbaasd opraap. Max en Merel kijken nieuwsgierig mee.
Het is inderdaad nog een logboek. Vluchtig blader ik er doorheen.

“Wat heb je daar?”, vraagt Merel nieuwsgierig.

“Dit is het logboek waar Marnix in aan het schrijven was. Vlak voor zijn dood”, realiseer ik me hardop, terwijl ik door de laatste bladzijden lees.
“Ik dacht dat je al zijn logboeken al gelezen had”, zegt Merel. “Of dat je daar tenminste mee gestopt was na dat gesprek met Pierre.”

Ik denk direct terug aan die ochtend met Pierre. In de bar van zijn hotel. Toen we tot een soort vredesakkoord zijn gekomen. Hij blijft bij ons uit de buurt, en ik zou het onderzoek laten rusten. Dat heb ik sindsdien ook gedaan. Niet omdat ik Pierre niet wil zien boeten, maar omdat ik wil dat Anne geen last meer van hem heeft.

Snel leg ik Merel en Max uit dat ik inderdaad gestopt ben met het lezen van de logboeken. Merel wil weten wat ik dan van plan ben met dit nieuwe exemplaar. Even denk ik na.
“Ik denk dat ik het bewaar. Voor als Anne of Noor het ooit wil lezen”, lieg ik. Iedere vezel van mijn lichaam schreeuwt om de informatie in het boek te weten te komen.

Meteen leg ik het logboek op de verhuisdoos en breng ik alles naar beneden. Ik hoor Max en Merel nog wat keuvelen, voordat zij aanbied om te helpen met timmeren. Daar kan Max maar beter op ingaan, want Merel lijkt me een betere klusser dan menig man.

Terwijl ik door de woonkamer richting de bijkeuken loop, valt het me op dat Chantal niet ligt te rusten.
“Kom je niet in slaap?”, vraag ik geïnteresseerd, terwijl ik de doos bij de rest van de spullen neerzet.
“Ik moet je iets vertellen”, zegt Chantal. De toon klinkt ernstig, en ik ga in de stoel naast haar zitten.
“Wat is er aan de hand, lieverd?”, vraag ik bezorgd.
Dan zie ik iets op tafel staan, waarvan ik had gehoopt dat Chantal het niet zou hebben gevonden.

De verlovingsring die ik voor haar gekocht heb.

Ik draag het doosje al de hele week in mijn jas bij me, uit voorzorg. Chantal is niet iemand die altijd overal rondneust, maar ze heeft een ongelukkige timing. Iedere keer als je wilt dat ze iets niet ontdekt, dan kun je er zeker van zijn dat dit wél zal gebeuren.
“Sorry, ik had je willen verrassen”, verontschuldig ik me. “Het was niet de bedoeling dat je hem zo zou vinden.”

“Dan had je de broek waar hij inzit maar beter niet in de wasmand kunnen gooien”, legt Chantal uit. “Ik wilde hem in de machine stoppen, toen ik er iets in voelde zitten.”
Ik vloek even inwendig. Dat was wel heel dom van me.

“Luister, ik maak een deal met je. De verrassing is er nu wel af, dat snap ik. Maar geef me in ieder geval de kans om er iets romantisch van te maken, voordat ik je … de vraag stel”, probeer ik nog iets van de situatie te redden.
“Rick. Voordat je dat doet, wil ik jou iets vragen”, reageert Chantal, nog steeds op een serieuze toon. Het overvalt me, aangezien ik zo’n beetje ieder antwoord wel geanticipeerd had.

“Doe je dit voor mij? Of doe je het voor de baby?”, vraagt ze. Het steekt me behoorlijk dat ze dat überhaupt wil vragen. Het lijkt me toch duidelijk?
“Lieverd, als je me dat nog steeds moet vragen .. na alles dat we hebben meegemaakt .. misschien moet ik het dan helemaal maar niet doen”, zucht ik geïrriteerd.

“Laten we de volgende afspraak maken”, reageert Chantal. Haar stem klinkt inmiddels iets zachter dan eerder. “Jij gaat zometeen naar Noortje. Neem je tijd. Denk erover na. Als je het echt nog steeds wilt, dan kun je mij op ieder moment vragen. Maar beloof me dat je dat alleen doet als je het zeker weet.”

“Dat weet ik nu ook wel. Maar als jij echt wil dat ik er nog wat tijd voor neem, dan doe ik dat”, stel ik Chantal gerust. Ik sta op en zoen haar zachtjes op haar voorhoofd.
“Ik ben zo terug. Hou van je!”, roep ik haar na, terwijl ik met de autosleutels in mijn hand wegloop. Snel neem ik nog even afscheid van Max en Merel. Zoals verwacht is het Merel die het zware werk doet, terwijl Max van een afstandje deskundig advies verleend.

Glimlachend stap ik in de auto en rijd naar het ziekenhuis. Met Noortje gaat het intussen stukken beter. Ze heeft haar chemokuur achter de rug, en het ziet ernaar uit dat ze binnenkort thuis mag rusten. De kuur heeft namelijk goed aangeslagen.
Noor heeft bovendien niet veel zichtbare bijverschijnselen gehad van de behandeling. Ze is veel afgevallen. Aangezien Noor al mager was, is het nu echt goed zichtbaar. Ook zijn sommige van haar nagels afgebrokkeld. Maar haar krullen zijn niet verdwenen. Af en toe is er wel een pluk haar uitgevallen, maar je ziet er bijna niets van. En dat was voor Noor het allerbelangrijkste.

Na twee uurtjes op bezoek te zijn geweest, en haar weer even goed geknuffeld te hebben, rook ik nog even een sigaret op de parkeerplaats bij het ziekenhuis. Chantal wil dat ik nadenk over het aanzoek. “Yeah, right”, fluister ik. Dat heb ik helemaal niet nodig. Ik weet wat ik wil, en niets zal me daarin tegenhouden. Optimistisch stap ik in de auto. Een plan voor het aanzoek heb ik al in mijn hoofd zitten.

Als ik thuiskom, zijn Max en Merel alweer naar huis. Het wiegje is af, en de kast van Marnix leeg. Ze hebben me echt fantastisch geholpen. Chantal is er ook niet. Er ligt geen briefje, maar waarschijnlijk is ze even iets lekkers gaan halen bij de bakker. Dat doet ze wel vaker sinds ze zwanger is. Hoewel, meestal doe ik het, natuurlijk.
Nu komt me dat helemaal goed uit. Dat geeft me hopelijk de tijd die ik nodig heb om het aanzoek voor te bereiden. Anne gaat na school toch direct door naar Scouting, dus we zullen voorlopig niet gestoord worden.

Snel loop ik naar onze slaapkamer. Uit de boodschappentas die ik bij me heb, haal ik wat spulletjes die ik net gekocht heb. Ik versier de kamer met talloze theelichtjes, die ik allemaal aansteek. Eén bos rozen zet ik in een vaas naast het bed, en de andere begin ik te plukken. De rozenblaadjes vormen een spoor van de deur tot aan het bed. Het bed zelf heb ik ook bezaaid met blaadjes.

Het is hopeloos, dat weet ik. Maar wel hopeloos romantisch. En daar houdt Chantal wel van.

Nog even snel een romantische CD in de speler, en ik ben er klaar voor.

Ik besluit om beneden op Chantal te wachten. Een kop koffie en een sigaretje houden me volgens de gewoonte gezelschap. Ook goed voor de zenuwen. Normaal heb ik daar niet zo’n last van, maar het wachten valt me zwaar. Ik kan niet wachten tot we verloofd zijn.

Uiteindelijk heb ik nog lang moeten wachten. Heel lang; uren zelfs. Alles tevergeefs, want Chantal is niet meer terug naar huis gekomen.
 

Snakebite

Superlid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Zonnetje100 zei:
Dit verhaal is mijn geduld altijd dubbel en dwars waard! :)

Ik wacht gewoon op de volgende posts. :) !1
Haha, thanks! Nu verwacht ik wel een mooie tekening. ;)

silverbaby zei:
Helemaal mee eens.
Thanks! :)

AnneT zei:
Ik ben ontzettend benieuwd hoe het verhaal verder gaat lopen.
Hopelijk zijn je tentamens goed gegaan Snakebite!
Totdat ik de uitslag heb, zijn ze altijd prima verlopen. :p
 

Zonnetje100

Luierzzzzzzzz
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Wauwieee. Ik kan nu al niet wachten op het volgende hoofdstuk. :)

Ik ga ondertussen wel even lief zitten kleuren. ;)
 
T

TeenerB@by

Guest
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Heey

Dit is super dit zou zo de boekenwinkels in kunnen.

Ga zeker wachten op meer

Teenerb@by
 

Abbjornnl

Wees jezelf ongeacht wat andere ervan zeggen
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Weer een top hoofdstuk ga zo door.
 

Snakebite

Superlid
Peetoom (Hoofdstuk 51)

Hoofdstuk 51: Laatste Poging

Ik heb de hele nacht op Chantal zitten wachten. Eerst urenlang aan de keukentafel, voordat ik naar de woonkamer verhuisd ben. Zelfs heb ik nog even buiten op de drempel gezeten. Het was ’s avonds nog best lekker buiten, dus het zag niet heel raar uit.

Maar Chantal? Ik heb haar zelfs niet door de straat zien rijden.

De hele tijd heb ik mezelf redenen proberen aan te praten. Hoe klein ook, er moest een logische reden zijn waarom Chantal niet naar huis is gekomen. Het kón niet aan mij liggen, of aan mijn aanstaande huwelijksaanzoek. Ik wilde het niet geloven.

Inmiddels kan ik weinig anders dan dat.

Rond een uur of elf is Anne teruggekomen van scouting. Ze had me nog gebeld, om te vertellen dat ze wat later thuis zou zijn. Maar ik heb het niet eens gemerkt. Gelukkig zit ze nog steeds in de groep van Merel, waardoor ik altijd wel weet dat ze veilig thuis zal komen. Dan hoef ik me geen zorgen te maken, als ze, zoals gisteravond, met wat anderen rondom het kampvuur blijft hangen.

Ergens schaam ik me ervoor dat ik het niet eens in de gaten heb gehad. Ik hoor in eerste instantie nog steeds aan haar en Noor te denken. Niet aan mezelf. Misschien maak ik me wel zorgen om niets en is ze gewoon naar haar eigen flatje gegaan en in slaap gevallen.

Nee, daar ga ik weer. Zelfs als dat al zo zou zijn, dan had Chantal me wel iets laten weten. Daarnaast, het appartement is vrijwel leeg. Het bed staat er al een hele tijd niet meer.

De halfvolle mok met koffie die voor me op tafel staat, zal inmiddels wel koud zijn. Eenmaal terug in de keuken, spoel ik het weg en zet ik nieuwe op. Even valt mijn oog op het klokje van de magnetron. Het is al half acht geweest.

Dat betekent dat ik hier al ruim een halve dag zit te wachten. Misschien kan ik het maar beter opgeven en naar bed gaan. Als ik nu weer koffie ga drinken, dan ben ik nog wel even wakker.

Maar als ik aan de slaapkamer denk, wuif ik het idee direct weg. Alles staat daar nog. De kaarsen, de rozenblaadjes. De ring.

Ik kan beter iets productiefs gaan doen. Maar wat?

Pas als ik de verse koffie in mijn mok schenk, schiet me een goed idee te binnen. Het logboek van Marnix, dat ik gisteren gevonden heb!

Ik heb wel tegen Max en Merel gezegd dat ik het alleen bewaard heb voor Anne en Noor, maar de werkelijkheid is anders. Stiekem heb ik juist liever niet dat de meiden dit kunnen lezen. Het is voor mij.

Ondanks de afspraak die ik met Pierre heb gemaakt, wil ik precies weten wat er in dat logboek staat. Pierre hoeft van niets te weten. Hoe zou hij er ooit achterkomen dat ik het heb? Laat staan gelezen? Tsja, aan de andere kant: hij wist er eerder ook achter te komen.

Hoe dan ook; ik wil het weten.

Maar, voordat ik de kans krijg om het boek uit de bijkeuken te halen, komt Anne naar beneden om te ontbijten.

Sinds onze vorige gesprekken is ze een stuk vrijer geworden met haar luiergeheim. In principe houdt ze het wel voor zichzelf, maar ze probeert het niet meer voor mij en Chantal te verbergen. Zoals nu, bijvoorbeeld, heeft ze zich niet omgekleed voor het ontbijt.
Anne’s luier is alleen zichtbaar voor de mensen die er vanaf weten, want haar donkere pyjamabroek verhult het meeste wel. Het gekraak is natuurlijk een ander verhaal. Dat verraadt een hoop. Maar goed, het heeft ook weinig zin voor Anne om zich om te kleden. Na het ontbijt gaat ze meestal nog een uurtje huiswerk maken, voordat ze weer in bed kruipt. Ze slaapt net zo graag uit als ik, wat dat betreft.

“Was het nog gezellig gisteravond?”, vraag ik met oprechte belangstelling.

Anne kijkt slaperig op van haar boterham met pindakaas.

“Ja, het was wel gezellig. Maar ik had het niet zo laat moeten maken. Ik ben doodmoe en moet nog de hele dag aan een project werken”, bromt ze hardop.

“Ben maar blij dat je geen avondje bent gaan stappen”, grap ik. “Dan ben je er ’s morgens nog wel eens erger aan toe.”

“Daar mag ik nog ruim drie jaar op wachten”, reageert Anne droog. “En het is niet alsof ik daar nou echt naar uitkijk. Dronken worden is stom.”

“Gelijk heb je”, zeg ik onschuldig. Stiekem denk ik op dat moment terug aan de laatste keer dat ik zelf goed dronken ben geweest. Het was de avond voor de dood van Marnix en Lisa, toen ik een wild feestje met drie meiden had.

“Begin er inderdaad maar nooit aan”, zucht ik, terwijl ik wat slaap uit mijn ogen wrijf.

“Ja, je zult wel moe zijn. Je hebt niet geslapen, toch?”, vraagt Anne nieuwsgierig.

“Is het zo duidelijk?”, vraag ik quasi-sarcastisch.

“Tsja, de deur van je slaapkamer staat open. Ik kon net duidelijk zien dat de rozenblaadjes niet beslapen zijn. Was het de grote avond, gister?”

Ik geef aan Anne toe dat ik van plan was om Chantal gisteravond ten huwelijk te vragen, maar dat het er niet van gekomen is. Natuurlijk vraagt ze zich af waar Chantal op dit moment is. Ik geef eerlijk toe dat ik dat ook niet weet.

“Misschien is ze in haar flatje in slaap gevallen”, probeer ik het onderwerp kleiner te maken dan het is.

“Daar staat toch geen bed meer?”, schiet Anne vol in de roos. “Ben toch eens niet zo slim”, denk ik stilletjes, voordat ik dat beaam.

“Maar er staat wel nog een bank. Chantal is hoogzwanger, dus ze heeft veel rust nodig. Bovendien, jij en ik kunnen toch ook overal slapen?”

Anne knikt.

“Maar toch”, zegt ze op een wijze toon. “Ik snap niet dat je hier nog zit.”

“Hoe bedoel je?”, vraag ik verbaasd. “Het bezoekuur bij Noor is pas vanaf elf.”

“Sukkel”, zucht Anne, voordat ze me de bekende blik toeschiet. “Waarom zit jij hier een beetje droevige koffie te drinken, terwijl je niet weet waar Chantal is?”

“Deze koffie is vers, niet droevig. En ik wil haar liever niet onder druk zetten. Als ze even tijd nodig heeft, dan moet ik haar die toch geven?”, zeg ik, aarzelend.

“Dat is juist het domste dat je kunt doen. Als Chantal twijfelt of jij echt met haar wil trouwen, dan moet je haar dat laten zien. Niet in spanning thuis blijven zitten”, zegt Anne. Ze klinkt een beetje geïrriteerd. Alsof het allemaal zo logisch is, dat ik het al lang had moeten weten.

“Wat zeg je altijd tegen ons?”, vervolgt ze. “Als je iets wilt: ga ervoor!”

Anne heeft gewoon gelijk. Alweer.

Snel sta ik op en zet mijn mok op het aanrecht. “Af en toe is het net alsof ik hier het kind ben”, grap ik, terwijl ik Anne een zoen op haar voorhoofd geef.

“Schiet nou maar gewoon op, anders zijn we wéér een jaar verder. Dat ‘zullen ze/zullen ze niet’ van jullie moet maar eens afgelopen zijn”, zegt ze met een knipoog.

“Gelijk heb je, Lieverd. Maar, één ding”, roep ik vanuit de gang, terwijl ik mijn jas aantrek. “Als je mijn koffie ooit nog eens zielig noemt, dan heb je drie weken huisarrest!”

Niet veel later parkeer ik de auto bij het flatgebouw waar Chantal gewoond heeft. Het staat niet zo ver van Pierre’s oude flat, en ik moet even terugdenken aan wat er vorig jaar allemaal is gebeurd. Ik houd sindsdien niet meer zo van flats.

Gelukkig heb ik mijn sleutelbos bij me, en hoef ik beneden niet aan te bellen. Lang leve de reservesleutel.

Ik hoef maar twee trappen op, om op de eerste verdieping te komen. Dat is maar goed ook, denk ik bij mezelf. Als ik nu al moeite heb met ademhalen, wordt het echt tijd om weer te gaan sporten.

Ik stop bij Chantal’s appartement. Vanaf de overloop kijk ik door het keukenraam naar binnen. Alles ziet er leeg uit, zo zonder meubels. Maar de bank staat er nog, net in de hoek van het stuk dat ik van buitenaf kan zien.

Dan zie ik Chantal’s voeten op de bank liggen. “Mooi”, fluister ik. “De kortste zoektocht ooit.”

Stilletjes ga ik naar binnen, en sluit ik de voordeur. Voorzichtig wandel ik de woonkamer binnen.

Ineens aarzel ik.

Chantal. Ze ligt zo stil.

Dan zie ik het pas; haar voeten zijn met touw aan elkaar gebonden.

Terwijl ik probeer te bedenken hoe dat kan, voel ik ineens een enorme klap op mijn hoofd. De pijn is overweldigend, en alles wordt zwart.
 

Snakebite

Superlid
Peetoom (Hoofdstuk 52)

Hoofdstuk 52: Vendetta

Als ik langzaam weer bij bewustzijn kom, doet mijn hoofd nog steeds pijn. Ik heb geen flauw idee wat er gebeurd is, of hoe lang ik bewusteloos ben geweest.

Ik voel opnieuw een pijnlijke steek in mijn hoofd, en instinctief wil ik er mijn hand op leggen. Maar dat gaat niet. Ik kan mijn handen niet bewegen. Verbaasd voel ik wat mij tegenhoudt. Het zijn handboeien.

Langzaam maar zeker krijg ik mijn zicht terug. Het licht doet nog pijn aan mijn ogen, maar ik ben blij dat ik kan zien waar ik ben. Ik zit rechtop tegen een pilaar in de woonkamer van Chantal. Mijn handen zijn aan de achterkant vastgeboeid.

Waarom die pilaar ooit in de woonkamer is neergezet, snap ik nog steeds niet. De woonkamer is groot, maar het ziet gewoon niet uit. Ik heb er altijd al een hekel aan gehad. Tot vandaag heeft die pilaar nooit een doel gediend, en met hoe hij nu gebruikt wordt ben ik ook al niet zo blij.

Voorzichtig kijk ik om me heen. Chantal ligt nog steeds vastgebonden op de bank. Ze is gekneveld, maar ik kan zien dat ze normaal ademt. Waarschijnlijk slaapt ze overal voorlopig doorheen. Misschien is dat maar goed ook.

Verder kan ik niemand zien. Ik vraag me nog steeds af wat er precies gebeurd is. Maar al snel geef ik dat op. Wie ons ook heeft vastgebonden, zal op een bepaald moment terugkomen, en dan kom ik het snel genoeg te weten. Ik moet me nu focussen op hoe ik hier zo snel mogelijk wegkom.

Mijn telefoon!

Sinds jaar en dag heb ik mijn mobiele telefoon in de binnenzak van mijn jas zitten. Mijn belager heeft misschien niet eens gemerkt dat ik hem bij me heb. Met mijn bovenarm sla ik zachtjes tegen mijn borst om te voelen of de telefoon er nog tussen zit. Gelukkig, hij is nog op zijn plek.

Ik probeer om recht te gaan staan, maar dat gaat geboeid niet zo gemakkelijk. Bovendien krijg ik een nieuwe pijnscheut in mijn hoofd, zodra ik overeind sta.

Mijn pijnlijke kreet moet goed te horen zijn geweest, want vrijwel direct loopt onze belager de woonkamer in.

“Goeiemorgen, Doornroosje”, zegt Pierre sarcastich, terwijl hij vlak voor me komt staan. “Ik heb koffie voor je gezet, maar het is een beetje zinloos om je die te geven, terwijl je er zo bijzit, niet?”

“Smeerlap”, kreun ik. Eerlijk gezegd weet ik niet wat meer pijn doet; mijn hoofd of de realisatie dat Pierre alweer degene is die me te grazen heeft genomen.

“Rustig aan, vriend”, zegt Pierre, overdreven vrolijk. “Jij bent degene die onze deal verbroken heeft, niet ik. Het is nu vrij spel voor iedereen.”

“Wat klets je nou, man? Ik heb helemaal niets gedaan”, reageer ik verbaasd. “De deal was dat ik niet achter jou aan zou komen en dat jij Anne met rust zou laten.”

“De deal was dat jij ermee zou stoppen om je neus in mijn zaken te steken. En Marnix zijn logboeken zijn dat ook. AL zijn logboeken. Voel je al waar ik heen wil?”, verklaart Pierre, enigszins triomfantelijk.

“Je had dat nieuwe logboek braaf moeten weggooien, Rick. Dat je dat risico hebt genomen, met Chantal in deze … staat.”

“Ik heb dat boek niet eens gelezen, man. Is dat nou echt waar je dit allemaal om doet? Wat ben jij een held, zeg”, breng ik vermoeid uit. Vrijwel direct erna zak ik weer op de grond. De pijn is teveel.

“Ja, ik heb je goed te pakken gehad. Maar het is dan ook je eigen schuld. Nu raak je alles kwijt. Chantal, Anne, Noor, MIJN dochter”, ratelt Pierre verder. “En het mooiste van allemaal? Jij gaat er zelf als laatste aan. Ik zou je nooit het plezier afnemen van het zien sterven van de mensen die je liefhebt.”

“En dat allemaal vanwege een stom dagboek? Waarom vertel je me niet gewoon waar het echt om draait”, redeneer ik.

Wat Pierre niet in de gaten heeft gehad, is dat ik vlak voor ik in elkaar zakte, mijn jas over mijn schouders heb kunnen werken. De mazzel is dat de pilaar waaraan ik geboeid ben redelijk dun is. Hierdoor kan ik met mijn handen bij mijn jas komen, zonder dat Pierre het ziet.

Voorzichtig beweeg ik mijn vingers naar mijn mobiele telefoon. Met een paar snelle bewegingen weet ik Merel te bellen. Ik wist dat het zich ooit zou uitbetalen om de sneltoetsen in te stellen.

Heel zacht kan ik horen hoe Merel de oproep aanneemt, en ik hoop maar dat het zacht genoeg is om Pierre niet te bereiken.

“KOM PIERRE”, zeg ik zo hard als ik kan, zonder dat het Pierre als vreemd overkomt. Menig persoon zou behoorlijk kwaad worden in deze situatie.

“Dus jij zou, voor een LOGBOEK, inbreken in CHANTAL’s FLAT, haar ONTVOEREN, en daarna iedereen OMBRENGEN? Dat geloof je toch zelf niet. Anders heb je echt HULP nodig, man”, probeer ik de boodschap over te brengen.

Ik hoor dat Merel de verbinding heeft verbroken. Even vloek ik van binnen. Zou ze het hebben meegekregen? Ik krijg geen nieuwe kans, want Pierre pakt een stoel en komt recht voor me zitten.

“Nee, Rick, ik heb geen HULP nodig”, imiteert hij me sarcastisch. “Om te beginnen, er zijn hier maar buren aan één kant. Maar, daar zul je geen last meer van hebben.”

Een rilling loopt over mijn rug. De buren zijn een oud, vriendelijk echtpaar, met veel kleinkinderen. Hij zou ze toch niet echt vermoord hebben?
Wat klets ik, Pierre is tot alles in staat. Dat bewijst hij nu wel weer.

“Ten tweede is dit niets anders dan wat jullie verdiend hebben. Jij en die hele klotefamilie van je!”

“Wat bedoel je nou, man?” Ik snap er echt niets meer van.

“Dit, beste Rick, is het moment waar ik, en MIJN familie, al jarenlang op wachten”, verklaart Pierre. “Het einde van de vendetta. Maar daar weet jij natuurlijk niets vanaf. Dat is ook de enige reden dat jij de laatste van je familie bent, die nog leeft. Voor zolang dat duurt.”

“Ik snap niet waar je het over hebt. Bovendien vergeet je een paar mensen.” Ik probeer hem zover te krijgen dat hij eindelijk alles uitlegt. En ik krijg mijn zin.

Pierre begint te vertellen. En als hij klaar is, wou ik dat ik het nooit te weten was gekomen.

Pierre heet niet echt Pierre. Zijn werkelijke naam is Piëtro, maar deze heeft hij veranderd in Pierre toen hij in Nederland kwam wonen. Zijn familie heeft altijd in Italië gewoond. Op het moment dat hij me dat vertelde, begon er al het één en ander te dagen.

Mijn vader, Ed, die, net als Marnix, altijd bij de politie heeft gewerkt, heeft een tijdlang in Italië gewoond. Ik weet dat het iets met een onderzoek te maken had, maar ik was toen nog veel te jong om precies te weten hoe alles in elkaar zat.

Pierre legt me nu uit dat het onderzoek draaide om zijn familie. Pierre’s vader was het hoofd van een grote crimi-familie. Mijn vader’s onderzoek had als doel om Pierre’s vader, Luca, voorgoed achter de tralies te krijgen.
Luca, die voelde hoe de strop zich om zijn nek begon te sluiten, besloot te vluchten. Hij liet zijn vrouw en zoon, Pierre dus, achter. De vrouw van Luca werd aangehouden en door mijn vader als getuige gehoord. Hier ontstond een band, die uiteindelijk tot een affaire heeft geleid.

En tot mijn halfbroer, Tom.

Het onderzoek bleek uiteindelijk succesvol, en Luca verdween achter de tralies. Toen mijn vader duidelijk maakte dat hij terug naar Nederland zou gaan, was het hart van de vrouw gebroken. Vol schaamte gaf ze mijn vader Tom mee. Blijkbaar heeft ze niet veel later zelfmoord gepleegd. De kleine Pierre is toen alleen achtergebleven. Als enige erfenis van zijn vader had hij de criminelen die ooit lid waren van Luca’s bende. Geen wonder dat hij is zo is geworden.

Mijn vader heeft, eenmaal in Nederland, Tom achtergelaten bij een weeshuis. Blijkbaar wilde hij ook de schaamte niet over zich afroepen.

“Zie je het nu, Rick?”, vraagt Pierre rethorisch. “Dit is een confrontatie die al jaren in de maak is. Tientallen jaren!”
“Bull”, reageer ik. Mijn hoofd draait. Zowel van de onthullingen, als de pijn. “Wat kan ik doen aan het gedrag van mijn vader? Of Marnix? Tom? ANNE?”

“Bloed laat bloed niet vallen, toch?”, citeert Pierre de lijfspreuk van Marnix. “In Italië doen we de dingen nu eenmaal anders, Rick. Daar hebben we nog de trots om problemen helemaal op te lossen. Het heeft misschien even geduurd, maar nu is het einde nabij.”

“Hoe bedoel je?”, vraag ik, dit keer wel serieus bang voor wat Pierre in petto heeft.
“Je moeder en vader? Afgehandeld. Marnix en zijn vrouw? Afgehandeld. Tom? Daar is ook al lang mee afgerekend”, somt Pierre op. “Dat laat jou en je kinderen over”, concludeert Pierre. “En HAAR natuurlijk!” Hij wijst naar Chantal, die nog steeds buiten westen op de bank ligt.

Dan haalt Pierre een pistool uit zijn riem.
“Doe normaal, man!”, schreeuw ik. “Ze draagt je kind! Dat is JOUW bloed!”

“Dat kind zal nooit van mij zijn. Dat kind is niets dan schaamte”, zucht Pierre, geïrriteerd. “Jouw familie is dit alles ooit begonnen met een kind. Nu zal het daarmee eindigen.”

Pierre richt zijn pistool op Chantal.

Ik schreeuw dat hij het niet moet doen.

Ik smeek, ik bedel, ik probeer alles.

Maar toch klonk er een schot.
 

Snakebite

Superlid
Peetoom (Hoofdstuk 53)

Hoofdstuk 53: De Ontsnapping

Vanaf het moment dat Pierre zijn pistool op Chantal richtte en ik alles probeerde om hem tegen te houden, liep alles erg snel op.

Het schot kwam niet vanuit Pierre’s pistool.

Blijkbaar heeft mijn poging om Merel te bellen toch gewerkt, want zij is degene die op dat moment in de hal staat. Hoe ze aan een pistool is gekomen, weet ik ook niet, maar ze heeft het goed gebruikt.

Vanuit de hal richt ze het op Pierre, en haalt de trekker over. Een enorme knal klinkt door het flatje. Omdat vrijwel alles leeg is, galmt het bovendien hard na. Het lawaai verergert de pijn in mijn hoofd, en ik krimp even in elkaar.

Maar Merel’s schot heeft zijn doel gemist. Ik weet niet of Pierre op het allerlaatste moment iets in de gaten heeft gehad, maar hij draaide zich in Merel’s richting. De kogel boort zich in zijn rechterschouder.

De enige mazzel die daarmee gepaard gaat, is dat hij het pistool met die hand vasthad. Terwijl Pierre met zijn andere arm naar de gewonde schouder grijpt, valt zijn pistool op de vloer.

Geschrokken kijkt Pierre naar Merel. Zijn blik is heel apart. Misschien realiseert hij zich, dat ondanks alles, het spel nu echt uit is.

Merel, die totaal niet overdonderd lijkt door de hele situatie, loopt vastberaden naar Pierre toe en verkoopt hem een stevige rechtse hoek. Pierre is echt totaal verrast door het feit dat Merel binnen is weten te komen.

De klap wordt Pierre even teveel, en hij zakt op zijn knieën.

Merel is altijd al een stoere vrouw geweest, maar ik had nooit kunnen dromen dat ze zelfs in deze situatie zo kalm en sterk zou blijven. Zelfs ik kon wel janken op sommige momenten.

“Stom kreng”, scheldt Pierre, terwijl hij zijn bloedende schouder vasthoudt.

“Het is voorbij, Pierre. Accepteer het!”, schreeuwt ze koeltjes.

Merel komt naast me staan, en ziet dat ik aan de pilaar ben vastgeboeid.

“Waar is de sleutel?”, vraagt ze Pierre streng.

“Zoek het uit, gestoord wijf”, reageert Pierre. Hem kennende had hij die kogel liever tussen zijn ogen gehad, dan dat hij ons nu zou helpen.

Ineens worden we afgeleid door zacht gemompel. Het komt van de bank af.

Chantal is wakker!

“Help haar. Snel, maak haar los”, zeg ik tegen Merel, die daar meteen gehoor aan geeft.
Snel maakt ze Chantal’s handen en voeten los. Chantal trekt zelf meteen de tape van haar mond.

“Wat gebeurt er? Hoe kom ik hier?!”, vraagt ze, doodsbang.

“Ach, de Schone Slaapster is ook wakker”, reageert Pierre sarcastisch. “Ik had je toch iets meer slaaptabletten moeten geven.”

Chantal kijkt verschrikt naar Pierre. Het is duidelijk dat ze hem nog niet gezien had. Blijkbaar heeft Pierre haar al van bij ons thuis meegenomen.

Terwijl Merel Chantal overeind helpt, en ik probeer te begrijpen hoe Pierre dit allemaal precies voor elkaar heeft gekregen, ziet Pierre zijn kans schoon.

Snel duikt hij over de vloer naar het pistool dat hij eerder heeft laten vallen.

Ik bedenk me geen moment, en als een soort reflex laat ik me helemaal achterover zakken. Op deze manier kan ik mijn benen hoger bewegen.

Begeleid met een pijnlijke schreeuw geef ik Pierre een schop tegen zijn gewonde schouder. Hij ziet het niet aankomen en schrikt van de pijn.

Merel, gealarmeerd door mijn schreeuw, ziet dan wat er gebeurd en stapt koeltjes op ons af. Mijn schop heeft Pierre vertraagd, maar hij probeert nog altijd zijn pistool te pakken.
Heel kalm gaat Merel er tussenin staan en richt haar eigen pistool op Pierre’s hoofd.

“Niet doen, Merel!”, roep ik, tot mijn eigen verbazing. “Ik gun hem het leven ook niet, maar liever zie ik hem de rest van zijn jaren boeten voor wat hij heeft gedaan.”

Hierdoor twijfelt Merel een seconde. Maar net als het lijkt dat ze heeft besloten om mij te negeren, doet Pierre een laatste poging. Hij springt omhoog, met zijn hoofd gericht op Merel’s buik. Blijkbaar heeft hij nog genoeg kracht, want Merel wordt hard tegen de muur geduwd.

Pierre maakt gebruik van zijn momentum en grijpt zijn pistool van de vloer. Terwijl hij zijn weg naar de voordeur baant, schiet hij tweemaal blind in het rond. Ik hoor Chantal gillen, terwijl een kogel zich door het raam boort.

“Verdomme”, gromt Merel, terwijl ze opstaat en Pierre achterna rent.

Ik zie hoe Chantal naar haar buik grijpt. “Gaat het?”, vraag ik bezorgd. “Nee”, schudt ze. “Het gaat helemaal niet goed.”

Ik zie hoe de tranen langzaam over haar wangen rollen, en ik wil niets liever dan haar troosten. Maar ik zit nog steeds aan die verdomde pilaar vast. Het eerste dat ik doe als dit voorbij is, is dat rotding afbreken.

“Houd vol, Lieverd”, probeer ik Chantal te kalmeren. “Het is bijna voorbij, oké?”

Op dat moment komt Merel de flat weer binnengelopen. Haar voorhoofd is bezweet. Ze vertelt dat ze naar beneden is gerend, maar Pierre niet meer heeft kunnen vinden. Er liep een spoor van kleine druppels bloed naar de parkeerplaats, maar daar was hij ook al niet meer.

“Volgens mij hebben we wel mazzel”, zegt Merel terwijl ze naar me toe loopt. “Er lag een sleuteltje op de keukentafel, naast zijn mobiele telefoon.”
We hebben inderdaad mazzel, aangezien het sleuteltje van mijn handboeien blijkt te zijn. Snel ben ik los, en vlieg ik naar Chantal. Ik sla mijn armen om haar heen, en knuffel haar zo stevig als ik kan.

“Ik laat je nooit meer gaan, oké? Nooit meer!”, beloof ik haar plechtig.

“Rick?”, vraagt Chantal, ineens heel zachtjes. “Wat is er, Lieverd?”, vraag ik, alsof er een zinnig antwoord te geven valt. Maar al heel snel heb ik in de gaten wat Chantal bedoelt.

“Mijn vliezen zijn gebroken”, snikt Chantal. “Rick, ik ben bang. Het voelt niet goed.”

In eerste instantie ben ik perplex. Het is net alsof ik heb gezegd, dat ik niet zou weten wat deze situatie nog spannender kan maken, en nu mijn antwoord krijg. Wet van Murphy. Alles dat mis kan gaan, zal ook mis gaan. Story of my life.

“Oké, Chantal”, zeg ik kalm. “We moeten nu rustig blijven. Merel heeft de politie gebeld en ook om een ambulance gevraagd. Zodra die hier is, kan er niets fout gaan, oké? Dan zijn we allemaal in goede handen.”
Chantal knikt. Ze weet dat ik gelijk heb, maar de stress van deze hele situatie begint zijn tol te eisen op haar gemoedstoestand. Het is ook een vreselijke manier om een bevalling in te gaan.

“Rustig blijven ademen; dat is de truc. Gewoon kalm blijven en met me trouwen, oké?”, flap ik dan ineens eruit.
“Wat? Dit is hoe je me kalm probeert te houden? Door me NU ten huwelijk te vragen?”, moppert Chantal. Haar angst zet zich ineens om in onredelijke boosheid. Duidelijk dat de bevalling echt begonnen is.

“Oké, oké. Sorry! Ik kon me even niet beheersen. Let maar niet op mij. We moeten nu kalm blijven voor onze kleine jongen”, probeer ik haar weer te kalmeren.

Het is maar goed dat op dat moment de hulpdiensten aankomen. Als ik mezelf nog één keer versproken had, zou Chantal waarschijnlijk mijn nek hebben gebroken.

“U hoeft zich niet te haasten”, zegt de ambulancebroeder even later tegen me. “Ze is aan het bevallen, maar het zal waarschijnlijk nog even duren voordat het echt zover is.”

Ik knik, en geef aan dat ik rustig zal rijden. Even daarvoor heb ik Merel al gevraagd om met Chantal mee te gaan. Ook al heb ik beloofd dat ik recht achter ze aan zal rijden, ben ik iets anders van plan.
Echt vertrouwen heb ik niet meer in de lokale politie, dus ik ga niet zitten wachten tot zij Pierre eindelijk gevonden hebben. Ik moet zeker weten dat Anne in alle veiligheid bij mij is.

Snel loop ik nog even naar boven om mijn jas te pakken. De agenten zijn nog bezig met het onderzoek. Terwijl ik mijn jas aantrek, hoor ik één van hen iets zeggen dat mijn wereld op zijn kop zet.
“Geen sporen van braak.”

Geen sporen van braak? Hoe is Pierre hier dan binnengekomen? En Merel?

Dan valt alles op zijn plaats.

Zij is degene die Pierre van alles op de hoogte heeft gehouden. Zij wist van het nieuwe logboek. Het verklaart alles. Het gemiste schot, dat Pierre heeft kunnen ontsnappen, hoe ze hier wist binnen te komen.

“Godver…, het was Merel!”, roep ik kwaad, terwijl ik zo snel als ik kan naar mijn auto ren.
 

Snakebite

Superlid
Peetoom (Hoofdstuk 54)

Hoofdstuk 54: Vaderdag II

De avond begint in te vallen, op het moment dat ik de auto start. Er spookt nu echt vanalles door mijn hoofd.

Aan de ene kant kan ik het niet geloven. Merel die al die tijd samen heeft gewerkt met Pierre? Maar het lijkt niet anders te kunnen.
Hoe anders heeft Merel de flat van Chantal zo onopgemerkt kunnen binnenkomen? Hoe anders kon Pierre zo snel weten over het laatste logboek dat ik heb gevonden. Merel stond direct achter me toen ik het vond.

Ineens voel ik me de stomste persoon op de wereld.

Ik heb Merel zelf verteld dat ik Pierre ging opzoeken in op het politiebureau! Hij wist dat ik zou komen. En dat ik op zijn aanwijzing naar het huis van Tom zou gaan. Merel wist alles wat ik ging doen. Ik heb het haar allemaal vooraf verteld. Want dan kon ze even op de honden letten. Of Anne een beetje in de gaten houden.

“Verdomme”, zucht ik. “Ik heb het allemaal zelf gedaan.”

Het kan niet anders; Merel heeft de boel al die tijd belazerd. Alle puzzelstukjes zijn op hun plaats gevallen.
De klap op mijn hoofd speelt me nog steeds parten. Even zie ik dubbel. Ik besef dat ik een moment moet kalmeren. Anders kan het fout gaan.
Instinctief steek een sigaret aan en inhaleer diep. Ik voel hoe mijn lichaam zich ontspant. Net als ik me goed genoeg voel om weg te rijden, wordt er op het autoraampje geklopt.

Het is Jim!

De politieagent die voor mij geregeld heeft dat ik Pierre kon opzoeken op het politiebureau. Hij had ooit met Marnix samengewerkt en mij daarom dat plezier gedaan. Maar mijn uitbarsting is hem toen op een schorsing komen te staan.

“Zal ik rijden?”, zegt hij met een knipoog, nadat ik het portier geopend heb.

“Ik dacht dat ze je geschorst hadden”, zeg ik verbaasd. Jim legt uit dat dat inderdaad zo is geweest, maar vanwege zijn staat van dienst was de schorsing maar kort.

Dat aanbod laat ik me geen twee keer doen, en snel stap ik in zijn politiewagen. Ik geef hem aan waar ik Merel van verdenk. En dat ze nu met Chantal mee naar het ziekenhuis is.

“Oké, ik zal het via de porto doorgeven. Maar ik zou me geen zorgen maken. Ze laten waarschijnlijk toch niemand bij Chantal. Er is volgens mij al politie op weg naar het ziekenhuis”, probeert Jim mij gerust te stellen.

“Vind je het heel erg als ik zeg dat ik me daardoor niet echt zekerder voel?”, zeg ik sarcastisch.
“Nee, ik zou precies hetzelfde denken in jouw situatie”, geeft Jim toe. “Maar goed, we gaan eerst Anne ophalen. Tot Pierre terecht is, wil ik jullie allemaal veilig op één plek hebben.”

Ik ben blij dat Jim er zo over denkt. Zelf zou ik het niet anders willen. Als ik mijn meiden allemaal bij elkaar heb, dan kan ik ze makkelijker beschermen.

Het duurt niet zo lang totdat we de straat inrijden waar we wonen. Maar zodra we ons huis naderen, slaat me de schrik om het hart.
“Jim”, zeg ik met een angstige toon in mijn stem. “Daar staat de auto van Pierre.”

Ik wijs naar de BMW waar ik Pierre mee heb zien rijden, toen ik hem opzocht in zijn hotel. Het nummerbord begint met DL, wat in mijn gedachten al snel D_ROP L_UL werd. Toen kon ik er nog om grinniken, maar nu denk ik maar aan één ding.

Anne.

Jim parkeert de auto uit het zicht. Als Pierre binnen is, kan hij ons niet zien uitstappen. Jim vraagt nog snel om versterking, voordat we naar het huis lopen.
“Ik neem aan dat het weinig zin heeft om tegen jou te zeggen dat je hier moet blijven?”, vraagt Jim retorisch. Ik knik. “Prima, zijn er wapens in huis?”
“Er ligt een pistool in mijn nachtkastje”, zeg ik eerlijk, terwijl ik me best stom voel. Ik had het dienstwapen van Marnix in de kluis moeten laten liggen.
“Maar ik kan me niet voorstellen dat hij dat zo snel zou vinden.”
“Nou, je zei dat hij al gewapend was, toch?”, fluistert Jim, terwijl hij met de punt van zijn schoen naar een bloedspoor wijst. Ik klop op mijn schouder, om aan te geven dat Pierre daar gewond is geraakt.

Op dat moment begin ik heel even te twijfelen aan mijn theorie over Merel. Dat ze Pierre niet heeft doodgeschoten is nog te verklaren. Maar waarom schoot ze überhaupt op hem? Het is niet helemaal logisch.

Maar dan gaan ineens alle theorieën het raam uit. Uit het niets klinkt er een schot vanuit het huis. De paniek slaat mij om het hart.
“Boven, de achterste slaapkamer!”, roep ik tegen Jim, die de al ingetrapte voordeur aan de kant schuift.

Zo snel als we kunnen, rennen Jim en ik naar boven. Ik werp een snelle blik mijn eigen slaapkamer in, en zie dat het nachtkastje geopend is.

“Anne?!”, roep ik instinctief, zodra ik gehuil hoor. Jim opent voorzichtig de deur naar Anne’s slaapkamer, en dan kunnen we zien wat er gebeurd is.

Pierre ligt op de grond, in een grote plas bloed. Anne zit in een hoekje in elkaar gedoken. Ik kan haar tranen duidelijk zien, evenals bloedspetters op haar gezicht.

Naast Anne ligt het oude dienstpistool van Marnix.

“Het spijt me .. het spijt me zo”, stamelt Anne emotioneel. Ik ga op mijn knieën naast haar zitten en pak haar stevig vast.

“Rustig maar”, fluister ik. “Het is voorbij, meid. Het is nu echt voorbij.”

Even draai ik mijn hoofd in de richting van Jim. Hij is naast Pierre neergeknield, en heeft via de porto doorgegeven wat er gebeurd is. Hij bevestigt dat Pierre niet meer leeft.
“Kom, je moet hier weg”, zeg ik, terwijl ik Anne optil. Als een klein meisje slaat ze haar armen om mij heen. “Alles is nu voorbij, hoor je? Je hoeft niet meer bang te zijn.”

Het duurt niet lang voordat het ook rond ons huis druk is met agenten. Alles wordt afgezet en onderzocht. Anne kan met moeite een korte verklaring geven.
Zelf ben ik intussen beter bij woorden, dankzij wat aspirine die ik aangereikt heb gekregen van een ambulancebroeder. Ik kan enkele van de agenten een sluitende verklaring geven over alles wat er vandaag gebeurd is.

Natuurlijk geef ik ook aan waar ik Merel van verdenk. De agenten nemen de theorie hoog op en vragen direct om een huiszoekingsbevel. Binnen enkele minuten kunnen ze het huis van Merel binnen.
Zonder te weten of dat mag, loop ik achter de agenten aan het huis binnen. Het duurt niet lang, voordat ik mijn theorie bevestigd zie.

In één van de slaapkamers vind ik alle logboeken van Marnix. Niet alleen degene die ik Merel geleend heb, maar ook degene die zogenaamd zijn gestolen. Ook hangt er een groot whiteboard in de kamer, waarop allerlei dingen over mij en Chantal staan. Waaronder de tijden waarop we vandaag het huis verlaten hebben.

De woorden “NIEUW LOGBOEK” staan bij de zaken van gister en zijn een paar keer met een andere kleur omcirkeld.

Het was dus echt Merel. Ik zucht en loop weer naar buiten. Ik heb genoeg gezien. Anne is kort onderzocht door de ambulancebroeders, maar gelukkig heeft ze geen fysieke verwondingen opgelopen.

“Maar mentaal heeft ze een zware klap gehad”, zegt één van de broeders. Vast de slimmere van de twee. Alsof ik dat zelf nog niet had bedacht. Maar goed, er is nu geen tijd voor sarcasme.
“Kunnen wij hier nu weg?”, vraag ik aan Jim. “Ik word zometeen vader en daar wil ik graag bij zijn.”
“Wa .. vader? ALWEER?”, reageert Jim verbaasd. “Dat had ik dus niet meegekregen. Kom, we gaan direct.”

Niet veel later komen Anne en ik aan in het ziekenhuis. Jim controleert bij de andere agenten of Merel gezien is. Ze is blijkbaar wel in het ziekenhuis aangekomen, maar niemand heeft haar nog gezien.
Onderweg naar het ziekenhuis heb ik Max en Roos nog gebeld en gevraagd om ook te komen. Ik laat Anne bij hen in de wachtkamer, wetende dat ze eindelijk veilig is.

Het duurt niet lang voordat Chantal bevallen is. Binnen een kwartier nadat ik de kamer binnenkwam, was het zover. Dankzij de verdoving heeft Chantal gelukkig niet heel veel pijn gehad. Maar alle pijn die er was, verdween zodra de baby eenmaal geboren was.

“Gefeliciteerd”, zegt de verloskundige blij. “U heeft een dochter!”

Ik kijk Chantal dolgelukkig aan, en zoen haar liefdevol. Pas dan dringt het tot me door.

“Een dochter? Bij de echo zeiden ze nog dat het een jongetje zou worden”, vraag ik verbaasd. “Ach, meneer, zelfs in een ziekenhuis kan nog wel eens iets fout gaan”, antwoordt de verloskundige luchtig, terwijl ze de kleine meid aan Chantal geeft.

Het kleintje is zo mooi. Nou ja, voor zover dat kan als iets onder bloed en slijm zit, natuurlijk. Voorzichtig pak ik haar handje, en voor ik het weet sluiten haar vingers zich om één van de mijne.

“Geloof me, dokter”, zeg ik vertederd. “Er is hier helemaal niets fout aan. Ze is perfect.”
 

AnneT

This is who i am
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Whooow, zo'n confrontatie heb ik absoluut niet verwacht. Wat een paar heftige hoofdstukken!
Goed bezig Snakebite!
 

Abbjornnl

Wees jezelf ongeacht wat andere ervan zeggen
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Om een lange reactie kort te maken: geweldig.

Weer een aantal fantastische hoofdstukken en een onverwachte confrontatie.
 

Snakebite

Superlid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

AnneT zei:
Whooow, zo'n confrontatie heb ik absoluut niet verwacht. Wat een paar heftige hoofdstukken!
Goed bezig Snakebite!
Altijd eindigen op een sterke noot, toch? De laatste hoofdstukken in een serie horen altijd wat spannender te zijn; het moment waarop de verhaallijnen bij elkaar komen. :) Maar, ik ben wel blij dat ik er ook deze keer weer een onverwachte draai aan heb kunnen geven! ^-^

Luier 86 zei:
thriller, maar weer mieters werk. spanning ten top.
Thanks, goed om te horen! :)

silverbaby zei:
Om een lange reactie kort te maken: geweldig.

Weer een aantal fantastische hoofdstukken en een onverwachte confrontatie.
Thanks, ik ben benieuwd hoe de epiloog zal bevallen. :)

Zonnetje100 zei:
Wauw, wat een hoofdstukken weer, echt geweldig! :)
Dankjewel! Blij dat ook jij er weer van hebt kunnen genieten. ^-^
 

Luier 86

Superlid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

kijk uit naar je epiloog ;) maar mijn geduld is eindeloos, dus neem de tijd, nogmaals geweldige wendingen, zag deze niet aankomen maar wel logisch.
 
Bovenaan