Hoofdstuk 77: De Waarheid III
Een half uur later stap ik fris onder de douche vandaan. Eenmaal afgedroogd gebruik ik mijn handdoek om de spiegel droog te wrijven. Ik staar even naar mijn reflectie. Mijn haren zijn weer kort en de baard is weg. De oude Rick begint langzaam terug te komen.
Ik kan het niet laten om me om te draaien. Voor het eerst kan ik de littekens op mijn rug zien. Voor ik het goed en wel doorheb, zie ik flitsen van mijn tijd in de loods. Alles komt terug. De duisternis, de honger, de angst. De pijn.
Ineens zit ik op de grond naar adem te happen. Het duurt even voor ik weer grip op mijn ademhaling krijg en de aanval weg kan puffen. Ik weiger om nog meer van tijd op te geven aan die eikels. Ze hebben me al veel te veel afgepakt. Anne is zo groot geworden. Zo volwassen..
Ik verman me en trek mijzelf overeind. Rustig, maar vastbesloten, kleed ik me aan. Voor ik naar buiten stap, zet ik mijn beste glimlach op en bereid ik me voor om de positieve Rick uit te hangen. Iets dat normaal gesproken gedoemd zou zijn om te mislukken..
Als ik beneden aankom, zie ik dat Suki en de meiden buiten zijn. Een nieuwe mok met koffie staat op de keukentafel te wachten. Ben ik daadwerkelijk zo doorzichtig? Ach, wel zo makkelijk voor de mensen om mij heen.
Ik loop naar buiten en ga bij Suki staan. “Dankjewel voor de koffie”, zeg ik beleefd. “Is het een speciale blend, ofzo? Hij smaakt zo goed.”
Ze kijkt me geamuseerd aan. “Caffeïnevrij”, lacht ze, voordat ze naar binnen loopt. Mijn maag draait zich zes keer om. “Dat is heiligschennis!”, roep ik haar na.
Er wordt iets in het Japans teruggeroepen, maar ik heb de laatste tijd nu eenmaal te weinig DuoLingo gespeeld om dat te kunnen verstaan.
Anne en Eva zitten op de grond, tegenover elkaar. Anne probeert een spelletje met een bal te spelen, maar Eva blijft stoïcijns voor zich uitstaren. Al lijkt het alsof ze iets meer oogcontact zoekt. Ik kan er mijn vinger niet op leggen, maar de aanwezigheid van Anne doet haar goed.
“Knap van je dat je haar naar beneden hebt gekregen”, zeg ik, terwijl ik naast ze hurk en mijn mok non-koffie leeggiet over het gazon.
Anne glimlacht. “Ja, fris omgekleed, weer helemaal droog en ze heeft zelfs een paar stukjes van mijn boterham gegeten. Goed, hè?”
Ik ben oprecht onder de indruk.
“Chantal zal wel blij zijn met jou. Zo te horen heeft ze veel aan je gehad als het op Joni aankomt. Met Noor was je nooit zo behulpzaam, hoor! Joni heeft je veranderd..”
“Nee, dat valt wel mee. Ik had niks met kinderen. Althans, niet tot Mick kwam”, zegt Anne, terwijl ze de bal zachtjes in de richting van Eva rolt.
“Mick? Is dat je nieuwe vriendje? Oh, ik kan je niet zeggen hoe blij ik ben dat je eindelijk van die mafketel van een Bram genezen bent. Wat een w..”
“Shit..”
“Wat bedoel je?”, vraag ik verbaasd. Was ik te hard over Bram? Het is niet alsof ze zelf nou altijd zijn grootste fan was. Die twee waren meer samen uit gemak, dan uit liefde.
Anne kijkt me aan. Een moeilijke blik.
“Zeg het nou maar gewoon, Anne. Ik maak mijzelf geen illusies. De dingen zullen hier echt niet meer hetzelfde zijn als de laatste keer dat ik hier was.”
“Dat kun je wel zeggen, ja.”
Ik leun en ga op het gras zitten. Van binnen probeer ik mijzelf voor te bereiden op wat er gaat komen.
“Je hebt een zoon, Rick”, zegt Anne zachtjes en duidelijk tegelijk.
“Wat? Is Noor trans?”, brabbel ik met een – ongetwijfeld – verstomde blik. “Niet dat het een probleem is, hoor. Naja, Joni is te jong. Dus het moet Noor wel zijn. Jeetje, die zag ik niet aankomen.”
“Nee, pannenkoek. Mick is je zoon. Hij is geboren toen jij al weg was.”
“Dat kan niet. Chantal was amper bevallen van Joni. Onmogelijk dat ze toen alweer zwanger was”, beweer ik stellig, terwijl ik ergens in mijn hoofd zit te rekenen met cycli.
“Niet Chantal”, zucht Anne. Ergens zie ik pretoogjes branden achter die belerende blik. “Ken je juf Ellen nog? Nijmegen? Jij met je witte konijn?”
Alsof ik door de bliksem wordt getroffen. “Holy..”
“..crap, ja. Ik weet het. Dat zei ik toen ook”, maakt Anne mijn zin af. “Ik ben de enige die het weet. Die de hele waarheid kent. Afgezien van Max en Roos natuurlijk, maar dat is logisch.”
Mijn hemel, wat een nachtmerrie. Nou, ja, nachtmerrie. Max en Roos als grootouders van mijn kind is natuurlijk geen ramp. Maar Ellen? Een zoon? By boogity, dat komt binnen.
“Chantal..?”, stamel ik.
“Marnix en Chantal weten van niks. Zelfs Noor niet. De enige met wie ik erover heb gepraat is Bram”, vertelt Anne.
“BRAM?! Oh, Anne, serieus? Nog steeds?”
“Denk je echt dat Bram je prioriteit moet hebben, met het nieuws dat je zojuist gekregen hebt?”, reageert ze brutaal.
Het liefst zou ik voet bij stuk houden, maar dit is misschien het enige geval waarbij ik Bram niet als het grootste probleem moet zien.
“En er is nog iets..”, begint Anne voorzichtig.
“Oh, kom op. Zeg me niet dat jullie verloofd zijn, of dat je zwanger van hem bent, want ik knoop hem op.”
“Grappig. Zoiets zij Max ook over jou, toen hij ontdekte dat je Ellen zwanger had gemaakt.”
Op de één of andere manier weet ik mijzelf ook in mijn afwezigheid dusdanig in de nesten te werken, dat zelfs pubers discussies van me gaan winnen. Toch wel een puntje voor de toekomst.
“Nee, ik ben niet zwanger of verloofd, Rick.”
“Is het een SOA?”
“RICK! Hou nou op, die jongen heeft je nooit iets gedaan.” Toch zie ik hem als een terugkerend probleem. Een beetje als syfilis.
“Vertel me dan gewoon wat ik gemist heb. Zo erg kan het toch niet zijn?”
Anne rolt met haar ogen. Alles aan haar straalt een ‘ik heb je net verteld dat je een zoon hebt en dat was het voorgerecht’-energie uit.
“Chantal en Marnix zijn getrouwd.”
Ik kijk Anne serieus aan en barst dan in lachen uit. Ze is goed, maar hier trap ik niet in. Het is maar goed dat ik de non-koffie al weg heb geschud, want dit was een regelrechte spittake geweest.
“Rick.. ik meen het. Ik vind het ook helemaal niets, maar het is de waarheid. Chantal en Marnix zijn getrouwd. Ongeveer een jaar geleden. Ze hebben elkaar gevonden in hun verdriet, of iets van die orde van b*llsh*t.”
Ik schud mijn hoofd. “Nee, dat kan niet.”
“Ze dachten dat je er niet meer was. Wij allemaal! En als er iemand is die ons geleerd heeft dat we het leven moeten LEVEN, dan was jij het wel. Ja, je was de liefde van haar leven. Maar jij was er niet meer en zij koos ervoor om door te gaan.”
De caffeïnevrije koffie was een slecht voorteken. Het is alsof al mijn nachtmerries uit zijn gekomen. Ik sta resoluut op. Dit stopt nu. Anne snapt wat ik van plan ben, staat ook op en grijpt me bij een arm.
“Niet doen! Noor is thuis en Joni waarschijnlijk ook. En als Marnix gedronken heeft.. dit kan alleen maar fout gaan, Rick. Pap, je kunt niet terug. Niet op deze manier!”
Ik draai me terug naar Anne. Dat ene woordje snijdt dwars door mijn ziel. Anne omhelst me. Niet voor het eerst is zij de sterkere van ons twee.
“Het komt goed, Pap. Je moet het alleen goed aanpakken.”
“Pap..”, klinkt het opeens naast ons.
Verbaasd kijken Anne en ik tegelijk richting Eva. Het meisje heeft de bal vast en staart ernaar alsof het magische krachten heeft.
“Pap..?”