Excuus voor de vertraging. Sometimes life gets in the way. De rest van Zomersneeuw volgt vanaf nu om de paar dagen. Enjoy!
Hoofdstuk 02: Storm
De volgende ochtend schrikt Sam plotseling wakker. Ze weet precies hoe laat het is, al heeft dat niks met tijd te maken. Snel gaat ze rechtop zitten en slaat ze het dekbed van zich af.
“Verdomme”, bromt ze. “Niet dit weer.”
Het valt eigenlijk nog mee. De natte plek in haar pyjamabroek is relatief klein. Hoe vervelend het ook is dat ze in bed heeft geplast, het is niets in vergelijking met vroeger. De vlek op de matrashoes is nog kleiner dan een voetbal. Aangezien Sam op haar zij slaapt, is er maar weinig daadwerkelijk in bed beland. Het meeste zit in haar broek.
“Dat kan er ook wel weer bij.”
De klok laat zien dat het pas kwart over zes is. Gelukkig kan Sam in alle rust de bewijzen van haar schaamte wegwerken, zonder dat Maya er iets van mee hoeft te krijgen. Sam besluit om op te staan en zet snel haar raam open.
Buiten stormt het nog steeds. Het weerbericht had al voorspeld dat de storm nog de hele dag aan kon houden. Hoe dichter je dan bij het strand zit, hoe meer je er dan van meekrijgt. Sam is er wel aan gewend. Ergens vindt ze het ook wel een fijn gevoel. Buiten lijkt de hele wereld in elkaar te donderen, maar zij zit veilig en beschermd binnen.
Nog steeds nat. Dat dan weer wel.
Geïrriteerd haalt Sam haar beddengoed af. Gelukkig heeft haar molton zijn werk gedaan en is de matras volledig droog gebleven. Snel trekt ze al haar natte kleren uit en rolt ze alles op tot een makkelijk draagbare bal was. Voordat ze haar slaapkamer verlaat, trekt Sam nog gauw haar badjas aan.
Zo stilletjes als ze kan sluipt Sam door het huis, op weg naar de badkamer. Binnen een paar minuten staat de wasmachine zijn werk al te doen. Alle sporen worden uitgewist. Sam springt meteen maar onder de douche en schrobt de vieze geur van zich af. Voor de zekerheid gebruikt ze extra veel bodywash en shampoo. Ze wil hoe dan ook voorkomen dat Maya er iets van merkt.
Tegen zeven uur heeft Sam de ontbijttafel al gedekt en probeert ze zich te concentreren op het maken van een lekkere boterham met pindakaas. In gedachte heeft ze al verschillende keren bedacht wat ze straks allemaal tegen Maya wil zeggen over haar geweldige nieuwe idee. Dat meisje hier laten logeren is tenslotte een heel slechte ingeving.
Lang hoeft ze daar niet op te wachten, want al snel gaat Maya’s slaapkamerdeur open. Sam ziet hoe haar zus het meisje aan de hand meeneemt naar de eettafel. Het meisje draagt een lang slaapshirt van Maya, dat veel te groot voor haar is. Het reikt tot ver over haar knieën. Blijkbaar heeft ze niet eens een eigen pyjama.
Natuurlijk draagt het meisje haar beer met zich mee. Sam rolt met haar ogen. Die speen. Ze heeft het meisje nog geen seconde zonder dat ding gezien. Je ouders moeten je inderdaad wel heel erg verpest hebben als je met twaalf jaar nog een speen gebruikt, denkt ze.
“Kom maar, lieverd. We gaan nu hier aan de tafel zitten. Goedemorgen Sam!”
“Goedemorgen Maya en gast”, bromt Sam terug.
Maya geeft haar een veelbetekenende blik.
“Je weet best hoe ze heet”, fluistert ze terug.
“Prima. Goedemorgen, Juliëtte.”
Sam legt de nadruk duidelijk op het feit dat dit meisje op geen enkele manier ‘een Juliëtte’ is. Een naam die heel duur en volwassen klinkt. Maya pikt de hint op.
“Hm, ja, die naam past inderdaad niet zo heel goed bij je, hè?”, zegt ze liefdevol.
Het meisje kijkt haar met een bijna lege blik aan, terwijl ze op haar speen sabbelt.
“Misschien kunnen we maar beter Juultje zeggen?”, vraagt Maya, terwijl ze Sam aankijkt. Die haalt haar schouders op.
“Wat jij wil.”
“Ja? Vind je dat een leuke naam? Juultje?”
Het meisje lacht. Ergens klinkt het aandoenlijk, maar Sam weet dat het meisje geen flauw idee heeft van wat er besproken wordt. Ze doet maar wat, al naar gelang haar gevoel haar aangeeft. Het is net een gigantische baby.
“Oké, dan gaan we dat proberen. Zal ik een lekkere boterham voor je maken, Juultje?”
“Denk je nou echt dat ze ineens antwoord gaat geven?”
Maya zet Juultje op de stoel naast Sam en gaat zelf aan de andere kant zitten.
“Sam, als we haar behandelen als iemand die niets kan of niet snapt, dan zal ze nooit stappen gaan zetten. We moeten haar laten zien hoe het hoort.”
“Snapt ze dan iets?”
“Ja, natuurlijk! Ze is niet beperkt. Juultje heeft zich gewoon heel lang niet kunnen ontwikkelen. Dat ze daarin achter ligt, wil niet zeggen dat ze die achterstand niet goed kan maken.”
“En hoeveel ligt ze precies achter?”
“We denken dat ze cognitief op ongeveer anderhalf tot twee jaar zit. Sommige dingen kan ze wel, zoals lopen. Andere dingen, zoals praten, nog niet zo goed.”
“Aha. Dus je denkt dat ze ruim tien jaar in kan halen? Hoe dan? Zal ik straks de tafeltjes met haar oefenen? Kom op, Maya, ze heeft nog een speen!”
“Oeh, ja, en een luier! Oh nee, dat komt nooit meer goed!”, bitst Maya terug.
“Een lui.. Serieus? Dus dat is waarom het hier stinkt?!”
Sam staat geërgerd op en schuift haar bord op het aanrecht. Maya is ook boos en komt bij haar staan.
“Ik denk niet dat jij daar nou zo’n grote mond over moet hebben, of wel soms?”
Sam kijkt Maya vol ongeloof aan. Dat is niet eerlijk.
“Sorry”, zucht Maya. Ze is duidelijk vermoeid. “Ik bedoelde het niet zo. Mijn punt is dat zij er niets aan kan doen dat ze in deze situatie zit. Dat kon jij ook niet. Jij kreeg alle hulp die je maar toe wilde laten. Zij verdient dat ook.”
Sam slaat haar armen over elkaar en zwijgt bewust.
“Of moet ik haar soms terugsturen? Ze is daar onhandelbaar, Sam. Binnen de kortste keren spuiten ze haar gewoon plat. En welke kans heeft ze dan nog?”
Sam kijkt naar Juultje en ziet hoe het meisje de teddybeer op haar school stevig vasthoudt. Ze kijkt ongemakkelijk. Het is duidelijk dat ze beseft dat er ruzie wordt gemaakt en dat ze daar bang van wordt. Sam zucht als Maya over haar arm wrijft.
“Hé, luister. Ik snap dat het voor jou ook veel is. En niet bepaald gemakkelijk. Dat mag je best uiten, maar reageer dat alsjeblieft niet op haar af. Ik snap het, maar ik ga de situatie niet veranderen. Ik wil haar helpen, Sam.”
“Je snapt het? Serieus?”
“Ja, natuurlijk. Denk je dat ik niet begrijp waarom de wasmachine al om zeven uur in de ochtend staat te draaien?”
Betrapt. Sam kijkt beschaamd weg.
“Ik heb altijd mijn best voor je gedaan. Ik heb je overal in gesteund en aangemoedigd. Misschien niet altijd op de juiste manier, maar ik heb het nu eenmaal ook moeten leren. En we zijn samen door alles gekomen. Toch?”
Sam knikt, met fikse tegenzin.
“Ik weet dat ik haar kan helpen. Wil jij mij helpen? Alsjeblieft?”
Sam weet het oprecht niet. Dit is zo’n typisch moment waarop het leven iets op je pad gooit, waarvan je alleen maar weet dat het je onnodig veel tijd en energie gaat kosten.
“Zolang het maar geen problemen gaat geven met mijn toelatingsexamen.”
Maya glimlacht weer. Ze weet dat ze haar doel bereikt heeft.
“En geen opmerkingen meer over de wasmachine.”
“Beloofd.”
Juultje voelt dat de akelige ruzie voorbij is en durft weer een vrolijk lachje te laten horen.