“'Pissebed' in Thailand, deel 19”
Een week gaat voorbij. Pichan plast elke nacht in bed, en ik ook. 's Morgens komt de jongen vaak even door de tussendeur naar mijn eigen kamer voor een gezellig praatje. Soms ben ik al op, maar meestal lig ik nog in bed, lees iets of luister naar muziek op m'n telefoon.
Pichan's luierbroekje onder het plasticbroekje is elke morgen zichtbaar doorweekt, maar meestal plast hij er vrolijk nog een keer in. Ik weet dat hij dat een lekker gevoel vindt. Vaak leidt het tot hoog water onder in zijn plasticbroekje en zie ik het peil stijgen. Speels houdt de jongen soms zijn hand onder het plasticbroekje en laat het klotsen, zodat je de plas langs de binnenkant van het plasticbroekje op en neer ziet golven. Soms plas ook ik, net als vroeger, gemakzuchtig – en ook wel een beetje genietend – met hem mee. Elke morgen hangen er twee natte plasticbroekjes aan het waslijntje op de veranda. Ik doe mijn bijnaam, 'Pissebed', nog altijd eer aan.
Dan Engelse les, zo maar een uurtje, maar vaak langer. We hebben er allebei plezier in. Ik gebruik memory kaartjes, die hij om mag draaien als hij het voorwerp in goed Engels kan benoemen. Op een marktje koop ik een Engelse versie van Trivial Pursuit. Zo'n oude blauwe doos. De meeste antwoorden weet ik zelf ook niet – dit is van voor mijn tijd! – maar het voorlezen helpt en met de blokjes smokkelen we met overgave. Googelen mag, zolang hij het maar in het Engels opzoekt. Het gaat om doen, niet om winnen. Mondeling, praten dus, is belangrijker dan schrijven, ook al doen we dat af en toe ook. En met voorlezen in het Engels is Pichan inmiddels af flink gevorderd in dat dikke boek van James Clavell. Het verhaal heeft hem zo gepakt dat hij het soms uit zichzelf zit te lezen. Maar dan niet hardop, zoals het voor mij moet!
's Middags heb ik vrij en ga er op mijn brommertje op uit. Meestal ga ik gewoon de stad in, bezoek een markt, een tempel, een park of een groot warenhuis. Je kan vanuit Chiang Mai verschillende jungletochten maken. Je kan met een bamboe vlot mee. Zelfs een rit op de rug van een olifant, de bergen in, behoort tot de mogelijkheden.
Dat soort dingen heb ik nog niet gedaan, want daar heb je toch echt een paar dagen voor nodig. En Pichan en ik hebben allebei nog veel te veel plezier in de lessen.
Ik kan er niet zomaar tussenuit gaan, als ik dat al zou willen.
Gisteren na de les verdween de jongen even in zijn kamer, om even later terug te keren op de veranda met zijn groene glansbroekje in zijn hand.
Vragend hield hij het voor mij, en het was me meteen duidelijk wat hij wilde.
Het is nog steeds schoolvakantie, dus heeft hij ook geen gymlessen. Geen geldige reden om het sportbroekje aan te trekken dus.
En dus ook geen mogelijkheid om stiekem na schooltijd in het broekje te plassen.
Even later zat de jongen achterop het brommertje en reden we – op z'n Thais, dus veel te hard en met minachting van elke verkeersregel – naar het park.
Pichan verdween achter een struik en kwam even later terug.
Z'n versleten spijkerbroekje gooide hij naast mij in het gras.
Z'n groene glansbroekje heeft hij aan. Onder het motto 'wat thuis niet kan, doe ik maar in het park'?
“Stop!” gebaar ik.
“You want to pee your pants....? “
Pichan knikt enthousiast.
“Lesson time” zeg ik streng.
“You tell me exactly what you see and feel when you do it! In English!”
“Ok! knikt Pichan, iets minder enthousiast.
Hij plast in het groene broekje.
En ik zie aan zijn gezicht dat hij dat fijn vindt.
Maar in Engelse les heeft hij kennelijk geen zin vandaag, of de opdracht te moeilijk.
Hij kijkt naar zijn broekje, waar inmiddels de plas uit de korte pijpjes stroomt.
“I see green shorts!”
Dat is een begin, maar niet genoeg.
“I feel good!”
Hij begint te lachen en zet zijn benen wat uit elkaar.
Verder komt hij niet met de beschrijving.
Vooruit dan maar!
Zo'n strenge leraar ben ik nou ook weer niet.
Pichan kijkt naar mijn spijkerbroekje, net zo kort en versleten als zijn eigen, dat slordig neer geworpen naast ons in het gras ligt.
“You pee pants too?” moedigt hij mij aan.
“Oh, no way!” zeg ik. “Wat zou Tante wel niet denken!”
“But you like?” vraagt de jongen.
“Just peeing in my plastic pants again, in the morning.” zeg ik.
Als ik toch al nat ben. Net als vroeger.
“I like my plastic pants”, zegt Pichan.
“Me too!” beaam ik.
En erg nuttig voor bedplassers zoals wij.
“I have an idea!” roept de jongen ineens.
Hij pakt zijn telefoon en begint enthousiast te appen.
“I tell Klahan to bring his school gym shorts!”
Zijn vriendje die voor het slaapfeestje komt, moet ook zijn sportbroekje meenemen?
Nog zo'n kort groen glansbroekje?
Voor zover ik weet, plast Klahan alleen maar in zijn bed, net als wij.
En net als zo veel andere tienerjongens.
Maar Pichan heeft kennelijk andere plannen met hem....
“I tell him we play sports in the back yard” lacht hij.
Ja ja, ik zie die vette knipoog wel, die hij me daarbij geeft!
Hij kijkt weer op zijn telefoon.
“Klahan says ok!”
Klahan komt morgen. Het zal mij benieuwen wat Pichan voor hem in petto heeft!
Wordt vervolgd.