Peetoom (TB, ML, TL, WL, NL, GL, VN, BP)

Hoe goed is dit verhaal?

  • 1

    Stemmen: 1 1,4%
  • 2

    Stemmen: 0 0,0%
  • 3

    Stemmen: 1 1,4%
  • 4

    Stemmen: 0 0,0%
  • 5

    Stemmen: 0 0,0%
  • 6

    Stemmen: 0 0,0%
  • 7

    Stemmen: 0 0,0%
  • 8

    Stemmen: 1 1,4%
  • 9

    Stemmen: 10 14,1%
  • 10

    Stemmen: 58 81,7%

  • Totaal stemmers
    71

?????

Beginneling
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

ja idd, we staan na die spoilers echt in spanning te wachten!
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Hoofdstuk 16)

Hoofdstuk 16: Twaalf

Ik lees de brief die ik in mijn handen heb wel drie keer door. Het is de aankondiging van het huisbezoek van de kinderbescherming. Dit onderzoek zal plaatsvinden in het kader van de rechtszaak om de voogdij over Anne en Noor.
De brief is vaag over wanneer het bezoek precies zal zijn. Waarschijnlijk is dit met opzet, zodat je niet in staat bent om vlak van tevoren nog snel alle afwas weg te werken, of, als je zo’n rotzak bent, je kinderen lang genoeg niet te slaan zodat er geen blauwe plekken te zien zijn.
“In de loop van deze week” is het enige dat de brief onthult. Ik kan er niet echt mee zitten. Het huishouden is ver op orde. Bovendien heb ik niets te verbergen. Alsof er ergens op de wereld een huishouden is, zonder poetsvrouw, dat altijd volledig opgeruimd is.
Nee, zoals Chantal ook al zei: ik kan beter eerlijk zijn en een representatief beeld geven van hoe ons gezin momenteel functioneert. Het stomste dat ik kan doen is proberen de kinderbescherming te paaien. Daar kijken ze waarschijnlijk toch zo doorheen.

Terwijl ik de brief wegleg en de krant wil beginnen te lezen, komt Noor vanuit de gang de keuken binnen. “Goedemorgen, jongedame. Was het bed zo lekker warm dat je er niet eerder uit wilde komen?” vraag ik. Ze loopt nog steeds in haar pyjama, terwijl haar schooldag over een half uur al begint.
“Chantal en Anne zijn nog steeds op de badkamer bezig en daar zat ik op te wachten. Anders was ik allang omgekleed, hoor”, zegt ze, enigszins geërgerd. “Rustig maar, het was een grapje. Alsof ik altijd mijn bed uit kan rollen wanneer ik dat moet”, lach ik.
Ik verdwijn met mijn gedachten weer even in de krant, terwijl Noor haar boterhammen smeert en smakelijk verorbert. Halverwege het sportkatern is ze klaar en zet ze haar afwas snel in de afvoer. “Spoel je ze even snel voor, meid? Dan hoef ik straks niet met de beitel de resten van het bord te werken”, vraag ik haar.
Ze knikt, maar dat zie ik niet. Omdat ik geen antwoord krijg, draai ik mijn hoofd haar kant op. Juist op dat moment begint ze voor te spoelen, zodat ik niet hoef door te vragen. Wel valt me ineens iets anders op. Noor heeft een natte plek in haar pyjamabroek, aan de achterkant.
“Noor, heb je niet gezien dat je broek nat is?” vraag ik haar vervolgens. Ze kijkt me eerst compleet verbaasd aan, om vervolgens haar broek te controleren. “Nee, niet weer!” verzucht ze. Mijn vragende blik zegt haar genoeg, en ze legt uit dat het de laatste twee weken vaker is voorgekomen. “Ik denk dat mijn broekjes me te klein geworden zijn”, concludeert ze ten slotte.
Dit zou goed kunnen. Noor is de afgelopen maanden best hard aan het groeien. Ze wordt over een paar dagen alweer twaalf en, hoewel ze voor haar verjaardag toch nog steeds naar de Efteling wil, begint ze echt langzaam volwassen te worden. Laatst zag ik op de verpakking van haar luierbroekjes staan dat ze voor meisjes vanaf 8 jaar zijn. Met twaalf is het dan niet gek dat ze langzaam te klein beginnen te worden.
Ik stel voor dat ik eens zal kijken of ze nog een grotere maat hebben in de supermarkt. “Wat nou als dat niet zo is?” vraagt Noor bezorgd. “Ik denk dat we dan ‘grote-mensen-luiers’ aan het kopen komen, maar dat moet ik eigenlijk aan de dokter vragen”, antwoord ik.
Haar gezicht zegt genoeg; Noor is er niet klaar voor om weer naar de ‘echte’ luiers over te moeten stappen. “Ach, meid, zo erg is het toch niet? Het is alleen maar ’s nachts, dus eigenlijk merk je er niets van”, probeer ik de zaak een beetje te bagatelliseren. “Ja, oké. Maar als ik op scoutingweekend ben kan iedereen het wel duidelijk merken. Met die broekjes niet”, antwoordt Noor. “Ja, maar als je broekjes niet alles meer opnemen, dan hebben ze weinig zin. Dan merken anderen het helemaal, toch?” Noor knikt somber en zucht. Ik geef haar een knuffel. “Komt wel goed, meid. Volgens mij zijn de dames klaar op de badkamer, dus ga je maar snel douchen. Dan kan Chantal je nog op school afzetten.”

Noor verdwijnt naar boven en even later komen Anne en Chantal ook de keuken binnen. Ik heb Chantal gisteravond nog gebeld. Noor stond ineens naast m’n bed om te vertellen dat Anne voor het eerst ongesteld is geworden. Na een kort-maar-krachtig ‘Ga weg!’ van Anne, besefte ik dat ik waarschijnlijk niet de juiste persoon ben om hier met haar over te praten. Gelukkig staat Chantal voor dit soort momenten bij de snelkeuze op mijn telefoon.
Volgens mij heeft het goed gewerkt. Anne ziet er nog wat vermoeid uit, maar van Chantal krijg ik een knipoog. Alles zal waarschijnlijk wel goed zitten. “Ik wil er niet over praten”, zegt Anne kortaf, terwijl ze aan tafel schuift. “Geloof me, lieverd, ik ook niet. Van dat soort vrouwendingen heb ik toch geen verstand”, grap ik.
“Waarvan wel, dan?” daagt Anne me uit. Ergens is het brutaal, maar sinds ze mij en Ellen heeft betrapt in het bed van haar ouders, ben ik al blij met ieder geluid dat ze tegen mij maakt. Het gaat wat dat betreft juist weer wat beter. “Nou, ik heb behoorlijk verstand van koffie en sigaretten. Misschien moet ik maar wat gaan doen in de verslavingszorg”, grap ik. Een klein glimlachje vormt zich op het gezicht van Anne. Goed genoeg, denk ik, voordat ik een vers kopje koffie inschenk.

“Hoe laat ben je trouwens uit vandaag? Dan kom ik je wel ophalen. Kunnen we mooi inkopen doen voor het weekend”, vraag ik Anne. “Ik heb het zevende uur eigenlijk gym, maar Chantal heeft een briefje voor me geschreven. Dus ik ben om twee uur uit. Wat bedoel je eigenlijk? Het weekend?”, vraagt ze oprecht nieuwsgierig.
“Nou, jullie hebben toch een weekend van scouting? Ene Merel heeft me gebeld om te vragen of ik als begeleider mee wil. Gezellig toch?” Opnieuw een glimlach van Anne. “Tenzij je het niet leuk vindt dat je stomme oom daar het hele weekend met jullie rondloopt?” Snel schudt ze haar hoofd; volgens mij vindt ze het echt leuk dat ik meekom.
“Goed, dan haal ik je rond kwart over twee op. Ik ga eerst nog even lunchen met Ellen en dan kun jij Bram nog even stiekem een kusje geven”, grap ik. Bij het horen van Ellen’s naam slaat het gezicht van Anne direct om. Ze is duidelijk geen fan. “Bram is mijn vriendje niet. Bovendien heeft hij dan gewoon les”, bromt ze. “Ach, dat komt vanzelf nog wel een keer. Als je wilt vraag je hem maar mee naar de Efteling volgende week. Dan voel ik me niet zo in de minderheid met jou en je zusje.”
Anne knikt en eet snel haar ontbijt op. Even later is Noor ook klaar voor school en vertrekt het gezelschap. Voor het eerst sinds onze zoen in het vakantiehuisje heb ik weer eens een knuffel van Chantal gekregen. Zowel Chantal als Anne begint eindelijk wat te ontdooien. De koude oorlog lijkt gelukkig wat voorbij. Werd tijd ook, want zelfs Noor en haar eeuwige vrolijkheid kunnen de boel niet constant leuk houden.

Rustig lees ik de krant uit en doe ik de afwas. Het begint me op te vallen dat ik steeds ruimer in mijn tijd begin te zitten. Of ik nu sneller word in het huishouden weet ik niet. Wellicht heb ik teveel tijd voor die zaken ingeruimd. “Ik moet maar eens een hobby gaan zoeken”, zucht ik, terwijl ik nog een sigaretje opsteek en buiten even in de zon ga staan.
Rond het middaguur belt ‘Merel van de scouting’ me terug om te checken of we inderdaad op het weekend meegaan. Ik antwoord bevestigend en stel me beschikbaar als begeleider bij het kamperen. Voor de zekerheid vraag ik even hoe we het bedplassen van Noor het beste aan kunnen pakken. Volgens Merel is er nog een meisje dat daar last van heeft, dus ze zullen haar en Noor samen in een tent plaatsen. Dan is het dragen van een luier of broekje ook geen probleem. Die kunnen ze daar ongezien aantrekken.
Nadat ik met Merel afspreek dat ik op het kampterrein het geld voor Anne en Noor zal betalen, rond ik het gesprek af. De vorige keer dat ik met Merel heb gebeld, staat me nog helder voor ogen. Je moet haar zo snel mogelijk onderbreken, omdat ze anders echt door blijft ratelen over onbelangrijke zaken. Daar heb ik geen tijd voor. Naja. Tijd wel. Zin niet.

Om één uur stap ik een broodjeszaak in het centrum van de stad binnen. Ellen is er al en heeft alvast wat koffie voor ons besteld. Terwijl we de menukaart afspeuren naar het ‘perfecte’ broodje, praten we een beetje over koetjes en kalfjes.

Even later, als onze broodjes geserveerd zijn, wordt het gesprek wat serieuzer. “Hoe ging het bij mijn vader?” vraagt Ellen, terwijl ze een van haar lange, donkere krullen achter haar oor hangt.
Ik wist dat het gesprek met Max ter sprake zou komen, het blijft ten slotte haar vader. Ik werk het stuk broodje in mijn mond weg met een slok koffie. “Het ging best goed. Hij heeft me een hond aangesmeerd”, reageer ik luchtig.
Ellen moet erom lachen. “Typisch mijn vader. Hij blijft me verbazen. Wat was zijn reden?” Ook zelf schiet ik weer in de lach. “Nou, hij vond dat mijn gezin wel een positieve impuls kan gebruiken. Of een puppy dat gaat kunnen zijn, weet ik niet. Maar ze is wel verdomd schattig”, vertel ik, terwijl Ellen met een glimlach luistert.

Langzaam vordert het gesprek in een wat serieuzere richting. “Het is uit met Mark”, zegt ze ineens. Ik herinner me nog de laatste pakjesavond. Ik had een date met Ellen, die uiteindelijk in haar bed eindigde. Het was mijn eerste vrijpartij sinds de dood van Marnix en Lisa, waardoor het veel voor me betekende. Pas na het vrijen vertelde ze me dat ze nog een vriend heeft. Ondanks dat ik hard heb geprobeerd om bij haar weg te blijven, hebben we die avond nog een paar keer over gedaan. De keer dat Anne ons in haar ouders’ bed betrapte, zal ik nooit meer vergeten.

“Definitief?” vraag ik. “Wat is er veranderd, dan?” Ellen glimlacht opnieuw. “Hij heeft een ander meisje”, zucht ze. “Is dat een probleem voor jullie dan? Jij en ik spreken toch ook niet alleen maar af voor een broodje en een potje kaarten?” vervolg ik mijn vragen. “Nee, maar zij zijn echt serieus. Dat zijn wij niet echt”, antwoordt Ellen.
Het verbaast met dat die laatste opmerking mij wat irriteert. Het klopt dat ik geen serieuze toekomst voor me zie met Ellen, maar ik ben niet gewend dat meiden daar hetzelfde over denken als ik. Ik besluit om haar gedachten wat verder te peilen en vraag haar waarom ze dat zegt.
“Vind jij wel dat we iets serieus aan het opbouwen zijn?” vraagt ze. “Het is puur vrijen. Ik zie geen toekomst voor ons. Je hebt tenslotte je eigen gezinnetje nu. Je dochter is niet bepaald gek op me.”

“Anne bedoel je? Noor is altijd blij als ze les van je heeft gehad. Ze vindt het stiekem zelfs jammer dat haar reguliere juf binnenkort weer terugkomt”, antwoord ik, zonder echt antwoord te geven op haar vraag over hoe ik de toekomst zie.
“Dat is lief van d’r. Maar van Anne hoef ik inderdaad niets meer te verwachten, toch? Ik kan het haar ook niet kwalijk nemen.” Ik knik zachtjes. “Wat doen jullie dan met het appartement?” vraag ik. “Nou, Mark heeft komend weekend tijd genoeg om zijn spullen te verhuizen. Hij trekt bij dat vrouwmens in. De basisschool wil me graag een vaste baan geven voor volgend schooljaar. Daardoor kan ik het appartement goed zelf betalen”, legt Ellen uit. “Gelukkig hoef ik hem niet meer te zien. Ik ben mooi een weekendje weg”, vervolgt ze.

“Waar ga je naartoe?” vraag ik nieuwsgierig. “Nou, ik ga met de lokale scouting een weekend weg. Ze belden vorige week naar de school of er leerkrachten als begeleider mee zouden willen gaan. Een tekort of iets dergelijks”, antwoordt ze.
Even ben ik met stomheid geslagen en zeg ik niets. Mijn verbazing valt Ellen meteen op en ze vraagt me wat er aan de hand is. “Nou, ik ga ook met ze mee”, antwoord ik. “Oh, wat toevallig. Maar hoe zijn ze bij jou uitgekomen?” vraagt Ellen.
“Nou, Noor en Anne zitten allebei bij de scouting. Noor bij de welpjes en Anne bij de scouts”, leg ik uit. Ellen blijft nu even stil. “Had je soms ook graag even rust van mij gewild?” probeer ik de stilte met een grapje te verbreken.
“Nee”, zegt ze. “Het is alleen dat ik de scouts onder mijn hoede krijg. En dus ook Anne.” Ik begrijp meteen wat ze bedoelt. Anne heeft zich zo verheugd op het weekendje weg. Onder andere om even weg van huis (en Ellen) te zijn. Nu krijgt ze niet alleen die afleiding niet, maar moet ze ook nog drie dagen Ellen als haar leiding dulden. Dat kan haast niet goed gaan en stilletjes probeer ik een manier te vinden om dit Anne te vertellen.
 

luierfan_boy

Zeg niet wat je weet, maar weet wat je zegt.
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Leuk hoofdstuk weer!

ga zo door, meer valt er niet te zeggen! :D
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Hoofdstuk 17)

Hoofdstuk 17: Scoutingweekend

“Aaahw, wat ben je toch een goede kerel!”

Soms hoor je een verhaal, of zelfs maar een zin, zó vaak dat het alle betekenis verliest. Hoe goed de zoveelste hulpmoeder het ook nu weer bedoelt; haar blijk van medeleven en respect doet me niet veel. Natuurlijk, het is altijd fijn om een compliment te krijgen. Zelfs van een compleet vreemde. Maar elke keer als ik één van deze hulpouders uitleg dat ik niet de vader, maar de oom van Anne en Noor ben, krijg ik exact dezelfde reactie. Storend. Verzin eens iets origineels.
Ook deze keer doe ik de zaak maar af met een handgebaar dat zoveel moet zeggen als “Ik kan ze toch niet aan hun lot overlaten?”, voordat ik doe alsof ik ergens anders moet helpen. Uiteraard hoef ik nergens anders te zijn, maar het geeft me weer even een excuus om een kopje koffie en een sigaret weg te werken. Even rust.

Ik installeer me in één van de tuinstoelen die naast het scoutinggebouw zijn neergezet. Het is prachtig weer, zeker voor een weekend vroeg in mei, dus ik zet mijn zonnebril maar op. Ik moet toegeven dat de scoutinggroep het hier goed voor elkaar heeft. Een aardig gebouw, maar ook een groot aangrenzend grasveld waarop gekampeerd kan worden. Het bos ligt bovendien op loopafstand. Voor de kinderen is dit ideaal.
Ondanks al het gekakel van de drie hulpmoeders is het me inmiddels gelukt om alle tenten op te zetten. De kinderen zijn een eindje verderop met zijn allen aan het voetballen en Ellen staat in de keuken om het eten voor te bereiden.

Op het laatste moment heeft Ellen er toch maar van afgezien om de leiding van de speltak van Anne over te nemen. Toen ik Anne vertelde dat Ellen op het kampeerweekend aanwezig zou zijn, was het huis te klein. Na een kwartier tegen me geschreeuwd te hebben, heeft ze tot op dit moment geen woord meer tegen me gezegd. Het zal haar emoties wel niet ten goede komen dat ze ook voor het eerst ongesteld is geworden.
Ook voor Noor is het een spannend weekend. Het is sowieso de eerste keer in jaren dat ze ergens gaat slapen met andere kinderen. Het is best zonde dat ze al die tijd zoveel gemist heeft door haar bedplassen.
Omdat haar luierbroekjes te klein zijn geworden heb ik voordat we op weekend zijn gegaan nog even naar de huisarts gebeld. Een lekkend broekje is dit weekend echt geen optie. Via de apotheek hebben we een aantal proefpakketjes van grote luiers gekregen. Noor houdt zich er groot onder, maar volgens mij vindt ze het helemaal niets.
Ze ligt in een tent met één ander meisje, dat zelf ook nog wel eens in bed plast. Maar dat meisje is én jonger én draagt geen luiers meer. Ze kunnen op zich goed met elkaar omgaan, dus Noor hoeft zich niet te schamen. Maar ik merk dat ze dat toch doet.

Terwijl ik geniet van mijn koffie en het goede weer, komt er iemand naast me zitten. Het is Merel, de welpenleidster van Noor. Ze steekt zelf ook een sigaret aan. “Zo, ben je het nog niet beu?”, vraagt ze me, met een speelse blik in haar ogen.
Ik moet lachen. “Ach, ik ben wat lui aangelegd. Het opbouwen van het kamp maakt me nog niet zoveel uit. Maar..”. Ik pauzeer even voor een teug van mijn sigaret. “Maar?”, vraagt Merel, oprecht nieuwsgierig.
Ik adem de rook uit en maak mijn zin af. “Maar ik had het liever helemaal alleen gedaan”, geef ik toe. Merel reageert met een verbaasde blik. “Nou, ik weet dat ik niet het gezelligste mens op de wereld ben, maar ik had niet verwacht dat je me zo snel zat zou zijn!”, zegt ze speels.

Met een glimlach op mijn gezicht neem ik Merel nog eens goed in me op. Ze is van ongeveer mijn leeftijd, maar niet het type meisje waar ik normaal gesproken op zou vallen. Ze heeft lange, bruine haren en mooie ogen, dat wel. Oké, ze is wat breder als ik meestal mooi vind, maar dat stoort me niet. Ze is nog steeds best sexy.
Nee, in vergelijking met de vrouwen waar ik normaal op val, is ze veel mondiger. Stoerder ook. Oké, Ellen is ook niet op haar mondje gevallen, maar die schikt zich meestal toch naar wat ik wil. Meestal. Maar Merel maakt van haar hart geen moordkuil. Wat ze denkt is wat ze zegt, en wat ze zegt is wat ze denkt. Bovendien is ze niet bang om haar handen vuil te maken en gaat ze geweldig met haar kinderen om.
Ik weet niet wat het is, maar Merel, met al haar assertiviteit, fascineert me ontzettend. Maar ik kan er maar beter geen werk van maken. Het feit dat ik af en toe met Noor’s juffrouw slaap is al gevoelig, dus daar kan haar welpenleidster maar beter niet nog bovenop komen.

Na nog een tijdje met Merel gekletst te hebben, werd het tijd voor het avondeten. Iedereen zat aan één grote tafel, wat erg gezellig was. Ik vond het fijn om te zien dat Anne en Noor gewoon naast elkaar zaten en samen pret hadden. Zo heb ik ze al een tijdje niet meer zien keten.
Er was wel één groot verschil. Noor praatte af en toe nog met mij, of met Ellen. Anne gaf daarentegen geen kik in onze richting. Ik heb me daar echter niet veel van aangetrokken en het gezellig gehad met Ellen en Merel. Vooral omdat me dat een kans gaf om de hulpmoeders een beetje te negeren.
Daarna bleek er nog een heel avondprogramma te zijn. Een paar spellen waarbij de kinderen flink moesten rennen, gevolgd door een dropping. Omdat er iemand bij het kampvuur moest blijven, heb ik mezelf maar opgeofferd. Ik gunde de hulpmoeders het van harte om die zes kilometer met de horde kinderen te lopen, terwijl ik rustig bij het kampvuur kon zitten. Vooral toen het ook nog begon te regenen. Gelukkig was deze niet zo hevig dat ik trucjes moest uithalen om het kampvuur brandend te houden.

Na zo’n anderhalf uur in mijn eentje genoten te hebben, komen de kinderen weer terug op het kampeerterrein. Inmiddels is het al donker en regent het niet meer. Merel geeft iedereen de opdracht om zich om de pyjama’s aan te trekken. Het is de bedoeling dat ze nog een half uurtje bij het kampvuur mogen zitten, voordat ze gaan slapen.
Het is mijn beurt om de kinderen in de gaten te houden en ervoor te zorgen dat ze zo snel mogelijk terug naar het kampvuur gaan. Ze schijnen nogal de neiging te hebben om te gaan keten, in plaats van te luisteren naar wat volwassenen ze vertellen.
Met een beetje aanmoediging lukt het me echter om de meesten binnen tien minuten terug bij het vuur te hebben. Anne zit er ook al bij, maar Noor heb ik nog niet gezien. Snel kijk ik of ik het meisje zie dat bij haar in de tent slaapt, maar die zit inderdaad al in haar pyjama bij de rest.

Ik besluit om de tent van Noor op te zoeken en vraag of ik binnen kan komen. Zodra ik de tent open heb geritst, zie ik dat Noor wat in paniek is. Haar tas staat helemaal open en alle spullen liggen verspreid door de tent. Ze heeft haar pyjama wel al aan, waardoor ik de situatie niet zo goed snap.
“Wat is er aan de hand, meid?”, vraag ik voorzichtig. Noor kijkt me aan en ik zie dat ze gehuild heeft. “Ik .. ik kan mijn .. mijn luiers niet vinden”, stottert ze zachtjes. “Hè? Die moeten toch in je tas zitten?”, reageer ik verbaasd. “Ja”, snikt ze. “Ik heb ze er zelf ingestopt.”
Opnieuw begint ze te huilen. “Nu kan ik helemaal niet gaan slapen. Als mijn slaapzak nat is, dan ruikt iedereen me .. en dan weten ze het allemaal. Ik wil naar huis!” Ze raakt een beetje in paniek, dus ik trek haar bij me en geef haar een knuffel.
“Rustig maar. Misschien zitten ze bij mijn spullen. Ik heb in mijn haast vast wat dingen verwisseld en ben ik dat weer vergeten. Maak je maar niet druk, desnoods rijd ik naar huis en haal ik je broekjes op. Oké?” Noor knikt zachtjes en veegt haar tranen aan haar mouw af.

Ik zeg Noor dat ze bij het kampvuur moet gaan zitten en dat ik de situatie wel zal oplossen. Samen lopen we naar de kampvuurplaats, waar ze naast haar vriendinnetjes gaat zitten. Ik vraag Anne of ze even met me mee wil lopen naar mijn tent. Snel leg ik haar de situatie uit en vraag of ze ook even bij haar spullen wil kijken. Ondanks dat ze geen woord tegen me zegt, begrijp ik dat ze dat gaat doen.
Zelf haal ik ook alle spullen uit mijn tas en binnen de kortste keren is mijn tent net zo’n rommel als die van Noor. Maar de luiers liggen er niet tussen. Langzaam begin ik me aan de situatie te ergeren. Ik weet zeker dat ik Noor een paar keer heb gezegd haar luiers niet te vergeten. Ze zou ze toch niet met opzet hebben laten liggen? Misschien vindt ze alles wel te eng en probeert ze zo voor elkaar te krijgen dat ze veilig thuis kan slapen. Waar niemand kan zien dat ze een luier draagt. Wat een rare situatie.
Juist op het moment dat ik besloten heb om dan maar naar huis te rijden en de broekjes op te halen, staat Anne weer voor mijn tent. Ze heeft haar hele tas bij zich en wurmt zich voorzichtig naar binnen. “Hier. Ze zaten in een plastic tas. Ik dacht dat die van mij was, maar er zaten alleen mijn sokken bij. Sorry, ik had niet goed opgelet”, zegt ze.
Even ben ik stil. Ze praat tegen me! “Dankjewel, meid. Dit is echt een opluchting”, zeg ik, terwijl ik de tas aanpak. Snel kijk ik erin – inderdaad, twee luiers. Het zijn er weinig, maar Noor heeft ze ten minste toch ingepakt.
“Goed gedaan”, zeg ik nogmaals tegen Anne. Ze kijkt me nog steeds half-koeltjes, half-boos aan. “Ja, whatever”, zegt ze. Ze draait zich om en loopt terug in de richting van haar eigen tent.

Zelf wil ik mijn spullen weer een beetje bij elkaar vegen, maar voor ik de kans krijg hoor ik buiten een hard geluid. Meteen erna volgt een vloek. Het is duidelijk Anne. Ze vloekt net zoals haar vader. En mij.
Ik steek mijn hoofd uit de tent en kijk voorzichtig om me heen. Anne is uitgegleden over het drassige gras en is helemaal in de modder gevallen. Snel wurm ik me de tent uit om haar te helpen opstaan, maar dat wil ze niet. “Ga weg, laat me met rust”, roept ze. “Anne, laat me je helpen. Je zit onder de modd..”
“Ik hoef je hulp niet! Ik haat je!” De woorden gaan dwars door me heen. Anne schrikt er zelf ook van en draait haar gezicht snel van me af. Direct biggelt er een traan over haar wang. Ik laat haar laatste uitspraak even nadreunen.
“Haat je me echt?” vraag ik zachtjes. “Waarom?” Anne schudt haar hoofd. “Ik weet niet waarom ik dat zei. Ik weet het niet. Ik haat alles”, zucht ze, voordat ze compleet in tranen uitbarst.
Ik ga naast haar in de modder zitten en trek haar in mijn armen. Eerst stribbelt ze nog wat tegen. “Ik laat je niet los. Je haat me toch al, dus je hebt lekker pech.” Ze geeft haar verzet op en huilt zachtjes in mijn armen.
“Sorry”, zegt ze na een tijdje. Haar stem klinkt hees. “Het geeft niet, lieverd. Ik kon aan je zien dat je het niet meende.” Langzaam maakt ze zich los uit mijn armen. “Ik weet echt niet waarom ik zo stom tegen je doe, Rick”, geeft ze toe. “Jij bent het niet schuld dat ik boos ben.”
“Joh, daar hoef je geen ‘sorry’ voor te zeggen. Ik denk dat ik het wel snap. Je voelt je zo boos om alles dat er gebeurd is. Maar er is niemand schuld aan die dingen. Niemand tegen wie je terecht kunt schreeuwen. En toch moet die boosheid eruit, nietwaar?”
Anne knikt voorzichtig. “Nou, en als er niemand echt fout is.. dan is het toch logisch dat je je afreageert op iemand anders? Zoals je stomme oom? Of Ellen.” Opnieuw rolt er een traan over haar wang, maar deze veeg ik snel weg. “Het komt allemaal wel goed, lieverd. Niemand neemt je iets kwalijk.”

Na een laatste knuffel, heb ik Anne naar haar tent gebracht, waar ze gelijk in haar slaapzak is gekropen. Even later kon ik Noor ook gerust stellen. Binnen no-time lagen alle kinderen rustig te slapen (het is een wonder). Als ik terug bij de kampvuurplaats kom, zit alleen de staf er nog.
Ik kijk de kring even rond. Merel en Ellen kijken me veelbetekenend aan. Na even twijfelen ga ik naast Ellen zitten en sla ik een arm om haar heen. Ze kijkt naar me, en geeft me een veelbetekenende kus op mijn wang.

“Het komt wel goed.”
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Beste allemaal,

Ik wil binnenkort een hoofdstuk schrijven vanuit het oogpunt van een ander personage als Rick. Het is moeilijk om te bepalen welk, dus ik hoop dat jullie mij daarbij willen helpen. Laat me even weten van welk personage je meer wilt zien en (het liefst ook) waarom. Feedback van jullie helpt altijd enorm! n___n

Alvast bedankt! :D
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Peetoom (Hoofdstuk 18)

Hoofdstuk 18: Confrontatie

Eerlijk is eerlijk, ik ben wel eens op een meer comfortabele manier wakker geworden. Slapen op een matje in een tent is niet waarvoor ik in de wieg ben gelegd. Gelukkig duurde dit kampeerweekend maar twee nachten.
Ik rek me nog eens rustig uit, voordat ik op mijn telefoon wil kijken hoe laat (of beter gezegd: vroeg) het is. Shit, het ding is leeg. Stilletjes luister ik eens om me heen, speurend naar het geluid van eventueel wakkere scouts. Niets.

Tien minuten later leg ik me er maar bij neer dat ik nu niet meer in slaap ga komen. Dat is niet zo heel erg; over enkele uren ben ik toch weer thuis en kan ik in het lekker grote bed kruipen om bij te slapen. Tijd voor een luie zondag.
Zo goed en kwaad als het kan in een kleine tent, kleed ik me aan. Ik vis wat handige spullen bij elkaar, waaronder mijn laatste sigaretten, en verlaat mijn tent. Buiten is inderdaad nog geen kind te zien. Zelfs de andere leiding slaapt nog. Heerlijk.
Stilletjes loop ik het scoutinggebouw in en zet ik een kop koffie voor mezelf. Fijn dat ik het nu zelf kan doen, want Merel zet erg slappe koffie. Met de mok warme troost in mijn handen loop ik daarna naar de kampvuurplaats, waar ik me rustig installeer.

Terwijl ik mijn sigaretje rook, geniet ik van de stilte. Alleen de vogeltjes fluiten, maar dat besluit ik maar te gedogen. Sterker nog, ik word er erg rustig van. Niet dat ik zoveel te klagen heb over Anne en Noor, maar een momentje zonder kinderen is ook erg fijn.

Lang zit ik echter niet alleen. Ik heb haar niet horen aankomen, maar ineens zit Anne naast me. Ze ziet er vermoeid uit. Dat is ook niet gek, want het weekend is voor de kinderen erg intensief geweest. Het voordeel van begeleiden is dat je ook alleen maar hoeft te begeleiden. De kinderen moeten de activiteiten daadwerkelijk uitvoeren. Na twee dagen wordt dat best zwaar.
Uit zichzelf geeft Anne me een knuffel. Het voelt fijn, want dit is een zeldzame gebeurtenis. Normaal doet ze dat niet spontaan. Sinds we de eerste avond van het weekend een emotionele confrontatie hebben gehad, gaan de dingen weer een stuk beter tussen ons.

“Goedemorgen, schoonheid! Wat ben jij vroeg wakker. Ben je niet kapot na al die spellen van gister?” Anne veegt de slaap uit haar ogen en schudt haar hoofd. “Ik ben al een tijdje wakker, maar ik kan niet meer slapen”, zucht ze. “Ik ben nog wel moe, maar, .. nouja, ik weet het ook niet.”
“Neem maar een slokje van mijn koffie. Daar word je wakker van. Maar niet té veel, daar vind ik hem veel te lekker voor”, grap ik. “Heb je soms liggen malen?” Anne neemt een slok van mijn koffie. Direct nadat ze het afslikt, trekt ze een vies gezicht. “Bah. Malen? Een beetje wel”, geeft ze toe. “Ik voel me nog steeds zo stom.”
“Waarom dat?”, reageer ik. “We hebben alles toch fijn uitgepraat? Er is niets om je schuldig over te voelen.” Anne draait haar gezicht van me af. “Toch doe ik dat wel nog steeds. Ik heb erg stom tegen je gedaan en ik snap nog altijd niet waarom.”
“Joh, dat is niet erg. Ik ben al blij dat we er nu over kunnen praten. Je moet ook niet te hard voor jezelf zijn. Het is niet niets wat we hebben meegemaakt. Er is erg veel veranderd”, reageer ik. Anne knikt. “Misschien wel té veel.”
“Daarom. Het is niet gek dat je een uitlaatklep nodig hebt. Ergens vind ik het wel fijn dat ik dat ben. Als jij de behoefte hebt om te schreeuwen, of te lachen, dan mag je dat altijd met me doen. En vergeet nooit, dat je altijd overal met me over mag praten”, probeer ik haar gerust te stellen.
Anne krijgt een speelse blik in haar ogen. “Ook over ongesteld worden?” vraagt ze plagerig. Ik brom. “Zelfs daarover. Als je Chantal niet kunt bereiken”, plaag ik terug.

Samen kunnen we erom lachen. “Is er soms nog iets dat je me wilt vertellen, meid?” vraag ik vervolgens. Even blijft het stil, terwijl we allebei recht vooruit kijken. Anne zucht even. “Er zijn wel wat dingen”, begint ze. “Maar ik weet niet hoe ik het moet vertellen.”
Ik wrijf met een hand door haar haren. “Dat is niet erg. Als je er klaar voor bent, dan hoor ik het wel. Je weet me wel te vinden. Die sukkel die op jullie bank slaapt”, grap ik. Anne moet lachen. “Slaap je niet meer in het bed van papa en mama, dan?” vraagt ze vervolgens.
“Niet als jullie dat niet prettig vinden”, antwoord ik. “Noor maakt het toch niet uit. En mij ook niet, zolang je alleen slaapt. Met Ellen liever nog even niet”, geeft ze eerlijk toe. Ik geef haar een knipoog. “Dan doe ik dat gewoon nog even niet. Je weet toch dat ik jullie veel belangrijker vind?” Anne knikt. “Dat weet ik. Ik weet ook dat we overal over kunnen praten. Maar sommige dingen zijn gewoon nog te moeilijk”, zegt ze.
“Geef het wat tijd. Dan wordt het vanzelf makkelijker”, stel ik haar gerust. Ze glimlacht en laat haar hoofd op mijn schouder rusten. Zo blijven we een tijdje zitten kijken naar de pas opgekomen zon.

Even later horen we de geluiden van andere kinderen die wakker worden en in hun tenten liggen te kletsen. Anne schrikt op. “Ik ga me aankleden. Dan ruim ik vast op, zodat we na het ontbijt sneller naar huis kunnen.” Ze schuift over de bank en staat met een snelle beweging op. “Wat hoor ik toch zo kraken?” vraag ik verbaasd.
“Ach, niets. Maandverband”, fluistert Anne, met een blik in haar ogen die aangeeft dat ik dat beter niet had kunnen vragen. Ik brom opnieuw, Anne steekt plagerig haar tong naar me uit en rent daarna richting haar tent.

Ook Noor had bij het opstaan al haar spullen al ingepakt, waardoor we na het ontbijt inderdaad vrij snel naar huis konden vertrekken. Veel vaders hadden op zondagochtend tijd om te komen helpen met het afbreken van de tenten, dus mijn hulp was niet nodig.
Terwijl Anne en Noor op de achterbank bijna opnieuw in slaap zijn gevallen, draai ik de auto onze oprit op. “Opstaan, dames. Laten we maar snel de spullen naar binnen brengen, dan kunnen we allemaal ons bed weer induiken”, roep ik net iets té vrolijk.

Van de meiden hoef ik niet bijster veel hulp te verwachten. Ze zijn, net zoals ik, redelijk lui aangelegd. Bovendien zijn ze natuurlijk erg moe. Het sjouwen van de tentspullen en kampeerstoeltjes mag ik dus doen. Ik besluit om ze maar gelijk in de garage op te bergen. Opgeruimd is opgeruimd. Ik zal ook ongetwijfeld lekkerder slapen als ik weet dat ik niet meer naar die spullen hoef om te kijken. Nadat ik een tijdje in de garage bezig ben geweest, besluit ik maar eens te kijken of de meiden hun vuile was al bij de wasmachine hebben gedumpt.

Als ik de garage uitkom, zie ik echter iets dat ik liever niet had gezien. Op de oprit naast de onze staan de meiden te praten met de buren. De familie Franssen, oftewel ‘het sulletje en zijn vrouw’. Dezelfde mensen die bij de rechter een voogdijzaak over mijn nichtjes hebben afgedwongen. Met opzet heb ik ze daarom geprobeerd te vermijden. De meisjes weten tenslotte nog niets van die hele rechtzaak af. Ik wil niet dat ze daar weken tegen op moeten kijken, maar voor het bezoek van de kinderbescherming zal ik het ze toch moeten vertellen.
Toch heb ik liever niet dat Anne en Noor nog met die mensen omgaan. Toegegeven ben ik degene die een probleem met ze heeft, niet zij. Ik snap dat mijn nichtjes niet de dupe mogen worden van de mensen waar ik een conflict mee heb. Maar toch. Wie weet wat ze de kinderen proberen in te fluisteren. Door die rechtzaak aan te spannen hebben ze wat mij betreft toch aangegeven ons ‘gezin’ kapot te willen maken. Dan hoeven ze nu ook niet over koetjes en kalfjes te babbelen.

Na even wikken en wegen besluit ik toch om een einde te maken aan het gesprek.

“Wat stoer, zo’n kampeerweekend! Hebben jullie je goed geamuseerd?” hoor ik de buurvrouw enthousiast roepen.
“Ja, ze hebben zich prima vermaakt”, roep ik, voordat de meiden kunnen antwoorden. Snel loop ik naar Noor en Anne toe. “Bedankt voor de interesse, tot de volgende keer”, bijt ik de buren toe. Ik leg de meiden ieder een hand op de schouder en duw ze zachtjes vooruit, richting de voordeur.

“Nou, wat zijn we weer beleefd”, veinst de buurvrouw dat ze beledigd is. “Het kan niet altijd feest zijn. Loop maar snel door, anders missen jullie de kerkdienst”, reageer ik ongeïnteresseerd. “Geen zorgen; die is al afgelopen. We komen er net van terug. Iets dat je zou weten als je een verantwoordelijk ouder zou zijn en op zondag vóór het avondeten zou opstaan”, reageert de buurman vervolgens.

Dat was een stap te ver.

“Anne, Noor, gaan jullie maar naar binnen. Was bij de wasmachine, oké?” instrueer ik de meiden. In eerste instantie lijken ze te willen protesteren, maar als ze mijn serieuze blik zien, snappen ze dat ik het meen.
Ze pakken hun laatste bagage uit de achterbak van de auto en lopen stilletjes naar binnen. Zodra ik de voordeur dicht hoor slaan, draai ik me om richting de buren.

“Luister eens, vriend. Dat jij denkt dat je je met alles en iedereen mag bemoeien is prima, maar laat ons er lekker buiten. Ik heb geen kerk nodig om me goed te voelen over mezelf en mijn gezin. Ik heb geen behoefte aan je arrogantie”, trek ik van leer.
De buurman is niet onder de indruk. “Arrogantie? Dat moet jij nodig zeggen. Je noemt me misschien wel een sulletje, maar dat ben ik zeker niet.” De verbazing in mijn ogen doet hem deugd. “Haha, eigen schuld. Kinderen praten nu eenmaal overal over. Zeker tegen de lieve buurvrouw.”

“Je hebt een grote mond voor zo’n klein mannetje”, bijt ik hem toe. “Vanaf nu wil ik niet dat jullie nog contact met ze hebben. Begrepen?”
Opnieuw haalt de buurman zijn schouders op. “Geen probleem, jongen. Na de rechtzaak heb ik nog tijd genoeg om met ze door te brengen. Dan hebben ze tenminste geen last meer van jou en je zelfdestructieve gedrag.”
Het idee om de meiden mogelijk te verliezen maakt me nu ontzettend kwaad. “Jij blijft bij mijn dochters uit de buurt!” schreeuw ik hard. De buurvrouw bemoeit zich opnieuw met het gesprek. “Tss, het zijn je dochters niet. Je wilt ze niet eens. Geef nou toch toe dat ze bij ons veel beter af zijn.”

“Jullie blijven bij mijn dochters uit de buurt!” herhaal ik. De arrogantie van de buurman kent geen grenzen. “En als ik dat niet doe? Kom je dan mijn nek breken?” daagt hij me uit. “Om te beginnen”, reageer ik, kokend van woede.
“Daar heb je het lef niet eens voor”, zegt de buurman. Hij geeft me een tik op mijn schouder, waarschijnlijk bedoelt om zijn argument kracht bij te zetten. Te laten zien dat hij niet bang voor me is. Maar, boos als ik ben, heb ik dat niet door en lijkt het alsof hij me een duw wilt geven.

Van jongs af aan heeft mijn vader me één ding geleerd over geweld. Je gebruikt het nooit. Tenzij iemand anders ermee begint. In mijn drift leek het alsof de buurman dat zojuist gedaan had en uit automatisme reageer ik erop.
Boos geef ik hem een duw terug. “Blijf met je poten van me af, man!” roep ik. Hij had het duidelijk niet verwacht en struikelt over zijn eigen voeten achterover. Zijn kale hoofd wordt bij zijn val opengehaald aan de tegels van de oprit. De buurvrouw slaakt een gilletje.

“Wat is hier aan de hand?” klinkt het ineens van achter ons. Er staat een vrouw, die ik in de commotie niet heb zien aankomen. “Wie bent u nou weer?” vraag ik geïrriteerd.

“Ik ben Roos. Ik ben hier namens de kinderbescherming.”
 

Christiaan

Met een nat luiertje ben je klein jongejte
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

hoihoi,

bedankt voor snelle vervolg, zou leuk zijn als verder ook zo snel ging.

ik denk dat voor verhaal interessant zou zijn als je vanuit Anna verder ging. Maar Chantal of elle zal makkelijker uit te schrijven zijn.

met vriendelijke groet
 

?????

Beginneling
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Geweldig zo snel al een nieuw deel !1 !1
en wat een verschrikkelijke cliffhanger ik kan niet wachten op het vervolg

Verder lijkt Anne mij ook het leukste karakter om mee verder te gaan
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Hehe, sorry, ik vind het erg leuk om aan elke aflevering een cliffhanger te plaatsen. ::)

Ik denk dat de meeste mensen wel wat meer over Anne willen weten, inderdaad. Heb al een plannetje in gedachten. n___n
 

Snakebite

Superlid
Forumleiding
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

Wow! 15.000+ views. Geweldig aantal, bedankt allemaal! :D

Op verzoek wat spoilers voor de laatste hoofdstukken, die ik vanaf dinsdag zal gaan posten. n___n Hopelijk houdt dit jullie nieuwsgierig genoeg voor de eindsprint. :p

Hoofdstuk 19 - "Het Huisbezoek"
De Kinderbescherming stuurt precies de goede persoon op huisbezoek. Noor's verjaardag wordt gevierd.

Hoofdstuk 20 - "Bloed"
Rick moet zich tegenover de politie verantwoorden voor zijn ruzie met de buurman en denkt terug aan zijn jeugd met Marnix.

Hoofdstuk 21 - "De Rechtzaak"
Rick bereidt zich voor op de rechtzaak en licht ook de meiden in. Pierre zorgt voor spanningen.

Hoofdstuk 22 - "Oordeel"
De rechter hoort Rick, de meiden, de buurman en de Kinderbescherming, om tot een verrassende conclusie te komen.

Hoofdstuk 23 - "Gebroken"
Een bekentenis van Pierre, doet Rick nadenken over zijn relatie met Ellen. Noor en Anne worden opnieuw gehoord.

Hoofdstuk 24 - "Het Geheim"
Max moet alle zeilen bijzetten om Rick op het juiste pad te houden, wanneer deze zijn verdriet verdrinkt.

Hoofdstuk 25 - "Hufter"
Rick komt eindelijk achter het geheim van Anne en zet daarna alles op het spel om zijn gezin te beschermen.

Hoofdstuk 26 - "Verloren Onschuld"
De spanningen tussen Rick en Pierre komen tot een confrontatie. Later doet Rick een ontdekking over zijn broer.

Hoofdstuk 27 - "Vaderdag" [SLOT]
Rick kiest definitief tussen Ellen en Chantal. Net als alles op rolletjes loopt, stapelen nieuwe problemen zich op.
 

Daltons

Toplid
Re: Peetoom (TB ML TL WL NL GL VN BP)

hoop op snel weer een vervolg en je kan zeker een goed verhaal schrijven ga zo door zal ik zeggen.

die-hard
 
Bovenaan